Het is fris, geen wolk aan de lucht, dus het belooft een zonnige dag te
worden.
Hier begint dus de echte Camino. Mooi bewegwijzerd. Na 100
meter begint reeds de wandelweg. Mooi en breed doorheen een bos, parallel met de
weg, langs de toppen van de heuvels hier in Navarra.
Burguete is het
eerstvolgend dorpje, de vroege vertrekkers zitten hier al in de bar, een koffie
aan het drinken.
Onderweg zie ik nog nieuwe nationaliteiten, fier met
hun vlag op de rugzak : Zuid-Afrika, USA en Mexico.
Het gaat hier dus
op en af, in het bos en over stenen paden, te vergelijken met een wandeling in
de Ardennen.
Er wordt hier zowat jojo gespeeld tussen de pelgrims,
jij haalt er enkele in, jij stopt efkens, zij wandelen je terug voorbij.
Zubiri is de 1ste refugio die men tegenkomt, doch amper na 21km
wandelen. ik besluit dus 6km verder te gaan, ook hopende dat die snurkende
Spanjaard hier wel zal stoppen, te oordelen aan zijn gewicht. Op de laatste
helling naar Larrasoaņa toe, zie ik hem echter in de verte afkomen.
In de refugio zie ik heel wat gezichten terug van gisterenavond.
Jane, een Engelse dame, wil een interview met mij, voor een krant in Cambridge.
Zij vindt het natuurlijk geweldig dat ik reeds 55 dagen onderweg ben en wil
graag enkele ervaringen noteren.
īs Avonds met zijn allen naar het enige
restaurant van het dorp. Ik zit er bij 7 Italianen, en 1 vraagt welke grote
zonde ik gedaan heb om als penitentie vanuit België naar Santiago te moeten gaan.
Algemeen gelach natuurlijk.
De baas van het restaurant die hoort dat
ik uit België kom, voegt er aan toe : Ha, Belgica, la Reina Fabiola.
Ik lig deze avond op
een kamer met 14 bedden, allemaal bezet. Ook de andere 26 bedden zijn bezet. Het
zijn drukke tijden op de Camino.
Morgen naar Pamplona.