Rond 13u vervolg ik mijn weg. Iets buiten Castrojeriz is het
stevig klimmen om terug op het plateau te geraken en met deze hitte niet te
onderschatten. Eens boven is er wel een prachtig zicht.
De afdaling
dan richting Puente Fitero, waar er een kleine refugio is met 8 bedden in de
kapel van San Nicolas, en wie zit daar op een bank in de schaduw...de Pam.
Zij en Laura waren gisteravond in een refugio 5 km verder dan waar ik verbleef.
Laura is vandaag nog verder gegaan, Pam is liever alleen.
De man die
de refugio openhoudt is een Italiaan, Aldo en zijn helper een Spanjaard,
Antonio. Er verblijven nog 2 Duitsers en het Frans meisje komt ook nog toe.
's Avonds maakt Aldo
ons spaghetti en patatten met olijven en kaas. Dit is de 1ste refugio waar de
hospitalero ons iets klaarmaakt. En dan beginnen de verhalen.
Sophie-Marie, het Franse meisje, vertelt waarom zij naar Compostela gaat. Haar
ouders hadden reeds 10 kinderen en de dokter had gezegd dat zij geen 11de kind
meer kon krijgen. Bij hun bezoek aan Compostela heeft een priester hen daar
gezegd dat ze steeds moest blijven hopen op nog een kind als ze dat echt
willen...en zo geschiedde...Sophie-Marie werd als 11de kind geboren. Later, toen
ze 3 jaar was, waren zij betrokken in een vliegtuigongeluk en alle 3 bij de
overlevenden. Haar moeder heeft sindsdien gezegd dat dit alles te danken is aan
St.Jacques en als dank gaat zij nu te voet naar Santiago.
Aldo zijn
verhaal : hij was vroeger een vechtersbaas en bandiet, tot hij steeds droomde
van Christus, hem zeggende dat hij zijn leven moest beteren. Zijn moeder kon hem
overtuigen te voet vanuit Macerata, Italië naar Santiago te gaan. Op zijn weg kwam hij
voorbij deze St.Nicolas hermitage en dit bracht hem op het idee deze plaats te
restaureren en er een refugio van te maken.
Later op de avond zingt
hij voor ons Italiaanse liedjes.
Deze niet voorziene stopplaats is
tot nu het beste wat ik meemaak.
Morgen, we zien wel.