Noodhulp na de Tsunami op Little Andaman (dec 2004)

2005

 

Deze noodhulp werd geleverd door onze Indische partner

VHAI (Voluntary Health Association of India)

 

 

 

 

 

 

 

Het jaareinde 2004 leerde de wereld het natuurfenomeen “tsunami” kennen en de catastrofale gevolgen ervan voor honderdduizenden inwoners van vele landen in zuidoost Azië en zelfs in Afrika.  Ook Europa bleef niet gespaard, gezien de aanwezigheid van een groot aantal toeristen op de kusten in deze regio.  De zeebevingen en de daarop volgende vloedgolf hebben een wereldwijde solidariteit losgemaakt met de getroffen gebieden. 

 

 

 

 

 

 

Aardbevingen zijn een gevolg van platen die verschuiven (enkele centimeters per jaar).  In de diepte smelt een deel van het ondergeschoven materiaal, stijgt op in de vorm van magma en veroorzaakt vulkanisme als het aardoppervlak bereikt wordt  Door dit vulkanisme ontstaat een vulkanische eilandenboog.  Dit onderschuivingsproces veroorzaakt grote spanningen in de aardkorst.  De lokaal in de loop van vele jaren opgebouwde gigantische spanning kan zich ontladen in een plotselinge verschuiving: de aardbeving.  De verticale breukverplaatsing bedroeg 2,5 meter, m.a.w. de zeebodem werd met dit bedrag opgeheven, deze opheffing veroorzaakte de “tsunami” op 26 december 2004.

 

 

 

 

 

 

Hoewel onze projecten in India ontsnapten aan de catastrofe, waren onze lokale partners toch meer dan betrokken partij.  Het “Voluntary Health Association of India” (VHAI) werkt immers ook in de staten Tamil Nadu en Kerala (zuidpunt van India naast Sri Lanka) en op de Andaman & Nicobar eilandengroep (in het midden van de Golf van Bengalen) die wčl zwaar werden getroffen.  Een ploeg van 3 dokters, 2 noodhulp specialisten, 2 logistieke stafleden en 10 plaatselijke helpers stond in om de noodhulp op Little Andaman te organiseren.  Little Andaman ligt op 10 uur varen ten zuiden van de hoofdstad Port Blair.  De eilandengroep bestaat uit 319 eilandjes (257 Andaman en 62 Nicobar) verspreid over een lengte van 752 km met een totale oppervlakte van 8.293 km˛ (ongeveer 1/4 van België).

Omdat we beseften dat, eenmaal de media weg, ook de middelen zullen slinken en de échte heropbouw minder kansen maakt hebben we in januari 2005 een oproep tot uitzonderlijke steun gedaan die zeer gul werd beantwoord.  2.500 euro werd onmiddellijk overgemaakt voor noodhulp.  Nog eens 12.500 euro werd besteed aan de rehabilitatie van de jeugd van Little Andaman.  In naam van de slachtoffers die je daarmee hielp de draad weer op te nemen, onze oprechte dank. 

 

 

 

 

 

Project:  Begeleiding en opleiding voor de jeugd van Little Andaman

Het project bestaat erin de door de tsunami getroffen jeugd van Little Andaman te begeleiden bij de juiste beroepskeuze en hen de nodige technische kennis mee te geven zodat op termijn hun financiële situatie verbetert.  Dit impliceert dat:

  1. een opleidingscentrum wordt opgericht (opp: 120 m˛)
  2. minstens 2000 duizend jongeren dit jaar worden begeleid
  3. voor 200 jongeren de begeleiding onmiddellijk start
  4. 25 jongeren meteen een beroepsopleiding krijgen
  5. Meisjes en jongens zullen gelijk worden behandeld en de armsten zullen voorrang krijgen.

 

 

 

 

 

Samengevat uit het eindrapport, januari 2006, van VHAI

 

 

 

   

 

  

 

 

 

 

   Het  Snit en Naad Centrum startte reeds op 27 juni 2005 in voorlopige lokalen.  De studenten kwamen in twee lichtingen, telkens 10 in aantal.  De eerste groep kwam van 14 tot 16 uur en de tweede groep van 16 tot 18 uur.  De deelnemers waren volwassenen.  Deze vrouwen waren zeer leergierig en enthousiast.  Ze leerden damespakken, rokken, blouses, onderrokken en hemden maken

 

 

Het Centrum voor Computeropleiding werd ingericht met de medewerking van ET&T Computer Education & Training Centre op 16 augustus 2005.  Na zes maand cursus werd een diploma in “Computer Software Technologie” uitgereikt.  In totaal waren er 63 studenten in drie groepen ingeschreven voor dit programma.  De eerste groep startte om 13 uur, de tweede om 15 uur en de derde om 17 uur.  De tweede en derde groep omvatte tevens studenten uit de 11de klas (=5de jaar humaniora).  Ze leerden de basisbegrippen van de computer, MS Dos en MS Word.  De leerboeken en briefpapier werden de studenten kosteloos aangeboden.  In een tweede fase werden de onderwerpen MS Windows, MS Office en Internet behandeld.

