Het waterpompen project te Kakdwip aan de Golf van Bengalen

2003 – 2006 – 2009

 

Dit project werd begeleid door onze Indische partner

IITD (Indian Institute of Training & Development)

 

Water is naast armoede en overbevolking het derde probleem van India

 

 

 

 

 

Hoe het begon

Toen in 2003 ons gevraagd werd om in 10 vissersdorpen rond Kakdwip aan de Golf van Bengalen (80 km ten zuiden van Kolkata) een waterpomp te installeren, konden we niet vermoeden dat er zo een energie van zuiver water kon uitgaan.  De bedoeling was via deze eenmalige sponsoring een bestaand gezondheidsprogramma te versterken.  Alhoewel het initieel niet voorzien was, is door het enthousiasme van de dorpelingen een tweede fase opgestart en zijn er plannen voor een derde fase.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Fase 1: 2003-2006

Installatie van een waterpomp in 10 dorpen met inbreng van de dorpelingen.  Een dorp bestaat uit +/- 75 gezinnen, de mannen zijn vissers en verdienen minder dan 30 euro per maand.

Planning:  2004: 2 pompen – 2005: 4 pompen – 2006: 4 pompen

Met eenvoudige technieken wordt geboord tot een diepte van 300 meter waar zuiver water te vinden is.

Werkwijze:

o        Belang en noodzaak zuiver water uitleggen aan de dorpelingen.

o        Oprichting in elk dorp van een pompcomité.

o        Pompcomité verzamelt 1/10 van de kostprijs in het dorp, wij sponsoren 9/10 (= 1.500 euro) – levenstandaard in India is 10 tot 15 maal lager dan bij ons.

o        Pompcomité krijgt opleiding en materiaal om de pomp te onderhouden/herstellen en haalt maandelijks een kleine onderhoudsbijdrage op bij alle dorpelingen.

Duurzame Resultaten:

o        De dorpelingen beschouwen de pomp als hun pomp omdat zij ervoor gespaard hebben en maandelijks bijdragen tot het onderhoud van de pomp – dit garandeert dat de pomp steeds in orde blijft.

o        Gezondheid is verbeterd: minder huidziekten, geen diarree bij de kinderen, vrouwen hebben meer tijd voor hun gezin en ook om ander werk te doen.

o        Naar het voorbeeld van het pompcomité worden zelfhulpgroepen opgericht; 2 leden van elke groep krijgen een opleiding (vergadertechniek, sparen en naar de bank gaan, groepsverslag, enz.).

o        Elke zelfhulpgroep vergadert maandelijks, spaart samen en gebruikt het spaarfonds als microkrediet voor zijn leden.

o        Gezamenlijke acties resulteerden in verbeteringen binnen en het eigen dorp (verbetering van de wegen, gedragscode m.b.t. drankmisbruik, milieu, enz.).

o        Via de zelfhulpgroepen wordt ook aan gezondheidspreventie, familieplanning, zorg voor de kinderen, rechten van de vrouw, enz. gedaan.

 

Het pompcomité is de spil in de 1ste fase,

De 1ste pomp werd in 2004 ingehuldigd

Zuiver water brengt gezondheid en hygiëne

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De vissers zijn maar af en toe thuis

Leden van het pompcomité onderhouden de pomp

Water: het begin van de ontwikkeling

 

 

 

 

 

 

 

 

Via zelfhulpgroepen worden ook een spaargewoonte ingevoerd

Met een microkrediet van haar groep begon deze vrouw een theestalletje

Via zelfhulpgroepen doet men aan gezondheidspreventie en familieplanning

 

 

 

 

 

 

 

 

Fase 2: 2006-2009

Naar aanleiding van de vraag naar meer financiële hulp, ontvouwden we het IIMK-platform- en -raketmodel.  Dit betekent dat IIMK, met de begeleiding van onze partner IITD, hen helpt starten met hun dorpsontwikkeling zodat het dorp na een tijdje zichzelf kan bedruipen en ons niet meer nodig heeft. 

 

De tweede fase van het project bestaat erin de vrouwen via een beroepsopleiding economisch weerbaar te maken om de verbeteringen m.b.t. gezondheid en hygiëne te kunnen bestendigen. 

 

 

 

 

 

 

 

o        Vanaf 2006 worden stik- en naailessen ingericht en worden ook opleidingen verzorgd om sari’s te versieren met broderie en parels.  IITD nam de marketing voor haar rekening en zocht contacten met de bazaars te Kolkata en op de markt van Kakdwip. 

o        Met het werk van de vrouwen als voorbeeld krijgt men bestellingen van de handelaars.  Bij bestelling geven de handelaars de saristof, de vrouwen bewerkten de stof tot zeer mooi versierde sari’s en bij levering aan de handelaars worden zij door deze betaald voor het geleverde werk. 

o       Voor het naaiwerk heeft men contacten met handelaars te Kakdwip zelf.  Het naaiwerk bestaat uit kinderkleding, topjes en onderrokken voor de vrouwen en ander divers stikwerk.

