REGERINGSBESLISSING

19 januari 1998

 

Beslissing van de Vlaamse regering

 

1. Inzake de aanleg van het containerdok -west

1.1 stelt vast dat het economisch verantwoord is en dringend gewenst is extra containerinfrastructuur te voorzien in Antwerpen;

1.2. hecht haar principiële goedkeuring aan de aanleg van het containerdok-west in de Waaslandhaven en verklaart het project Deurganckdok van algemeen belang;

1.3. stelt vast dat door de aanleg van het containerdok de gewenste industriële portuaire ontwikkeling door gebrek aan bouwrijpe terreinen geremd wordt en dat het derhalve noodzakelijk is in het huidige Havenuitbreidingsgebied nieuwe terreinen te ontwikkelen

1.4. stelt op basis van de verschillende uitgevoerde wetenschappelijke studies, vast dat de leefbaarheid van de gemeente Doel ingrijpend wijzigt door de bouw van het Containerdok -West; de leefbaarheid van de deelgemeente Doel niet kan gewaarborgd worden en verder achteruit gaat naarmate de industrialisatie voortschrijdt;

1.5. beslist over te gaan tot de uitvoering van fase 1 volgens een uitvoeringstempo in overeenstemming met de budgettaire middelen;

1.6. stemt in met de gunning van de werken burgerlijke bouwkunde via de procedure van openbare aanbesteding waarbij de aanbesteding zal geschieden door de bouwheer van dit onderdeel, het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen;

1.7. stemt in met de gunning van de wegenontsluiting en de bouw van de bijbehorende kunstwerken via de procedure van openbare aanbesteding, waarbij de aanbesteding zal geschieden door de bouwheer, het Vlaams Gewest;

1.8. gelast de minister, bevoegd voor Openbare Werken, Vervoer en Ruimtelijke Ordening ten gepaste tijde een voorstel voor te leggen inzake de toewijzing van de baggerwerken;

1.9. beslist over te gaan tot het afsluiten van een financieringsovereenkomst met het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen op basis van principes van het besluit van de Vlaamse regering van 10 november 1993 betreffende het subsidiëringsbeleid van de investeringen in de Zeehavens voor de uitvoering van de werken en de aanvullende bemerkingen vermeld in punt 15 van onderhavige nota.

1.10. gelast de Vlaamse minister bevoegd voor Openbare Werken, Vervoer en Ruimtelijke Ordening met de uitvoering van de onder punt 1.6.,1.7., en 1.9. vermelde beslissingen;

1.11. gelast de minister, bevoegd voor Openbare Werken, Vervoer en Ruimtelijke Ordening de aanvraag voor de bouwvergunning voor te leggen aan de Vlaamse regering.

2. Inzake de inname van de gronden

2.1 stemt in met een gefaseerde inname van de vereiste gronden, ca 16 ha (deel 1 in de Doelpolder ten noorden van de Verkortingsdijk) en 242 ha (Mida I) en 212 ha (Mida 11) van het "Havenuitbreidingsgebied" voorzien in het gewestplan SintNiklaas-Lokeren (dd 7.11.1978), zoals aangegeven op het onteigeningsplan B4/7544 Doel 2, B4/7381 Doel 3, B4/7545 Doel 4;

2.2 gelast de Vlaamse minister bevoegd voor de Openbare Werken, vervoer en Ruimtelijke Ordening om de Maatschappij voor Grond- en Industrialisatiebeleid van het Linkerscheldeovergebied te verzoeken de procedure van de verwerving van de gronden op zich te nemen;

3. De Antwerpse haveninfrastructuur in het Waasland

3.1 gelast de minister van Openbare werken, Vervoer en Ruimtelijke Ordening om in samenwerking met de Maatschappij voor Grond en Industrialisatiebeleid van het Linkerscheldeoevergebied, het Gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen en de Intertercommunale vereniging van het Land van Waas in het kader van een ontwerp van decreet de nodige aanpassingen van de Wet Chabert uit te werken om de grotere betrokkenheid van het Waasland uitgewerkt in de overeenkomst vermeld in bijlage 17 te garanderen en om de opdrachten toevertrouwd aan de Maatschappij voor Grond- en Industrialisatiebeleid van het Linkerscheldeovergebied in onderhavige beslissing te realiseren;

3.2 gelast de minister van Openbare werken, Vervoer en Ruimtelijke Ordening om in samenwerking met de Maatschappij voor Grond en Industrialisatiebeleid van het Linkerscheldeovergebied en het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen en met de betrokkenheid van de gemeente Beveren een strategisch plan op te stellen overeenkomstig de initiatieven genomen onder punt 3.1. voor de verdere uitbouw en maritieme ontsluiting van de Antwerpse Haveninfrastructuur in het Waasland en dit aan de Vlaamse Regering voor goedkeuring voor te leggen voor einde 1998. Het Structuurplan Linkeroever wordt slechts ingevuld nadat de hoofdlijnen van het Strategisch plan zijn vastgelegd.

Dit strategisch plan dient uit te gaan de volgende uitgangspunten:
- de realisatie van het Deurganckdok
- het inschakelen van het bestaande Doeldok als een ondersteunende entiteit
- de uitbouw van de MIDA 1 en 2 ten noorden van Deurganckdok
- onleetbaarheid van Doel en de daarop volgende onteigeningen
- de buffering van de dorpskernen in de Polder;
- de niet realisatie van het Baalhoekkanaal en het Kieldrechtdok;
- compensatie voor de landbouw-, habitat- en vogelrichtlijngebieden.

