Belgische F16's opnieuw in Afghanistan. |
Het stond in de sterren geschreven. Als een nieuwe Belgische
regering een minister van landsverdediging zou aanduiden, dan zou die onder geen
enkel beding opnieuw uit het socialistische kamp mogen komen. Althans dat was de
stille wens van heel wat militairen. Het was tevens de onwrikbare overtuiging
van Pieter De Crem die vaak op een energieke manier tijdens zijn oppositiekuur
had te kennen gegeven dat de aanpak van defensie nu echt eens over een andere
boeg moest worden gegooid. Ere wie ere toekomst en bijgevolg neemt Pieter de
stuurknuppel over van André Flahaut om rigoureus de Belgische defensie een
drastische koersverandering op te leggen. Militairen, en zeker diegenen die al
jaren volwaardig lid zijn van de NAVO, moeten zich immers toespitsen op de
militaire taken. Opdrachten met een humanitaire uitstraling zijn weliswaar
nuttig en nodig, zijn ook niet zonder risico maar degenereren op termijn het
militair beroep. De strijdkrachten worden in een moderne krijgsmacht bijgestaan door
steuntroepen en
niet omgekeerd. Niet gouvernementele organisaties hebben de voorbije decennia
duidelijk gedemonstreerd de humanitaire opdrachten met een stijgend succes tot
een goed einde te kunnen brengen. Ze zijn trouwens niet echt een vragende partij
om op het terrein in toenemende mate met hulpverleners in uniform te moeten
samenwerken.
Vanaf begin 2008 steekt de nieuwe minister zijn voorkeuren niet onder stoelen of
banken. Na enkele verkenningen op het terrein vertaalt de koerswijziging van
Pieter De Crem zich overduidelijk in een belangrijke beslissing van de Ministerraad van 1
februari 2008. Begin
september zullen 4 F16’s en een honderdtal militairen extra naar
Afghanistan vertrekken. Ze zullen opereren vanuit Kandahar, het warme Afghaanse
Zuiden, samen met de Nederlandse luchtmacht, in het kader van de al vaak
beproefde en succesvolle formule van de European Participating Air Forces (EPAF)
Expeditionary Air Wing (EEAW).
Natuurlijk blijven de reacties niet uit.
Op aandringen van de SP.A (wie anders) en van de Groenen
wordt bij hoogdringendheid de Commissie voor de Landsverdediging (CLV) bijeen
getrommeld om de visie van de oppositie over de verhoogde deelname van België
aan de strijd in Afghanistan in de geborgenheid van het parlementair milieu
kenbaar te maken. Hun losse flodders van body bags en colateral
damage maken weinig indruk. Tijdens wat inleidend en misleidend gekrakeel
van de CLV-voorzitter - ondermeer op TV Limburg -, worden de argumenten van de
partijgenoten vluchtig herkauwd. De oppositie blijkt echt niet bekwaam om uit
een ander vaatje te tappen. De enige politieke activiteit van een Parlementaire
Commissie tijdens het krokusverlof is klaarblijkelijk een maat voor niets
geweest. Het was echt niet meer dan een weinig overtuigende mediashow.
De media zijn natuurlijk
niet mals voor de nieuwe strategie. De 'machohouding',
de risico's van een oorlog, een nieuw
ministerie van oorlog,
gedwee instemmen met de
falende Amerikaanse oorlogslogica,
het is slechts een greep uit de
kreten van verontwaardiging waarmee Pieter De Crem wordt belaagd. Toch tracht
Het Belang van Limburg in zijn commentaarstuk onder de titel "Gevolgen aanvaarden" de
criticasters de mond te snoeren. "Geen enkele militaire operatie is zonder
risico's. Ook vredesoperaties zijn dat niet. ... Maar de vragen moeten wel in
NAVO-verband gesteld worden. Willen we ze toch alleen stellen, dan hebben we
geen plaats in de NAVO. Dan hebben we géén verplichtingen meer, maar ook geen
recht meer op solidariteit. We moeten weten wat we willen, keuzes maken en daar
de gevolgen van dragen. Ook nadat men in de oppositie is verzeild."
In de maanden die volgen is de lont in het Afghaans kruitvat blijkbaar even gedoofd.