 

Later werden ook cursussen Tally (boehoudpakket), Visual Basic, programmeertaal “C” en een Advanced Course met o.a. Photoshop, Coral Draw, Pagemaker, HTML, enz. ingericht.  De laatste twee jaar hebben bijna 200 jongeren, waaronder de helft meisjes, deze opleidingen gevolgd en werden ze bij het zoeken naar werk begeleid.  De besten ontvingen een studiebeurs om verder te studeren.

 

 

 

.

 

Later werd ook aan de jonge meisjes speciale aandacht geschonken door het inrichten van naai- en borduuropleidingen.  Zo konden zij hun financiële toestand.  De opleiding duurt eveneens zes maanden met twee uur les per dag.  Ze bestond uit de basisvaardigheden van naaien en stikken, het maken van baby-, dames- en herenkleding, borduurwerk en de verschillende stijlen van stikken.  Nadien weden er ook nog vervolmakingsessies ingericht met o.a. schilderen op stof, maken van speelgoed, versieren van kandelaars, enz. 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Wegens de overvloedige moessonregens kwam het Opleidingscentrum zelf eind 2005 pas klaar.  Het is een gebouw van 10 op 8 meter en bevat een klaslokaal voor theorie, een praktijkklas en nutsvoorzieningen. 

 

 

Dank u wel voor de nieuwe kansen!

 

 

 

 

 

Enkele Getuigenissen (uit een rapport 2007)

 

 

 

Sabnam is 24 jaar en heeft een diploma van verpleegassistente (nursing).  Telkens als ze een betrekking zocht vroeg men haar of ze enige kennis en ervaring met computers had.  Ze was beschaamd telkens nee te moeten antwoorden.  Haar ouders konden het zich niet veroorloven haar opnieuw te laten studeren.  Van haar vriend hoorde ze over het initiatief van VHAI en greep deze kans met beide handen, men hoefde geen lesgeld te betalen.  Elke dag legde ze de 28 km af naar het opleidingscentrum.  Ze behaalde het diploma en vandaag is ze werkzaam bij ADRA, een ontwikkelingsorganisatie.

 

N. Pushpa zit in het laatste jaar humaniora op Little Andaman.  Ze is een zeer goede leerling en droomde van een mooie toekomst.  Ze wou programmeur worden.  Maar de financiële crisis veroorzaakt door de tsunami dwarsboomde haar plannen.  Haar vader was een dagloner en verdiende zelfs niet genoeg om zijn gezin te onderhouden.  Tot zij kon deelnemen aan de computeropleidingen die door VHAI werden ingericht.  Ze kreeg nu een studiebeurs om op Port Blair, de hoofdstad van Little Andaman, verder te studeren. 

 

 

 

Nagesh is de enige zoon van Santama.  Zijn vader stierf toen hij 10 was.  Zoals vele jongens werd hij ingeschakeld om wat bij te verdienen voor het gezin.  Zijn moeder kon zijn studies in Port Blair niet betalen.  Hij werkte soms als dagloner maar was er toch steeds op uit iets nieuws te leren.  Hij hoorde van de VHAI computeropleidingen die hij prompt volgde.  Hij startte daarna zijn eigen zaakje met typewerk.  Hij kocht later een digitaal fototoestel en verdient nu goed zijn brood waarmee hij zelfs zijn moeder en zijn drie zusjes kan onderhouden.  Door dit voorbeeld zonden vele ouders hun kinderen ook naar de computeropleidingen die door VHAI werden ingericht.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Shyam Bai is een zeer dynamische en atletische jonge vrouw.  Maar door de tsunami had ze alles verloren.  W waar een wil is een weg en ze was vastberaden opnieuw de draad op te nemen, maar ditmaal niet alleen.  Ze sprak met haar buren af een soort zelfhulpgroep op te richten.  Het was niet gemakkelijk maar kon hen toch overtuigen niet bij de pakken te blijven zitten.  De twaalf vrouwen van de groep wisten eerst niet uit welk hout pijlen te maken en vroegen VHAI om bijstand.  Ze wilden een kledingzaak openen.  Ze volgden als eersten de zes maand durende naai- en borduuropleiding en leerden ook Hindi. 

 

 

 

De groep werd nadien geholpen met stikmachines en ander materiaal om zijn winkeltje te starten.  Vandaag verdient de groep vrouwen 5 tot 6000 roepies per maand, voldoende om ervan te leven.  Zij zijn nu naar een bank gegaan voor een lening om hun zaak uit te breiden.  Het verhaal stopt hier niet.  Shyam moedigde haar andere dorpsgenoten aan om ook zelfhulpgroepen te vormen.  Haar hoofdidee is om het dorp economisch onafhankelijk te maken.  Dit initiatief kreeg erkenning door het ministerie en de groep mocht zijn producten promoten op het “Island Tourism Festival 2007” in de hoofdstad

 

 

 

 

Onze bijdrage aan dit project bedroeg 15.000 euro