 

 

 

 

 

Sari’s bewerken en ze verkopen in de bazaars van Kolkata

Topjes, onderrokken en kinderkleding …

… en ze verkopen op de markt van Kakdwip

 

 

 

 

 

Het blijft niet bij de eerste tien dorpen

 

Dorpsontwikkeling is geen statisch gebeuren.  Begonnen in 2003 met de eerste waterpompen werden later zelfhulpgroepen opgestart en vanaf 2006 werden de beroepsopleidingen een belangrijk onderdeel van de ontwikkeling.  Andere dorpsgemeenschappen die de vooruitgang zagen vroegen aansluiting bij het project.

 

o        Het eiland Mousumi, meermaals geteisterd door dijkbreuken, vroeg zuiver water.  Immers door de overstromingen was het oppervlakte water helemaal ondrinkbaar geworden. 

  • In 2007 is een pompcomité opgericht en een waterpomp geïnstalleerd. 
  • Er zijn reeds zeven zelfhulpgroepen actief.
  • In 2008 volgt een tweede waterpomp. 
  • Eveneens wordt voorzien te starten met hoenderhofjes. 
  • Andere vragen zoals beroepsopleiding, begeleiding van de schoolkinderen, meer landbouwgerichte hulp, enz. moeten wachten totdat middelen vrijkomen van de eerste dorpen uit het project.

o        Twee aanpalende dorpjes

  • Vroegen in 2007 eveneens aansluiting bij het programma. 
  • Er werden reeds 11 zelfhulpgroepen opgericht
  • De moeders sloten aan bij de bestaande opleidingen voor saribewerking, naai- en stiklessen en handwerk. 
  • De vraag voor een waterpomp echter is naar later verschoven als er middelen vrijkomen. 

o        Op het eiland Mundapara

  • Werden in 2007 10 biggen verdeeld onder 10 gezinnen met de afspraak dat de helft van de baby biggen die zouden volgen opnieuw onder andere gezinnen worden verdeeld. 
  • Er werd voorzien in opleiding voor de kweek, medische begeleiding en aangepast voedsel. 
  • In 2007 waren er reeds twee zelfhulpgroepen actief. 
  • In 2008 zijn er 16 biggetjes geboren waarvan er 14 in leven bleven, dit betekent dat 7 nieuwe gezinnen een biggetje krijgen om te kweken. 
  • De vraag naar een waterpomp is naar later verschoven als er middelen vrijkomen.
  • Uitbreiding en begeleiding van de zelfhulpgroepen wordt ondersteund. 

o       Op Sagareiland leeft er een zeer grote dorpsgemeenschap waarbij de dorpsoversten zowel als de moeders ook vragen om hulp; zelfhulpgroepen, beroepsopleiding, enz.  We zullen dit eveneens bekijken voor een volgende fase. 

Mousumi, getroffen door dijkbreuken

Handwerk wordt gepromoot in Kakdwip

Biggenkweek op Mundapara

Sagareiland vraagt ook onze hulp

 

 

 

Bekomen resultaten

o        Vandaag zijn er in de veertien dorpen in het programma 131 zelfhulpgroepen actief die samen 1.300 gezinnen verenigen.  Hiervan zijn er 316 moeders die sariwerk verrichten, 122 moeders zijn actief in naai- en stikwerk, 47 moeders doen aan handwerk en 17 families zijn met biggenkweek bezig.

o        Een groot aantal andere moeders (250) volgen nog de diverse beroepsopleidingen.

o        Met deze activiteiten kunnen de moeders hun gezinsbudget boven de armoedegrens brengen.

o        De pompcomités werken goed.  Het onderhoudsgeld wordt regelmatig betaald.

o        Het spaargeld van de zelfhulpgroepen en van de pompcomités wordt aangewend als microkrediet voor verbetering van de woonst, aanschaf van stikmachine of ander werkgerief en dringende uitgaven.  Tot nu toe is elke lening binnen de 6 tot 12 maand trouw terugbetaald.

o        Om het grote aantal zelfhulpgroepen te kunnen aansturen wordt een “clustergroep” per dorp voorzien.  Deze groepen hebben een overkoepelende functie en bestaan uit vertegenwoordigers van de zelfhulpgroepen.  Een “unie” clustergroep moet de activiteiten en organisatie rond Kakdwip in de toekomst in handen nemen. 

o        Voor de leiders van de zelfhulpgroepen (2 per groep) worden diverse opleidingen i.v.m. gezondheid en hygiëne georganiseerd.  De bedoeling is dat de leiders de ontvangen informatie en kennis doorgeven aan de leden van hun groep.  De opleidingen gaan over: ontwikkeling van leiderschap, voedsel en voeding, gezondheid voor moeder en kind, HIV/AIDS en andere seksueel overdraagbare aandoeningen, ziekten ten gevolge van het gebruik van vuil water, vrouwen en jonge meisjes in de prostitutie, economische ontwikkeling.

o        Wat betreft de capaciteitsopbouw van zelfhulpgroepen en clustergroepen worden de nodige opleidingen voor de leidsters van de groepen verzorgd en worden zij ook opgevolgd in het nieuwe project Via Water naar Ontwikkelling. 

