Een variatie van erwten

Nog maar even het artikeltje over erwten van enkele jaren terug boven halen. Bij dit mooie weer is het mogelijk om erwten te zaaien, als de grond tenminste voldoende droog is. In de praktijk betekent dit de lichtere, zandigere grondsoorten.
Erwten zijn typische voorjaarsgroenten en groeien het best in het koele voorjaar. 's Zomers groeien de erwten niet meer zo goed, is de vruchtzetting minder en is de kans op massale luisinfecties groot. Vanaf februari tot en met april is de ideale periode om te starten met erwten.
Als je denkt aan erwten verbouwen in je groentetuin dan denk je misschien ook aan urenlang erwten doppen. Maar je kan ook erwten telen zonder die voor sommigen vervelende dopkarwei. Er zijn erwten die je kan gebruiken met de peul erbij, een beetje zoals bonen.
Veel liefhebbers zaaien die "peulen" eind januari of begin februari in potjes om dan einde februari of begin maart uit te planten. Zo ben je zeker van een goede opkomst en ben je ook extra vroeg.
Een overzicht.
Lees hier verder

Aardappelen voorkiemen

Voorkiemen is belangrijk bij de vroege teelt van aardappelen om een voorsprong op te bouwen. Een drietal weken voor het planten wordt het pootgoed opengelegd in bakjes in een plaats met veel licht, bij een temperatuur van 10°C. Dit om de ogen te doen uitlopen en scheuten te vormen die kort en stevig zijn.
Om de kieming sneller en gelijkmatiger te laten verlopen kan u het pootgoed bij 18°C en bij veel licht plaatsen. Doe dit alleen als het pootgoed nog geen uitgelopen ogen heeft. Als de ogen uitgelopen zijn worden ze afgehard, door ze terug bij een temperatuur van 6-10°C te plaatsen. Dit kan ook buiten, op een droge plaats. Bij nachtvorst terug binnen zetten.
Het is belangrijk dat de kiemen mooi groen zijn en niet te lang. Dit betekent dus voldoende licht en voldoende afharden.
Uit: Groente- en Fruit Encyclopedie (© Alle rechten voorbehouden)

Met één proef zestig ziekten opsporen

Tuinders kunnen voortaan met één proef alle mogelijke ziektes in hun planten of in hun cultuurgrond opsporen binnen 24 uur.
De DNA-multiscan(®) bestaat uit een biochip, waarop het erfelijk materiaal is geënt van de 60 meest voorkomende ziekteverwekkers van planten. Het gaat zowel om schimmels, bacteriën, nematoden of aaltjes en virussen. Dat membraan wordt in contact gebracht met een staal van een gewas, van grond, van zaden, van water of van een materiaal dat men wil onderzoeken op plantenziekten.
Een correcte identificatie van de pathogene kiemen kan de start zijn van een gerichte gewasbescherming. Vooral de snelheid waarmee pathogene kiemen via die chip kunnen worden opgespoord, is baanbrekend.
Lees het volledig artikel op
VILT
Meer over deze techniek in de praktijk leest u op de website van www.denhaan.nl