CONCERT REVIEWS

(laatste wijziging op 09.04.2014)

Ian Paice - Den Amer Diest, maart 2014 (Nederlands)

Deep Purple Suikerrock Tienen augustus 2011 (Nederlands)

Deep Purple - Marche-en-Famenne 2010 (Nederlands)

Glenn Hughes - Verviers 2010 (Nederlands)

Deep Purple - Lotto Arena 2009 (Nederlands)

Deep Purple Suikerrock Tienen augustus 2008 (Nederlands)

Deep Purple Vorst-Nationaal januari 2006 (Nederlands)

Deep Purple at the Schwung 2004 festival (English text)

Deep Purple op het Nandrin festival (Nederlands)

Deep Purple at the Nandrin festival (English)

Deep Purple op het Schwung 2003 festival (Nederlands)

Deep Purple at the Schwung 2003 festival (English text)

Alle foto's op deze site © Marc Brans, behalve waar anders vermeld.

All pictures on this site © Marc Brans, except where stated differently

Dinsdag 2 april 2014

Lotto Arena Antwerpen

DEEP PURPLE – NOW WHAT!? LIVE

Je zou zeggen dat je na meer dan 30 jaar ervaring en contacten met de groep, geen stress meer hebt als je naar een Deep Purple concert gaat waarbij – dankzij email – alles op voorhand zo goed als volledig is geregeld. Niet dus.

Ik kan me niet herinneren dat ik me ooit voordien zo ellendig en ongerust heb gevoeld als voor het concert van gisteren 2 april in Antwerpen. En waarom? Ik zou het niet weten.

Omwille van slechte knieën en vaak pijnlijke rug had ik me voorgenomen dat dit mijn laatste Purple optreden zou worden. Voor de eerste keer gingen zowel zoon- als dochterlief mee.

We hadden om 18u30 een afspraak back stage met Ian Gillan en om zeker niet te laat te zijn, waren we al om 16u vertrokken. Om 17u parkeerde ik de auto en kreeg ik te lezen dat er een verandering van strijdplan was.

Via allerhande tussenstations waren we net op tijd. Op weg naar de ingang zagen we zelfs 2 lange, witte limousines in de file, waarschijnlijk met de 2 Ians, Don en enkele assistenten.

Sally bezorgde ons 2 fotopassen en even later maakte Ian wat tijd voor ons.

Na begroetingen, foto’s en handtekeningen zei ik dat ik blij was te horen dat de groep in mei/juni zou samenkomen om nieuw materiaal te schrijven.

Zoals je misschien weet, kreeg ik enkele maanden geleden een mail van Gillan waarin hij schreef dat “Now What!?” niet de laatste Purple plaat zou worden, maar dat mocht ik niet verder vertellen.

Tot mijn verbazing zag Ian Paice er een paar weken later in Diest geen graten in om vanop het podium te vertellen van die aankomende schrijfsessie.

Er volgde een korte stilte waarop Ian vroeg:

“Van wie weet jij dat?”

Toen ik hem het Paice-verhaal vertelde, zag hij er helemaal geen graten in om te vervolgen:

“Als de anderen van de groep er geen problemen mee hebben, mag dat gerust bekend worden. De verdere planning is om in januari het nieuwe materiaal op te nemen.”

Omdat hij kwetsbare voeten heeft (zie Suikerrockverslag) draagt Ian tegenwoordig speciale lichte schoenen en zal je hem dus niet meer blootvoets op het podium zien staan.

Hoe ze aan de titel “Now What!?” kwamen? Logisch. Op den duur werden ze de vele telefoontjes voor een nieuwe cd zo beu dat ze antwoordden met “Wat nu weer!?”

Ians dochter Grace is intussen al 31 jaar en heeft hem een kleinzoon van 2 jaar geschonken, Rowan genaamd.

Terug uit de kleedkamer stuitten we op Ian Paice die zich Diest nog herinnerde en tijd nam voor wat foto’s. Don wimpelde mijn vraag voor 2 handtekeningen af en zei dat ze dat na het optreden zouden doen.

