6. TEELTSPREIDING
Tussen zaaien en uitplanten verlopen veelal acht tot tien weken. De
zaaitijd wordt gekozen in funktie van het ras en het voorziene oogsttijdstip.
Het uitplanten geschiedt zodra de planten pootbaar zijn en de
bodem en de weersomstandigheden het toelaten (tabel l).
6.1. Vervroegde teelt
Voor de zeer vroege teelt zaait men begin februari onder glas. Het
poten geschiedt vanaf half april. De oogst kan reeds aanvangen vanaf
eind juli.
Voor de vroege teelt grijpt de zaai plaats vanaf begin februari onder
staand glas of plastiekserre of vanaf midden februari met flodderfolie
(Flodderfolie blijft aanwezig tot het eind van de opkweekperiode). Het
planten geschiedt vanaf half april. Het oogsten begint vanaf de tweede
helft van september of de eerste helft van oktober.
6.2. Normale teelt
Zaai eind maart - begin april in de vollegrond. Hierbij wordt folie
gebruikt tot na de opkomst. Planttijd eind mei - begin juni. Oogsten
in oktober - november - december.
6.3. Late teelt
Voor de late teelt zou men laat kunnen zaaien en planten. Meestal leidt
dit echter tot een sterke opbrengstvermindering. Daarom moet het
ook worden afgeraden.
Als uiterste data bij spruiten neemt men eind maart voor zaaien en tot
half juni voor het planten. Een verlating van de oogst kan beter worden
gezocht in de rassenkeuze dan in het verschuiven van de plantdatum.
De oogst van de late teelt geschiedt vanaf de tweede helft van
december tot februari.
Tabel 1 Teeltspreiding bij spruitkool
Teelt | Zeer vroege teelt | Vroege teelt | Normale teelt | Late teelt
|
Zaai | begin februari | vanaf begin
februari | maart | eind maart -begin april
|
Opkweek | staand glas | - staand glas | open lucht | open lucht
|
- plastiekserre | |
|
- plastiekfolie | |
|
Planten | vanaf half april | vanaf half april | 2de helft mei - | tot half juni
|
| | begin juni |
|
Oogst | vanaf eind juli | vanaf tweede | oktober - | vanaf tweede
|
| helft september | november - | helft van
|
| | december | december tot
|
| | | februari
|