Leden van het pompcomité op pad voor de maandelijkse bijdrage

De pompen worden goed onderhouden

Opleiding voor de leidsters van de zelfhulpgroepen

 

 

 

 

2009: Einde van het project

Naast de waterpompen die in twaalf dorpen werden geïnstalleerd is er tijdens de tweede fase werk gemaakt niet alleen van gezondheid en hygiëne maar ook van inkomenverwervende activiteiten om het geheel een goede economische basis te geven naar zelfstandigheid. 

 

Als laatste element dat de werking in de dorpen zelfstandigheid moest geven hebben we het laatste jaar veel aandacht besteed om de 131 zelfhulpgroepen (met meer dan 1.300 moeders) een stabiele structuur te geven.  Dit verkregen we door per dorp een “cluster zelfhulpgroep” op te richten.  Een cluster is samengesteld uit de vertegenwoordigers van de zelfhulpgroepen en deze zullen samen met het pompcomité en het dorpscomité in de toekomst de sterkte en de verdere ontwikkeling in de dorpen kunnen verzekeren. 

 

Wat de derde fase 2009-2012 moest worden is uitgegroeid tot een nieuw project Via Water naar Ontwikkeling of in het Engels: Water to Development 2009-2012, kortweg W2D.  Dit project is een kopie van wat we tijdens de jaren 2003-2009 gedaan hebben, maar zo dat de eerste en tweede fase in de periode 2009-2012 tezelfdertijd worden uitgevoerd.  Uiteraard blijven we de bestaande groepen opvolgen, is er plaats voor de moeders uit deze dorpen in onze toekomstige opleidingen en komen ze ook in aanmerking voor een toelage om toiletten en rookvrije vuurtjes te installeren.

Middelen vrijmaken voor de noden van de andere dorpen

Opleiding van de clustergroepen

 

 

 

 

 

 

 

 

12 waterpompen werden geboord en worden door de pompcomités onderhouden.

De 1.250 gezinnen (6.500 dorpelingen) kregen vorming en bijstand via 125 zelfhulpgroepen.

Om de duurzaamheid te waarborgen werd er in elk dorp een overkoepelende zelfhulpgroep opgericht.

Via saribewerking, naaien & stikken, handwerk of kleine veeteelt komen de gezinnen boven de armoedegrens.

De totale kost van dit project bedroeg 56.600 euro, dit betekent <50 euro per gezin of <10 euro per persoon.

De jaarlijkse kost bedroeg dus gemiddeld 9.433 euro.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De constructie van een waterpomp – het boren tot 300 meter diep

 

 

 

 

 

Met de hulp van bamboestokken wordt een driehoekige boortoren gebouwd.  Aan het knooppunt bovenaan wordt een touw vastgehecht dat de water- en boorpijpen mooi verticaal moet houden gedurende de hele operatie.  De waterpijp zit binnenin de boorpijp.  Onderaan de boorpijp is de boorkop gemonteerd.  Tijdens het boren wordt water gepompt in de waterpijp (binnenste pijp) dat samen met het uitgeboorde zand terug omhoog komt tussen de waterpijp en de boorpijp (ruimte tussen binnenste en buitenste pijp).  Naarmate men dieper boort worden de buizen bovenaan opeenvolgend op elkaar gemonteerd.  Zo gaat men door tot het zuiver waterpeil wordt bereikt.  Dan trekt men de boorpijp er terug uit en wordt op de waterpijp de pomp gemonteerd.  Onderaan de waterpijp zit een filter.  Om op deze wijze manueel 300 meter diep te boren heeft men ongeveer 15 dagen nodig, dit betekent dat men gemiddeld 20 meter per dag kan boren.  Uiteraard laat men het water regelmatig analyseren om de drinkbaarheid ervan te controleren. 

 

 

 

 

 

 

 

Vermits de buizen 6 meter lang zijn wordt een boortoren van 7 meter opgericht.

1 man zit bovenaan om de waterpijp aan te sluiten.

2 mannen pompen water.

2 mannen boren.

1 man houdt de pijp vast zodat ze bij aansluiting v/e nieuwe pijn niet in de boorput stort.

1 man superviseert.

Zo zijn er drie ploegen die rond de klok boren. 

Men heeft een boorkop voor steen- en een voor zandlagen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Neem ook een kijkje bij onze India bezoeken