Heenreis - deel 2

 

Nadat we de overzetboot bij Vác hadden genomen, kwamen wij voor het eerst (Budapest niet meegerekend) aan de oostelijke kant van de Donau. We hadden in een toeristische gids gelezen dat er een mooi kasteel te zien was in Gödöllö en reden daar dus heen. Het was een hele rit zuidwaarts en dus waren we blij dat het inderdaad een mooi kasteel was. Minder enthousiast waren wij over het feit dat het uitgerekend die dag sluitingsdag was.

 

Voorkant van het Grassalkovich kasteel.

 

Het Grassalkovich kasteel werd in de 18de eeuw gebouwd in Hongaars-barokke stijl. Vanaf 1867 logeerde het Oostenrijkse koningspaar, keizer Frans Jozef en zijn vrouw koningin Elisabeth (Sissi) hier graag.

Na de tweede wereldoorlog kreeg het kasteel een geheel andere bestemming. Het werd een kazerne voor Russische soldaten. Dit bleef zo tot na de val van het communisme. Hoe het er toen uitzag is op de foto hieronder te zien aan de linkerkant. Het middelste deel werd gerestaureerd en is nu te bezoeken, met de inkomsten restaureert men steeds weer nieuw delen.

 

Aan de linkerzijde het kasteel zoals het er uitzag als Russische kazerne, rechts een reeds gerestaureerd deel.

 

Dezelfde dag reden wij ook nog naar Hollókö, een heel eind noordelijker. Dit is een erg oud dorp dat op de lijst staat der werelderfenissen van de Unesco. Het bestaat uit 65 huizen en een wit kerkje. De straatjes hebben een middeleeuwse structuur en zijn al sedert het begin van deze eeuw niet meer veranderd. Helaas viel het weer enorm tegen en dus leverde het geen mooie foto's op.

We reden dan maar verder naar een camping in het Mátra-gebergte. 's Nachts was er een enorm onweer. Ons tentje spoelde bijna weg en de donder en Terry hielden ons de hele nacht wakker. Niet voor herhaling vatbaar.

De volgende morgen waren we al blij dat we nog leefden, en bleven geen moment langer op deze camping. Niet dat het de schuld was van de eigenaars, maar we hadden er mooi genoeg van.

We reden verder doorheen het Mátra-gebergte en in Parád bezocht Ann een paardenmuseum. Honden waren er niet welkom dus Toby en Terry wachtten buiten bij Stefan.

Ons reisdoel die dag was Eger. We kampeerden er net buiten de stad. Het weer was ondertussen weer aangenaam zonnig geworden.

Op het naar István Dobó genoemde plein bezochten wij de Minorietenkerk. Dit is één van de mooiste barokke kerken van ons continent. Het interieur op zich is al een monument. 

 

De minorietenkerk met links een standbeeld van István Dobó.   Het prachtige interieur van de minorietenkerk.

 

In Eger staat ook een minaret. Deze behoorde tot een Turkse moskee uit het begin van de 17de eeuw. De moskee werd in 1841 afgebroken. De toren kan beklommen worden, maar is niet erg geschikt voor mensen met hoogtevrees of claustrofobie. Vanaf het moment dat je de toren in gaat, tot het moment dat je er boven uit komt loop je tussen de centrale zuil en een muur. De breedte is ongeveer 60 cm. Vlak boven je hoofd zitten de stenen van de treden boven je. Er brand slechts af en toe een lamp en vensters zijn er niet.

 

Deze minaret is een overblijfsel van een Turkse moskee uit de 17de eeuw.   Niet voor claustrofoben!

 

De volgende dag trokken wij verder richting Tokaj. Dit deden wij met de nodige omwegen. Zo reden wij eerst naar Szilvásvárad, waar wij eens gingen kijken naar de bekende sluierwaterval. Deze ligt hoog op een berg, maar er was een treintje om je de klim te besparen. De waterval was erg mooi en ook de weg terug, die wij te voet aflegden, was zeer de moeite waard. We liepen door een prachtig bos met hier en daar nog een meertje en een watervalletje.

 

Het bos van Szilvásvárad.   De sluierwaterval.

 

Doorheen het Bükk gebergte reden wij naar Aggtelek aan de noordelijke grens van Hongarije. Daar is de Baradla grot te bezoeken, de grootste grot van Europa. Het deel in Hongarije is 17 km lang, met onderaardse beekjes, rotshallen en overal verbazingwekkende, enorme druipstenen. In 1979 werd de grot tot bioreservaat verklaard. Honden waren weer eens niet toegelaten, dus Ann bezocht de grot terwijl Toby en Terry samen met Stefan op het aanwezige toeristenmarktje gingen kuieren.

De foto hieronder werd genomen in het noorden van Hongarije, in de buurt van Aggtelek.

 

Dorpje in de buurt van Aggtelek, in het noorden van Hongarije.

 

Dezelfde avond kwamen wij aan in Tokaj. We vonden er een kamping aan de Tisza, de tweede grote rivier in Hongarije, naast de Donau. We stonden er met onze tent vlak naast. Het was de bedoeling dat we de dag erna Tokaj gingen bezoeken, maar de regen 's nachts en de volgende dag deed ons onze plannen wijzigen. Het was trouwens een of andere feestdag en dus was er niets open in de stad.

 

Uitgeregend naast de Tisza.

 

Dan maar meteen naar Debrecen, ons eigenlijke reisdoel... Lees meer hierover op deze pagina.

  


Home   De heenreis (1)   Ons verblijf in Debrecen   De terugreis