Na een bezoek aan zijn Amerikaanse collega Robert Gates begin juni, waarbij de
ontplooiing van 4 Belgische F16's ongetwijfeld ter sprake komt, heeft het groen
rode thuisfront blijkbaar toch nieuwe munitie verzameld om nogmaals van leer te
trekken tegen Pieter De Crem en zijn offensieve plannen. Ze willen de gemengde
commissie voor de Landsverdediging en Buitenlandse Zaken bijeentrommelen. Pieter
De Crem zal echter tijdens de hoorzitting niet aanwezig zijn. Hij gaat in
gezelschap van de militaire NAVO bevelhebber op voorbezoek in Kandahar. Tijdens
de hoorzitting bestijgen zelfs enkele gerenommeerde experts het
spreekgestoelte. De Nederlandse oorlogscorrespondent Arnold Karskens, blijkbaar
een rode vrijbuiter, zou onze SP.A maar eens de nodige ruggensteun moeten
verschaffen in hun kruistocht tegen de snode plannen. Zijn vaak tendentieuze
toelichting over de militaire operaties in Afghanistan en zeker over de inzet
van F16’s maakt niet echt veel indruk. Spijtig dat men geen andere en meer
objectieve bel wil horen luiden en waarom niet van eigen bodem. Twee
verslaggeefsters van de Standaard verblijven immers al een week samen met de
Nederlandse militairen in het zuiden van Afghanistan en brengen dagelijks in
woord en beeld een zeer verrijkend en objectief relaas van het militaire
gebeuren. Hun toelichting op Radio 1 enkele dagen later klinkt immers wat
geloofwaardiger dan de prietpraat in het Parlement enkele dagen eerder.
Dat Pieter De Crem tijdens de hoorzitting zijn kat stuurt en verkiest om op
hetzelfde ogenblik een terreinbezoek te brengen aan Kandahar zet bij velen kwaad
bloed. Zijn wens om de hoorzitting later te houden in zijn aanwezigheid vond
blijkbaar geen gehoor. Het bezoek aan Afghanistan is een resolute maar ook
logische beslissing. Het is weliswaar niet gebruikelijk dat de minister zelf op
voorbezoek gaat voor een militaire ontplooiing maar er staat toch wel heel wat
op het spel. Misschien hebben zijn contacten er ondermeer toe bijgedragen dat de logementszone voor de Belgen niet vlakbij de waterzuiveringsinstallatie maar in
een meer leefbare omgeving te Kandahar kon worden opgericht.
Ondertussen is het zeer opmerkelijk dat André Flahaut, als lid van een politieke
partij die deel uitmaakt van de regering, zich langzaam maar zeker ontpopt als
een "éénmans schaduwkabinet" en als een ware oppositiemilitant heftig tekeer gaat
tegen de man die zijn droom van een leger met humanitaire hoofdaccenten
aan diggelen slaat. Even opmerkelijk is ook hoe de geschreven pers telkens weer de
artikels over defensie in het algemeen, en over de F16's in Afghanistan in het
bijzonder, illustreert met een foto van André Flahaut als tankcommandant of als
para in vol ornaat en van Pieter De Crem met een F16 in de buurt. Nooit eerder
ontving de Belgische F16 zoveel gratis publiciteit in de nationale media.
Een vaststelling, die voor niet de minste parlementaire commotie zorgt, is de
werking van de CLV. Indien Afghanistan er bij herhaling op de agenda wordt
geplaatst blijkt de verslaggeving van de debatten om onduidelijke
redenen onbestaande te zijn. Alhoewel de verslaggever van dienst aangeeft dat de
zitting van de CLV een definitieve versie van de beraadslagingen verdient,
blijkt dat vanaf 25
juni de commissie vier maal samenkwam met telkens een beschamend eindverslag
van 3 titelpagina's. Deze situatie heeft zich nooit tijdens de
voorbije legislatuur voorgedaan. Men zou mogen verwachten dat de voorzitter van
de CLV de
nodige ijver aan de dag legt om de zittingen van zijn commissie met de regelmaat
van een klok te laten plaats hebben en er tevens voor zorgt dat de
verslaggeving, die naam waardig, ook aan het grote publiek wordt kenbaar
gemaakt.
Maar niet getreurd, de planning voor de ontplooiing van 4 F16's naar Kandahar in
steun aan de ISAF (International Security Assistance Force) van de
NAVO gaat de goede richting uit. De Ministerraad van 25 juli 2008 bevestigt haar
engagement van 1 februari omtrent het vertrek van de 4 Fighting Falcons
en het ondersteunend personeel vanaf 1 september. Installatiepersoneel zal de
hoofdmacht met enkele weken voorafgaan.