Het wachten op Roger Glover en Steve Morse duurde tot iets over 20 u. Ik bracht hem onze ontmoeting van 1980 in de wc’s van het Hilton hotel in herinnering. Mijn echtgenote was toen zwanger en Roger wenste me een dochter. Die zou hij vandaag – 34 jaar later – ontmoeten. Daarop liet hij weten dat hijzelf 3 dochters heeft, één van 37, één van 4 en één van 2 jaar evenals twee kleindochters van resp. 4 en 2 jaar.

“Mijn kleinkinderen zijn dus even oud als mijn kinderen”, merkte hij fier op. “Vreemde situatie”, voegde hij er nog aan toe.

Het werd stilaan tijd voor het optreden en ik weet niet of dit overal zo het geval was, maar ik kon Gillan vaak amper horen.

Gedurende de 3 eerste nummers (Après Vous, Into The Fire en Hard Lovin’ Man) trok ik met mijn 35 jaar oude analoge fototoestellen zo’n 70 foto’s zodat de 2 in Diest begonnen filmrolletjes vol waren. Zoonlief presteerde het om vanavond met zijn digitale camera zomaar eventjes 750 foto’s te maken. En hij kon zijn resultaten al meteen tonen; ik moet nog 2 dagen wachten want de donderdag na het concert is de fotowinkel gesloten. Ik ben dus in blijde verwachting.

Gillan kwam knap voor de dag met zijn pseudo butler hemd en strikje en bij “Hard Lovin’ Man” kwam hij met een kleine gong tevoorschijn vooraan het podium. Geweldige klank heeft zo’n klein ding zeg. J

Vanaf het 4de nr. (Strange Kind Of Woman) werd ik op een flightcase op het podium geïnstalleerd (ditmaal niet langs de kant van Glover, maar aan die van Steve Morse). Leuk om zien hoe diens technicus zijn handen vol had met gitaren controleren en snaren vervangen.

Tijdens “Vincent Price” toonde Ian Gillan vanachter een zwart doek, centraal op het podium, enkele akelige maskers in de trant van Vincents griezelfilms.

“Contact Lost” was een solomoment voor Steve als inleiding tot “Uncommon Man” het 2de nieuwe nr. van de avond. Dat werd gevolgd door “Well Dressed Guitar”, een andere gelegenheid voor Steve om zijn kunnen te laten horen.

Vervolgens was het de beurt aan Ian Paice tijdens “The Mule” dat de al ingeburgerde nieuweling, “Above And Beyond” voorafging.

Van “Machine Head” was er geen “Highway Star” maar wel “Lazy”. Daarna het voorlaatste Now What!?-nr: “Hell To Pay”.

Als ik me niet vergis, was het aan het begin van Dons keyboard solo dat er een mooie foto van een wuivende (wijlen) Jon Lord werd getoond op de schermen naast het podium.

Met “Perfect Strangers” en “Space Trucking” naderden we het einde van de gewone set die werd afgesloten door – hoe kan het anders – Smoke On The Water. (’s Maandags had ik tijdens het zappen op een Duitse zender uit de Hoge Venen een fanfare gezien die tijdens de carnavalstoet een koperen versie van dit nr. speelde. Op Canvas werd nadien “Machine Head” in de reeks “Classic Albums” nog maar eens uitgezonden).

In de toegiften (“Hush” en Black Night”) kon Roger Glover zich ten volle uitleven met zijn basgitaar. Solo of met steun van Steve die ook in duel ging met Don Airey.

Na 110’ was de pret voorbij en werd de zaal opgeruimd. De 3.500 aanwezigen keerden tevreden naar huis. Helaas geen “All The Time In The World” of “Body Line” meer in de setlist. Die 2 leken mij nochtans publiekslievelingen te kunnen worden.

Wie zich afvraagt of er (nieuwe) tourprogramma’s waren: neen!

