vorige pagina

Een wandeling langs de historische gebouwen van Kortenberg

 

Dr. Henri Vannoppen

 

We beschrijven eerst volledige gebieden, waar meerdere historische gebouwen voorkomen. Daarna komen de losse entiteiten per soort gebouw aan bod. Het gaat hier om 57 gebouwen.

De fotografie is het werk van fotograaf Jos Verhoogen uit Erps-Kwerps. Deze geeft een beeld van de historische monumenten in 2004 (Copyright Jos Verhoogen). 
Webmaster Gustaaf Salens retoucheerde de foto's voor het internet.

Interactieve lijst van gebouwen in deelgemeente Kortenberg

O.L.Vrouwekerk van Kortenberg

Villa Clément de Cléty

Oude pastorie van Kortenberg

Villa La Tourelle

Abdijkasteel

Villa Normande

Poortgebouw van de abdij

Dubbelvilla Sans-Souci

Veehof

Villa Jacques

Bouwerij

Villa’s L’Abri en L’Ermitage

Rusthuisje

Villa Eikelenhof

Kelder van het abdijdomein

Villa Op den Berg

Ruïne van de brouwerij

Villa De Keyzer

Oorlogsmonument van het H. Hart

Villa Le Manoir

Oorlogsmonument op het kerkhof

Villa Schaar

Herenhuis Verdeyen

Villa Lurmann

Herenhuis Eycken

Villa De Venkel

Herenhuis Haesaerts

Villa Baras

Herenhuizen Maes

Villa Houben

Huis Schillebeeckx

Villa Joséphine

Notariaat de Creeft

Villa De Wals

Ark van Noë

Villa Misotten

De Drie Koningen met geboortehuis van Félicien Marceau

Villa Maertens

In Voscapel

Doktersvilla van Sint-Jozef

Huis De Wandelaer of “Auberge des Princes”

Villa Mormal

De Vierwegenscheden

Villa Carré

Kapel van O.L.Vrouw van Halle

Villa Hennemann

Kapel van O.L.Vrouw Onbevlekte Ontvangenis

Villa Coenen

Kapel van O.L.Vrouw Sedes Sapientae

Villa Aline

Sint-Jozefskapel

Villa Marguerite

Kapel van Sint-Antonius

Villa Les Peupliers

Villa Welcome

Villa Dock

Villa Coosemans

 

Volledige gebieden

 

De kerk van Kortenberg en omgeving

 

 1. De O.L.Vrouwekerk van Kortenberg



De eerste kerk van Kortenberg was gevestigd op de Curtenberg of de Eikelenberg. Daar was ook de eerste kerkelijke nederzetting: de kluis, waaruit later de abdij van Kortenberg. Men sprak van de bergkerk. De kerk was toegewijd aan Sint-Amandus. In 1764 werd een referendum georganiseerd i.v.m. de plaats van de nieuwe kerk in ‘De Ark van Noé’. De meerderheid van de Kortenbergenaren verkoos een kerk dicht bij de Leuvensesteenweg nl. op de Heurk. Op 5 juli 1771 werd de bergkerk afgebroken. Op 9 juli 1771 werd de eerste steen van de nieuwe kerk van Kortenberg gelegd door de rentmeester van de abdij. In het kerkportaal vinden we deze eerste steen terug: ‘Dit is den eersten steen geleydt door Mevrouw Seraphine du Chäteau, abdisse der abdij van Cortenbergh den 9 juli in ’t jaar ons Heere 1771’. De zandstenen toren op een vierkant grondvlak is afgedekt met een klokvormig dak. Het portaal in arduin is LodewijkXVI-stijl. De nieuwe kerk droeg de stempel van Laurent-Benoit Dewez. Het is neoclassicisme. Door de uitbreiding van de parochie en door de demografische groei werd de vergroting van de kerk van Kortenberg noodzakelijk. Pastoor August Verbeeck  breidde in de periode 1887-1892 de kerk uit met twee uitspringende zijbeuken en met een bergplaats. Architect A. Struyven zorgde voor het plan en aannemer Van Deuren uit Hoeilaart voor de uitvoering van de werken. In 1914 werd de kerk volledig afgebroken, alleen de toren bleef over. De nieuwe kerk werd gebouwd in neogotiek volgens de plannen van de Leuvense architect Pierre Langerock. De aannemer was Jan-Baptist Mommaerts uit Kortenberg; Wegens W.O.I waren de werken van lange duur. Op 16 oktober 1922 zegende kardinaal Mercier de nieuwe kerk van Kortenberg in. In 1981 veranderde de kerk van Kortenberg van patroonheilige. Zowel Erps als Kortenberg hadden Sint-Amandus als patroon. Erps was de oudste parochie en behield Sint-Amandus. Kortenberg nam O.L.Vrouw, de tweede patroon van de kerk als nieuwe patroonheilige.  

In 1917 zorgde Edward Steyaert voor drie glasramen in het nieuwe koor.  In 1922 vervaardigde hij een glasraam voor het doksaal. De doopvont uit de 17de eeuw komt uit de bergkerk. De eiken lambrisering en de biechtstoelen werden in 1788 te Mechelen door Jean Taverniers in Lodewijk XVI-stijl vervaardigd en komen uit de kerk van 1771. Er zijn ook enkele merkwaardige beelden: de Ecce Home, een 17de-eeuwse houten beeld in barokstijl  en de laatgotische madonna van rond 1500 uit het atelier van de Meester van O.L.Vrouw van Piétrebais. In deze kerk werd Sint-Blasius vereerd tegen keelpijn. Het schilderij ‘De aanroeping van Sint-Blasius’, een 18de-eeuws schilderij van de Vlaamse School herinnert hieraan. De kerkmeubelen dateren van bij de bouw van de nieuwe kerk in 1914-1921 en werden geschonken door Kortenbergse burgerijfamilies. 

Bibliografie:

A. WAUTERS. Histoire des environs de Bruxelles, 8B, (heruitgave 1973 van het boek van 1855),  p. 407-408.

F. DENIS. Kortenberg, onze parochie. Kortenberg, 1981, p. 51-76.

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen. Winksele, 1991,  p. 12-13 ( Nr. 1. De O.L.Vrouwekerk).

J. JANSEN. Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische bedehuizen. Provincie Brabant. Kantons Leuven I en II. Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium. Brussel, 1980 , p. 40-41.

J. BUYS. De kerken van Kortenberg – in H. VANNOPPEN. Kortenberg 1095-1995. Borgerhout, 1995, p. 203-216.

F. BUYS-HEREMANS. Het interieur van de O.L.Vrouwekerk– in H. VANNOPPEN. Kortenberg 1095-1995. Borgerhout, 1995,, p. 217-246.

 naar tabel

 2 .Het oorlogsmonument van het H.-Hart

Het H.-Hartbeeld werd na W.O.I geplaatst in de verlenging van de kerk en de sacristie. Dit beeld deed dienst als oorlogsmonument van Kortenberg. Op het voetstuk vinden we ‘Cortenberg dankbaar’ en ‘Aan het Heilig hart’ . Op de twee zijkanten en op de achterkant werden de namen van de gesneuvelden en van de oud-strijders van Kortenberg uit W.O.I aangebracht. Het was een typisch katholiek oorlogsmonument uit het interbellum. Katholieke besturen verkozen een H.-Hartbeeld boven een gesneuvelde soldaat.  In 1931 werd dit monument verplaatst en kwam voor de kerk in de Brouwerijstraat te staan. In 1986 vernieuwde ge gemeente Kortenberg de platen op het monument en vulde deze aan met de slachtoffers van W.O.II. 

 

Bibliografie:

F.DENIS. Kortenberg, onze parochie. Kortenberg, 1981, p. 148-152.

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen. Winksele, 1991,  p. 32 ( Nr. 13. De oorlogsmonumenten van Kortenberg).

naar tabel

 De Abdij van Kortenberg en de Eikelenberg

 

3. Het hoofdgebouw van de abdij of het abdijkasteel



Oorspronkelijk was er een vestiging van reclusae of kluizenaressen  op de Curtenberg. Deze werd vermeld in 1095. In de 13de eeuw kwam de gemeenschap naar het dal in het Minneveld. 

Ze bouwde toen een nieuwe abdij en nam de regel van Sint-Benedictus aan. In 1312 werd hier het befaamde Charter van Kortenberg getekend. In 1777 werd Beatrix de Villers tot laatste Benedictinessenabdis van Kortenberg verkozen. Op het einde van de 18de eeuw werden de nieuwe abdijkerk en het nieuwe hoofdgebouw of het abdijkasteel opgetrokken. Het hoofdgebouw werd opgetrokken tussen 1779 en 1783 in neoclassicisme.  In 1798 werd de abdij als zwart goed verkocht door de Fransen. Als kopers traden Van Grave en Vanden Burggraaf-Spruyt op. De meeste gebouwen werden afgebroken in de Franse periode ook de nieuwe abdijkerk. Op het einde van het Hollands bestuur was de abdij opnieuw één eigendom nl. van Joseph Charles van Grave, die meier van Kortenberg was van 1819 tot 1829.  Hij verkocht in 1829 het abdijcomplex aan baron Albert d’Eesbeeck Vanderhaeghen. Door het huwelijk van Barones Julie d’Eesbeeck Vanderhaeghen met Jean-Amand Matthieu, de rentmeester van de goederen d’Eesbeck te Kortenberg kwam de abdij in handen van de familie Matthieu. In 1897 werd de abdij verkocht. Het hoofdgebouw kwam in handen van rechter Paul Salkin, de kleinzoon van de Barones. Zijn schoonbroer Joseph Chantraine (+1910) ontwierp hier zijn vliegtuig ’de aéromobile’. Ook kunstschilderes Marie Salkin-Lambiotte en haar zoon kunstschilder Emile Salkin woonden hier. De bekende surrealist kunstschilder Paul Delvaux kwam hier dikwijls op bezoek bij zijn vriend Emile Salkin.

