gisteren dag 105 woensdag 25 juli 2001 morgen
Vertrek te Capestang (dept. Hérault) Aankomst te Laure-Minervois (dept. Aude) Overnachting: tent op terrein gemeente
Maximumsnelheid: 47 km/u Gemiddelde snelheid: 13,8 km/u Dagafstand: 55,39 km Duur etappe: 4:01u Totale afstand: 6079,6 km

Feestdag van de Heilige Jakobus de Meerdere

Sint-Jakob, of Santiago zoals de Spanjaarden hem noemen, was – zoals iedereen weet – één van de belangrijkste van de twaalf apostelen die Jezus rond zich had verzameld. Samen met Petrus en Johannes (de evangelist) was hij de enige getuige van de gedaanteverwisseling van Christus op de Taborberg. Overigens waren hij en Johannes broers; hun vader heette Zebedeus.

Na de dood en de verrijzenis van de Zoon, en bezield door de Geest Gods, zwermden de apostelen uit over de toenmalig bekende wereld. Zo ging bvb. Thomas (je weet wel: de “ongelovige”) prediken in India. De evangelist Marcus, die mogelijk nog persoonlijk Jezus had gekend, zou naar Oost-Afrika vertrokken zijn waar hij de Koptische Kerk had gesticht. Petrus ging naar Rome, en dat deed ook Paulus, die – omdat hij van vervolger bekeerd werd tot bezieler – soms de dertiende apostel wordt genoemd. Van deze beide weten we het meest, omdat Lucas als vervolg op zijn evangelie het boek Handelingen der Apostelen schreef, en daarin verhaalde over de prediking van Sint-Pieter en Sint-Paulus: twee zwaargewichten die het lang niet altijd eens waren met elkaar.

Van Jakobus wordt aangenomen dat hij naar het Iberisch Schiereiland trok, en daar de Blijde Boodschap predikte. Hij zou in het noordwesten aan land gekomen zijn, na een lange bootreis: het huidige Galicië dus, waarvan Santiago vandaag de hoofdstad is. In 44 na Christus kwamen alle apostelen weer samen te Jeruzalem t.g.v. ernstige meningsverschillen tussen enerzijds Petrus, die de Joodse Wet wilde trouw blijven, en anderzijds Paulus, die ook niet-joden wilde deelachtig maken aan Jezus’ Boodschap. Deze eerste kerkvergadering was uiteraard clandestien, want de Romeinse keizer vervolgde de christenen omdat die zijn persoon weigerden te erkennen als godheid.

Tussen twee haakjes: de Romeinen waren nogal tolerant jegens andere religies en richtten in Rome zelfs een tempel op voor alle goden: het Pantheon, van het Grieks pan (alle) en theos (god). Maar die koppigaards van christenen weigerden wel de keizer zijn goddelijke eer te betonen, en daarvan droegen ze tot scha en schande de gevolgen.

Jakobus werd van alle apostelen als eerste het slachtoffer van de vervolgingen. Datzelfde jaar nog werd hij onthoofd. Zijn gezellen zouden zijn lichaam – althans volgens een oude legende – op een bootje gelegd hebben, dat ze vervolgens de zee opstuurden: praktijken die de Vikings mogelijk ook deden met hun dode hoofdmannen. Het bootje zou op miraculeuze wijze in Noordwest-Spanje gestrand zijn, waar zijn bekeerlingen zijn lichaam begroeven en later vergaten.

Deze lezing wordt vandaag naar het rijk der fabelen verwezen. Jakobus rust waarschijnlijk te Jeruzalem, waar hij de marteldood stierf. Interessant is echter dat vanaf de negende eeuw het vermeende graf van de apostel – in Galicië dus – uitgroeit tot een centrum waar pelgrims uit alle hoeken van de christenheid samenstromen. Velen uit religiositeit, anderen om boete te doen, nog anderen als alternatieve straf voor begane misdaden.

Eind tiende eeuw wordt het oord met de grond gelijk gemaakt door de Moren die bijna heel Spanje, ja zelfs een deel van Frankrijk, pogen te islamiseren. Al spoedig roeren de autochtonen zich, o.m. onder impuls van El Cid in Castillië. Ook Galicië blijft niet lang onder Moors bewind. Sommigen menen zelfs dat Sint-Jakob in eigen persoon meestrijdt tegen de muzelmannen. Zo komt hij aan zijn wat lugubere bijnaam Matamoros: Morendoder.

Vanaf dan wordt hij het voorwerp van een hartstochtelijke verering. Santiago groeit al snel uit tot één van de drie grootste christelijke bedevaartsplaatsen ooit, samen met Rome en Jeruzalem. Het aantal pelgrims neemt een hoge vlucht. Vele misdadigers, die er goedkoop hopen vanaf te komen doordat zij hun misdaden onder het biechtgeheim verklappen, lachen wel heel groen wanneer hun biechtvader hun een heel andere penitentie oplegt dan drie onzevaders en weesgegroetjes. Een bedevaart was in die tijd een jarenlange, levensgevaarlijke onderneming. Van diegenen die onderweg de dood vonden werd aangenomen dat zij hun verdiende loon van Godswege hadden ontvangen. Anderen poogden in den vreemde met een schone lei een nieuw leven te beginnen. De weinigen die terugkeerden waren zodanig gelouterd dat zij opnieuw een bruikbaar element werden voor de maatschappij. Zelfs vandaag nog krijgen jongeren met problemen soms de kans om met zichzelf in het reine te komen, op weg naar Santiago: bewijs dat die middeleeuwers heel schrander waren!

Onder het hoofdaltaar van de Compostelaanse kathedraal ligt inderdaad een gebeente. Ik heb me ooit laten vertellen dat onderzoek uitwees dat dit skelet enkele eeuwen ouder zou zijn dan het christendom. Mogelijk gaat het om een heidens heiligdom, waarover later een christelijk sausje werd gegoten, iets wat ook op honderden andere (vaak niet minder) belangrijke plaatsen gebeurde in heel Europa.

Sommige buitengewoon chauvinistische Fransen blijven hardnekkig volhouden, tot op heden, dat de broer van Sint-Jan in de basiliek van Saint-Sernin te Toulouse rust. Mij een zorg. Wat me in 1996 zo ontroerde, niet alleen in Santiago, of in Toulouse (waar ik veiligheidshalve passeerde, je kan nooit weten…), dat was de wetenschap deel te nemen aan – of zelfs deel te zíjn van – een eeuwenoude traditie, mogelijk ouder dan de christenheid zelve. De Camino, de Jakobsweg, is door de eeuwen het toneel geweest van uitwisseling van cultuur, omdat lui uit verschillende landen en streken er elkaar ontmoetten en van elkaar leerden.

En dat geldt ook voor mijn reis van 1996, en voor mijn reis op dit eigenste ogenblik. Je begrijpt nu dus waarom ik nog lang niet aan het eind van mijn Latijn ben. Elke dag begin ik even enthousiast en eindig ik in bijna kinderlijke blijdschap.

Tot slot: een fijne, gelukkige verjaardag, mama. Heb maar een moeder wier verjaardag samenvalt met het feest van onze vriend en beschermer Jakobus!

Home Top Gisteren Morgen Zelfde datum 1996