De after party zal voor de aanwezigen wel een kleine ontgoocheling geweest zijn, want alleen Don Airey en (later) Roger Glover daagden op.

Volgens Roger had Steve nogal wat last met zijn gitaarpedalen en moest er een en ander geregeld worden voor het optreden van 2 dagen later in Londen.

Terloops merkte ik op dat de bassolo (in “Pictures Of Home”) eigenlijk vaker in mijn muzikale geheugen opdaagt dan de intro van “Smoke” of “Child In Time”. Gewoonlijk maakt die mij ‘happy’.

“That makes me happy too”, repliceerde Roger. Hij kon zich de solo wel niet meteen voor de geest halen, maar mijn schampere imitatiepoging bracht hem toch bij de titel.

- “Ja, ik kan het niet beter want ik ben geen muzikant.”

Roger: “Ik ook niet.”

“Ik dacht dat de grap was dat de drummer geen muzikant is.”

Roger: “Ik heb die versie aangepast en zeg dat een bassist het midden is tussen een drummer en een muzikant.”

Roger nam uitgebreid de tijd om te kletsen, stak een (verboden?) sigaret op en omdat hij geen asbak vond, bood ik hem mijn leeg blikje ‘mannen weten waarom’ aan.

Verder vond hij het een heel goed concert, vooral in vergelijking met de avond tevoren in Luxemburg. Ian Gillan had eerder al gezegd dat daar een en ander in de soep was gelopen doordat hij zijn teksten niet helemaal onder de knie had.

Toen het duidelijk was dat niemand zich nog zou laten zien, hielden we het voor bekeken.

Om 1 u was ik terug thuis, maar het duurde tot 6 u voor ik de slaap kon vatten. Waarschijnlijk door de spanning van de voorbij dagen/weken.

Tot een volgend concert? Ik durf er mijn hand niet voor in het vuur steken.

Zondag 16 maart 2014, 16 u

Ian Paice in Den Amer in Diest

Net als de vorige keer dat Ian Paice in Diest zou zijn, wist ik dit pas een paar dagen voordien. Ik lichtte meteen zoveel mogelijk fans in via Facebook, de website en mails. De organisatie gaf zelfs een speciale inkomprijs van 5 euro voor wie via de fanclub kwam (i.p.v. 13 euro). Ter plekke bleek dat de meeste clubleden hun kaartje al een paar weken voordien hadden gekocht. Je zou toch verwachten dat iemand mij in zo’n geval zou contacteren, informatie reist immers in 2 richtingen.

Het was al zolang geleden dat ik nog foto’s had genomen dat ik eerst de juiste instellingen moest nakijken in het instructieboekje.

Ian zou om 16 u optreden en nadien signeren. Toen hij op het podium zei dat hij een vliegtuig naar Londen moest halen, vreesde ik dat het 2de deel van het feest niet zou doorgaan. Maar daarover later meer.

Een kwartier voor aanvang van Ian’s sessie, hoorde ik achter de gordijnen allerlei bekende drumstukjes die me vooral aan “In Rock” deden denken, typisch Paicey. Eigenlijk heeft hij toen zo lang gedrumd als tijdens de hem toegemeten 75 minuten.

Inderdaad, het gros van de tijd besteedde Ian aan het beantwoorden van alle mogelijke vragen uit het publiek. In het begin waren er vooral technische vragen en daar heb ik geen kaas van gegeten. Op korte vragen gaf Ian heel lange antwoorden en ik vroeg me af of hij niet beter de Deep Purple interviews zou doen i.p.v. Ian Gillan.

We kwamen flink wat leuke dingen te weten zoals over de California Jam in 1974. Op dit massafestival wou Purple pas optreden als het duister werd en de lichten zouden aangaan. Op festivals zit er altijd vertraging op het schema, maar dit vormde de uitzondering op de regel: het liep voor op het schema.

