U kan klikken op de onderwerpen bovenaan of links
van elke bladzijde, Wil je inschrijven op de (wekelijkse) nieuwsbrief, dan volstaat een mailtje. |
|
Op donderdag 24 september 2003 was er in Zele een debat over 'Onderwijs'. Het was een initiatief van Blikopener, een vereniging die regelmatig discussieavonden maar ook theaterproducties en andere culturele manifestaties opzet (maar er na 16 jaar mee stopt). Het debat gaf voor wie echt wou luisteren een goed overzicht van de problemen in het onderwijs en van wat de verschillende netten eigenlijk scheidt en kan bijeenbrengen. Deelnemers waren (gerangschikt volgens de zitplaats van links naar rechts) zuster Monica Van Kerrebroeck, Hans Weyns (directeur van het atheneum van Dendermonde - gemeenschapsonderwijs), Eugène De Strycker (directeur van een Zeelse school), Eddy De Waele (onderwijsdeskundige bij de Vereniging van Vlaame Steden en Gemeenten - gemeentelijk onderwijs) en Karel De Gucht. Journalist Paul Van Mossevelde modereerde. Het debat concentreerde zich vooral rond vier actuele thema's: het gelijke kansenbeleid (dat onder meer aangeeft dat iedereen het recht moet hebben om zich in elke school in te schrijven), het participatiedecreet (dat oplegt dat leerlingen, ouders, leerkrachten en de lokale gemeenschap inspraak moeten hebben), de regelneverij (te veel wetten en regels) en de juridisering (de mogelijkheid voor ouders om naar het gerecht te stappen als ze vinden dat hun kinderen worden benadeeld). Daarnaast kwam, uiteraard, de verschillende financiering, de problemen bij de overname van een school uit een ander net, de persoon van minister Vanderpoorten en het taalonderwijs aan bod. StandpuntenHet gelijke-kansenbeleid op zich bestempelden alle sprekers als nodig, hoewel de praktijk nu wel uitwijst dat er slechts heel weinig klachten zijn van ouders die hun kind niet in de gewenste school mogen inschrijven. Over de beschikbaarheid van middelen om het uit te werken was men het niet zo eens. Zuster Monica gebruikte het om de verschillende financiering van de netten aan te brengen (zie verder) en zei ook dat het niet mag leiden tot een 'allemaal inclusief'-beleid: "Kinderen met een handicap kunnen niet altijd in alle scholen worden aangenomen. Er zijn scholen die wat infrastructuur, expertise en beleiding betreft, beter zijn aangepast." De Strycker haalde het voorbeeld van ICT aan (meer computers in de school): "Het ene jaar geeft men steun voor de aankoop van computers, dan stopt men er mee, hoewel computers na ten laatste vijf jaar verouderd zijn. Het geboden alternatief, een ICT-coördinator is niet echt een oplossing." Over het participatiedecreet zei Weyns dat het gemeenschapsonderwijs daar eigenlijk al lang ervaring mee heeft. De Gucht voegde er aan toe dat het huidige decreet maar een eerste stap was. Om een unaniem akkoord met alle netten te kunnen sluiten zijn directie en inrichtende macht nog niet vertegenwoordigd en heeft de schoolraad maar een adviserende functie. Dit was vooral op vraag van het katholiek onderwijs. In een tweede stap wil de VLD dat de raad werkelijk aan medebeheer zou kunnen doen. De Strycker vond dan weer dat de schoolraad continuïteit mist omdat ouders en lokale gemeenschap regelmatig veranderen en zo veel tijd naar het uitleggen van het instrument gaat. Hij vond het ook een blijk van het wantrouwen van politici in scholen, waar ouders wel vertrouwen geven. De Waele verdedigde de gemeentebesturen die voor hun schoolbeleid kunnen worden afgestraft bij verkiezingen en dus het beleid voor zich willen houden. De