Pagina 21
Pagina 19
Terug naar de inhoudstafel
ONTSTAAN EN GROEI VAN DE CONGREGATIE DER ZUSTERS VAN "MARIA & JOZEF" te GERAARDSBERGEN.
---------------------

        De Congregatie der zusters van "Maria & Jozef" werd gesticht te Geraardsbergen in 1817, door Hoogeerwaarde Heer Kanunnik Con~ stantinus Guilhelmus van CROMBRUGGHE, geboren te Geraardsbergen, 14 Oktober 1789. Zijn vader was geboortig van Gent. Zijne moeder Mevrouw Cécilia, Josepha Spitaels van Geraardsbergen.

        Terwijl hij Overste was van 't College te Aalst, stichtte hij aldaar met de hulp van de menslievende en godvruchtige Juffrouw Maria, Coleta De Brandt, de religieuze Congregatie van de zusters van den H. Jozef, van de Damen van Maria en van de zusters van Maria en Jozef.

        De zusters van den H. Jozef werden gezonden naar Brugge; de Damen van Maria bleven te Aalst en de zusters van Maria en Jozef kwamen zich vestigen te Geraardsbergen. Ze verbleven tijdelijk
in een gedeelte van het gewezen klooster van de Paters Minimen; ze werden gesteund door de achtbare Mevrouw Van Crombrugghe, moeder van de Z.E. Stichter.

        In 1818 openden de zusters een kantschool, ze werden bijgestaan door Mevrouw Van Crombrugghe, als voorzitster der kantschool en door Juffrouw Coleta De Brandt van Aalst als toezichtster. De zwarte kanten waren een nijverheidstak van de stad Geraardsbergen. Twee zusters leerden het speldewerk aan de kinderen, namelijk zuster Sophie en zuster Gertrude. De kantschool bloeide er want het getal van de arme kinderen groeide snel aan. In 1820 begon-
nen de zusters een Zondagschool, waar de leerlingen onderwezen werden in godsdienst, schrijven, lezen en rekenen.

        In 1829 werd Z.E.H. Van Crombrugghe verheven tot bijzondere raadsman van Mgr. Van de Velde, Bisschop van Gent en benoemd tot Kanunnik van de St. Baafskathedraal en lid van de bisschoppelijke raad. Hij vergezelde de nieuwe Bisschop gedurende een jaar; ze bezochten ook de stad Geraardsbergen en het klooster der Zusters van Maria en Jozef

        Intussen stelde onze Z.E. Stichter de H. Regelen op; deze werden goedgekeurd door de geestelijke Overheid de 15 Oktober 1830. Zuster Antonia, ene der oudste zusters, werd Overste benoemd te Geraardsbergen. De zusters zijn dan in de Buizemontstraat gaan wonen in een huis behorende aan Juffrouw Maria De Clippele, nicht van Z.E.H. Insteller.

        In het jaar 1831, op verzoek van enige achtbare familiën van de stad Geraardsbergen en met toestemming van Z.H. de Bisschop van Gent, liet de Z.E. Stichter toe dat de zusters van het klooster van Maria en Jozef, de zieken, inwoners van de stad, ten huize zouden gaan verzorgen. Vandaar de naam van Zwarte Zusters, die hun toen door het volk gegeven werd.

In het jaar 1832 en vooral in 1833 heerste de cholera morbus in de stad Geraardsbergen. De zusters dienden de zieken met ijver. Zuster Ursula, (Jeanne Dullekens van
Biévène, 23 jaar oud), uitgeput door waken en vermoeienis werd door de vreselijke kwaal aangetast. Ze offerde zich als slachtoffer op aan God en bad Hem om bij haar dood, de schrikkelijke gesel van de stad af te keren. Met de dood van deze martelares der kristelijke naastenliefde hield de vernielende plaag in de stad op.

        In 1836, kocht onze Z.E. Stichter voor de zusters een huis in de Vredestraat, dat hem naderhand terugbetaald werd.

        Toen onze Congregatie in 1817 gesticht werd hadden de zusters enkel een Speldewerkschool. Nochtans, na enige jaren begonnen ze een school, waar de behoeftige kinderen de ganse dag leerden. Die school bloeide tot eenieders voldoening. De Heer Druwé, burgemeester van de stad en de Heer Bogaert, eerste Schepen, schonken jaarlijks aan de Overste een hulpsom van 200 Fr. tot vergoeding der onkosten voor het welzijn van die kinderen gedaan. Aldus werd in 1843 deze school, een lagere, door de stad ondersteunde school.

        In de loop van het jaar 1845, heeft onze Z.E. Stichter de aangenomen lagere school ingericht. De school voor arme kinderen
werd alsdan door de Staat aangenomen.

        In 1856 overleed te Geraardsbergen Juffrouw Pauline Spitaels, nicht van onze Z.E. Stichter, Ze werd door een van onze zusters verzorgd, Zuster Colette. Vóór haar overlijden heeft zij bij testament het huis dat zij bewoonde, geschonken aan de Congregatie der zusters van Maria en Jozef.

        In 1857 hebben de zusters van bovengemeld huis bezit genomen.

        Op 1 December 1865, 1e Vrijdag van de maand, te 3 uur overleed te Gent Z.E.H. Van Crombrugghe. Hij werd door heel het gesticht betreurd.

        Het getal kinderen groeide jaarlijks aan en in 1870 werden er ruimere klassen gebouwd; er werden ook inwonende leerlingen aanvaard.

        Op 1 Oktober 1869 werd ten voordele van de kristene jeugd en ter bevordering van de huiselijke welvaart, een beroepsschool geopend voor meisjes vanaf 12 jaar en daarboven.

        Ons onderwijs omvat :


I.LAGERE AFDELING
1.De aanneembare school (H. Familie) , Boelarestraat, heden 3 lagere- en 2 bewaarklassen.
2.De school in de kleine Karmelietenstraat 1 lagere- en 2 bewaarklassen.
3.De school op de Korendries, 2 lagere- en 2 bewaarklassen.
4.Het onderwijs aan internen halfinternen
- kwart internen : 6 lagere- en
bewaarklassen.

II.        De Beroepsschool is op heden omvormd tot een
"TECHNISCHE SCHOOL".
Deze bevat
a)Een volledige Handelsschool met drie jaar lager Middelbaar en een Hogere Cyclus : van 12 tot 18 jaar.
b)Een afdeling "Snit en Confectie" eveneens met Lagere en Hogere Cyclus : van 12 tot 18 jaar.
c)Een Beroepsschool : van 14 tot 18 jaar.
d)Het Huishoudonderwijs gaat gepaard met de studies van elke afdeling.
        

Officiële Diploma's en Getuigschriften.

Ons Gesticht telt 7 bijhuizen :

1.Te MEERBEKE (1855) met lagere- en bewaarklassen en Rustoord.
2.Te ADEGEM (1874) met burgerlijk Rustoord.
3.Te ERPE (1877) met lagere- en bewaarklassen en Rustoord.
4.Te OETINGEN (1880) met lagere- en bewaarklassen en Rustoord.
5.Te ZARLARDINGE (1890) met lagere- en bewaarklassen
6.Te ADEGEM (1892) met lagere- en bewaarklassen.
7.Te ERONDEGEEM (1904) met lagere- en bewaarklassen.

-------------------