Toen Deep Purple aan de beurt was, was het nog niet donker en Ritchie weigerde onder die omstandigheden op te treden. De plaatselijke sheriff moeide er zich mee en zei dat hij Blackmore zou laten arresteren als hij niet meteen op het podium ging. Alsof er dan wel een concert zou geweest zijn. De sheriff zocht vergeefs naar Ritchie want men had hem in een flight case verstopt tot de duisternis inviel en de lampen aangingen. Men ging ervan uit dat de sheriff geen arrestatie zou doen op het podium.

Als special effect had men een fake Marshall toren gemaakt die men wou laten ontploffen in de loop van het optreden. Maar niemand had er enig benul van hoe dat precies in zijn werk moest gaan. Dus goot een 1ste persoon er een paar liter benzine in, een 2de persoon vond dat niet genoeg en deed er nog wat bij enzoverder tot men uiteindelijke een flinke hoeveelheid had en de boel zodanig fel ontplofte dat Paiceys bril van zijn gezicht vloog (naar ’t schijnt te zien op de video/dvd) en Ritchie naar voren werd geblazen.

Nadien ging de sheriff opnieuw op zoek naar Ritchie maar die werd aan het oog onttrokken tussen 2 versterkers en meteen naar het vliegtuig geloodst.

Is het nu rustiger in de groep zonder Ritchie?

En of. Ritchie is een goeie jongen en kan de beste rockgitarist ter wereld zijn als hij wil, maar hij is onberekenbaar. Nu is Deep Purple als een kalme zee, zonder stormen in het vooruitzicht.

Blijkbaar heeft Ian een aantal shows gedaan met drumsticks waarop ledlampjes aan het uiteinde zijn gemonteerd. Door de snelheid van drummen geeft dat in het duister leuke effecten, maar zijn laatste stel heeft het begeven. Ian wist te vertellen dat ze in Zwitserland worden gemaakt en zo’n € 75 kosten per stel.

Waarom hij niet meer met Ludwig drums speelt?

Omdat de firma een tijdje terug werd overgelaten door de stichters en dat had tot gevolg dat hun producten waardeloos werden. Dus schakelde hij over op Pearl. Intussen levert Ludwig wel opnieuw kwaliteit. Het is een eigenaardige situatie want vroeger, toen Ian het amper kon betalen, moest hij zijn eigen instrumenten kopen en nu krijgt hij ze gratis.

Wat me, achteraf bekeken, raar overkwam was Ians ontwijkende reactie op de vraag of Ian Gillan ooit playbackt tijdens een concert? Hier leek hij aanvankelijk de vraag verkeerd te hebben begrepen en ze daarna te omzeilen zoals politiekers dat vaak doen.

Oefent Ian veel wanneer hij niet op tournee is?

Neen, dan wil hij geen drumstel zien, tenzij er hem iets nieuw te binnen valt en dat wil uittesten. Eigenlijk drumt hij thuis meer op de meubels dan op een drumstel.

En voor nieuwe nrs?

Dan begint hij eraan een dag of drie voor de tournee van start gaat.

Of hij vandaag “Smoke” zou spelen?

Dat zou hij best kunnen, maar ’t zou nogal raar overkomen zo op zijn eentje.

Van zijn 5 favoriete drumpartijen heb ik er maar een paar onthouden: “You Fool No One” en “Rat Bat Blue”.

Is “Now What” de laatste Purple studioplaat?

Een paar maanden terug liet Ian Gillan me in een mail weten dat dat niet het geval zou zijn, maar ik mocht daar met geen woord over reppen. En wat zegt mister Paice hier ‘en plein public’ zonder aarzelen?

“Neen, in mei of juni komen we samen met de groep en gaan we nieuw materiaal proberen te schrijven dat we volgend jaar dan opnemen”

Tenslotte bespeelde hij de drums, maar alsof hij de zanger zou zijn, in dit geval Frank Sinatra. Omdat er nog wat tijd overbleef, liet hij de snaredrum vooraan op het podium zetten en gaf daar een drumsolo op. Volgens mij heeft Ian daar al genoeg aan; je zou denken dat hij een volledig drumstel bediende.