In 1933 werd het abdijcomplex openbaar verkocht. Kanunnik François Misonne kocht de gebouwen. Hij bouwde de halfronde barokke abdijkapel en de traditionele ridderzaal in 1934. Kardinaal Van Roey wijdde deze kapel in 1934 in. De Zusters van het Cenakel hadden hier een retraitehuis van 1952 tot 1976. Het abdijkasteel is de eigendom van het aartsbisdom Mechelen. Het beheer was achtereenvolgens in handen van de Paters Redemptoristen, van de Zusters Ursulinen, van leken en van de Paters Salvatorianen.  In 1960 werd er een nieuwe vleugel achteraan aangebouwd volgens de plannen van architect P. Rome uit Brussel. Het salon van de abdij geeft een beeld van de 18de-eeuwse glorie. We vinden er portretten van Maria Laermans, die de abdij bestuurde van 1671 tot 1682 en van Beatrix de Villers, de laatste abdis van Kortenberg  en twee medaillons van Beatrix de Villers en van rentmeester Gregorius Desneux,  beheerder  van de abdijgoederen van 1778 tot 1796.  In het salon vinden we ook de wapenschilden van de abdij en van de laatste abdis. 

Bibliografie:

A.WAUTERS. Histoire des environs de Bruxelles, 8B, (heruitgave 1973 van het boek van 1855),  p. 384-408.

J.ROUART-CHABOT. Abbaye de Cortenberg-Monasticon Belge. Deel IV. Province de Brabant. Volume I, p. 243-267.

F.MAES. Kortenberg, zijn abdij, zijn oude woningen -Eigen Schoon en De Brabander, 1955, p. 199-220.

H. VANNOPPEN. Het abdijkasteel van Kortenberg in het Nieuwe Regime - De Brabantse Folklore, 1977, p. 13-91, p. 165-206..

H. VANNOPPEN. Abdij Kortenberg. 1986, 24 p.

C.BORGIONS. De abdij van Kortenberg tegenover adel en patriciaat in Brabant 1095-1572. 1990, 137 p. 

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen. Winksele, 1991,  p. 21-23 ( Nr. 7. De Abdij van Kortenberg).

C.BORGIONS. Een bezoek aan de abdij-– in H. VANNOPPEN. Kortenberg 1095-1995. Borgerhout, 1995, p. 97-110.

 naar tabel

4. Het Poortgebouw van de abdij

De prent  van Sanderus in Chorographia Sacra Brabantiae  van 1659 gaf zeer duidelijk het poortgebouw van de abdij. Het is gebouwd in het begin van de 17de eeuw in traditionele zand - en baksteenstijl. Opvallend is de gotische spitsvormige toegangspoort, die de vroeg 17de-eeuwse kern van het poortgebouw vormt. In 1825 dacht het gemeentebestuur van Kortenberg aan een gemeentehuis. De ingangspoort van de abdij was de eigendom van Petrus De Wandelaar. De gemeente beschikte over 400 gulden voor de aankoop. Dat was een te lage prijs voor De Wandelaar en de verkoop ging niet door. In 1830 vroeg de volgende eigenaar Barones d’Eesbeeck Vanderhaeghen 800 gulden voor het gebouw. De gemeente ging dan toch akkoord ondanks de verdubbelde prijs.  In 1830 werd het gemeentehuis en de gemeenteschool in de ingangspoort gevestigd. Burgemeester Lambert-Joseph Schuermans werd in dit gemeentehuis in 1830 tot burgervader verkozen. In 1870 constateerde de gemeenteraad van Kortenberg dat de abdijpoort te klein en te ongeschikt was. In 1873 werd de abdijpoort of het oud-gemeentehuis verkocht aan Jean-Amand Matthieu, gemeentesecretaris van Kortenberg en eigenaar van het abdijkasteel. Rond 1920 kocht de familie Lafosse de abdijpoort. Ze vestigde de schrijnwerkersmeterfabriek ‘Le Cygne’ achter de abdijpoort in de richting van het abdijkasteel. Het jaartal 1920 op deze industrieel archeologische bewijzen wijst op het bouwjaar.

Bibliografie:

F.MAES. Kortenberg, zijn abdij, zijn oude woningen -Eigen Schoon en De Brabander, 1955, p. 199-220.

H. VANNOPPEN. Het abdijkasteel van Kortenberg in het Nieuwe Regime - De Brabantse Folklore, 1977, p. 13-91, p. 165.

H. VANNOPPEN. Abdij Kortenberg. 1986, 24 p.

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen. Winksele, 1991,  p. 21-23 ( Nr. 7. De Abdij van Kortenberg).

naar tabel

5. Het Veehof

In het abdijdomein staat tegenover het hoofdgebouw het Veehof, nu het jeugdheem Sjaloom. Sanderus in de 17de eeuw en A. Nivoy op het einde van de 18de eeuw  tekenden duidelijk de veestallen. Het Veehof werd in 1624 door brand vernield. De oudste delen van het Veehof dateren uit 1640-1650, toen het heropgebouwd werd. . Ze zijn opgetrokken in traditionele bak- en zandsteenstijl.  Het Veehof was de veehoeve van de abdij. In 1770 had de abdij twee weiden: één met 21 koeien en één met 3 runderen. De gebouwen bij Sanderus en bij Nivoy waren veel uitgebreider dan het gebouw dat we terugvinden op foto’s uit de Belle Epoque.Het gebouw was toen de kleine hovenierswoning van het abdijkasteel. Voor 1914 waren het de koestallen van Marie Salkin met haar ‘Laiterie de l’Abbaye de Cortenbergh’. Na W.O.I werd het Veehof opnieuw een hovenierswoning. Jacques Salkin had er een varkenskwekerij rond 1925-1930. In 1933 verkocht Paul Salkin dit 17de-eeuws gebouw samen met het abdijkasteel aan E.H. François Misonne. Deze restaureerde en vergrootte het Veehof in de richting van de vijver tot de directeurswoning . Hij had er zijn privé-woning van 1933 tot 1969. Van 1969 tot 1976 werd het Veehof bewoond door glazenier Julien Van Averbeke. Nu is het omgevormd tot het jeugdheem Sjaloom en het wordt ook voor tentoonstellingen en vertelavonden gebruikt.

Bibliografie:

F.MAES. Kortenberg, zijn abdij, zijn oude woningen -Eigen Schoon en De Brabander, 1955, p. 295-256.

H. VANNOPPEN. Het abdijkasteel van Kortenberg in het Nieuwe Regime - De Brabantse Folklore, 1977, p. 193-198.

H. VANNOPPEN. Abdij Kortenberg. 1986, 24 p.

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen. Winksele, 1991,  p. 23 ( Nr. 7. De Abdij van Kortenberg: Het Veehof).

naar tabel

6. De Bouwerij

De abdij had in het begin van de 16de eeuw twee pachthoven op helftwinning: het Hof te Lindergem en de Bouwerij. Het eerste pachthof is verdwenen. De Bouwerij verwijst naar landbouw. Het was een pachthof afgestemd op akkerbouw. De ingang is nu langs de Abdijdreef.  Dit pachthof ook ‘cense’ genoemd was redelijk veilig vermits ze gelegen was binnen de muren van de abdij van Kortenberg.  De Bouwerij werd verwoest onder de godsdienstoorlogen in 1585 en heropgebouwd onder abdis Madeleine de Nivelles (1595-1617). Het huidig gebouwd zou dateren van 1732.  Abraham Schuermans, griffier van Kortenberg  was pachter van de Bouwerij in de 18de eeuw. Hij werd er opgevolgd door zijn zoon Philippe-Antoine Schuermans. De huidige gebouwen zijn opgetrokken in een landelijke traditionele zand- en baksteenstijl.  In de Minneveldstraat vinden we in de vernieuwde omheiningmuur een 18de-eeuws zandstenen rondboogdeurtje met geprofileerde imposten en hartmotief in de sluitsteen. Een 18de-eeuws losstaand zandstenen gebouw langs de weg naar de abdij werd omgevormd tot een garage.

In 1798 kochten Cornelis van de Burggraaf en zijn echtgenote Maria Martha Spruyt  de Bouwerij als zwart goed. In 1830 was de Bouwerij een pachthof de eigendom van een Brusselse rentenier Louis Deman. Het was toen volgens het kadaster een bakstenen pachthof met schaliën bedekt  zonder bovenverdieping. In 1848 kocht Jean-Amand Matthieu, gemeentesecretaris van Kortenberg deze gebouwen  en zo werd het abdijdomein terug één geheel.  Bij de deling kwam de Bouwerij aan zijn zoon Leon Matthieu te Leuven. In 1897 was het de eerste melkerij van Marie Salkin. Er waren stallen voor het vee. De staat van het goed was bedenkelijk en vrij snel verhuisde Marie Salkin naar het Veehof, haar tweede vestiging. 

In 1920 kocht Fernand Lafosse de Bouwerij. Zijn zoon Walter Lafosse vormde de Bouwerij om tot een woning ‘Het Winhof’. Nu woont er zijn dochter Geneviève Lafosse. We vinden er enkele mooie bomen: een ondersteunde trompetboom of Catalpa en een uitgetopte paardekastanje.

Bibliografie:

F.MAES. Kortenberg, zijn abdij, zijn oude woningen - Eigen Schoon en De Brabander, 1955, p. 199-220.

H. VANNOPPEN. Het abdijkasteel van Kortenberg in het Nieuwe Regime - De Brabantse Folklore, 1977, p. 191.

H. VANNOPPEN. Abdij Kortenberg. 1986, 24 p.

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen. Winksele, 1991,  p. 24 ( Nr. 7. De Abdij van Kortenberg: De Bouwerij).

H. VANNOPPEN. De burgemeesters- en brouwersfamilie Schuermans in Kortenberg -De Vlaamse Stam, 1983, p. 481-494.

naar tabel

7. Het rusthuisje

In de hoek van het abdijdomein tekende Nivoy in 1796 het rusthuisje. Hij vermeldde het onder nr. 25 als ‘le jardin abbatial avec un cabinet’ of het lusthofje van de abdis met zomerhuisje. Het is een tuinpaviljoen in Lodewijk XV-stijl. Het vierkant in baksteen is afgedekt met een tentdak Het rusthuisje lag tegen de vijver. Het tuinhuisje werd onder kanunnik Misonne omgevormd tot een kapel. 


Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Het abdijkasteel van Kortenberg in het Nieuwe Regime - De Brabantse Folklore, 1977, p. 46, p. 202, p. 194.

naar tabel

8.De kelder van het abdijdomein

Tussen het abdijkasteel en het Veehof vinden we nog de ruïne van een kelder, het geheel met bomen begroeid. Volgens de enen was het een ijskelder. Waarschijnlijker is echter de andere stelling nl. dat het hier gaat om de kelder van één van de  abdijgebouwen, die afgebroken werden na 1798. De verkoopsaffiche van 1897 vermeldde ‘2 bonnes caves’. Het waren kelders met een bakstenen tongewelf en lichtgetoogde deuropening in een verzorgd natuurstenen parement. Mogelijk werden deze kelders als groentekelders gebruikt. Boven op de heuvel vinden we een natuurstenen kapelletje met bakstenen kern in pseudo - Lodewijk XV-stijl.


Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Het abdijkasteel van Kortenberg in het Nieuwe Regime - De Brabantse Folklore, 1977, p. 194.

.naar tabel

9.De ruïne van de brouwerij

Abdijen en bier brouwerijen ging dikwijls samen. Dat was ook zo bij de Benedictinessenabdij van Kortenberg.Nivoy gaf in 1796 als nr. 13 de brouwerij en de bakkerij. Ook bij Sanderus in de 17de eeuw vinden we deze gebouwen terug. Bij de verkoop van de abdij in 1798 kwamen de brouwerij en de bakkerij aan Martha Spruyt, echtgenote van Cornelis Van den Burggraaf.

De Kamme van de abdij werd vermeld in 1693 en 1796. Over de vaklieden die er werkten , is weinig gekend. We vonden de naam van één brouwer nl. Guiliëlmus Matthieu uit Sint-Pieters-Rode. Hij was de zoon van Lucas Matthieu en van Maria Lessin. Hij huwde in 1779 te Kortenberg  met Theresia Vrebos, dochter van Roeland Vrebos en van Catharina De Wandelaer. Hij werd vermeld als ‘braxator’. Zijn zoon Jean-Amand Matthieu werd later de rentmeester van de baronnen d’Eesbeeck Vanderhaeghen, gemeentesecretaris van Kortenberg  en hij huwde de dochter van de Baron.

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Het abdijkasteel van Kortenberg in het Nieuwe Regime - De Brabantse Folklore, 1977, p. 59.

G.VAN ROEY en G.VANNOPPEN. Kortenberg, brouwerijgemeente. Evolutie van de brouwerijen en bieren in de huidige fusiegemeente Kortenberg - Curtenberg , 1993-1994, nr. 3, p. 99.

naar tabel

10. De oude pastorie van Kortenberg

De eerste pastorie van Kortenberg stond bij de bergkerk.Het lemen gebouw werd in 1632 door soldaten verwoest. Er kwam dan een nieuwe pastorie, ook een lemen woning ’De Verckensdelle’ in de Kiewitstraat juist buiten de abdijmuur. Het lemen huis bevatte een kelder met een kamer daarboven. In 1634 werd daar het stenen huis tegenaan gebouwd in witte zandsteen. Het bestond uit een kamer met een haard en een portaal. De pastorie was niet veel zaaks en werd door de pastoors verhuurd. Ze verbleven meestal zelf in de abdij. Er werden langdurige processen gevoerd tussen de pastoors en de abdij. In 1725 kwam men tot een besluit. Men zou de pastorie verbouwen. Het lemen buis werd afgebroken. Een nieuw kwartier met twee bouwlagen werd tegen het stenen huis opgetrokken. In 1732 werd het stenen huis ook opgetrokken. In 1768 werd de pastorie uitgebreid langs de achterzijde toe. Opvallend hiervoor zijn de typisch 18de-eeuwse steekboogramen. De pastorie evolueerde in de richting van een burgerhuis. Van 1798 tot 1811 was de rijkswacht van Kortenberg in de pastorie gevestigd. In de Hollandse periode was de pastorie befaamd om de bibliotheek van pastoor Michael Gaethofs met zijn 1000 à 1500 boekdelen. In 1841 werd Kortenberg het toneel van een gerechtelijke dwaling. Pastoor Gaethofs werd overvallen. Het Hof van Assisen van Brabant veroordeelde hiervoor drie verdachten: Jan-Baptist en Henri Bonné en Jan-Baptist Geens, leurders uit Lier, ten onrechte.  In 1843 werden de ware schuldigen gevat en veroordeeld. De drie onschuldige leurders werden toen in vrijheid gesteld. In 1851 vestigde pastoor Joannes-Henricus Aerts een middelbare school voor jongens in de pastorie. In 1971 kocht de gemeente Kortenberg een woonhuis in de Bosstraat als nieuwe pastorie. De oude pastorie bleef leeg staan. In 1988 verkocht de gemeente de oude pastorie aan Baron Bruno de Cartier en zijn echtgenote Sophie Vinois, die het gebouw, ingangspoort en oude muur inbegrepen, prachtig lieten restaureren. De hoge nieuw aangelegde haagbeuken - lindehaag is prachtig. De oude pastorie werd geklasseerd bij besluit van 24 februari 1979.

Bibliografie:

J. NIJS. De pastorijen – in H. VANNOPPEN. Kortenberg 1095-1995. Borgerhout, 1995,  p. 257-265.

F.MAES. Kortenberg, zijn abdij, zijn oude woningen -Eigen Schoon en De Brabander, 1955, p. 297-298.

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen. Winksele, 1991,  p. 14-16 ( Nr. 2. De  oude pastorij).

naar tabel

11. Villa Jacques

Op de hoek van de Abdijdreef en van de Kiewitstraat vinden we Villa Jacques in eclecticistische stijl. Ze werd gebouwd in 1897 door Paul Salkin-Lambiotte. De Abdijdreef werd getrokken om de verdeling van de goederen Matthieu mogelijk te maken. Paul Salkin was de zoon van Mathilde Matthieu en aldus de kleinzoon van Jean-Amand Matthieu. Paul Salkin was raadsheer bij het Hof van Beroep in Elisabethstad (Kongo). Hij schreef het boek ‘Afrique Centrale dans cent ans’. Marie Lambiotte was kunstschilderes. De villa werd genoemd naar haar zoon Jacques Salkin (1897-1947). Na de familie Salkin woonde hier de families Kluyskens. Opvallend was dat het landhuis een badkamer had in de jaren ’20. Het water werd op de zolder opgevangen in een houten vergaarbak, de welke binnen bekleed was met zinken platen. Van hieruit werd het water via leidingen afgetakt. De familie Vander Elst volgde de familie Kluyskens op en nu bewonen Raymond De Wil en dokter Rika Van Overmeire deze villa.   

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque,1989 p. 27.

 naar tabel

12. Villa’s L’Abri en L’Ermitage

Deze beide villa’s in de Abdijdreef werden gebouwd in 1914 als elementen van het bedrijf van Marie Salkin, weduwe van Joseph Chantraine. Zij bewoonde sedert 1907 de villa Aéro-Cottage, die in 1942 afgebroken werd en die langs de andere zijde van de Abdijdreef lag . Het eerste deel van de villa was de nieuwe melkerij van Marie Salkin en het tweede deel was de moderne koestal. In 1925 stopte Marie Salkin met haar melkerij ‘La Laiterie de l’Abbaye de Cortenberg’. De beide bedrijfsgebouwen werden omgevormd tot  villa’s: de melkerij tot de villa ‘L’Abri’(nr. 20) (de schuilplaats) en de veestal tot de villa ‘L’Ermitage ‘(nr. 18) (de kluis). Nr. 18 werd jarenlang bewoond door de familie Pierre Angelroth - Chantraine. Nr. 20 werd jarenlang als villa verhuurd. Beide villa’s kan men omschrijven als cottagestijl.

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Het abdijkasteel van Kortenberg in het Nieuwe Regime - De Brabantse Folklore, 1977, p. 138-142.

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque,1989 p. 28-29..

naar tabel

13. Villa Eikelenhof

Op de Eikelenberg of de oude Curtenberg werd in 1841 een ‘maison de campagne’ of een villa gebouwd voor Henri-Joseph Verheyden (+1857). De architect was niemand minder dan Jean-Pierre Cluysenaer (1811-1880), één van de bekendste 19de-eeuwse architecten. Hij was de architect van de Sint-Hubertusgalerij te Brussel. Het gebouw werd opgetrokken in neo - Italiaanse renaissance. Het Kortenbergs landhuis bestond uit een hoofdgebouw en twee zijgebouwen (de paardenstallen en de koetshuizen) symmetrisch opgesteld rond het binnenplein. Het landhuis was op een heuvel gelegen zodat het goed zichtbaar was.  Opvallend zijn de bepleisterde gevel, de 5 traveeën, de benadrukte middenrisaliet met rondboogvensters en  het belvédère.  Het grootste deel van het landgoed lag onder Everberg, maar de ingangspoort lag op Kortenberg. Isabelle-Françoise Verheyden, de dochter van de bouwheer, huwde Antoine Lemonnier. Victor Lemonnier verkocht het landhuis in 1879 aan de familie Leclercq. August Leclercq was rijk geworden als marmerbewerker en via stratenaanleg. Kortenberg was zijn buitenverblijf. Zijn zoon Jules Leclercq (+1928) was raadsheer bij het Hof van Beroep en voorzitter van de Koninklijke Vereniging voor Aardrijkskunde.  Hij kocht in 1913 de overblijvende gronden Lemonnier en kreeg de toelating van de Kortenbergse gemeenteraad om de wegeltjes af te schaffen, die uitkwamen aan de bergkerk. Hij verving deze wegeltjes door een nieuwe weg rond zijn domein. Zijn dochter Suzanne Leclercq huwde Albert Hocedez, voorzitter van de Mijnraad. Het landgoed ‘La Chênaie’ was voor dit echtpaar het buitenverblijf van mei-juni tot september. Albert Hocedez kocht de ingangspoort van het kasteel Houtart en voegde dit toe aan ‘La Chënaie’. Zijn dochter Geneviève Hocedez, weduwe van ingenieur René Laneau is de huidige bewoonster van dit landgoed.

In het park vinden we een mooie ceder, een rode beuk met een diameter van meer dan 6 m  en voor de ingang van het domein een wintereik.

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque,1989 p. 30-31.

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen. Winksele, 1991,  p. 30 ( Nr. 11. De  villa Eikelenhof).

