- Hoe noemt men de kleinste bouwsteen waaruit een levend wezen bestaat?
- Kan je een cel nog verder opdelen? Illustreer telkens met een voorbeeld.
- Wat bepaalt de bouw van een cel?
- Hoe noemt een geheel van cellen met een gelijkaardige bouw en functie?
Illustreer met een voorbeeld.
- Hoe noemt men een geheel van weefsels die samen een bepaalde functie
verrichten? Illustreer met een voorbeeld.
- Geef de naam van het orgaan dat het meest aan de buitenwereld is
blootgesteld.
- Hoe noemt men organen die samen een taak vervullen?
- Wat betekent cytologie?
- Wat betekent het voorvoegsel (=prefix) micro, intra en extra? Illustreer
telkens met 2 voorbeelden.
- Wat betekent het achtervoegsel (=suffix) scopie? Illustreer met een
voorbeeld. Illustreer met 2 voorbeelden.
- Geef een ander woord voor celvlies en celvloeistof en celkern.
- Hoe noemt men de ruimte binnen de cel?
- Hoe noemt men de ruimte buiten de cel?
- Waaruit bestaat de scheiding tussen de intra- en de extracellulaire
ruimte?
- Wat zijn poriën? Illustreer met 2 voorbeelden.
- Het celmembraan is ondoordringbaar. Waar of vals?
- Leg uit: diffusie.
- Leg uit: osmose.
- Leg uit: filtratie.
- Waaruit bestaat cytoplasma?
- Hoe noemen we de kleine orgaantjes in een cel?
- Welke celorganellen zorgen voor de productie van energie?
- Welke celorganellen zorgen voor de productie van eiwitten?
- Welk celorganel zorgt verpakt klierproducten?
- Welk celorganel zorgt voor de opruiming van afvalstoffen?
- Hoe noemt men de rand van de nucleus van een cel?
- Waar bevindt zich het DNA (=erfelijk materiaal) in een cel?
-
Hoe noemt men de microscopisch
zichtbare, draadvormige structuur in de celkern waarin de genen zijn gelegen
die uit
-
In welk leeftijdsstadium delen er zich
meer cellen dan er afsterven?
-
Geef een ander woord voor “ het proces
van opbouw en afbraak van stoffen” of kortweg stofwisseling,
-
Geef een ander woord voor het proces
waarbij cellen voedingsstoffen opnemen en verbranden (met O2) om
energie te kunnen leveren
-
Hoe noemt men het proces waardoor
cellen een een verschillende bouw en functie krijgen?
-
Wat betekent anabolisme?
-
Wat betekent katabolisme?
-
Hoe noemt men de plaats buiten de cel
met het weefselvocht?
-
Wat betekent het voorvoegsel extra?
-
Leg uit: katabole processen. Wat heb
je nodig en wat krijg je (input en output)?
-
Wat betekent homeostase taalkundig?
-
Geef een andere term voor weefselleer
en leg deze term taalkundig uit.
-
Wat is een weefsel?
-
Welk proces ligt aan de basis van
differentiatie?
-
Alle gespecialiseerde cellen stammen
af van dezelfde cel? Waar of vals?
-
Geef 5 grote groepen van weefsels.
-
Bespreek aan de hand van voorbeelden
“dekweefsel”.
-
Wat betekenen de voorvoegsels epi en
endo?
-
Geef 5 functies van dekweefsel
-
Bespreek steunweefsel.
-
Bespreek: spierweefsel
-
Bespreek zenuwweefsel.
-
Geef 2 voorbeelden van zeer kleine menselijke cellen.
-
Wat is de diameter van een trombocyt in mm?
-
Waar zit het erfelijk materiaal bij de mens?
-
Hoe noemt men de buitenkant van een cel?
-
Hoe noemt men de processen waarbij complexe stoffen
kunnen worden afgebroken toe eenvoudige stoffen, met gelijktijdige vrijzetting
van energie.
-
Wat betekent de prefix kata? Illustreer met een
voorbeeld.
-
Wat betekent de prefix ana? Illustreer met een
voorbeeld.
-
Vul aan: De energie uit
................................................ reacties gaat voor 50%
verloren als lichaamswarmte. De andere 50% gaat naar bruikbare energie (ATP)
voor de ....................................reacties
-
Wat is het grote verschil tussen actief en passief
transport?
-
Waar of vals?
De cellen in ons lichaam hebben allen dezelfde erfelijke
informatie in hun kern |
|
De cellen in de hoornlaag van het epiderm noemt men
endotheelcellen |
|
-
Hoe noemen we de cellen die alle delen van het lichaam
bedekken die rechtstreeks of onrechtstreeks met de buitenwereld in contact
komen?
-
Ik ga 70 minuten fietsen met mijn MTB aan gemiddeld 25
km/uur. Tijdens het fietsen merkte ik dat ik dieper en sneller ademde
dan normaal. Mijn hartslagmeter loopt, op een helling van 10%, soms op tot
175 slagen per minuut. Als ik na 15 kilometer 5 minuten op adem kom,
drink ik een suikerbevattende drank.
Als ik thuis kom ben ik vuil van de modder, mijn onderhemd is bezweet en ik
heb een rode kleur.
Verklaar dit fenomeen aan de hand van een tekening.
Gebruik in je antwoord volgende termen; celmetabolisme, anabolisme of
katabolisme, input, output, capillairen, extracellulaire ruimte, excretie.
Leg alle anatomische en medische termen ook uit.
-
Geef één term voor:de leer van de microscopische bouw van
plantaardige en dierlijke weefsels.
-
Vul aan. Gewoonlijk beschouwen wij het lichaam als
één geheel. Toch is het opgebouwd uit verschillende ....................., die
bestaan uit meerdere ............................, die zijn samengesteld uit
verschillende ........................, die op hun beurt een verzameling zijn
van eenzelfde soort ........................
Een cel bestaat uit een ................................................., dat
de cel omgeeft, .........................., met organellen, waar de
stofwisseling plaats heeft en een .................................. waarin
erfelijke eigenschappen zitten
Een spiercel trekt samen en levert .......................................,
een zenuwcel leidt prikkels en levert
.............................................
Om te kunnen functioneren moet elke cel voortdurend van
............................................. en zuurstof worden voorzien.
-
Welk deel van een cel bevat het erfelijk materiaal?
-
Vul aan. ....................................... zijn de
celorganellen die het vuile huishoudelijke werk opknappen.
............................... zijn de celorganellen die energie leveren.
-
Uit welke cellen of uit welk weefsel bestaat de
binnenkant van de maag (gaster)? Geef de functie van die cellen?
-
Het epitheel dat de neus langs de binnenkant bedekt bevat
trilhaartjes. Geef een andere term voor trilhaartjes. wat is hun functie?
-
Epitheel kan je onderverdelen in verschillende soorten:
eenlagig epitheel, meerlagig epitheel, overgangsepitheel. (In
functie van de vorm kan je epitheel nog onderverdelen in plaveisel of afgeplat
, kubisch of vierkant, cilindrisch of cilindervaormig) Kan je een
soort illustreren met een voorbeeld?
-
Bindweefsel bestaat uit verschillende soorten vezels;
witte vezels (met collageen), gele vezels met elastine), en reticulinevezels.
Tot welk soort weefsel behoort bindweefsel?
-
Bespreek de relatie tussen vermoeidheid en
hemoglobinegehalte bij een vrouw.