Gucht reageerde dat voor de gemeenten, zoals voor de Vlaamse Gemeenschap, een nieuwe structuur het beheer van de scholen zou kunnen overnemen. En wat het gemeentelijke onderwijsbeleid betreft zei hij dat over onderwijs weinig wordt gepraat tijdens gemeenteraden, en dat bestuursmeerderheden vooral over benoemingen willen beslissen. De regelneverij werd grotendeels verklaard door de vele veranderingen die er de jongste tijd zijn geweest. "Bovendien krijgen scholen nog uitvoeringsbesluiten als het schooljaar al bezig is. Weinigen weten nog hoe het eigenlijk in elkaar zit. Vroeger hadden directeurs aan enkele schriftjes genoeg, nu zitten ze dagen aan de computer Edulex te raadplegen", zei De Waele. "Schitterende ideeën gaan soms verloren door de lange weg die ze moeten afleggen", vond Weyns. De Gucht had het over de snelle veranderingen in de maatschappij die regelmatig aanpassingen vergen. Van Kerrebroeck vond dan weer dat te veel wordt gelanceerd zonder eerst grondig te experimenteren of de gevolgen goed in te schatten. De juridisering dan. "Een fenomeen dat zich in het hele westen voordoet en in de VS is begonnen. Vroeger kreeg een leerling die straf kreeg, er thuis nog een bij. Nu zijn er ouders die naar een advocaat, zelfs naar de rechtbank gaan.", zei Weyns. Zelf ondervond hij eens een procedure tot bij de Raad van State. "Daar zei de rechtbank dat wij in het belang van het kind hadden gehandeld. En gelukkig waren alle stappen van de procedure goed gevolgd. Anders hadden we misschien toch nog ongelijk gekregen." "Een gevolg van het mondiger worden. En er zijn gevallen waarbij het ook goed was dat mensen naar de rechtbank konden. Denken we aan de leraren die ontslagen werden na een scheiding", vond De Gucht. De Waele pleitte voor een evenwicht tussen het verdwijnen van de alleenheerschappij van de leraar - "Als die fouten maakt, moeten straffen mogelijk zijn" - en de huidige situatie waarbij leraren niet meer durven optreden uit vrees voor de rechtbank te worden gedaagd. FinancieringZuster Monica bracht de financiering op tafel en had het over de 60-100
verhouding: gemeenschapsonderwijs krijgt 100% van de werkingskosten
gesubsidieerd, het vrij onderwijs 60%. Een opmerkelijke uitspraak was hierbij:
"Ik ben het er mee eens, als we een eigen onderwijsvorm willen, dan moeten we
een deel zelf betalen, maar geen 40%." Weyns reageerde dat bij het
Schoolpact van 1959 was voorgesteld het vrij onderwijs meer te geven, maar die wilde
dat niet om haar vrijheid te kunnen behouden. De Gucht had het over
het groeipad om in 2007 tot een 85-100 verhouding te komen. "Dat niet
melden gebeurt om politieke redenen." Hij zei bereid te zijn zelfs naar een
gelijke behandeling te gaan. "Maar dan moeten de gebouwen ook eigendom
worden van de gemeenschap. Nu al is een gedeelte van dat patrimonium met
gemeenschapsgeld betaald." Zijn opmerking over de vele vzw'tjes rond het
vrij onderwijs werd door een deel van het publiek begrepen als een
niet-erkenning van het vrijwilligerswerk om scholen meer middelen te geven. Hij
reageerde dat er ook bij het gemeenschapsonderwijs vrijwilligers initiatieven