Na het optreden kwam Ian inderdaad in de hal signeren. Daar stond al zo’n lange wachtrij dat ik nooit verwacht had dat hij die helemaal zou afwerken, vooral omdat hij ook tijd uittrok voor een fotootje. Het was iets na 18 u toen hij iedereen had tevreden gesteld.

Met dank aan muziekwinkel Adams.

 

Vrijdag 29 juli 2011, 22 u 30

Tienen – Suikerrock Festival - DEEP PURPLE

Een poging om een persaccreditatie te krijgen bij de festivalorganisatie was op een sisser afgelopen, bleef dus alleen ouwe getrouwe Ian Gillan over. Maar die kregen we de laatste jaren ook al niet veel meer te spreken en naar verluidt was op de Sunflower bijeenkomst in Londen iedereen van Purple zeer vriendelijk en bereikbaar behalve Ian & co. We hoorden nadien ook nog dat van de man off stage geen foto’s mochten worden genomen. Niet meteen bemoedigend en zeker niet bevorderlijk voor de stress.

We hebben al mooie tijden met de groep beleefd en we zouden wel zien wat er op ons af zou komen. Zelden liep een Purple avond zoals verwacht wat betreft op voorhand geregelde afspraken.

Het viel heel goed mee om in Tienen een parkeerplaats te vinden. Ter plekke werden we door de organisatie een beetje van het kastje naar de muur gestuurd en uiteindelijk kwamen we terecht waar we al vermoedden dat we moesten zijn, nl. dezelfde plaats als 3 jaar terug bij de 1ste doortocht van Purple op Suikerrock.

Om 18 u waren er nog geen guest lists te bespeuren maar kregen we een print van de playlist, ook niet te versmaden. Toen we de ‘festivalweide’ opstapten, gewapend met een festivalarmbandje, een VIP- en een fotopas werd de opkomende Belgische groep Triggerfinger aangekondigd. Nieuw voor mij vandaag was dat ik geen ticket had om binnen te komen, maar een brief die gescand werd en vervolgens geruild werd voor een  festivalarmband. Nu kun je ook al geen ticket meer laten signeren …

Er was afgesproken dat we rond 21 u back stage zouden worden opgepikt door de Persoonlijke Assistente van Ian Gillan. In afwachting genoten we daar van een pintje, volgden we het optreden van Triggerfinger op een tv-circuit (maar de klank achter het podium was niet echt goed; we hoorden wel de drums en bas, maar de gitaar niet of nauwelijks) en hadden we een paar onverwachte, maar blije ontmoetingen we ‘jonge’ bekenden. Don Airey kwam het terrein verkennen en vond Triggerfinger goed. Roger zagen we net zwaaiend in een busje vertrekken. Christophe, voormalig fanclublid en Free Record Shop uitbater in Diest, bleek nu een manager te zijn bij Sony (de platenmaatschappij van Iggy Pop). Tenslotte bleek Maarten een platenverzamelaar en kennis van op de rommelmarkten, deel uit te maken van de security. Gezellige babbels doodden de tijd.

Ook viel het op dat er heel wat jongelui rondliepen met hetzelfde Deep Purple tour T-shirt. Dit bleken leden te zijn van het Philharmonisch orkest. Wie zich aan een stelletje heren en dames op leeftijd had verwacht, kwam bedrogen (?) uit.

Intussen was het 20 u 45 geworden en de temperatuur fel gedaald. We konden ons jasje best verdragen. Van Iggy Pop hadden we nog geen spoor ontdekt tot er plots een zwarte Mercedes kwam binnengereden tot vlak bij de trap naar het podium. Aan de ene kant kwam er een dame met gesponsorde boezem en andere attributen uit en aan de overkant verscheen Iggy Pop met ontbloot bovenlijf (brrr), gevolgd door enkele muzikanten. Geen 30 seconden later stond de man op het podium te zingen. Van optimaal tijdsgebruik gesproken.

