Algemeen voorkomende dierlijke
beschadigers
Bladluizen
SLUIPWESP VAN DE BLADLUIS
GEPARASITEERDE BLADLUIZEN (MUMMIES).
KATOENLUIS
Bladluizen
HERKENNING. Bladluizen zijn kleine insekten. De meeste
soorten zijn 2 à 3 mm lang. Ze hebben een smalle kop en een bolvormig
achterlijf. Meestal zijn ze groen, maar bruine, roze en andere kleuren
komen ook voor. Gevleugelde en niet gevleugelde exemplaren zijn dikwijls
gelijktijdig aanwezig. De gevleugelde bladluizen onstaan vooral bij hoge
dichtheden van de insekten. De twee buisjes (siphonen) op het achterlijf
zijn karakteristiek voor bladluizen. Ze leven van plantesap dat via
stekend-zuigende monddelen wordt opgenomen. In kolonies bladluizen of op
hoger zittende bladeren vindt men talloze witte schilfers. Dit zijn de
vervellingshuidjes van de larven. Bladluizen zijn schadelijk omdat ze sap
aan de plant onttrekken, het gewas vervuilen, het blad misvormen en
virusziekten kunnen overbrengen.
LEVENSWIJZE. We onderscheiden soorten die niet en wel van waardplant
wisselen. In kassen kan dit wisselen van waardplant vaak achterwege
blijven. De ontwikkeling via onbevruchte, levend barende wijfjes op
planten in de zomer gaat dan ook in de winter door. In het najaar ontstaan
buiten mannetjes en vindt de paring plaats, waarna wintereieren worden
gelegd. Een bladluis produceert per dag een stuk of vijf nakomelingen.
Omdat de nieuw geborene na ongeveer negen dagen zelf volwassen is, kan uit
één luis in korte tijd een grote kolonie ontstaan.
BESTRIJDING. * Vaak treedt spontaan een biologische bestrijding op.
Sluipwespen leggen een ei in de bladluis, waarna deze sterk zwelt en
verstart tot een leerachtig bruin omhulsel (mummie). Larven van de galmug
voeden zich met het lichaamsvocht van bladluizen. Groepjes verschrompelde
bladluizen blijven op het blad achter + Voer een chemische bestrijding uit
DE LARVE VAN DE GALMUG
terug
naar inhoudstafel :
|