Derde dag, zaterdag 13 januari 1990 : Uitstap naar Kandy

Die dag moest ik vroeg op, om halfzeven, en ontbijt om zeven uur. 'k Was natuurlijk vergeten de wekker te zetten en oversliep me dus in alle glorie. Gelukkig heeft Willy me om tien over zeven wakker gebeld, anders lag ik nu misschien nog te slapen.

We gingen een uitstap doen naar Kandy, een stadje in het binnenland op zo'n 135 kilometer van Colombo. Kandy ligt op 300 meter boven de zeespiegel. Het is een oude koningsstad, aan drie zijden omgeven door de Mahaweli-Ganga-stroom, beschermd door jungle en bergen.

De weg er naartoe slingerde zich omhoog tussen kokosnootplantages, rijstvelden en allerlei soorten bomen in volle bloei, met slechts hier en daar wat huizen. Af en toe reden we door een dorpje waar het een drukte van belang was. Ik denk dat de mensen daar vooral buitenshuis leven : waar je ook komt, om eender welk uur, het is er altijd vol volk en zeer kleurrijk voor onze Westerse ogen.

We stopten om een theefabriek te bezoeken. Veel was er niet echt te zien : de fabriek was heel oud en primitief. Maar ik heb er wel thee gekocht. Ceylon zou de beste thee ter wereld hebben, dus die moesten we zeker proeven. De prijs? Eén dollar voor 250 gram!