J.P.CLUYSENAER. Maisons de campagnes, châteaux, fermes, maisons de jardinier, garde-chasse et d’ouvriers etc. Brussel, 1859 (plan La Chênaie Kortenberg).

naar tabel

14.Villa Op den Berg

Deze villa  in de Achterenbergstraat 31 was oorspronkelijk een kleine hoeve. In 1903 vestigde accountant Edmond Jacobs zich op dit buitengoed. In 1926-27 woonde er wisselagent Jacques De Meuse, die er opgevolgd werd door ridder Hubert de Harven, een advocaat van beroep. Verschillende eigenaars volgden elkaar op tot de Vilvoordse industrieel Edgard De Bock in 1942 het domein kocht. Hij vestigde zich in 1947 definitief ‘Op den Berg’. Zijn dochter Adrienne De Bock gehuwd met advocaat Edouard Taveirne hebben hier nu hun buitenverblijf. Het is een mooi domein van bijna 8 ha met een vijver en een conciergerie. De conciergerie in Cottagestijl ligt in de Achterenbergstraat nr. 29.

Bibliografie: 

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque,1989 p. 31.

naar tabel

15.De kapel van O.L.Vrouw van Halle

De ruïnes van de kapel van O.L.Vrouw van Halle vinden we in het domein Eikelenhof. Historisch is deze plaats het begin van Kortenberg Op deze plaats stond de bergkerk, de eerste parochiekerk van Kortenberg. In 1095 hadden de ‘reclusae’,  de eerste religieuze gemeenschap hier hun verblijf en hun kerk. De kloostergemeenschap verplaatste zich in de 13de eeuw naar het Minneveld. De bergkerk bleef bestaan tot 1771, toen ze afgebroken werd. 

Op de plaats van de bergkerk kwam een nieuwe kapel. Deze werd in 1799 door de Fransen vernield. In 1821 liet pastoor Gaethofs op dezelfde plaats een kapel herbouwen. Ze was nu toegewijd aan O.L.Vrouw van Halle. De steen met de twee jaarschriften (1799, 1821), die in 1883 door pastoor Verbeeck vermeld werd, is verdwenen. De kapel van O.L.Vrouw van Halle werd in baksteen opgetrokken en met cement bezet. De deur was geflankeerd met twee ronde stijlen die overlopen in een spitsboog. Het fronton werd later uitgewerkt als mijter. In de rug van de kapel was er een ingemetselde zandsteen met inscriptie. Het was de grafsteen van pastoor Rutgherus Minne. De tekst luidde als volgt: “ Hic jacet Rutgherus Minne, presbyter, curatus hujus ecclesiae, qui obiït 26 aprilis anno Domini 1461. Ora pro eo’ (Hier ligt Rutgeer Minne, priester, pastoor van deze kerk die overleed op 26 april van het jaar des Heren 1461. Bid voor hem) . In 1913 omheinde Jules Leclercq zijn buitenverblijf ‘La Chênaie’ en de kapel was dan ook niet meer toegankelijk voor het publiek. Er werd in deze kapel een huwelijk  van de familie Laneau  ingezegend. Ondertussen is de kapel erg vervallen. Het dak is  reeds verdwenen.  

Bibliografie: 

F.DENIS. Kortenberg, onze parochie. 1981, p. 51-55.

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen. Winksele, 1991,  p. 19 ( Nr. 5. De kapel op de Eikelenberg’).

 naar tabel

16. De kapel van onze Lieve Vrouw Onbevlekte Ontvangenis

Jules Leclercq bouwde in 1913 een nieuwe kapel rechts langs het nieuwe wegeltje dat vanuit de Vogelzangstraat buiten zijn domein werd aangelegd. Dit kapelletje kwam ook in verval en werd afgebroken. Een nieuwe kapel werd in 1954 langs de linkerzijde van dit wegeltje gebouwd en toegewijd aan O.L.Vrouw Onbevlekte Ontvangenis. Pastoor De Clerck was de initiatiefnemer,  Albert Neys de architect en de firma Aenspeck zorgde voor de uitvoering. Het is een kapel in breuksteen met omlijstingen, dakstenen en nokkruis in blauwe hardsteen. De voor- en zijramen hebben een spitsboog. Het zadeldak is met leien bedekt. Als inscriptie vinden we ‘1954 Mariajaar’. In 1978 werd de kapel gerestaureerd door Pastoor Gijsbrechts.  

 

Bibliografie: 

F.DENIS. Kortenberg, onze parochie. 1981, p. 169-171.

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen. Winksele, 1991,  p. 19 ( Nr. 5. De kapel op de Eikelenberg’).

naar tabel

De villa’s en burgerhuizen langs de Leuvensesteenweg te Kortenberg

 

17. Villa De Keyzer

De Villa Marie-Louise werd voor 1914 gebouwd  in eclecticistische stijl. Tijdens het interbellum kwamen er veranderingen met Art Deco-invloeden. In W.O.I was deze villa eigendom van Alice Chabeau, een rentenierster, die de weduwe was van Emile Alexandre Brassine. In 1924 kocht Joseph De Keyzer (+1957), directeur van de verzekeringsmaatschappij ‘Minerve’ en liberaal gemeenteraadslid van Kortenberg. Hij was voorzitter van de Liberale Associatie van Kortenberg. De villa werd genoemd naar zijn echtgenote Marie-Louise Bocken (+1960). Na de dood van dit echtpaar kocht Pierre Hubert Hons (+ 1985) deze villa, nu Leuvensesteenweg nr. 404. 


Bibliografie: 

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 34. 

 naar tabel

18. Villa La Manoir

De Villa ‘Le Manoir’ werd gebouwd in 1925 door Notaris Jonkheer Alfred de Creeft in neo-Vlaamse renaissancestijl. Typisch hierbij zijn de afwisseling van baksteen en natuursteen, de trapgevels, de torentjes en de geprononceerde schoorsteenelementen. Notaris Alfred de Creeft werd op 28 juni 1930 vereerd met de adelstitel van ridder met recht van overgang op zijn oudste zoon. Hij was katholiek eerste schepen van Kortenberg van 1921 tot 1938. Hij was voorzitter van de kerkfabriek en van het Sint-Vincentius à Paulo Genootschap. Hij was ook erevoorzitter van het Rode Kruis. Na de dood van Ridder Alfred de Creeft in 1954 werd de villa verkocht aan Roger Van Cauwenbergh. In 1965 werd het goed eigendom van de V.Z.W. ‘Maison de l’Enfant Jésus’ met zetel te Schaarbeek. Deze V.Z.W. maakte er een kinderkolonie van. In 1986 kocht de gemeente Kortenberg de villa om er een gemeentehuis van te maken. Zover kwam het niet. In 1999 werd de villa verkocht aan Art Villa, die voor de restauratie zorgde.

De villa  Leuvensesteenweg nr. 336 werd opgenomen in een wettelijk beschermd dorpsgezicht op 3 februari 2000.

 Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 34-35.

 naar tabel

19. Villa Schaar  

Kort voor 1914 werd deze villa in cottagestijl gebouwd. In 1914 werd ze bewoond door handelsvertegenwoordiger Frederik - Frans Coomans. Kort na W.O.I woonde er Paul-Frederik Schaar, een opticien, die zijn zaak had in de Nieuwstraat te Brussel. De familie Coomans verkocht in 1924 het goed aan wisselagent Auguste-Célestin Ardies. Deze laatste verkocht zijn villa in 1929 aan Georges Lancel, directeur van het Grand Hotel en wisselagent. De volgende bewoner was de gepensioneerde majoor Moiny, die op zijn  beurt het goed verkocht aan de familie Goossens. De villa  Leuvensesteenweg nr. 334 werd opgenomen in een wettelijk beschermd dorpsgezicht op 3 februari 2000.

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 36.

 naar tabel

20. Het notariaat de Creeft  



De Duitse handelaar Lurmann bouwde deze villa kort voor W.O.I. De architect was Emiel Van Averbeke. Het werd een villa in Cottagestijl. Lurmann verhuurde in 1909 deze villa aan Professor Théodore Swartz (+ Kortenberg 1911). Voor zijn emeritaat was hij gewoon hoogleraar scheikunde aan de Gentse Rijksuniversiteit. Hij was de schoonvader van Leo Baekelant, de uitvinder van bakeliet. Notaris Jonkheer Eugène de Creeft vestigde hier zijn notariaat in 1913 en bleef hier notaris tot 1914. Hij huurde de villa. Ook zijn zoon notaris Jonkheer Alfred de Creeft had hier zijn notariaat van 1914 tot in 1925, toen hij verhuisde naar ‘Le Manoir’. Tijdens het interbellum was de villa bewoond door schoenfabrikant Smeesters. Notaris Ridder Clement de Creeft kocht deze villa na de dood van zijn vader en vestigde hier zijn notariaat van 1957  tot. De voorgevel is in 1974-1975 ingrijpend verbouwd. De villa  Leuvensesteenweg nr. 332 werd opgenomen in een wettelijk beschermd dorpsgezicht op 3 februari 2000.

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 36-37

E.WILLEMS. Het notariaat –in H.VANNOPPEN. Kortenberg 1095-1995. Borgerhout,1995,p. 197-202.

 naar tabel

21. Villa Lurmann

De Duitse handelaar Hendrik-Emiel Lurmann liet voor zich deze villa in 1903 in Art-Nouveau bouwen door de Antwerpse architect Emiel Van Averbeke. De villa behoorde tot de geometrische richting van de Art-Nouveau met een strakke geometrische lijnvoering en ook een zekere soberheid. Opvallend is ook het verticaliserend profiel met de leien bedaking en de verschillende puntgevels. Een kleurrijk figuratief paneel in de voorgevel is vervaardigd uit kunstkeramiek. In 1912 verliet Lurmann Kortenberg en werd in de villa opgevolgd door textielhandelaar Paul Dujardin. Lurmann en Dujardin waren als Kortenbergse dorpsnotabelen lid van de Hopsclub. In W.O.I bewoonde de familie Lafosse een tijd deze mooie villa. Ze kocht later een deel van de abdij van Kortenberg. N W.O.I kocht industrieel Camille Doyen deze villa. Zijn echtgenote Anna-Maria Gysel overleed op deze villa op 25 december 1988. Men noemde deze villa in Kortenberg ook ‘Château Blanc’ en ‘Villa Doyen’. De villa  Leuvensesteenweg nr. 330 werd als monument beschermd  en opgenomen in een wettelijk beschermd dorpsgezicht op 3 februari 2000. De Villa Lurmann past in een samenleving met typische achtergronden zoals rationaliteit, pragmatisme en universalisme. Opvallend is ook de smeedijzeren ingangspoort in Art-Nouveau, ook een plan van architect Emiel Van Haverbeke. Zoals verschillende villa’s langs de Leuvensesteenweg, heeft ook deze villa een grote tuin eerder een park, dat tot tegen de Minneveldstraat komt. 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 40-41.