Dit strategisch plan en uitvoeringsplan voor de afbakening van het Antwerpse havengebied dat wordt opgemaakt in het kader van R.S.V. dient o.m. uitspraak te doen en beslissingen voor te stellen omtrent:
- de bestemming van het Havenuitbreidingsgebied;
- de verder differentiatie van de industrieterreinen en de invoering van instrumenten voor een zuinig en efficiënt ruimtegebruik;
- de aanduiding van overstromingsgebieden;
- de aanduiding van gebieden bestemd voor laguneringsvelden;
- de aanleg van buffergebieden door natuurbouw en natuurontwikkeling met slib voorkomend van de Beneden-Zeeschelde;
- opnemen van de definitieve grenzen van het havengebied.

3.3. gelast de Vlaamse minister van Openbare Werken, Vervoer en Ruimtelijke Ordening een voorstel uit te werken m.b.t. de wijziging van het gewestplan SintNiklaas -Lokeren overeenstemmend met het Strategisch Plan vermeld onder punt 3.2; de gewestplanwijziging nodig voor de aanleg van Deurganckdok, zal voorheen voorgelegd worden.

3.4 gelast de Maatschappij voor het Grond- en Industrialisatiebeleid van het Linkerscheldeoevergebied en het gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen om samen met het Vlaams gewest, vertegenwoordigd door de Vlaamse regering, een beleidsovereenkomst af te sluiten, naar aanleiding van de wijziging van de bestemming van een deel van het industriegebied naar havengebied. Deze overeenkomst regelt in het bijzonder de vergoeding voor deze overheveling. Hecht haar goedkeuring aan het principe dat voor deze overeenkomst als basis kan genomen worden, het toevertrouwen een de Intercommunale vereniging van het Land van Waas van de exploitatie van het logistiek park dat uitgebouwd wordt in het zuid-westen van de Antwerpse haven infrastructuur in het Waasland. De verdere uitwerking van deze overeenkomst dient te worden bereikt vooraleer het aanvangsbevel wordt verleend;

4. Inzake de deelgemeente Doel

4.1. Gelast de Vlaamse minister bevoegd voor Openbare Werken, Vervoer en Ruimtelijke Ordening om een gemengde werkgroep op te richten onder zijn voorzitterschap en die samengesteld is uit de vertegenwoordigers van
- de Maatschappij voor het Grondbeheer en Industrialisatie van het Linkerscheldeoevergebied;
- het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen;
- de gemeente Beveren;
- de Intercommunnale van het Land van Waas;
- de minister-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Wetenschap en Technologie;
- de vice- minister-president, Vlaams minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken;
- de minister van Financiën en Begroting en Gezondheidsbeleid;
- de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Stedelijk Beleid en Huisvesting.

De regering stelt een permanent secretariaat ter beschikking van de werkgroep, dat conform het bepaalde in punt 3.1 bij de Maatschappij voor het Grondbeheer en Industrialisatie van het Linkerscheldeoevergebied wordt ondergebracht.

Deze werkgroep wordt gelast met de uitwerking van een globaal begeleidingsplan. Dit begeleidingsplan moet voorstellen bevatten m.b.t.
1) de onteigeningen, rekening houdend met _e geactualiseerde waarde van het vastgoed op basis van het referentiejaar 1994;
2) de herhuisvesting van de bewoners van Doel, rekening houdend met hun wensen en de mogelijkheid om binnen de omliggende deelgemeenten van Beveren zich te vestigen via allerlei mogelijke vormen van huisvesting (serviceflats, huurwoningen, koopwoningen en kavels aan betaalbare prijzen).

Er gebeurt geen terugvordering van renovatie en andere premies, decretale aanpassingen worden doorgevoerd om een degelijke huisvesting onder alle mogelijke vormen toe te laten.

De gehuchten, individuele woningen en bedrijven gelegen buiten de dorpskern van Doel worden opgenomen in dit plan.

Tijdens de uitvoering der werken wordt de veiligheid en de bereikbaarheid voor de inwoners van Doel gegarandeerd.

Ter financiering van dit begeleidingsplan wordt de werkgroep gelast verdeelcoëfficiënten naar de verschillende partners toe uit te werken.

De Vlaamse regering verbindt zich ertoe tijdig de nodige bedragen te reserveren voor de uitvoering van dit begeleidingsplan.

Het begeleidingsplan wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de Vlaamse regering. Het definitief plan wordt voor de aanvang der werken en uiterlijk voor 1 juni 1998 voorgelegd.

4.2. De Vlaamse regering duidt op basis van een door haar vastgelegd profiel en in samenspraak met het gemeentebestuur van Beveren een bemiddelaar aan om dit begeleidingsplan op te volgen en te begeleiden in overleg met alle betrokkenen in bijzonder de bevolking van Doel. Binnen de administratie wordt een coördinerende werkgroep opgericht.

4.3. gelast de Vlaamse minister van Openbare Werken, Vervoer en Ruimtelijke Ordening de Maatschappij voor het Grondbeheer en Industrialisatie van het Linkerscheldeoevergebied te verzoeken, de procedure voor de verwerving van de gronden, tegen sociaal aanvaardbare tarieven en overeenkomstig de modaliteiten van het begeleidingsplan op te starten.

4.4. gelast de Vlaamse minister van Openbare Werken, Vervoer en Ruimtelijke Ordening desgevallend de nodige decretale bepalingen voor te leggen teneinde het begeleidingsplan te realiseren

 

[Home page][Overzicht Doel Blijft][Jaaroverzichten]