De reacties op de beslissing blijven natuurlijk niet uit. Vooral het rode
socialistische legioen meent hierin weer eens het voortouw te moeten nemen. Hun
argumenten missen toch wel de nodige diepgang. Er is sprake van een
verruiming van de missie, een te hoog kostenplaatje, het ontbreken van de
caveats en restricties voor de troepen. De uitbreiding van de opdracht is
een hersenspinsel van de defensiefatalist Van der Maelen die toch echt wel
moet beseffen dat een omvangrijke ontplooiing van slechts 4 maanden nauwelijks
de moeite loont. Dat de Inspectie Financiën een negatief advies uitbrengt omdat er
voor dergelijk project geen enkele budgettaire ruimte is, is niets nieuws onder
de zon. Indien defensie steeds moet rekening houden met de stereotype
aanbevelingen van de Inspectie Financiën dan zouden heel wat investeringen en
opdrachten in het buitenland nooit hebben plaats gevonden. Defensie is immers
het departement geworden dat steeds als eerste op de kapblok van een
begrotingsherziening wordt geslachtofferd en meer en meer gebukt gaat onder de
kwalijke gevolgen van beloofde maar niet toegekende budgetten die met een vingerknip worden
gekortwiekt. Het pijnlijke budgetverhaal, dat al vele jaren aansleept, wordt
overduidelijk geïllustreerd in de grafiek van de schande. Het moment is
misschien nu wel aangebroken om deze onhoudbare evolutie te stoppen en het
aanzwellend deficit aan te zuiveren.
Op 8 augustus vertrekken 55 militairen naar Kandahar, afkomstig van het 4de
Bataljon Genie uit Amay en van de Field Accomodation Unit (FAU) van
Bevekom. Zij zullen instaan voor de bouw van de leef- en werkaccommodatie,
voorzien voor mens en machine.
Enkele dagen voor het vertrekt neemt de anti-Afghanistan koorts weer toe. Op 29
augustus vergadert een select gezelschap van parlementairen een laatste maal
achter gesloten deuren in het kader van de gemeenschappelijke Commissie van
Buitenlandse Zaken en Landsverdediging. Het is de zoveelste maal dat de
oppositie een vergadering van dit niveau kan bijeen roepen. Toch blijft de SP.A,
in de persoon van de orator van dienst Ludwig Vandenhove, rondbazuinen dat de
meerderheid het debat over Afghanistan uit de weg gaat. Als voorzitter van de
CLV zou hij toch moeten beter weten en is hij zowat de verpersoonlijking van de
gemiste kansen geworden vermits hij de leden van zijn commissie in juni en juli
blijkbaar niet tot een debat over Afghanistan kon overhalen. Enkele dagen later
voelt hij zich geroepen om de partijvisie even actualiseren over het kostenplaatje van Guardian
Falcon, dat tot vervelens toe een onvoldoende krijgt. Ludwig kaatst de bal
toch wel even mis indien hij een meerkost voor kerosine in rekening brengt.
Extra kerosine is geen meerkost omdat elke piloot een jaartotaal aan vlieguren
wordt toegekend die hij vliegt van uit Kleine Brogel, Florennes of Kandahar.
André Flahaut, de "super-micro-manager" van defensie tijdens een vorig
leven, moet natuurlijk ook even de trom roeren. Hij zou toch moeten beseffen dat
"rules of engagement" en "caveats" geheim zijn en blijven. Hij
blijft gewoonweg te nieuwsgierig. De oppositie werd wellicht nogmaals met
blijdschap vervuld omdat André nogmaals in hun kaarten speelde.
Wel moet gezegd dat de Luchtcomponent, in de persoon van hun chef
Luitenant-Generaal Gerard Van Caelenberge, de media duidelijk informeert, wat
ondermeer blijkt uit de overzichtelijke en goed gedocumenteerde en objectieve
bijdragen in de geschreven pers. Het grote publiek weet nu als nooit tevoren dat
de lasergeleide GBU-12 bom van 250 kg zowat het neusje is van de zalm die met
een chirurgische precisie zijn doel kan treffen. Het is het wapen bij uitstek
tegen de Talibanstrijders en hun trawanten met een minimum risico op
colateral damage
of nevenschade.
