gisteren dag 120 donderdag 9 oogst 2001 morgen
Vertrek te Corbalán (Teruel - Aragón) Aankomst te Santo Domingo de Moya (Cuenca - La Mancha) Overnachting: tent net buiten dorp
Maximumsnelheid: 59 km/u Gemiddelde snelheid: 13,9 km/u Dagafstand: 82,32 km Duur etappe: 5:56u Totale afstand: 6948,8 km

Ik dacht dat ík gek was

In alle vroegte bol ik de rustige straatjes van Teruel in. Deze stad verstopt zich, je ontwaart ze op het ogenblik dat je er binnenrijdt. De hoofdstad van de meest zuidelijke provincie van Aragón vertoont iets meer Moorse trekjes dan ik gewend ben van in 1996 in Noord-Castillië. Verscheidene klokkentorens in mudejarstijl verheffen zich boven de huizen; die van de San Martinkerk vind ik de allermooiste. Het zonlicht gooit echter roet in het eten, want vanaf geen enkel punt slaag ik erin de toren correct in het vizier te krijgen zonder dat de lichtmeter in het rood slaat. Ja, mijn compact-zoom machientje is licht, handig doch beperkt. Niet getreurd, want Teruel is slechts een klein voorsmaakje van wat me in het zuiden wacht.

Ik verlaat de stad met een paar mooie herinneringen en een extra rolletje toiletpapier. (De verklaring voor dit toiletpapier lees je in het stukje van 9 juli.) De weg volgt een rivier, de Turia, stroomafwaarts. Hoewel hij lichtjes daalt speelt de tegenwind me stevig parten.

Een andere, redelijk zwaarbeladen fietser komt me tegemoet: Günther is Duitser, beeldhouwt maar verkoopt niet. Hij leeft van de bijstand en zwerft Europa rond op een rijwiel dat hij zelf heeft samengesteld uit allerlei onderdelen die hij her en der gevonden heeft. Zijn buitenbanden hebben hun beste tijd gehad. Daarom rijdt hij regelmatig lek, zonder het zich aan te trekken. En ik die dacht dat ik gek was: de tweewieler van die Duitser is volstrekt niet aangepast aan lange reizen. Günther denkt precies hetzelfde over onze ontmoeting: “Ik dacht dat ik gek was door zes weken op reis te gaan, en jij doet er meer dan zes máánd over!”

Mijn gesprekspartner is niet zo gelukkig, verloor zijn vertrouwen in “de mensen”, werd misantroop. Ik vat hem mijn stukje van 19 juli samen en vraag hem:

En Günther flatteert me op een wijze die me bijzonder gelukkig stemt. Het zou van valse bescheidenheid getuigen jullie dit compliment te onthouden:

Doorheen de enclave Rincon de Ademuz, die deel uitmaakt van de landstreek van Valencia, beland ik in de deelstaat Castilla la Mancha, meer bepaald in de provincie Cuenca. Pas tegen halftien vind ik een dorpje in dit lege land. Mét gastvrije bewoners, zoals overal in dit “rudimentaire” Spanje.

Home Top Gisteren Morgen Zelfde datum 1996