Omdat onze contactpersoon niet opdaagde, stuurde ik haar een sms’je waarop ik antwoord kreeg dat we elders moesten zijn. Met een overbodige begeleiding kwamen we terug op ons beginpunt, waar we Roger Glover te spreken kregen:

-                “Er schijnt onenigheid te zijn in de groep over het uitbrengen van een nieuwe cd.. Het zou de moeite niet waard zijn.”

RG: “Dat klopt, ik denk zelfs niet dat we uit de laatste cd onze kosten hebben teruggehaald.”

-                “Het zou nochtans prettig moeten zijn om dan eens wat nieuwe nrs live te kunnen spelen.”

RG: “Je zal het moeilijk hebben om iedereen in de groep daarvan te overtuigen.”

-                “Wanneer ik in een supermarkt kom zie ik telkens weer nieuwe verzamelcd’s, uitgebracht door allerhande onbekende firma’s. Bovendien staan er veelal dezelfde nrs op en toch, als ik een paar weken later terugkeer in die winkel, zijn die cd’s verkocht. Er is dus toch nog een platenkopend publiek.”

RG: “Daar hebben wij totaal geen controle over, het frustreert ons zelfs heel erg. We krijgen er wel royalties voor, maar iedereen die de rechten koopt voor zo’n 1.000 nrs kan daar mee doen wat hij wil. Laat ons zeggen dat er een nieuwe studio-cd op de planning staat, maar dat het geen prioriteit is.”

-                “Komt er dan misschien nog een live cd uit van deze tournee met orkest?”

RG: “Van het Montreux optreden wel, dat vond ik trouwens een van onze beste op deze tournee.”

Op dat moment krijgt Roger een telefoontje, waarschijnlijk van zijn echtgenote waarmee hij op 19 mei een 2de dochter in 1 jaar kreeg: Melody, waarvoor we hem trouwens feliciteerden.

Iemand van de organisatie leidde ons toen naar een andere plaats in het schoolgebouw waar we – na weer wat wachten – Sally ontmoetten die ons naar Ian Gillan begeleidde. Ik overhandigde hem de ‘Belgian chocolates’ die ik had meegebracht, maar die mag hij voor zijn gezondheid niet eten. Hij stelde wel de boodschap op prijs die ik op het doosje had geschreven, ervan uitgaande dat dit mijn laatste Purple concert zou zijn: “Thank you for all those years of great music and friendship.”

De man denkt er in elk geval niet aan om te stoppen en in zijn drukke agenda komt het woordje “vakantie” niet voor. Meteen na het concert zou hij naar zijn hotel vertrekken (in Brussel?) en de dag nadien naar Portugal. Waar zijn de jaren dat we zelf na een concert meteen doorreden naar het hotel waar de groep verbleef …

We keerden terug naar de backstage ruimte en stelden vast dat Iggy Pop zijn optreden van amper een uur al had beëindigd. Zoals destijds in Roeselare liep de ruimte voor de fotografen een stuk het publiek in maar die zat al proppensvol. Vanachter in die gang had je misschien wel een mooi overzicht, maat ik betwijfel of je nog wel foto’s kon nemen met al die collega’s voor je neus. Het meer dan 2 m hoge podium maakte het echt niet gemakkelijk om foto’s te maken; van het orkest was van hieruit niet veel te zien. Het was trouwens speciaal voor Deep Purple en het orkest zo hoog gemaakt, ook voor de stevigheid. Ik slaagde er in van op een drietal plaatsen foto’s te maken maar na het 3de nr. moesten we de persruimte verlaten zoals dat de traditie is geworden.

Helemaal geen verrassende nrs op het programma, maar toch anders door de inbreng van het filharmonisch orkest. Dat speelde de intro die leidde tot “Highway Star” dat opnieuw de spits van een Purple concert mag afbijten. “Hard Lovin’ Man” en “Maybe I’m A Leo” volgden.

