gisteren dag 45 woensdag 19 juni 1996 morgen
Vertrek te Burgos (Castillië en León) Aankomst te Sambol (Burgos - Castillië en León) Overnachting: refuge
Maximumsnelheid: 29,6 km/u Gemiddelde snelheid: 11,2 km/u Dagafstand: 26 km Duur etappe: 2:20u Totale afstand: 2530 km

Kennismaking met het plaatsje Sambol

Gisteren nog enkele Nederlands- Limburgers ontmoet tijdens en na mijn bezoek aan de kathedraal. Ze vragen me een kaartje te sturen vanuit Santiago. Plezierig omdat ik met deze mensen mijn eigen dialect kon spreken.

Deze ochtend bezoek ik dan de stad met Jeannine, een Française die nog naar de mis wilde gaan. Zij woont in de buurt van Taizé en vraagt me haar op te zoeken mocht ik terug naar Taizé gaan.

Na het middagmaal, samen met Jeannine, en een korte siësta (niet samen) verlaat ik Burgos. Omdat de voetwegen op vele plaatsen ook met de fiets berijdbaar zijn, volg ik de Camino en hou halt in Hornillos del Camino, waar ik koude tomaat met brood eet en een praatje maak met de aanwezige pelgrims. Sommigen ken ik al een paar dagen, en nu mijn Spaans al wat beter wordt, lukt het me wel met zowat iedereen te converseren. Op weg naar Compostela ben je nooit eenzaam. Soms wel alleen, maar juist dat bevalt me geweldig.

Verder over kleine veldwegels lijkt mijn zwaar beladen stalen ros wel een zware motorfiets. Sommigen schijnen maar niet te begrijpen hoe ik bergop kan rijden terwijl de meeste fietsers moeten afstijgen - zelfs diegenen die minder zwaar geladen zijn. Ik versta van mijn kant niet hoe zij zulke makkelijke hellinkjes niet kunnen overwinnen. Ben ik dan echt zo sterk? Of word ik geholpen door Iets wat ik nauwelijks durf neer te schrijven, uit schroom of uit respect? Ik hou er een bijnaam aan over bij de anderen: El Camion.

Hoe dan ook, midden in het veld staat een eenzaam gebouwtje, dat bewoond wordt door Luis, die het ganse jaar door zijn refuge openhoudt: Arroyo de San Bol. Er komen hier niet heel veel pelgrims, de meesten gaan door naar het volgende dorpje. Primitief is het wel, maar de gastvrijheid waarmee ik - deze avond de enige gast - hier word ontvangen doet me besluiten hier te blijven, midden in het veld, ver van de grotere wegen. Hier hoor je niets anders dan het gezang van vogels, speciaal het gekwetter van zwaluwen.

Dat je eenvoudig op een matras ligt, buiten naar het toilet gaat, en je alleen in de bron kan wassen, dat neem je er des te liever bij, temeer omdat Luis geen sluitingsuur kent.

Wanneer je hier ook aankomt, ‘s morgens, ‘s middags, ‘s avonds of ‘s nachts, altijd staat zijn deur open. Je gaat slapen en je staat op wanneer je wil.

Luis verbleef enkele jaren in Brussel en spreekt vrij goed Frans, maar toch vraag ik hem Spaans te spreken: typische Vlaamse eigenschap, weet hij, en ik ga uiteraard akkoord.

Sandrine (uit Lourdes) en haar vriendin Patricia kent hij ook, en ik zal ze dus zijn groeten doen.

Home Top Gisteren Morgen Zelfde datum 2001