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen.
Op stap door tien eeuwen verleden. Winksele, 1991, p. 30 (Nr. 12 De villa Lurmann).

 naar tabel

22. Villa De Venkel



Rond 1900 liet brouwer Camille Schuermans (+1944) deze villa bouwen. Hij woonde er met zijn echtgenote Elisabeth Coenegracht (+ 1913) en naar haar werd de villa Villa Elisabeth genoemd. De stijl van de villa kan men omschrijven als een mengsel van eclecticisme en neogotiek. In 1930 bij de viering van 100 jaar België werden hier de personaliteiten ontvangen door Camille Schuermans, die burgemeester van Kortenberg was van 1921 tot 1944. Na W.O.II bewoonde Catherine-Louise Peters (+ 1965), de weduwe van Baron Gaëtan-Alfred Paul van Hoobroeck de Mooreghem (+ Kortenberg 1939) deze villa. Ze schonk na haar dood deze villa aan de Parochiale  Werken van de Dekenij Erps. De schenking was bestemd voor de Parochiale Werken van Kortenberg. De zalen en de keuken werden verhuurd voor feesten. Men vond snel een naam voor de feestzaal nl. Senorab  het omgekeerde van Barones. De Meisjesgidsen kregen er hun lokalen en de onderpastoor had er zijn verblijf. Het speelplein en de wandeltuin werden opengesteld voor het publiek.  De dekenij Erps verkocht het goed in 1988 en Senorab werd omgevormd tot de feestzaal ‘De Venkel’.

De villa  Leuvensesteenweg nr. 326 werd opgenomen in een wettelijk beschermd dorpsgezicht op 3 februari 2000.

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 38, p.40-41.

 naar tabel

23. Villa Baras

Rond 1900 werd de villa recht voor de Hertog Jan II-laan gebouwd in eclecticisme en neogotiek. Voor W.O.II woonde hier Barras, apotheker te Sint-Jans-Molenbeek. Na hem bewoonde Cresonnier deze villa . Deze villa werd in het midden van de jaren 1960 opgedeeld in appartement en verhuurd. In de volksmond kende men het gebouw als ‘De Kazerne’. Nu is er een computerbedrijf gevestigd.  

 

De villa  Leuvensesteenweg nr. 320 werd opgenomen in een wettelijk beschermd dorpsgezicht op 3 februari 2000.

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 38-39.

  naar tabel

24. Dubbelvilla Sans-Souci


De dubbelvilla werd in 1914 gebouwd voor de familie Borckmans door aannemer Aenspeck in Cottagestijl. Opvallend is het overkragend wolfsdak, dat ondersteund is door een houten structuur met balkonnetjes. Joris Borckmans was een bekend operazanger onder de naam Georges Villier. In het Kortenbergs bevolkingsregister vinden we hem als lyrisch kunstenaar. De linkervilla werd in 1919 bewoond door René Verdeyen, die datzelfde jaar tot  professor Germaanse filologie  aan de universiteit van Luik benoemd werd. Na hem woonden hier verschillende geneesheren zoals dokter Cupper en dokter Michaux. Het rechtergedeelte werd bewoond door Alfred Delatour, gehuwd met Aline Borckmans. Dit gedeelte werd later bewoond door verzekeraar Jozef Van Grunderbeek. De dubbelvilla draagt het adres Leuvensesteenweg nrs. 308 en 306. 

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 44.

  naar tabel

25. De Ark van Noë

De Ark van Noë werd gebouwd in 1755 door bareelwachter  Joannes Vander Meiren en door zijn echtgenote Joanna Fobelets, die in 1748 een erfpacht hadden afgesloten met de abdij van Kortenberg voor de grond waarop de Ark van Noë zou gebouwd worden. Vander Meiren bleef bareelwachter tot 1755. Het nieuwe huis heette ‘d’Arke van Noë’, een typische naam voor een afspanning. In de 19de eeuw werd deze afspanning omgebouwd tot een herenwoning. In 1830 was de Ark van Noë de eigendom van Jan-Frans Hensmans uit het pachthof ‘De Drie Koningen’.Zijn dochter Joanna-Catharina Hensmans (+1872) huwde dokter Jan-Frans Vrebos(+1888), die uit Meerbeek afkomstig was. Hij behaalde het doktersgetuigschrift te Brussel op 30 augustus 1835. Hij was buiten dorpsarts ook de hoofdgeneesheer van het Sint-Jozefsgesticht van 1852 tot 1888. Drie van zijn kinderen werden dokter en hij schatte de studies van dokter op 12.000 BEF. Dokter Jan-Frans Vrebos werd in De Ark van Noë’ opgevolgd door zijn ongehuwde zoon Felix Vrebos of ‘Feke van den Doktoor’. Hij was burgemeester van Kortenberg van 1901 tot 1921. Bij de Duitse inval werd de burgemeester als gijzelaar meegenomen. Tijdens het interbellum bewoonde bankbediende  Hippolyte Bruweer deze woning. In 1962 vestigde Maurits Fannes  een kledijwinkel in de Ark van Noë. De Ark van Noë komt overeen met de huizen 278-284.Het is een gebouw in traditionele stijl.  Op het gebouw vinden we de muurankers 1751. Een gedenkplaat op de voorgevel herinnert aan de aanhouding van Josette Oblin-Haesaerts op deze plaats in W.O II. 

Bibliografie:

F.MAES. Kortenberg, zijn abdij, zijn oude woningen –
Eigen Schoon en De Brabander, 1955 (Nr. 35. De Ark van Noë)

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 46-47.

 naar tabel

26. Villa Normande  

In 1866 vinden we naast de Ark van Noë de woning van Engelbert Ackermans (+1874), de zoon van een gekende Everbergse pachterfamilie en zijn echtgenote Antoinette Van Hove (+1880). Voor W.O.I woonde in deze villa kandidaat-notaris Georges Huygens, die later notaris te Oudergem werd.Deze villa werd door de Duitsers in 1914 in brand gestoken. Na W.O.I werd ze heropgebouwd en ze kreeg de naam ‘Villa Normande’ omwille van het vlechtwerk dat men op de gevels wilde suggereren. De familie Supli vestigde zich in deze villa. Simone Supli huwde Henri Kluyskens en zij werden de volgende bewoners van deze villa.  Na W.O.II vestigde dokter Henri Michaux (+ 1980) zich in deze villa , waar hij ook zijn dokterspraktijk had. De villa werd daarna omgevormd tot een handelshuis, waar verschillende firma’s elkaar opvolgden in het nummer 272.

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 46-47.

 naar tabel

27. De Drie Koningen met het geboortehuis van Felicien Marceau

Het pachthof ‘De Drie Koningen werd voor het eerst vermeld in 1477. Het pachthof bestond reeds lang voor de aanleg van de Leuvensesteenweg in 1706-1709. Het lag toen aan een veldweg, die nu verdwenen is. In 1673 kocht Erasmus Gieles-Hujoel, heer van Borghgravenbroeck en Zedelgem  het pachthof van Lambrecht van der Merck. Clara-Johanna Gielis-Hujoel  huwde Jan-Frans Cuypers, heet van Rijmenam. Hun kinderen verkochten het pachthof  in 1762 aan de familie Hensmans. Deze familie pachtte ‘De Drie Koningen’ reeds  sedert de 17de eeuw. In de 18de eeuw werd het pachthof een ‘relais’ of wisselplaats van de postkoets de relaisfunctie kon men gemakkelijk combineren met de afspanning en met de pachterij. In1813 stond de Kortenbergse postmeester  in voor het vervoer van brieven van keizerin Marie-Louise, de tweede echtgenote van Napoleon I, naar Hoei. In 1818 hield keizerin Sophia Dorothea van Rusland,de schoonmoeder van de later Nederlandse koning Willem II halte aan deze relais. Bij Koninklijk Besluit van 25 februari 1861 werden 63 wisselplaatsen ontmanteld o.a. deze van Kortenberg in ‘de Drie Koningen’. Felix Hensmans was de laatste paardenpostmeester van Kortenberg. Hij was burgemeester van de gemeente van 1852 tot 1878. Leo Hensmans vormde de schuur om tot een erwtenkloverij, later de brouwerij Van Doren. In 1904 vormde groothandelaar in textiel Deckers het geheel om tot een villa met toren. Er kwam ook een conciergerie. In de bediendewoning tussen de brouwerij Van Doren en de villa werd in 1913 de bekende Franstalige schrijver Félicien Marceau (Louis Carette) geboren. Hij schreef zijn herinneringen op in het boek ‘Les Années Courtes’. Dokter Roger Carpentier bewoonde de villa De Drie Koningen van 1949 tot 1981. Het conciërgehuis , dat nog bestaat werd nog lange tijd bewoond door Mevrouw Carpentier. 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 50-51.

 naar tabel

28. In Voscapel

In 1719 bouwden Gelaude Ermens en zijn echtgenote Joanna Van Hamme de afspanning ‘In Voscapel’.
Gelaude of Claudius Ermens was meier van Kortenberg van 1728 tot 1732. Zijn zoon Petrus Ermens
was eveneens meier van Kortenberg van 1734 tot 1777.Zijn broer Lambertus Ermens was de
volgende eigenaar van ‘In Voscapel’, waar hij opgevolgd werd door zijn zoon Judocus Ermens. 
Het kadaster duidde deze afspanning met een mooie herberg in 1830 aan als de meest belaste woning
van Kortenberg. Het was de enige woning die tot de 1ste klasse behoorde. Catharina Ermens, dochter
van Judocus, huwde Joannes-Jacobus Vanbeneden. Deze was burgemeester van Kortenberg van 1879
tot 1884. Met hem verdween het pachthof Vanbeneden. De hoek met de St.-Catahrinastraat
werd omgevormd tot het buitenverblijf van notaris Edgard Vanbeneden , die zijn notariaat had
te Schaarbeek.  Het tweede deel werd de woning en de varkenskwekerij van zijn broer
Firmin Vanbeneden.