Tijdens “Strange Kind Of Woman” begaf ik mij naar de achterkant van het podium. Bovenaan de trap werd ik tegengehouden door iemand van de security die er mij attent op maakte dat ik geen foto’s mocht maken. Terwijl ik mijn toestellen inpakte, voegde hij eraan toe dat ik zelfs niet op het podium mocht komen zonder begeleiding. Er zat dus niets anders op dan terug te keren en zo’n 2 u lang hoog naar boven te kijken. Tot plots Ian Gillan voor mij stond:

“Hi buddy, how are you doing?” Ik was nog niet van mijn verbazing bekomen of hij was alweer weg. Was dit een teken van appreciatie voor mijn boodschap op de pralinedoos??? Mijn mond viel helemaal open toen de man van de veiligheid zei: “Wel, dat is je begeleiding, ga maar door.” Dat liet ik me geen twee keer zeggen.

Ik vatte post achter het stoeltje van de technicus van Roger Glover. Links van mij stond een flight case waarop een basgitaar lag. Elk nr. veranderde Roger van gitaar en stemde de man het instrument opnieuw met een of ander elektronisch instrumentje.

Van hieruit had ik een mooi zicht op het orkest. De hele bende stond verspreid over 3 verhogen in het midden gescheiden door een doorgang voor de groepsmuzikanten. Ik had al een paar keer verbaasd opgekeken naar de reacties/gebaren van het volledige orkest of een paar losse elementen ervan. Het leek wel een slapstick film: een jongedame – die er duidelijk plezier in had – zat helemaal achteraan op het hoekje naast een eerder bloedserieus exemplaar. De frivole dame stak haar strijkstok op de meest onverwachte momenten in alle mogelijke richtingen, maar ook andere muzikanten lieten hun appreciatie voor Purple blijken. Zo zou er eentje een staande ovatie geven na Paicey’s drumsolo of stonden een aantal anderen recht om het publiek tot handenklappen aan te zetten. Ik had dit zeker niet verwacht van een filharmonisch orkest.

Met “Rapture Of The Deep” kregen we een van de zeldzame nrs uit het Airey/Morse tijdperk, gevolgd door alweer een Blackmore co-compositie “Woman From Tokyo”.

Het gezicht van de technicus zette mij aan het denken. Dit kwam mij bekend voor: “Sorry sir, ben jij misschien Micky Lee Soule, de muzikant van Elf?” Ja hoor!

De Steve Morse instrumental “Contact Lost” kreeg meer drama door toevoeging van het orkest en vormde de intro voor “When A Blindman Cries”, dat dan weer werd gevolgd door “Well Dressed Guitar” de 2de en laatste instrumentale Morse-compositie van de avond.

Vervolgens werd “Knocking On My Back Door” opnieuw verwelkomd en mocht Don Airey een solouitstapje maken als inleiding tot “Lazy”. Het orkest en vooral de dirigent leefden hier wel zeer intens mee.

Roger kwam even bij Mickey staan en ik maakte hem attent op de speelvreugde van het orkest; “Yes, they’re real rockers.”

Van Ian Gillans favoriete “Fireball” lp werd alleen “No One Came’ gespeeld en een volgende keyboardsolo bracht ons bij “Perfect Strangers”. Het orkest liet zich hier niet onbetuigd. Met “Space Trucking” mocht Roger Glover op bas op de voorgrond treden en met “Smoke On The Water” naderde het einde van het optreden. Steve verwerkte enkele bekende rock anthems in de intro zoals “You Really Got Me” van The Kinks. Ik herinner me dat op een bepaald moment de dirigent een viool/gitaarduel aanging met Steve, maar ik ben niet zeker dat dit tijdens “Smoke” was.

