| BRONNEN: | De sa première union étaient provenus
a. Jean, seigneur de Gurtzenich (relevé par son tuteur en 1479, selon REDINGHOVEN) ne paraît dans les documents qu´en 1495. Il conclut une transaction avec son frère et son beau-père en 1502 (Arch. de Geysteren) et mourut sans enfants en 1517. Sa femme, Béatrix Postheuwers, fille d´un riche bourgeois de Nimègue, lui survécut. Par un testament du 9 novembre 1517 (Arch. de Geysteren), il désigna pour son héritier son parent Frédéric de Schellart de Schinnen. /Deze Jean was dus waarschijnlijk de zoon van zijn broer Reinalt/
b. Wynand, seigneur de Geysteren qu´il releva en 1504 (Arch. de Geysteren), mentionné antérieurement en 1495 et 1503. Il n´eut pas d´enfants de N. von dem Stein, sa femme et, comme son frère, laissa ses biens à son parent le seigneur de Schinnen. Nous ne connaissons pas l´année de sa mort, mais nous trouvons qu´en 1529 il n´était plus en vie.
Bron: Extrait de l´Annuaire de la Noblesse de Belgique, 1885
FREDERIC SCHELLART VAN OBBENDORF, 1476-1500.
Ridder, zoon van den voorgaande, heer van Gürzenich, Schinnen en Geysteren, huwde 13 December 1476 Adriana van Broichhuysen, dochter van Adriaan en Margareta van Arnem. Adriana bracht in het halve huis met de halve heerlijkheid Geysteren, Oerloo met Spralant, en de helft van alle bouwhoeven, renten, pachten enz. Frederic bracht in: ´t huis en de Heerlijkheid Schinnen, met de renten en alle rechten, de tiend te Oeffeit en te Vierlingsbeek en jaarlijks 28 Rhijnsche gulden.
Frederic van Schellart, Heer van Schinnen, komt voor als getuige in eene akte d.d. 30 Januari 1486, regelende eene schadevergoeding wegens krijgsbedrijf tusschen Otto Schenk, Ritmeester, met de ingezetenen van het land van Horne (Publ. 1892 bl. 225).
Dezelfde komt voor als scheidsrechter in een geschil tusschen de schepenen van Wessem, Horne, Buggenum en Beegden en tusschen de ingezetenen van Overweert en Nederweert wegens eene brandschatting (akte 24 Juni 1486).
Frederic had 2 zoons, Johan (die volgt) en Winand, welke laatste kinderloos overleed vóór 1518. De moeder Adriana, weduwe geworden, deelde op 28 October 1501 met hare twee zonen voornoemd. De zonen kregen de heerlijkheid van Gebroken Schinnen met den hof ter Borg, molen en huis Schinnen met gronden en alle rechten, cijnzen, leenmannen, kerkegift, gelegen binnen en buiten de heerlijkheid Schinnen, benevens de halve heerlijkheid Geysteren, Oerloe, Oostrum met den ingulden in te Raide (Venray) in het land van Kessel en de tienden, cijnzen, renten met pachten te Boxmeer, Sambeek, Vierlingsbeek en Oeffel.
Door de Familie Broeckhuysen kwam de hof Diergaerde onder Echt in het bezit der Schellarts.
Adriana van Broeckhuysen, Wwe Frederic van Schellart huwde ca. 1506 met Andrien van Vischenich genaamd Bell.
Bron: Bijdrage tot de geschiedenis van de Voormalige heerlijkheid Schinnen, H. Pijls, 1928
In signaat Kesteren: Fredrick van Oppendorp
http://members.chello.nl/g.vbenthem/riddercedulgelre1468.htm
Dit sijn die Ritter en Knegten der landen van Gelre
Dat ampt van Monfort
Frederick van Oppendorp
http://www.adel-genealogie.de/is03/is03_349.htm
vermelding huwelijk tussen frederick en Adriana in 1476 |