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 51.

 naar tabel

29. De villa ‘La Tourelle’

Deze villa werd gebouwd in 1897 door de Heer Dellens. De gevelankers geven de bouwdatum ‘Anno 1897’aan. Het torentje was opvallend en zo sprak men van ‘La Tourelle’. De villa werd in 1921 verkocht als buitengoed aan de 5 zusters Vander Reydt. Er was toen een vijver. Na korte tijd werd het buitengoed verkocht. Het echtpaar Van den Haute kocht het buitengoed kort voor de jaren ’30. De familie Dohet vormde  La Tourelle om tot een restaurant en baatten dit uit tot na de 2de W.O. Ze voegden aan de villa achter aan een grote zaal met restaurantfunctie en een modern uitgeruste keuken toe.Vervolgens werd La Tourelle een doodgewoon café. De tuin werd een camping voor caravans. In 1978 begon hier  het Italiaans restaurant Firenze. 

Het gebouw in eclecticisme draagt het huisnummer 150.

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 52.

M.J.DAXHELET - VAN DER REYDT. De villa La Tourelle te Kortenberg - Curtenberg, 2001, p. 19-22.

 naar tabel

30. De villa Clément de Cléty 

Deze villa werd gebouwd rond 1900 door Ridder Emile Clément de Cléty. De architect van deze villa was Eugène Janssens, die in Kortenberg woonde.  Het werd een villa met een prachtige tuin en een vijver langs de Bosstraat. Na W.O.I kocht het echtpaar Longini de villa. Ze lietten een 2de vijver graven. Voor W.O.II werd de villa verhuurd als de bar met de naam  ‘Là’.  Deze bar werd gesloten. Rond 1935 huurde Jacques de Baets (1898-1969), directeur van Eau de Javel - La  Croix deze villa, die hij kocht rond 1955. Na het overlijden van zijn echtgenote Mevrouw Maria-Theresia de Baets (1901-1985) werd deze villa bewoond door professor Stanislas Haumont, decaan geneeskunde aan de UCL. De villa opgetrokken in eclecticisme en cottagestijl draagt het huisnummer 146. De conciergerie in cottagestijl werd gebouwd in 1924 volgens de plannen van architect G. Dhaeyer uit Brussel. De conciergerie draagt het huisnummer 144.

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 52-53.

M.J.DAXHELET - VAN DER REYDT. De villa Clément de Cléty langs de Leuvensesteenweg te Kortenberg - Curtenberg, 2001, p. 91-96.

naar tabel

31. De villa Maertens

Eugène Beaujean, staatsbeamte te Brussel, liet deze villa bouwen  kort na 1900. Het werd een villa met drie verdiepingen, een torentje en een typische inrijpoort. In 1919 vestigde ingenieur Ferdinand Maertens(+1957) zich in deze villa. Hij was schepen van Kortenberg van 1939 tot 1946. Hij was ondervoorzitter van het Davidsfonds nationaal en hij stichtte de Kortenbergse Davidsfondsafdeling. Ferdinand Maertens huwde Maria Delbaere, die voorzitster was van het Kinderheil in Kortenberg.De villa Maertens onderging de invloeden van het eclecticisme, de Art Déco en de cottagestijl. Deze villa draagt het huisnummer 142. 

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 54.

M.J.DAXHELET - VAN DER REYDT. De villa Beaujean langs de Leuvensesteenweg te Kortenberg - Curtenberg, 2001, p. 236-242.

 naar tabel

32. De villa Coosemans

Albert Coosemans was leraar te Elsene. Hij huwde Maria-Ludovica Vanhamme. Hij was voorzitter van de Koninklijke Fanfare ‘Vlamingen vooruit van 1911 tot 1931. Hij was liberaal gemeenteraadslid van Kortenberg van 1921 tot 1932. Hij overleed in 1932 en werd burgerlijk begraven. Zijn zoon Robert Coosemans (1907-1987) en zijn kleinzoon Jean Coosemans werden de volgende bewoners van dit goed. De villa Coosemans onderging de invloeden van de traditionele stijl en van het eclecticisme. Deze villa draagt het huisnummer 138. 

 

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 54.

 naar tabel

33. Huis De Wandelaer of ‘Auberge des Princes’


‘Auberge des Princes’ is het restaurant gelegen langs de Leuvensesteenweg met als huisnummer 571. het gebouw werd opgetrokken in traditionele bak- en zandsteenstijl. Het gebouw werd kort na 1814 opgetrokken door landbouwer Petrus De Wandelaer uit Everberg. Het was in de 19de eeuw een herberg eerst naast het pensionaat  Barbier en daarna naast het krankzinnigengesticht. Petrus De Wandelaer(+1837) werd hier opgevolgd door zijn zoon Guilielmus De Wandelaer (+1862)en door zijn kleinzoon Petrus De Wandelaer of ‘Pikke Profijt’. Hij was in 1914 door de Duitsers gijzelaar genomen. Hij verbleef in de woning De Wandelaer tot 1919. Tijdens het interbellum en onder W.O.II was het gebouw een café onder de naam ‘Châlet d’Erps’. In 1963 opende Pierre Den Ruijter (‘Den Bob’) een restaurant met de naam ‘Auberge des Princes’ wat een verwijzing was naar de Prinsendreef, die in de omgeving ligt. Hij liet verkeerdelijk de gevelsteen 1711 aanbrengen op het gebouw. De dokters vergaderden in ‘Auberge des Princes’ bij de beruchte dokterstaking van 1963. In 1986 kochten Guy Verheyden en Thérèse Verhelle de ‘Auberge des Princes’, waar ze in 1998 een restaurant openden. Het gebouw werd prachtig gerestaureerd in 1986. Zo kreeg men een goed beeld van de witte zandsteen en van de kareelsteen.


Bibliografie:

H. VANNOPPEN.
Het huis De Wandelaer of ‘Auberge des Princes’ op de Leuvensesteenweg te Kortenberg - Curtenberg, 2002, nr. 1, p. 21-25.

 naar tabel

34. De doktersvilla van Sint-Jozef

In 1912 bouwde het Sint-Jozefsgesticht de villa van de geneesheer. De eerste bewoner was dokter Maurits Peeters.  Hij was hoofdgeneesheer van de instelling van 1912 tot 1936. In 1914 hadden de Duitsers hun kamp opgeslagen tussen de Hertog Jan II-laan en de villa van de geneesheer van Sint-Jozef. In 1946 vestigde Professor Etienne De Greeff zich in de doktersvilla. Hij was hoofdgeneesheer van Sint-Jozef van 1946 tot 1961. Hij was psychiater en een vrij belangrijk Franstalig romanschrijver met o.a. de roman ‘La juge Maury’ uit 1955. Van 1961 tot 1978 bewoonde Professor Roland Pierloot als hoofdgeneesheer deze villa.   

Deze villa in Beaux-Arts - stijl , typisch voor de periode 1905-1930 heeft als huisnummer 487.

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 58-59.

 naar tabel

35. De herenhuizen Maes


Jozef Maes bouwde in 1910 5 huurhuizen op het erf van de hoeve Maes: drie in blok tegen de oude woning en een afzonderlijke dubbelwoning naar de afgebroken villa De Bruyne toe. De woningen met de huisnummers 423-425-427 vormen een eenheidsbebouwing met eclectische invloeden. De dubbelwoning met de huisnummers 433-435 onderging de invloed van het eclecticisme en van de Art Nouveau. 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 62.

 naar tabel

36. Het Huis Schillebeeckx

In 1783 kreeg Armand Joostens een dagwand van de abdij van Kortenberg in jaarschaar. In 1784 bouwde Peter Corbeels, bareelwachter te Kortenberg , een stenen huis op deze grond. De bareel stond op het kruispunt va de Leuvensesteenweg met de Stationsstraat - Karterstraat. Het complex van Peter Corbeel, die uit Sterrebeek afkomstig was, omvatte zowel een pachthof als een herberg.  Engelbert Ackermans was pachter van dit pachthof  in het midden van de 19de eeuw. Lodewijk Maes werd in 1866 de volgende eigenaar. Hij kwam uit Leefdaal, waar hij pachter was op het pachthof Raffelberg, een grote hoeve tussen Leefdaal en Neerijse. Van 1884 tot 1900 was hij burgemeester van Kortenberg. Men noemde zijn pachthof ook ‘In den Ouden Bareel’.  Zijn zoon Jozef Maes zette de hoeve verder tot 1910. Hij was landbouwer en kolenhandelaar. Het pachthof werd in twee verdeeld: het gedeelte tegen de Stationsstraat werd een hotel in de Belle Epoque nl. ‘Ferme de Cortenbergh Hôtel’ en het tweede deel werd een statig herenhuis. Het eerste gedeelte, in 1920 de hoeve Spruyt, is afgebroken in 1959 en werd ‘De Rembrandt’. 

Het tweede deel werd het herenhuis Schillebeeckx. De bekende theoloog Professor Dr. Magister Edward Schillebeeckx blijft verbonden met deze woning. Edward Schillebeeckx is ereburger van Kortenberg.Het herenhuis Schillebeeckx werd in 1979 de feestzaal ‘Salons Rubens’. Het is een gebouw (huisnummer 421)met invloeden van het classicisme en het eclecticisme. 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 62-63.

H. VANNOPPEN.
Van het pachthof van Peter Corbeel over het huis ‘Schillebeeckx’ naar de Salons Rubens -
Midden-Brabant, 1992, zomernummer, p. 2-49.

M.J.DAXHELET_VANDER REYDT. De Keizer, De Keizerin en het Pachthof van Peter Corbeel- in H. VANNOPPEN. Kortenberg 1095-1995. Borgerhout, 1995, p. 515-520.

 naar tabel

37. De villa Misotten



In 1890 kochten Louis Van Nes en Maria De Voghel, een Schaarbeeks echtpaar een grond van de erfgenamen Vanbeneden. Maria De Voghel was een nichtje van pastoor De Voghel van Everberg, die ook een groot deel van deze villa in 1893 financierde. In 1905 verkocht het echtpaar Van Nes de villa met paardenstal en wagenhuis voor twee koetsen aan Arthur Roger Coland. De Duitsers bezetten de villa in W.O.I. In 1919 kochten de broer en de zusters Misotten deze villa. In 1932 werd de broer Ernest Misotten de enige eigenaar van het domein. Hij was journalist van ‘La Bourse de Bruxelles’. Hij huwde Maria Van Heuverzwijn. In november 1940 verdween de opvallende campanile  of toren bij een storm. In december 1944 werd de villa zwaar getroffen door een V1. De stallingen werd tot woningen omgevormd volgens de plannen van architect H. Duym uit 1946. Zoon Max Misotten bewoont de conciergerie (huisnummer 255). De villa zelf (huisnummer 257) wordt in delen verhuurd. 

