Het Belgisch
militair luchttransport, |
Wanneer de Krijgsmacht in het algemeen en de
Luchtcomponent in het bijzonder in de kijker komt te staan dan gebeurt dit
nogal vaak via het Belgisch militair luchttransport. De mannen en vrouwen die
voor enkele maanden naar het buitenland vertrekken voor een militaire of
humanitaire opdracht maken veelal gebruik van de vliegtuigen en dienstverlening
van de 15de Wing Luchttransport. Dit is evenzeer het geval bij hun terugkeer.
Dit is dan vaak het schaarse moment waarop de media te Melsbroek present zijn om verslag uit
te brengen over de inzet van onze militairen. Het vertrek van militaire
transportvliegtuigen, die onmiddellijk hulp bieden bij natuurrampen of humanitaire catastrofes
ergens op onze wereldbol, geniet veelal van een soortgelijke belangstelling.
De verplaatsingen van de regeringsverantwoordelijken naar het buitenland
gebeuren ook meestal aan boord van de vaak speciaal uitgeruste
passagiersvliegtuigen van de 15de Wing. Tevens maken ook diverse personaliteiten en de
Koninklijke Familie gebruik van deze toestellen. Dit gespecialiseerd
passagiersvervoer is als het ware het handelsmerk, dat alles wat vliegt binnen
de Krijgsmacht een naam en faam bezorgt. Dit is immers vaak het enige contact
van de politieke dignitarissen en hoogwaardigheidsbekleders met wat men voorheen
de Luchtmacht noemde.
De 15de Wing samen met de helikopters van Koksijde
van het 40ste Smaldeel zijn zowat de enige eenheden van de Luchtcomponent wiens
opdrachten in vredestijd in grote mate overeenstemmen met de taken die van hen
verwacht worden tijdens een crisis of in oorlogstijd. Dit heeft een verhoogde
staat van paraatheid tot gevolg. Voor de uitgebreide waaier van opdrachten
voldoende getrainde en gekwalificeerde bemanningen beschikbaar hebben samen met
de nodige technische en logistieke ondersteuning is en blijft een uiterst
moeilijke opgave. Een deel van de luchtvloot mag dan al wel gemoderniseerd zijn.
Toch blijft het aantal beschikbare C-130H zorgen baren, niet alleen omdat de
vloot tot 10 exemplaren is gereduceerd maar ook omdat het intensief gebruik en
de verdere modernisering dit werkpaard nogal vaak in de onderhoudsloodsen zal
zien verdwijnen. Structurele vernieuwingen verlengen weliswaar de levensduur van
de Herc, maar het zal een titanenwerk worden om het toestel tot in 2018 (wanneer
de ingebruikname van zijn opvolger de A 400M wordt aangekondigd) aan het
huidige werkritme veilig te blijven inzetten.
Maar laten we echter ook oog hebben voor de sleutelpositie die het tactisch
luchttransport blijft opeisen, waarbij vooral mobiliteit en flexibiliteit de twee
basisvereisten zijn die de nieuwe internationale veiligheidssituatie
kenmerken. Vaak wordt men in deze context geconfronteerd met een korte waarschuwingstijd met
bijgevolg minimale voorbereiding behalve dan voor
opdrachten in internationaal verband, waarbij de moeilijke politieke besluitvorming toch wel eens voor
enig respijt kan zorgen. Deze extra voorbereidingstijd is van harte welkom. De
bestemmingen zijn ver afgelegen, de opdracht wordt meer en meer samen met
NAVO-collega's voor een lange periode uitgevoerd en de zendingen zelf vergen
bijzonder veel professionalisme. De erg rudimentaire landingszones die er worden
aangevlogen, de klimatologische verrassingen en het toch wel vijandig
vliegmilieu, zijn niet echt alledaags.
Bijzondere aandacht verdient toch wel de aëromobiliteit van onze Krijgsmacht,
die in feite enkel terug te vinden is in het onafscheidelijk duo van de Brigade
Para-Commando en de 15de Wing. Bij herhaling hebben beiden in het verleden
bewezen de moeilijkste opdrachten tot een goed einde te kunnen brengen. Waar het
tot voor enkele jaren nog mogelijk bleek ook de helikopter te kunnen toevoegen
aan onze aëromobiliteit, blijkt deze moderne operationele behoefte in België een
utopie te blijven. Dit betekent bijgevolg dat de para's en de Hercs de enigen
zijn, die tijdens luchtvervoerbare en/of luchtlandingsoperaties snel ter hulp
kunnen snellen, om ondersteund door de capaciteiten van onze F-16's ergens op onze
wereldbol een explosieve toestand te stabiliseren en personen te evacueren.
Vanaf het ogenblik dat de eerste C-130H neerstreek in Melsbroek op 25 juli 1972
tot op heden is de Herc zowat het boegbeeld geworden van de 15de Wing
Luchttransport en vormt een belangrijke bouwsteen van de reputatie van onze
Luchtmacht zowel in binnen- als in buitenland. De zomer van 1973 opende in de Sahel een benijdenswaardig palmares van humanitaire interventies en
reddingsoperaties, waarbij een unieke ervaring werd opgebouwd vooral op
Afrikaanse bodem. De opdrachten blijven nog steeds zeer complex en veeleisend
voor mens en machine. De "Alles-kan-Airlines" en haar bemanningen en
ondersteunend personeel verdienen terecht waardering voor het vervoer van gelijk
wat, gelijk wanneer, gelijk waar naar toe.
MONUC en Red Flag Alaska vanuit onze C-130.
10 jaar Airbus in
de 15de Wing.
10 ans d'Airbus au 15
Wing.
De
15de Wing is luchttransport op volle toeren.
Prijs "Challenge Etienne Dufossez" 2006 naar C-130 bemanning.
Operation Lifeline
Sudan, in 1995.
Operation Lifeline
au Soudan 1995.
De eerste Belgische C-130H landt in Melsbroek, 35 jaar geleden.