WAT IS LITHOGRAFIE?
ALGEMEEN
Lithografie of steendruk is een grafische vorm van vlakdruk. Men gebruikt poreuze, organische kalksteen met zeer fijne structuur en poriën waarop het beeld rechtstreeks in vetkrijt of vette inkt getekend wordt. De steen wordt gekorreld en het beeld wordt op passende wijze op de steen getekend of geschilderd, geprepareerd en later afgedrukt. Het beeld en het niet-drukkende gedeelte van de steen liggen in hetzelfde vlak en onderscheiden zich door het aantrekken en afstoten van het drukmedium. Komt deze drukvorm met een geschikt drukmedium, een inkt op oliebasis, in aanraking, dan zal de waterfilm op het niet-drukkende gedeelte de inkt afstoten en het vette beeld zal de inkt aannemen.
HERKOMST EN ONTWIKKELING
Aloïs Senefelder, afkomstig uit Praag, ontdekte ca. 1797 te München na veel experimenteren de lithografie of steendruk ( lithos is Grieks voor steen ). Hij zocht naar een goedkope manier om muziek te drukken, o.a. door in steen te etsen in plaats van het gebruikelijke graveren in koper. Senefelder vond evenwel toevallig dat een met vette inkt bewerkte kalksteen ook zonder merkbaar hoogteverschil onder bepaalde omstandigheden afdrukken leverde en ontdekte daarmee het principe van de vlakdruk. Hij zette zijn onderzoekingen voort en ontwikkelde zelf de belangrijkste vlakdrukprocédés en de nodige hulptechnieken. Senefelder beschreef de geschiedenis van zijn uitvinding en de techniek breedvoerig in zijn 'Vollständiges Lehrbuch der Steindruckerey', dat in 1818 in München verscheen.
DE STEEN
Lithografische steen is een kalksteensoort met zeer fijne structuur en poriën, bestaande uit koolzure kalk. Hij wordt gevonden in Solnhofen in Beieren(D) maar komt ook voor in de Franse Jura, Italië, Oostenrijk, Engeland en Noord-Afrika. Ook Canada exporteert goede lithografische steen. De blauwe stenen zijn het hardst en het fijnst van structuur en worden daarom voor het delicaatste werk uitgekozen. De steen moet volledig vlak zijn en wordt meestal gegreind. Is de steen reeds eerder gebruikt dan moet het oude beeld weggegreind worden (het schuren van de steen) totdat al het vet uit de steen verdwenen is.
HET TEKENMATERIAAL
Het materiaal waarmede getekend of geschilderd wordt is belangrijk en beslissend tot het bekomen van het gewenste beeld. De gebruikte materialen moeten vet bevatten en, na het aanbrengen ervan op de steen, duidelijk zichtbaar zijn om te bewerken. De hoeveelheid vet in het tekenmateriaal aanwezig is bepalend voor het bekomen van zwart en alle mogelijke grijstinten. De materialen zijn in alle mogelijke vetgehaltes en vormen in de handel verkrijgbaar. De meest gebruikte zijn: lithopotlood, lithokrijt en lithopasta. Men kan deze materialen ofwel zuiver gebruiken ofwel oplossen in water of solventen. Het is ook mogelijk om tekeningen met lithokrijt getekend of geschilderd met tuche op papier, of andere dragers, op een steen over te brengen. De drager speelt slechts een ondergeschikte rol. De tekening kan ofwel bij middel van lithokrijt op onbehandeld papier, ongestreken papier genoemd, ofwel behandeld papier, gestreken papier, overgebracht worden op steen. Het is ook mogelijk tekeningen op folie of beelden uit boeken of kranten op steen over te brengen en later te drukken.
HET PREPAREREN VAN DE STEEN
Nadat het beeld op de steen aangebracht werd, moet de steen geprepareerd worden zodat het beeld de inkt opneemt in alle toonwaarden, stabiel blijft tijdens het ininkten en drukken en zodat de niet-drukkende zone wateradsorberend is en dus de inkt, op oliebasis, afstoot. De gebruikte materialen zijn: Arabische gom en zuren, meestal salpeterzuur. Het prepareren moet nauwkeurig en professioneel geschieden, wat kennis en ondervinding eist, anders loopt de steen toe of is een deel van het beeld verdwenen of vindt men slechts enkele toonwaarden of grijswaarden van het gedrukte beeld terug. Men laat de steen, na het prepareren minimum 6 uur rusten zodat beeld en tekening chemisch en fysisch in evenwicht komen.
HET DRUKKEN VAN DE STEEN
Het drukken van de steen gebeurt op speciale lithopersen, de klassieke handpers en de omkeerpers. Na enkele voorbereidingen o.a. het uitwassen met terpentijn wordt de volledige steen met een spons bevochtigd en met de inktrol ingeïnkt. De inkt die bij vlakdruk gebruikt wordt heeft in principe dezelfde samenstelling als de andere drukinkten op oliebasis. Voor manuele vlakdruk worden korte inkten gebruikt, iets dikker dan voor hoog- en diepdruk wenselijk is. De machinale vlakdruk, die met grote snelheden werkt, heeft langere, dunnere, sneldrogende inkten nodig, zodat het papier onmiddellijk voor verdere bewerking gereed is. Men maakt enkele proefdrukken. Na elke proefdruk past men, indien nodig, de inkt en de kleur aan of verbetert men de tekening door wegnemingen of toevoegingen. Uiteindelijk wordt de steen definitief gedrukt op papier dat geschikt is voor de opdracht. De taaie, kleverige inkt vraagt om goed absorberend papier met een stevig oppervlak. Als het papier te los en te zacht is, zullen de vezels in plaats van de inkt van de drukvorm over te nemen, uit hun samenhang gerukt worden en aan de inktlaag op de drukvorm blijven kleven. Dit verschijnsel, het plukken, beschadigt de druk en verontreinigt de drukvorm.
Met dank aan Rudolf Broulim, lithograaf, voor het verschaffen van de nodige documentatie.