|
Zestien jaar India, wat raakte ons, toen en nu
nog steeds Hugo & Frieda |
|
|
|||||||
|
Na een toeristische kennismaking met India werd
ons in 1994 door onze dochter Mieke een project gelegen op het platteland
dichtbij de stad Calcutta, nu Kolkata in de schoot geworpen. We zijn vol verwachting vertrokken en werden daar in een
dispensarium geconfronteerd met onvoorstelbare armoede en wat dat doet met
moeders en kinderen namelijk ondervoeding, uitdroging, zweren, brandwonden,
tropische ziekten enz. We wasten,
smeerden, verzorgden, gaven medicijnen ... Het contact met de mensen was groot,
de resultaten deugddoend en iedereen was tevreden, namelijk een 500-tal
moeders en kinderen hadden we samen met het Indische team geholpen ...
geholpen voor hoelang?
We deden aan noodhulp. |
|
|
|||||||
|
||||||||||
|
Eén week, één, twee maanden later en daar waren
ze terug, dezelfde moeders en dezelfde kinderen met dezelfde problemen ... Het was wel fijn
bekenden terug te zien maar niet op die manier en in die omstandigheden met
al hun pijn, verdriet en teleurstelling. Wij hadden maar één bezorgdheid:
waarom zij wel en wij niet? Hoe kunnen wij dit stoppen? Eén vreselijke vaststelling lag aan
de basis van deze onrechtvaardigheid: onwetendheid. Kennis moest in de plaats komen en
was en is nog steeds de enige weg om te ontsnappen uit die armoede. En dat is wat onze lokale Indische
vrienden en medewerkers tot op vandaag stuwt in hun dagelijks werk. Telkens we teruggaan
zien we hoe India in volle ontwikkeling is:
Steden breiden uit, bouwwerken verrijzen op weggeveegde
krottenwijken. We staan in
verwondering voor alles wat hier verwezenlijkt wordt. Maar als we in het station
aanschuiven voor een treinkaartje liggen nog altijd straatkinderen te slapen
op de grond tussen duizenden pendelaars; arme mensen zijn overal zichtbaar aanwezig. Er is
veel veranderd in die 16 jaren, zeker in de steden. Maar er blijft nog een lange weg te
gaan zeker op het platteland. |
Waarom
zij en niet wij? |
|
|
||||||
|
Voor ons blijft India ongrijpbaar met
ingewikkelde menselijke verhoudingen. Toch worden we altijd opnieuw
geraakt door de gulle gastvrijheid en de hechte vriendschap: het beste bed, het lekkerste eten, we
moeten dit aanvaarden, geen discussie is mogelijk. We worden uitgenodigd, meegenomen
naar kleurrijke traditionele bruiloften, naar familiebijeenkomsten, naar
luidruchtige overweldigende religieuze feesten, naar dans, toneel en
concerten, ziekenbezoek, zelf op dokter- en tandartsbezoek enz. We zijn dankbaar voor al wat we in
de loop der jaren hebben mogen ervaren in dit fascinerende land waar we meer
van de mensen geleerd en gekregen hebben dan we zelf hebben kunnen geven. |
|
|
|||||||
|
|
|
|
|
||||||
|
|
|
|
|
|
|||||