Qua stijl kan men hier spreken van eclecticisme en cottagestijl.

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 66.

 naar tabel

38. De villa De Wals 

In 1907 bouwde dokter Victor De Wals (+ 1951) volgens de plannen van Prof. Lemaire de villa Eikenhof. Victor De Wals was katholiek schepen van Kortenberg van 1921 tot 1944. Daarna werd hij burgemeester van Kortenberg wat hij bleef tot zijn overlijden in 1951. Hij was ook katholiek senator van 1936 tot 1946. Zijn dochter Helena De Wals, die deze villa nu nog bewoont, huwde dokter Michel Outtier (+ 2004). Hij was C.V.P.-schepen van Kortenberg van 1953 tot 1976 en van 1980 tot 1981 en voorzitter van het OCMW van 1989 tot 1994. Deze villa met het huisnummer 235 onderging de invloeden van het eclecticisme en van de cottagestijl. 

 

 

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 66.

naar tabel

39. De Sint-Jozefskapel

Voor 1914 vonden we op de hoek van de Hofstraat en van de Leuvensesteenweg een zeshoekige glazen Sint-Jozefskapel. De Hofstraat was oorspronkelijk een aarden weg en werd vervangen door straatstenen. Bij die gelegenheid werd de eerste glazen kapel afgebroken. In 1921 bouwde het gemeentebestuur van Kortenberg een nieuwe neogotische kapel in Franse steen. Ze heeft een subtiele vorm door de doorlopende consoles onder de dakrand, door de halfgotische boog van de nis en door het door pilasters ondersteunde kleine vooraltaar. Het dak is bedekt met witte steen. Onder de nis werd de plaat ‘H. Jozef b.v.o.’ aangebracht. In de onderbouw van de kapel staat de inscriptie ’Eere, hulde, glorie den Heiligen Jozef 1921’. Op 16 september 1921 werd de nieuwe kapel plechtig ingezegend door de deken van Erps. Met de kermisprocessie was er ook een halte aan deze kapel.

 Bibliografie:

F. DENIS. Kortenberg, onze parochie. 1981, P. 165,p. 167

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen. Op stap door tien eeuwen verleden. Winksele, 1991, p. 18. (Nr.4.De St.-Jozefskapel).

 naar tabel

De villa’s en burgerhuizen in de Stationsstraat te Kortenberg

 

40. Villa Josephine

Deze villa werd gebouwd  rond 1900 door Willem Jacobs (+ 1913). Deze woonde hier met zijn zuster Josephine naar wie de villa genoemd werd. Marie-Josèphe Delwiche erfde de villa van Willem Jacobs. Leopold Mormal was de zoon van de zuster van Juffrouw Delwiche  en woonde te Kortenberg bij zijn tante in. Juffrouw Delwiche verkocht de villa aan Paul Corthals, een bretellenfabrikant , die met Emma Schuermans , de zuster van burgemeester Justin Schuermans gehuwd was. De familie Corthals verkocht in 1964 de villa aan baron Albert de Vleeschouwer (+ Kortenberg 1974). Hij was katholiek minister van koloniën in de regering in ballingschap in Londen onder W.O.II.   Bij K.B. van 8 februari 1956 kreeg hij de baronstitel. De familie de Vleeschouwer verkocht in 1979 de villa aan dokter Marc Thienpont, die er zijn woning en zijn praktijk vestigde . 

In 1987 kocht de gemeente Kortenberg deze villa, die de zetel werd van het OCMW. In 2000 werd deze villa door de gemeente Kortenberg openbaar verkocht. Nu is er een apotheek gevestigd. Deze villa in traditionele stijl draagt het huisnummer 8.

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque, 1989, p. 68-69.

 naar tabel

41. Villa Houben

De villa La Feuillé werd tegen de nieuwe post aangebouwd in opdracht van rijksontvanger Willem Loyen (o Mopertingen 1865). Hij woonde tevoren op de Leuvensesteenweg in één van de twee huizen op de hoek van de Blockmanstraat en van de Leuvensesteenweg naast het kasteel Houtart. De naam ‘La Feuillé’ betekent het gebladerte. De bekendste bewoner van deze villa is staatsminister Robert Houben. Vanaf 1952 was hij provinciaal senator van Brabant voor de C.V.P. In 1958 was hij C.V.P.-minister van volksgezondheid en gezin. Hij was ook één van de opstellers van het Schoolpact. Van 1966 tot 1972 was hij voorzitter van de C.V.P., die toen nog niet gesplitst was. In 1969 werd hij minister van state. Na de dood van staatsminister Houben werd de villa de zetel van een commercieel bedrijf. Deze villa in eclectische stijl draagt het huisnummer 24. 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque, 1989, p. 70.

 naar tabel

42. Villa Mormal 

Deze villa werd gebouwd rond 1900 in eclectische stijl. Juffrouw Delwiche kocht deze villa nadat ze de villa Josephine aan Corthals verkocht had. Haar neef Leopold Mormal erfde deze villa. Hij huwde Theresia-Maria-Camilla Schuermans, de zuster van burgemeester Justin Schuermans. 

Leopold Mormal was eerst wisselagent  en daarna brouwerijbestuurder door zijn huwelijk in de brouwersfamilie Schuermans. Hij was C.V.P.-schepen van Kortenberg van 1946 tot 1952. Hij was voorzitter van de fanfare De Eendracht van 1946 tot 1947. Later werd de villa bewoond door de familie Carl Severijns-Grutman. Nu is er het schoonheidssalon Pepermans gevestigd. Deze villa draagt het huisnummer 28.

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque, 1989,p. 70.

naar tabel

De villa’s en burgerhuizen in de Hertog Jan II-laan

 

43. Herenhuis Haesaerts

Dit herenhuis in eclectische stijl werd gebouwd rond 1900.  Rentenier Hendrik-Jozef Haesaerts (Meerbeek 1846-Kortenberg 1914) vestigde zich in deze villa in 1906. Zijn zoon Leo Haesaerts (o Sint-Gillis 1892) was griffier van het Rekenhof. Hij huwde Hélène Vrebos (o Kortenberg 1891), een dochter van Jozef Vrebos uit de Flèche d’Or.  Hun dochter Josette Oblin-Haesaerts kwam om in W.O.II. Ook gepensioneerd commandant Dunstan de l’Escaille, een edelman (Muizen 1853- Kortenberg 1922) huurde hier een appartement rond 1900. Deze villa draagt het huisnummer 7.

Bibliografie:

H.VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque, 1989, p. 72-73.

 naar tabel

44. Herenhuis Eycken

Dit herenhuis stond vast aan het herenhuis Haesaerts en werd gebouwd rond 1900. Het herenhuis dankt haar naam aan de bewoners de familie Eycken. Het herenhuis draagt nu het huisnummer 9.

 

 

 

 

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque, 1989, p. 72-73.

naar tabel

45. Herenhuis Verdeyen 

Dit herenhuis werd gebouwd begin 1900 door Felix Verdeyen (Kampenhout 1854-Kortenberg 1929), toen hij op pensioen ging als hoofdonderwijzer van de gemeenteschool van Zoutleeuw. Hij bleef in Zoutleeuw in dienst als liberaal onderwijzer tijdens de Schoolstrijd 1879-1884. Hij was de vader van de bekende Professor René Verdeyen, verbonden aan de Luikse rijksuniversiteit Felix Verdeyen werd in dit herenhuis opgevolgd door zijn kinderen Maria Verdeyen, Raymond Verdeyen (1891-1977) en Jeanne Verdeyen. Raymond Verdeyen was belastingsinspecteur en voorzitter van de toneelmaatschappij De Verbroedering te Kortenberg. Na het overlijden van de drie ongehuwde kinderen Verdeyen werd dit herenhuis verkocht. Dit herenhuis draagt het huisnummer 13.   

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque, 1989, p. 72-73.

naar tabel

46. Villa Carré

De Villa Carré werd gebouwd  voor 1910. Ze was in 1990 bewoond door Mevrouw Tits. Deze villa met het huisnummer 31 onderging de invloed van het eclecticisme en van de cottagestijl.  

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque, 1989,  p. 72-73.

naar tabel

47. Villa Henneman

De Villa Henneman  is een slechte kopie van de villa Aéro-Cottage  in het abdijdomein van Kortenberg. De Aéro-Cottage is voor W.O.II afgebroken. In 1904 werd de villa op de Hertog Jan II-laan bewoond door Leo –Niklaas Henneman (o Sprimont 1856. In 1919 vestigde Professor Hendrik-Jozef Vande Weyer zich in deze villa. Na W.O.I werd hij professor aan de Leuvense universiteit. Hij stichtte als germanist in 1925 de Vlaamse Toponymische Vereniging. Hij stichtte aan de Leuvense Universiteit het Instituut voor Vlaamse Toponymie. In 1967 werd hij geadeld met de persoonlijke titel van ridder. Hij lag ook aan de basis van het tijdschrift Nieuw Vlaanderen dat de concentratiegedachte verdedigde. Professor Hendrik-Jozef Vande Weyer woonde tot in 1928 in Kortenberg. In 1990 bewoonde de familie Meulemans deze villa met het huisnummer 33. Naast de villa was er een paviljoen voorzien voor paardenstallen en garages. De villa onderging de invloeden van de cottagestijl en van de Art Déco. 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque, 1989, p. 72-74.

naar tabel

48. Villa Coenen

Generaal-majoor Alfons-Joseph Ledoseray bouwde deze villa in 1921  De initialen van hem en van zijn vrouw vinden we in de poort terug. Hij werd er opgevolgd door beeldhouwer Carleer en in 1938 door apotheker Van Speybroeck. In 1955 werd het de villa van de familie Coenen uit Geetbets. 

 

 

 

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque, 1989, p. 74.

 naar tabel

49. Villa Aline

Villa Aline werd gebouwd rond 1900 op de berg en sluit aan het de volgende villa. Voor 1914 woonde hier Adelaïde Anthonis. Later woonde in deze villa eerst de familie Van Camp en daarna de familie Vannetelbosch. Deze villa draagt het huisnummer 49. De stijl is eclecticisme. 