opzetten om de leerlingen extra middelen te bezorgen. VanderpoortenDe minister kreeg het vooral vanuit het vrij onderwijs en van uit het publiek hard te verduren: te veel en niet goed doordachte wijzigingen, te late omzendbrieven, te weinig vertrouwen in lesgevers ... Weyns verdedigde haar. "De minister heeft zeker goede dingen gedaan. De onrust is omdat bij de start van de rondetafelconferentie alles op de helling is gezet. Men vergeet echter de vele dingen die goed zijn." De Gucht zei verwonderd te zijn over de kritiek op een minister die, uit eigen ervaring, de onderwijswereld goed kent. "Eigenlijk is ze niet hard genoeg en te begrijpend, en daar wordt van geprofiteerd. Haar voorganger Van Den Bossche zei vlugger wat zijn standpunt was en de vakbonden hielden zich daar aan." ZedenleerHet Berlare-decreet over de voorwaarden om een school van een ander net over te nemen, kwam uiteraard ook aan bod. Dat decreet is volgens de wandelgangen van het Vlaamse parlement ingediend om in Overmere te verplichten verder zedenleer te geven na de overname van de gemeenteschool door een vrije school. De Gucht stelde dat het niet opgaat dat door scholen over te nemen de filosofische vrijheid wordt beknot. "Bovendien", vpegde hij er aan toe "is door dit decreet de overnametrend sterk afgenomen. Dat dreigde immers tot heel wat spanning te leiden." De Waele zei wel dat er meer overnamen zijn van vrije scholen door gemeentescholen dan omgekeerd. Op de vraag van Cooreman of daar dan ook katholieke-godsdienstonderwijs mogelijk is, antwoordde De Gucht dat het pluralisme in gemeenschapsscholen dat garandeert. Een groter probleem waarover overleg moet komen is of andere godsdiensten meer aan bod moeten komen. Hij vond alvast van wel: "Het gevaar is anders dat kinderen naar moslimscholen worden gedreven." Zuster Monica stelde dat de huidige schoolprogramma's in het vrij onderwijs ruimte laten voor kennis van andere godsdiensten. (Waarom dan zoveel verzet tegen zedenleer ? nkb) SamengaanZowel Weyns als zuster Monica gaven nog aan dat de scholengroepen goed werk leveren. Weyns voegde er aan toe dat nog meer inspanningen nodig zijn om elkaar beter te leren kennen. De zuster gaf voorbeelden van samenwerking over de netten heen in Gent. Onze conclusieAls men alles wat van op afstand bekijkt, kan men stellen dat het hele debat vooral om macht en geld gaat, waarbij wel wordt geschermd met opleidingsprojecten die verschillend zouden zijn. Alsof er hier erkende scholen en leraars zouden zijn die kinderen een verkeerde opvoeding willen geven. Verschillen tussen scholen hangen niet zo zeer af van de filosofische achtergrond, maar van de sfeer die het beleid en het onderwijzend personeel kunnen creëren. De overheid heeft als taak om te garanderen dat elk kind, zonder onderscheid van etnie of filosofische achtergrond, de kans krijgt om de eigen kwaliteiten te ontwikkelen en zich, zeker wat kennis betreft, goed voorbereid in de wereld van de volwassenen te integreren. Een vergelijking met de bibliotheken van vroeger kan worden gemaakt. Tot zo'n dertig jaar geleden trachtte iedere zuil in elke gemeente een eigen bibliotheek te hebben, met nadruk op boeken over de eigen filosofie. Toen dat financieel en door het dalend aantal vrijwilligers niet meer haalbaar bleek, was er de hele beweging om overal gemeentelijke bibliotheken op te richten, die de bestaande bibliotheken overnamen. Dat zou de bibliotheek meer kansen geven, werd gezegd, en is ook gebleken. Is een zelfde evolutie niet mogelijk voor het onderwijs ? Nico Keppens
Reageren mag ! |
De activiteitenkalenders: (ook socio-cult.verenigingen)
vergelijk met beleidsplan 07-12
Meer
themanieuws
Al eens naar
adressen uit
buurgemeenten of van interessante, leerrijke En tips van de lezers.
Om eens te vergelijken ...
Deze site steunt het Roemeense dorpje Vîrtop, maar heeft ook oog voor andere acties voor ergens in de wereld.
|
Deze pagina is het
laatst gewijzigd (of door ons geopend) op
02/08/09.
|