de stoelenstartpagina

DE STOELEN
Les chaises

van Eugène Ionesco

't Klein Raamtheater

Een oude man en een oude vrouw hebben, vóór ze van deze wereld verdwijnen, een laatste boodschap mee te delen. Daarvoor hebben ze een redenaar ingehuurd en uitnodigingen verstuurd. Ze worden geconfronteerd met een aanzwellende stroom van bezoekers. Het lijkt wel alsof de hele wereld hier aanwezig zal zijn, en er stoelen te kort zullen zijn. Maar wat zal de boodschap zijn ?

'Het thema van het stuk is niet de boodschap, noch de beproevingen van het leven of de morele nederlaag van de oudjes, maar wel de stoelen. Dat wil zeggen de afwezigheid van mensen, de afwezigheid van de Keizer, de afwezigheid van God, de afwezigheid van de materie, de irrealiteit van de wereld, de metafysische leegheid; het thema van het stuk is het niets.

Op het eind moet het schokkend worden. De allerlaatste scène, na het verdwijnen van de oudjes, na het vertrek van de redenaar, moet beklijven. Het gefluister, het geluid van water en wind moet naklinken alsof het nergens vandaan kwam. Dat zal het publiek beletten aan het stuk de meest eenvoudige, de meest foute verklaring te geven. Ze mogen bijvoorbeeld niet denken dat de oudjes gek of kinds zijn of dat ze hallucinaties hebben. Ze mogen ook niet denken dat de onzichtbare personages enkel de wroeging en de herinneringen van de oudjes zijn. Misschien is dat, tot op zekere hoogte, wel waar, maar het heeft werkelijk geen enkel belang, dat ligt ergens anders. Vermits het thema van De Stoelen de leegte van het bestaan is of de afwezigheid, moet het tonen van die afwezigheid het laatste, definitieve moment van de voorstelling zijn.' (Eugène lonesco)

WSB in Het Nieuwsblad van 3 december 1992: “Liefhebbers van absurd toneel komen met deze productie beslist aan hun trekken, want Julienne de Bruyn, Nolle Versyp en Leo Madder maken een genietbare voorstelling van deze moderne klassieker. Regisseur Jo Dua toonde respect voor het originele concept.”
Lili Lebeau in de Gazet van Antwerpen van 5 december 1992: “Julienne De Bruyn en Nolle Versyp beschikken over rijp talent en levendige soepelheid.”
F.D.K in Het Volk van 30 november 1992: “Jo Dua opteerde voor een puur klassieke aanpak, zonder verrassingen, maar beresterk dank zij de glansprestaties van Nolle Versyp en Julienne De Bruyn.”
Linda Berghmans in De Standaard van 4 december 1992: “Nolle Versyp subliem

Regie: Jo Dua
Assistentie: Thalita Cooreman
Vertaling: H. Albach-Tielrooy
Decor, belichting en kostuums: Marc Cnops
Met Julienne De Bruyn, Leo Madder, Nolle Versyp

Speelperiode: van 26 november1992 tot 9 januari 1993