De Duitse schlager in Nederland en België

DUSTY SPRINGFIELD

°16.4.1939 - +2.3.1999
Dusty was wellicht niet de mooiste zangeres, maar ze was wel de beste! Daarom wilde ik haar per sé een webpagina geven op deze site. Het was wel even zoeken om een Duitse opname van haar te vinden …
Dusty met het "gecrepeerde" haar, of hoe heet juist zo'n kapsel dat op een bijenkorf lijkt, werd als (even adem halen!) Mary Isobel Catherina Bernadette O' Brien in Londen, Hampstead geboren. In 1960 stond ze samen met haar broer Tom en een vriend Tim Field als "The Springfields" op de planken, met een folksongachtig repertoire, genre The Seekers, waarvan Tom Springfield trouwens de ontdekker was. De stem van Dusty lijkt m.i.een beetje op die van Judith Durham, de leadzangeres van de uit Australië afkomstige The Seekers, Hun bekendste hits waren "I' ll never find another you" en "The carnival is over", resp.uit 1965 en '66. De bekendste hit van broer en zus Springfield is "Island of dreams". Het nummer verscheen in mei 1963 in de Nederlandse hitparade. 
In datzelfde jaar 1963 gaat Mary solo als Dusty Springfield en neemt ze "I only want to be with you" op, dat in Groot-Brittanië een smash-hit wordt. Bij ons bleef de originele Engelse versie echter op de achtergrond ten voordele van de Franse versie van Richard Anthony "A présent tu peux t' en aller", waar ook de uit Madagascar afkomstige Les Surfs een graantje van het succes meepikten. Ook de opvolger, het Burt Bacharach en Hal David nummer "Wishin' and hopin" gaat in de Benelux, zowel in de versie van Dusty, als in die van Dionne Warwick, ongemerkt voorbij. Het zijn die beide nummers, die Dusty resp. als "Auf Dich nur wart' ich immerzu" en "Warten und hoffen" in het Duits op de plaat zette. We kunnen het als "jeugdzonden" beschouwen, want Dusty' s Duits was niet om aan te horen, zoals we konden vaststellen in "De talenknobbel" van Goudzoekers van Radio 2 , op 5 maart 2007. De nummers waren ook in Duitsland geen succes.
Het grote succes bij ons komt in 1964 met "I just don't know what to do with myself", opnieuw een Burt Bacharach en Hal David nummer., waarin Dusty haar zangtalent kan botvieren. Dat kan ze nog beter 2 jaar nadien met "You don't have to say you love me". Het is de vertaling van "Io che non vivo senza te" van Pino Donaggio, die het op het festival van San Remo van 1965 zingt. Dusty zingt er "Di fronte all'amore" en "Tu che ne sai?", maar is zo in de wolken over Pino 's "Io che non vivo senza te", dat ze de plaat meebrengt naar Engeland. De plaat blijft in de kast liggen, tot haar manager Vicky Wickham en Simon Napier-Bel in 1966 een Engelse tekst geschreven hebben. Persoonlijk vind ik het haar beste nummer. Ze wordt jaren na elkaar als de beste Engelse zangeres verkozen. Ze is een hevige fan van de Tamla Motown Sound en trekt naar de Verenigde Staten en neemt er volgens velen haar beste LP op, "Dusty in Memphis" (1969). De stijl wordt als "white soul" bestempeld en "Son of a preacher man" is het bekendste nummer. 
In 1970 brengt ze opnieuw een Amerikaanse LP uit "A brand new me". Deze wordt in Engeland uitgebracht onder de titel "From Dusty with love". Ze is inmiddels naar Los Angeles verhuisd en in haar geboorteland stelt men evenwel steeds meer de vraag, naar de man in haar leven. In 1972 bekent ze, dat ze "bisexueel" is. Dusty slaagt er bovendien niet in haar eigen voorkeurnummers op de plaat te zetten en na zonneschijn komt  regen (?). Het succes blijft uit en Dusty stort zich op alcohol en drugs. 
Pas in 1987 verschijnt ze weer op het hittoneel en hoe!. Ze neemt een album op met de Pet Shop Boys en "What have I done to deserve this" wordt een wereldhit. Via een tussenstop aan de Brouwersgracht in  Amsterdam belandt ze opnieuw in Engeland. Haar Amerikaanse poezen waren niet direct in Engeland toegelaten, wegens de daar geldende wetten op de hondsdolheid! In Engeland neemt ze in 1990 in een productie van de Pet Shop Boys  het album "Reputation" op. Het wordt een groot succes, dat herinnert aan haar sixtiesjaren . "In private" uit dit album verovert de Europese hitparades. Dusty is opnieuw gelanceerd.
Voor de opnames van het album "A very fine love" trekt ze opnieuw naar de USA. In Nashville, tijdens de opnames klaagt ze over pijn in de borst. Terug in Engeland wordt kanker vastgesteld. Met bestralingen probeert men de ziekte onder controle te houden. In 1995  wordt "A very fine love" uitgebracht.  De comeback met de Pet Shop Boys krijgt echter geen bevestiging. Het succes blijft uit, mede door het gebrek aan promotie, dat ze niet kan voeren als gevolg van haar ziekte. 
Begin maart 1999, 5 jaar na het uitbreken van de ziekte, overlijdt de "white lady of soul". In 1998 had ze nog alle rechten op haar songs verkocht om de duurste en beste kankerbehandelingen te kunnen betalen …
Het is merkwaardig, dat bij radioprogramma's over soul, deze "white lady" bijna altijd over het hoofd gezien wordt …
Onderstaande foto is afkomstig van de LP-hoes "The Dusty Springfield collection", een verzamelLP uit 1990.