Voettocht van Mollem naar Santiago de Compostela


Dag 76, maandag 14 juni : Rabanal del Camino - Ponferrada, 34 km, 6u45
  totaal : 1980 km, 377u30


  Het wordt vandaag een lange dag door de bergen van León.
  6:45 en op weg. De wind blaast koud op deze hoogte. Ik vertik het voorlopig mijn jasje aan te trekken.
  Na 5 km wandelen en 350 meter gestegen te zijn, kom ik in het spookdorp Foncebadón met zijn vervallen en verlaten huizen. De laatste jaren heeft men hier echter een refugio en bar gebouwd.
 


Van hier is het niet ver meer naar het hoogste punt van de Camino. Op 1504 meter hoogte bevindt zich het Cruz de Hierro.
  Een ijzeren kruis hoog op een lange dikke paal en gezet op een hoop stenen. Deze hoop stenen werd gevormd door al de stenen die de ontelbare pelgrims al eeuwen lang met zich meebrengen en er bij gooien.
  Deze keer heb ik mijn steen niet meegebracht van thuis, maar van de laatste bocht.
 




 
 
 
 
 
 
 
 
 
  Iets verderop heeft men dan een geweldig zicht over de wijdse omgeving.
  3 km verder bereik ik Manjarin, een plaatsje met 1 huis, nl. een refugio met 16 bedden.



 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
  De weg gaat nu verder naar beneden,



  ik moet van 1504 meter dalen naar het op 543 meter gelegen Ponferrada, met steeds een mooi zicht op de bergen en de valleien.
  El Acebo, dorpje op 1156 meter, nauwe straten en overhangende balkons. De Camino wordt hier gekenmerkt door ijzeren kruisen met schelp.
  In Molinaseca kom ik voorbij een refugio en twijfel even hier te stoppen of niet. Het is wel zeer warm, ik heb reeds 5u45 gewandeld doch het is pas 13 u. Dan toch maar verder naar Ponferrada, waar de rivieren Boeza en Sil samenvloeien.
  Ponferrada genoemd naar de ijzeren brug over de Sil. Hier staat ook een 13de eeuws kasteel, gebouwd door de Tempeliers.
  Ik verblijf in de refugio van San Nicolás de Flüe, opengehouden door Duitse vrijwilligers.
  Morgen naar Villafranca del Bierzo.


[Top] [Overzicht] [Volgende dag]