Iedereen zal inmiddels ook wel weten dat onze F16's niet tijdens
elke vlucht bommen zullen afwerpen of hun boordkanon van 20 mm zullen gebruiken
maar dat hun aanwezigheid vooral als afschrikking tegen de Taliban of Al Qaeda
bedoeld is. Intimidatievluchten kunnen echter niet eeuwig duren en in geval van
nood en bijgevolg bij hoogdringendheid zal het duo van patrouillerende F16's
tussenbeide kunnen komen om de grondtroepen te ontzetten of hun offensief te
ondersteunen. Gevechtsvliegtuigen zijn echter schaarse middelen en ze zullen pas
ter hulp geroepen worden indien de organieke middelen van de grondtroepen
(artillerie, mortieren, gevechtshelikopters, uiteenlopende kalibers van
aanvalsvoertuigen waaronder tanks) niet meer bij machte zijn, om een
overweldigende aanvalsmacht of een hinderlaag met onderhouden trefzeker
vuur, het hoofd te bieden. Een sleutelrol voor deze steun uit de lucht
ligt bij de grondcontroleur (FAC of Forward Air Controller, meer
gebruikelijk JTAC of Joint Terminal Air Controller) die voorzien van een
speciale uitrusting (Automatic Target Handsoff System of ATHS,
warmtegevoelige camera met GPS en laserafstandsmeting, digitale radio met
satellietbeveiliging) de nodige informatie uitwisselt met de piloot over het
doelwit via zijn "gesluierde radio" of zelfs via beeldmateriaal om kost wat kost
het doelwit te treffen en elke vorm van colateral damage zoveel mogelijk
te beperken. Hij zal desgevallend zelf met een laserstraal het doelwit belichten
alhoewel de piloot met zijn supermoderne Sniper XR/PANTERA gondel deze taak ook
op zich kan nemen. De piloot zal uiteindelijk enkel op zijn bomb release
button drukken indien hij absoluut zeker is over de aard en de locatie van
het doelwit. Alle activiteiten in de cockpit die de clear hot
radiocommunicatie voorafgaan of volgen, worden minutieus geregistreerd en zullen
na de vlucht toelaten procedures en tactische manoeuvres bij te sturen en de
aangerichte schade te evalueren.
De nieuwe sedert begin 2008 in gebruik genomen gondel heeft echter nog heel wat
meer in petto. Het is een verkenningsmiddel van een ongeëvenaarde
kwaliteit, zowel in het visuele als in het infrarode domein. De capaciteiten van
de gondel om de volgweg van grondpatrouilles te verkennen, al zoekend naar
verdachte menselijke activiteit die kan wijzen op een hinderlaag of op de
aanwezigheid van de gevreesde bermbommen, zouden wat meer in de kijker mogen
geplaatst worden. Een verkenning uitvoeren in het ruige Afghaanse landschap
zonder voorafgaande luchtverkenning wordt over het algemeen beschouwd als een
grove onvoorzichtigheid en zelfs zelfoverschatting. Dit is trouwens ook de mening van
de Franse generaal Michel Stollsteiner, verantwoordelijk voor de centrale
ISAF-regio, tijdens de persconferentie naar aanleiding van de 10 Franse
soldaten, die op 18 augustus sneuvelden. "Sinned by an excess of confidence"
is de meest frappante uitspraak tijdens zijn contact met de pers.
Ter illustratie geeft deze videoclip een goede
indruk wat de hulp vanuit de lucht betekent. Het gaat hierbij om het
beeldmateriaal van een Lantirn, de voorloper van de Sniper, die met zijn visuele
en infrarood uitrusting vier keer verder kijkt dan zijn voorganger.
Een ander element dat ook enige verduidelijking verdient is het feit dat de
Belgen geen JTAC mogen ontplooien op het terrein wegens te gevaarlijk. Franse,
Amerikaanse, Canadese, Deense en Nederlandse JTAC's trekken echter wel op met de
grondtroepen en zullen bijgevolg vanaf zowat half september, wanneer de
Belgische F16's zich hebben geacclimatiseerd, onze Fighting Falcons ter
hulp roepen. Over het trainingsniveau van de Belgische piloten mag echter niet
de minste twijfel bestaan. De voorbije jaren hebben alle F16 smaldelen hun
aandacht immers toegespitst op steun aan de grondtroepen, in uitrusting en in
training. Enkele markante trainingsperiodes zijn Green Flag West van 2
tot 17 november 2006 van op Nellis AFB Nevada, de oefening Serpentex van
3 tot 21 maart 2008 samen met de Franse luchtmacht van op Solenzara Corsica, de
oefening Livre 6 einde maart 2008 in de Franse Alpen tussen Briançon en
Gap. De samenwerking met en de inbreng van de Netherlands Air Ground
Operations School van Schaarsbergen, die ondermeer onze FAC's opleidt, moet in deze context tevens benadrukt
worden.
