gisteren dag 112 woensdag 1 oogst 2001 morgen
Vertrek te Lourdes (dept. Hautes-Pyrénées) Aankomst op de Col du Soulor (dept. Hautes-Pyrénées) Overnachting: gîte d'étape
Maximumsnelheid: 38 km/u Gemiddelde snelheid: 9,5 km/u Dagafstand: 32,22 km Duur etappe: 3:24u Totale afstand: 6416,8 km

Ouderdomsrimpeltjes

Binnenkort word ik 36, op de achttiende van deze maand, meer bepaald. Ik herinner me mijn achttiende verjaardag nog, toen ik in het rijexamencentrum een afspraak maakte voor de theoretische proef voor mijn tweelingzus en mezelf.

Sindsdien is mijn uiterlijk enigszins gewijzigd. Zo verhuisde het haar op mijn voorhoofd naar mijn kin, kaken en lippen. Sedert een paar jaar verschijnen er wat rimpeltjes. Al bij al zie ik er redelijk normaal uit voor iemand van 36.

De vuurbol, waarrond een dun schilletje vaste materie zit, noemen we soms poëtisch Moeder Aarde. Als een huid bedekt de aardkorst de gloeiende ingewanden van de planeet. Deze eerbiedwaardige dame schijnt nu – althans volgens de kosmologen – met haar vier miljard jaar op middelbare leeftijd.

Vier miljard jaar!!! Voldoende reden om rimpels te krijgen. T.g.v. hevige stromingen in het hete binnenste van de aardbol verschuift ook de buitenkant mee. Dat gaat zeer, zeer langzaam: wetenschappers rekenen al gauw met een miljoen jaar ineens. Het zwarte continent bvb. komt langzaam naar het noorden, naar ons Europa toe, tegen een snelheid van een paar centimeter per jaar. Zo wordt de Middellandse Zee kleiner. De Zuideuropese schiereilanden worden tegen de centrale landmassa gedrukt. De Balkan en Italië stuwen zo de Alpen omhoog, terwijl het Iberisch Schiereiland de Pyreneeën doet groeien.

Vandaag maak ik eens te meer kennis met wat ik het mooiste gebergte van Europa noem: dit ouderdomsrimpeltje op de huid van onze Moeder Aarde is wild, woest, soms levensgevaarlijk. De weersomstandigheden zijn er ronduit grillig. Gewone dagjesmensen wagen zich niet te ver van de wegen en de grote parkings. Alleen dappere trekkers, met respect voor flora en fauna, voelen zich thuis op de steile hellingen. Dit ouderdomsrimpeltje is een droom voor fietsers die tijd hebben, niet gehaast zijn, én zich sterk weten.

Gisteren, na onze wandeling bekloeg een Zwitser zich tegen Jean-Pierre.

Arme man. Waarom gooit hij dan niet in zijn Alpen met sneeuwballen? Hou het massatoerisme in godsnaam weg uit deze nog tamelijk ongerepte Pyreneeën. Deze bergen blijven beter het terrein van wie zich in stilte en in verbondenheid met de natuur even uit onze dolgedraaide samenleving wil terugtrekken.

Een relatief klein rimpeltje op Moeder Aarde’s huid. Maar ik krijg het hard te verduren. Vanuit Lourdes tot Argelès-Gazost loopt een spiegelvlakke oude spoorlijn, vandaag geasfalteerd. Dan de eerste klim naar Arrens, van 500 naar 900 meter. Deze klim verteer ik redelijk goed, ondanks de hitte. Raar maar waar, hoe hoger ik stijg, hoe heter het wordt. De hoge temperatuur werkt me meer tegen dan de bijwijlen stevige hellingen. Op de Col du Soulor vind ik onderdak in een sympathieke gîte, want zelfs hier, op 1470 meter drukt de warmte je a.h.w. tegen de grond. Tja, onzinnig om onder dergelijke omstandigheden de Aubisque aan te vallen. Zelfs de koeien en de schapen, een paar honderd meter boven ons, bewegen niet meer.

Een klein rimpeltje op de huid van deze vier miljard jaar oude dame, maar ik schaam me niet toe te geven dat ik vandaag aan het eind van mijn Latijn ben, fysiek tenminste. Want toch heb ik met volle teugen genoten van dit spectaculaire reliëf met zijn ontstellend mooie, bloedstollende vergezichten. Lui met hoogtevrees raad ik aan niet te lang te (ver-)blijven, hier.

Maar al te levendig herinner ik me de zware tocht in 1996 over de Col du Marie Blanque, en ’s anderendaags de rustige klim over de Col de Somport. Vol verlangen kijk ik uit naar morgen. Slechts een paar honderd meter tot aan de pas zelf, daarna de bijna loodrechte wand van de wilde, angstaanjagende Cirque du Litor, en tenslotte een stevige kuitenbijter van vijf kilometer tot op dé legende van de Pyreneeën, waar zoveel renners in de Tour zich de ziel uit het lijf peddelden. De Aubisque, hij is zwaar, zelfs van deze minst zware zijde. Maar ik vrees hem niet.

En na de steile afdaling een rustige, lange klim, om via de Col du Pourtalet Spanje binnen te rijden. Zou dit voorlopig mijn laatste avond in Frankrijk zijn?

Home Top Gisteren Morgen Zelfde datum 1996