De Duitse schlager in Nederland en België

VICO TORRIANI

°21.9.1920 - +25.2.1998
Deze Zwitserse schlagerzanger, van Noorditaliaanse origine, uit de jaren '50 werd als Victor Oxens in het Franstalige Genève geboren en groeide op in het skioord St. Moritz, waar men  retoromaans, een soort Italiaans, spreekt. Hij kwam er in de horeca terecht . Als kind trad hij samen met zijn vader op. In 1946 won hij een zangcrochet in het Duitstalige Zürich, wat het begin betekende van een succesrijke solocarriere. Hoeft het nog gezegd, dat Vico later zowel  Duits- als Franstalige hits zou scoren.
Aanvankelijk zong hij uitlsuitend volksliederen en vanaf 1947 bracht hij in Zwitserland  zijn eerste fonoplaten uit.. « Addio Donna Grazia » uit 1951 was zijn eerste succes in het Duitse taalgebied. Vanaf 1952 trad hij in verschillende muzikale films op, waarvan « Gitarren der Liebe » uit  1954 de bekendste is.. In die film zingt hij o.a. « Cuccolino », een hit, waarmee hij in 1955 ook in de Lage Landen scoorde. Het onderwerp van dit lied is een vogel, die mooi kan zingen … Anno 2002 kunnen wij ons nog moeilijk voorstellen, dat je daarmee een hit kan scoren, maar we waren toen nog 1955 … Immers, in 1953 stond Vico bij ons ook al in de hitparade met « Ich kann nun mal das Jodeln nicht mehr lassen » …
Vico was al 37 toen hij met « Ananas aus Caracas » op nr. 1 in de Duitse hitparade stond. Het zou bij ons echter nog tot 1961 duren  eer hij met « Kalkutta liegt am Ganges », zijn grootste hit in de hitparade stond. Het was een nr.1 hit in Duitsland  en ook de b-kant « … sie war nicht älter als 18 Jahr » was bij ons bekend. Van het nummer bestond ook een Nederlandse versie « Parijs ligt aan de Seine », van de Nederlander Max Van Praag. « Café Oriental » kennen  wij als de Duitse vertaling van « C' est écrit dans le ciel », Bob Azzam's opvolger van « Mustapha ». 
In 1964 was de schlagercarriere van Vico over en  stortte hij zich in een nog succesrijker televisiecarriere, die haar hoogtepunt bereikte met « Der goldene Schuss ».
In de jaren '70 kwam dan, in het zog van andere sterren als Heino, zijn comeback als zanger van volksliedjes, waarvan « La pastorella » (1977) het bekendste werd.
De carriere van Vico kan je best als « veelzijdig » omschrijven. Deze polyglot met zijn zuiders charisma sprak 6 en zong in 12 talen.
In zijn laatste levensjaren leefde hij teruggetrokken  in zijn Villa Solaria in Agno, in het Zwitserse Tessino, waar hij op 25 februari 1998 overleed aan lymfekanker. Hij ligt op het Stadtfiedhof van Lugano begraven.
Uit Wikipedia leren we dat hij privé met ene Evelyne gehuwd was en 2 kinderen nalaat: Nicole en een zoon, Reto.