Op 1 september is iedereen er klaar voor. Bij het
ochtendgloren wordt het hoofddetachement uitgeleide gedaan voor hun vertrek
van op de militaire luchthaven van Melsbroek. Even later verlaten 8 F16's
Florennes en maken een tussenstop op Souda Bay in Kreta. Van uit de Griekse
militaire basis zullen 4 toestellen het eindtraject afleggen, vergezeld van Amerikaanse
tankers. De 4 overige toestellen, die als reserve fungeren, keren dan ook
huiswaarts. Dit is een normale procedure die echt niet in aanmerking komt voor
speculatie of cynische commentaar, zoals in enkele lezersbrieven van een handvol
snode criticasters in sommige kranten opvalt.
Op dinsdag 2 september strijken de 4 Fighting Falcons neer op het beton
van Kandahar. Vanaf dat moment beginnen de fototoestellen en camera's te klikken
en worden de toetsenborden van enkele laptops intensief gebruikt. Bij valavond
is het hoofdthema op Kandahar Airfield (KAF) immers, voorlopig althans, dat
minister De Crem te laat is om de F16's te verwelkomen. De C-130 die hem vanuit
Kaboel moet vervoeren heeft immer pech. De uiterst gevoelige sensor die het
automatisch afvuren van flares of vuurpijlen aanstuurt, laat het afweten.
Een botsing met vogels of met een zwerm resistente muggen kan het gezichtsveld
van de sensor belemmerd hebben. De boordcommandant besluit dan ook wijselijk om
op zijn stappen terug te keren en Pieter De Crem aan boord te laten stappen van
een andere C-130 in Kaboel. Tijdens de erg kritische landingsfase in Kandahar
mag men immers niet het minste risico nemen en alleen vertrouwen op het manueel
afvuren van de flares door de waarnemer van dienst. En voor alle
duidelijkheid, flares zijn geen bommetjes die onder de vleugels hangen
maar zijn horizontaal in de romp aangebrachte patronen die omwille van hun
hitte, infrarode grond-lucht of lucht-lucht raketten kunnen misleiden. De
volledige beschermingsuitrusting van de C-130 kan op
deze
pagina worden nagelezen.
Het hoofdthema van 2 september komt echter uit een totaal
onverwachte hoek. Generaal Eddy Testelmans, de commandant van de Landcomponent,
kan zich in de omgeving van Kandahar, die blaakt van operationaliteit, moeilijk
bedwingen. In een bui van spontaniteit geeft hij onomwonden te kennen dat zijn
soldaten klaar zijn om aan de NAVO-missie in Afghanistan deel te nemen. Zijn
officieren van de gevechtseenheden hebben immers nood aan gevechtservaring. In
de plannen van Verhofstadt III om enkele tientallen officieren te laten deel
uitmaken van het Operational Mentoring and Monitoring Team zit immers
weinig dynamiek. De generaal is blijkbaar ietwat voortvarend, en dan nog op het
slechte moment en niet in de meest voor de hand liggende omgeving, want hij zou
toch ook moeten beseffen dat zijn troepen wellicht voldoende zijn getraind maar
dat een efficiënte uitrusting, om inzetbaar te zijn in de woestenij van
Afghanistan, toch echt wel ontbreekt. We verkondigen geen originele boodschap
door te stellen dat tanks, zware artillerie, gevechts- en transporthelikopters,
organieke onbemande vliegtuigen tot de standaarduitrusting behoren van elk
detachement van grondtroepen die in het hete zuiden ten strijde trekt. Diegenen
die deze basisvereisten negeren, hebben tot hun schade en schande moeten
ondervinden dat een operationele overschatting of lichtzinnigheid zich vertaalt
in een hoge tol van gesneuvelden. De Canadese strijdkrachten, die eindelijk met
een inhaalbeweging bezig zijn, kunnen hiervan getuigen.