 

 

 

 

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque, 1989, p. 74.

 naar tabel

50. Villa Marguerite

Deze villa werd gebouwd rond 1900 op de berg en sluit aan bij de vorige. Hier woonde Robert Nijs en zijn echtgenote Marguerite Anthonis. Dit laatste echtpaar had een papierzaak in Brussel. De villa diende als buitenverblijf. Deze villa draagt het huisnummer 51. De villa onderging de invloed van eclecticisme en cottagestijl. 

 

 

 

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque, 1989, p. 74.

M.VANNOPPEN - VAN TILT. Egodocumenten uit Erps-Kwerps en Kortenberg - Curtenberg, 1997, nr. 1, p. 16-17.

 naar tabel

51. Villa Les Peupliers

De villa ‘Les Peupliers’ behoort tot de Belle Epoque. Ze dankt haar naam aan de aanwezige populieren. De gevelsteen duidt de benaming aan. Tot 1955 behoorde deze zijde van de Hertog Jan II-laan tot de gemeente Erps-Kwerps en tot de parochie Erps. Rond 1920 bewoonde de familie Goovaerts deze villa. Later werd het de villa van de familie Colette. Deze familie had een verffabriek tegen de spoorweg. Deze fabriek is volledig opgedoekt en hier rijst de verkaveling Hof van Parcé op. Aan de villa is een conciergerie - hovenierswoning verbonden. De villa opgetrokken in cottagestijl draagt het huisnummer 34.

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque, 1989, p. 74.

 naar tabel

52. Villa Welcome

De villa Welcome werd gebouwd in  de Belle Epoque. Ze  behoorde tot 1955 ook tot de gemeente Erps-Kwerps en de parochie Erps. De gevelsteen duidt de benaming aan. Hier woonde de familie Imbrechts. De villa in eclecticisme en cottagestijl draagt het huisnummer 36.

 

 

 

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque, 1989, p. 74.

 naar tabel

53. Villa Dock

De villa Dock werd gebouwd in de Belle Epoque. Ze behoorde tot 1955 ook tot de gemeente Erps-Kwerps en de parochie Erps. Hier woonde de familie Dock. Nicolas Joseph Dock was geboren te Lixhe in de provincie Luik in 1851. Hij was gepensioneerd inspecteur van de normaalscholen. Zijn zoon Paul Dock was officier bij het leger. De villa in eclecticisme draagt het huisnummer 40.

 

 

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque, 1989, p. 74.

 naar tabel

Losse entiteiten per soort gebouw

 

Pachthoven

 

54. De Vierwegenscheden


Het pachthof De Vierwegenscheden  stond op de scheiding van 4 wegen of straten: de Karterstraat, de Kiewitstraat, de Brouwerijstraat en de Minneveldstraat. Het gebouw draagt het huisnummer 4 op de Kiewitstraat. In de 15de eeuw was het de woning van wijngaardier Jan Tymerman.  De meeste wijngaardiers stonden in dienst van de abdij. Het gebouw de Vierwegenscheden was oorspronkelijk het pachthof van de abdij van Kortenberg. In 1471 was er een smidse. In de 17de eeuw was het pachthof de eigendom van de familie De Pauw. Amandus De Pauw was meier van Kortenberg van 1639 tot 1650. Er was toen een kamme of een kleine brouwerij. In 1715 kochten Petrus Hensmans en Clara Van Wesembeeck het goed. Op 15 november 1725 kwam de woning in handen van Guillaume Gansemans, notaris  en griffier. Deze was gehuwd met Maria Hensmans, dochter van Petrus Hensmans-Van Wesembeeck. De eigenaar verfraaide het huis en bouwde het om tot een herenhuis. In 1746 was hier een smoutmolen gevestigd. Het geslacht Gansemans verdween met grote financiële problemen uit Kortenberg. In de 19de eeuw evolueerde het herenhuis tot het pachthof Schuermans. Lambert-Joseph Schuermans was burgemeester van Kortenberg van 1830 tot 1851. Hij had ook een olieslagmolen in de Vierwegenscheden. Zijn zoon Justin Schuermans was schepen van Kortenberg en voorzitter van de fanfare ‘De Eendracht’. In 1858 werd het pachthof uitgebreid met een grote schuur. Deze werd afgebroken in 1973. In 1896 stichtten Eugène en Camille Schuermans samen het hun moeder de weduwe Justin Schuermans-Symons de brouwerij St.-Amand. Camille Schuermans werd burgemeester van Kortenberg. Eugène Schuermans werd als brouwer opgevolgd door zijn zoon Justin Schuermans, burgemeester van Kortenberg van 1953 tot 1976. De brouwerij Schuermans stopte haar activiteiten in 1958. In 1973 werden de brouwerijgebouwen langs de Brouwerijstraat afgebroken. Justin Schuermans verkocht rond 1980 de woning aan het echtpaar Jacques Bom, die de restauratie doorvoerden. De Vierwegenscheden is een boerenburgerhuis in traditionele zand- en baksteenstijl met twee verdiepingen, zadeldak en dakkapel. Er is een zandstenen rondboogdeur. Het latere bijgebouw was voorzien van een rondbooginrijpoort.  

Bibliografie:

F.MAES. Kortenberg, zijn abdij, zijn oude woningen- Eigen Schoon en De Brabander, 1955, p. 296-297.

F.MAES. De Vierwegenscheden te Kortenberg -Eigen Schoon en De Brabander, 1939, p. 358-368.

H. VANNOPPEN. Kortenberg in de Belle Epoque. 1989, p. 70-71.

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen, 1991,  p. 26-27 ( Nr. 9 De Vierwegenscheden)

H. VANNOPPEN. De Vierwegenscheden of de vroegere brouwerij Schuermans in Kortenberg - Zoeklicht op Kortenberg, december 2002.

 naar tabel

Monumenten

 

55. Het oorlogsmonument op het kerkhof

Het oorlogsmonument van Kortenberg ligt op het nieuwe kerkhof langs de Kerkhoflaan. Burgemeester Felix Vrebos wenste een kalvariekruis in de middenlaan van het kerkhof. Een aantal Kortenbergse verenigingen dienden hiertegen protest in en opteerden voor een burgerlijk monument. Het werd ondanks alle protesten toch een kalvariekruis. De gedenkzuil  werd gebouwd door aannemer L. Cordemans volgens het plan van Architect E. Janssens  Het heldenmonument of de gedenkzuil werd ingehuldigd door burgemeester Camille Schuermans op 10 augustus 1924. Raymond Verdeyen, de voorzitter van de toneelmaatschappij ’De Verbroedering’ hield de gelegenheidstoespraak  Rond het monument werden de oorlogsslachtoffers van W.O.I begraven. Traditioneel had hier de 11 novemberplechtigheid van Kortenberg plaats. 

 

Bibliografie:

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen, 1991,  p. 31 ( Nr. 13 De oorlogsmonumenten van Kortenberg)

H. VANNOPPEN. Het dagelijks leven in Kortenberg in W.O.I -Curtenberg, 1998, nrs. 3-4, p. 136.

naar tabel

Kapellen

 

56. De kapel O.L.Vrouw Sedes Sapientiae van 1661

In de Kapellestraat op de hoek met de Hofstraat vinden we midden in de straat het ‘kapelleke’ van de Negenhoek. De kapel staat voor de huizen Kapellestraat nrs. 43 en 45. Hier heeft men de oude grens van Erps en Kortenberg. Het jaartal 1661 verwijst naar de overlijdensdatum van Joanna de Plaines, de kasteelvrouwe van het Hof ter Brugge  te Erps-Kwerps. De kapel O.L.Vrouw Sedes Sapientiae is een getrouwe kopie van de kapel van O.L.Vrouw van Bijstand uit 1655 aan haar kasteel te Erps. De barokke kapel is opgericht in witte zandsteen. Twee Ionische zuiltjes of kolonetten met krullen schragen een barok, kromlijnig fronton met de cartouche ’Ter Eren van de H. Maghet Maria 1661’. De dakbedekking is eveneens in witte steen en er is een voorstoep. Op het voetstuk van het O.L.Vrouw beeld vinden we ‘H. Maegd, sedes sapientiae ’Sedes sapientiae is het Latijn voor zetel van de wijsheid..  Voor 1914 werd de meiboom voor de kapel geplant. In de tijd van de kermisprocessie werd een rustaltaar opgetimmerd voor de kapel en toen zorgden de omwonenden voor een zandtapijt. In 1958 werd deze kapel nagebouwd in het dorp Oud-België op de wereldtentoonstelling.  

Bibliografie:

F. DENIS. Kortenberg, onze parochie. 1981, p. 162-167.

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen, 1991,  p. 17 ( Nr. 3 De kapel van O.l.Vrouw ‘Sedes Sapientiae’.

H. VANNOPPEN. Kapel van O.L.Vrouw Kapellestraat -Zoeklicht op Kortenberg, mei 2002.

   naar tabel

57. De kapel van Sint-Antonius

De kapel van Sint-Antonius op de Vier Huisjes werd in 1948 gebouwd door K.W.B.-Kortenberg. Louis Lebrun trad als metselaar op. Onderpastoor marcel Verboven was de grote stimulator van deze kapel. Het is een typische veldkapel met puntgevel.  Opgetrokken in baksteen met een kleine klokkentoren. De klok werd geschonken door de St-Jozefskliniek. De deurnis en het galmgat zijn van een gotische boog voorzien. Het dak is bekleed met leien. Op het torentje staat een ijzeren kruis waarin de letters KWB aangebracht zijn. De Sint-Antoniuskapel is geflankeerd door twee lindebomen. De kapel is qua stijl zowel traditioneel als neogotisch. De kapel werd in 1948 plechtig ingewijd. Karel Poels hield toen de gelegenheidstoespraak. Op het kleine altaar vinden we het beeld van Sint-Antonius Abt of Sint-Antonius met zijn varken. Toen de Sacramentsprocessie nog uitging was er hier een halte voorzien.

Bibliografie:

F. DENIS.Kortenberg, onze parochie. Kortenberg, 1981, p. 165-167.

H. VANNOPPEN. Honderd Kortenbergse gebouwen, 1991,  p. 20 ( Nr. 6 De Sint-Antoniuskapel  in de Vier Huisjes).

naar tabel


Aarzel niet om informatie te vragen aan de voorzitter Doctor Henri Vannoppen of webmaster Gustaaf Salens. Elke vraag of suggestie is welkom. Dank voor uw belangstelling.
URL-adres van onze website
laatste aanpassing op 26.09.2014