Met de uit gebruik name van onze Leopard-1A5 tanks, (waarvan de verkoop van 40
exemplaren eindelijk aan het Libanese leger bevestigd werd tijdens een bezoek op
27 augustus 2008 aan Libanon door Pieter De Crem) en de beslissing dat de nieuwe
AIV met zijn kanon van 90 mm niet door de Belgische grondtroepen in gebruik zal
worden genomen, is degelijke vervangingsuitrusting nodig vooraleer men zich met
een greintje geloofwaardigheid met de Taliban kan meten.
We zouden enkel kunnen
zeggen, geduld generaal. Toen de F16’s destijds eindelijk ook aan de
luchtoperaties boven het voormalige Joegoslavië mochten deelnemen, liet
de toenmalige chef van de Luchtmacht ook regelmatig vruchteloos enkele
proefballonnetjes op. Na ruim 4 jaar werd het geduld beloond nadat
ondermeer de F16’s eindelijk werden uitgerust met de uitrusting die vitaal is in
de moderne elektronische oorlogvoering. Het volledige verhaal kan
hier worden nagelezen.
Om de aanwezigheid van Belgische grondtroepen echter in zijn juist kader te
plaatsen getuigt de gehanteerde argumentatie, als zou de NAVO niet om
grondtroepen gevraagd hebben, van weinig politiek fatsoen uit welke politieke
hoek dan ook dit argument afkomstig is. Sedert de start van de ISAF-operatie smeekt de NAVO onophoudelijk
om meer grondtroepen die nu uiteindelijk niet door een Europees NAVO-land maar
wel door Amerikaanse mariniers, vrijgekomen in Irak, zullen worden ingevuld.
En woensdag 3 september was inderdaad een tragische dag. Een Belgische ontmijner
verloor jammerlijk het leven in Zuid-Libanon bij het uitvoeren van zijn
moeilijke en gevaarlijke opdracht in het kader van de humanitaire operatie,
waarin de Belgen zich al gedurende twee jaar onderscheiden. Dit voorval is
inderdaad gruwelijk realistisch maar om vanuit deze invalshoek een polemiek te
ontketenen tegen Pieter De Crem en zijn moedige beslissing, om komaf te maken
met het leger als humanitair agentschap, is totaal ongepast. Iedere militair die
tijdens welke buitenlandse operatie dan ook om het leven komt, zal met dezelfde
eer herdacht worden en met dezelfde sociale en psychologische begeleiding van de
nabestaanden ondersteund worden. Politieke spelletjes zijn hier totaal
misplaatst.
Ter afronding van deze bijdrage kunnen we besluiten dat het politieke
doorzettingsvermogen van de nieuwe minister van Landsverdediging Pieter De Crem,
om de krijgsmacht terug het gelaat, het aanzien en het respect te geven dat het
verdient, alleen maar kan worden toegejuicht. Het is echt wel de hoogste tijd
dat de macht van het
profitariaat wordt omgebogen naar een meer doortastend visionair optreden
dat respect verdient zowel in binnen- en buitenland en niet alleen bij de
militairen. Partijfatalisten met hun eentonig misprijzen vallen gelukkig steeds
meer uit de toon.
De kern van de zaak of het waarom van de aanwezigheid van Belgische F16's in
Afghanistan vinden we terug in deze kernachtige volzin, van de hand van Rob de
Wijk, directeur van het Centrum voor Strategische Studies in Den Haag, en
onlangs gepubliceerd in De Standaard: "België speelt een belangrijke rol om de
bondgenootschappelijke solidariteit te onderstrepen en een exitstrategie te
helpen ontwikkelen waardoor de NAVO zonder kleerscheuren Afghanistan kan
verlaten." Een mislukking van ISAF is echt geen verkwikkelijk vooruitzicht voor
de NAVO. Het defensieagentschap moet er zowat in een uiterst belangrijk examen
lukken, zo niet staat zijn voortbestaan op het spel. En dit laatste staat echt
wel niet ingeschreven op de verlanglijst van de modale Belg.
Operation Guardian Falcon is goed gestart. "Polom" en zijn troepen blaken van
motivatie, kwaliteit en inzetbaarheid. We wensen hen allen, en ook de
Nederlandse en Franse vrienden, het allerbeste. Good luck and many happy
landings at Kandahar.