Het was iets na middernacht toen de band kort het podium verliet en het publiek kort om een (geplande) toegift liet roepen. “Hush” kreeg een uitgebreide bewerking met – zoals eerder vermeld – een door iedereen op prijs gestelde drumsolo. Voor de definitieve afsluiter “Black Night” stapte Roger weer naar de voorkant van het podium en verzorgde de intro met de steun van Ian Paice. Na zo’n 115’ was het Paarse feest definitief afgelopen en hoopten we achteraf nog wat na te kaarten met Roger, dit was immers het laatste concert in de reeks.

In het gebouw waar de artiesten verbleven, werden we naar een lokaaltje gebracht waar verder niemand aanwezig was. Ik had er geen goed oog in, we zouden wel eens kunnen wachten op Godot. Om een lang verhaal kort te maken (en af te ronden); er daagde niemand op, maar ik slaagde er nog wel om Ian Paice snel een handtekening op de trap afhandig te maken. Hetzelfde toen Roger en Steve – die met het orkest aan het verbroederen waren en blijkbaar niet van onze aanwezigheid op de hoogte waren – wilden vertrekken.

In het verlaten van dit gebouw zag ik ‘mijn frivole jongedame van het orkest’ staan met een aantal vriendinnen. “Sie haben sich gut amusiert, nicht” bracht een spontaan applaus van het achttal teweeg. “Was dat gepland of spontaan?” – “De helft afgesproken en de helft spontaan.” Met een prettig gevoel namen we afscheid van deze enthousiaste bende.

Was dit echt mijn laatste Purple concert? Alleen de toekomst, vooral op het gebied van lichamelijke conditie van zowel Purple als van mij, zal dat uitmaken.

 

Woensdag 03 november 2010

Marche-en-Famenne, België

Deep Purple

Hoewel e-mail communicatie met Ian Gillan eenvoudiger heeft gemaakt, blijft het nog altijd afwachten of je bij de groep zal geraken. Maar daar geven we na al die jaren minder om. Hoofdzaak is een goed optreden te kunnen bijwonen en wat mooie foto’s maken als herinnering. En dat is gisterenavond zeker gelukt.

De Franstalige Belgische groep Puggy kreeg van Purple een klein half uurtje om het publiek op te warmen. Zelden zo een enthousiast reactie gezien op een voorprogramma. Je moet trouwens weten dat het een trio was met bas, drums en akoestische gitaar. Zingen deden ze alle drie en soms werkten ze alle 3 op slaginstrumenten.

Stipt om 21 u 30 begon de Purple show, met een intro die me eerder aan Hawkwind deed denken. In de fotografenruimte waren slechts 3 personen actief, wat heel weinig is in vergelijking met optredens in Brussel of Antwerpen. Er mochten slechts tijdens de 3 eerste nrs foto’s genomen worden. Er was dus niet veel tijd om kieskeurig te zijn. Er werd verrassend begonnen met Hard Loving Man. Voor het concert had de groep – volgens Gillans assistente per SMS – vastgezeten in het verkeer en was er geen tijd voor een ontmoeting. Die zou er nadien ook niet komen en dus gaf Ian, die er vanavond in prima conditie uitzag, me een hand vanop het podium. Tegelijk op foto’s en muziek concentreren was moeilijk, maar ik herkende toch Things I Never Said van de (voorlopig?) laatste cd. In de loop van Maybe I’m A Leo waren mijn 2 filmrolletjes op.

Zoals de vorige keren waren er links en rechts van het podium grote schermen waar je het concert kon op volgen als je ver af zat. De ongeveer 5.000 aanwezigen in de WEX (Wallonie Exposition) hebben er zeker gebruik van gemaakt. De zitplaatsen waren bijna allemaal volzet, maar in de staande ruimte was het zeker niet druk.

Ik moest meteen mijn fotoapparatuur naar de vestiaire brengen. Toen ik bijna klaar was met mijn filmrolletjes uit de camera’s te halen scheen er plots een lichtstraal in mijn fototas. Of dit bedoeld was ter controle of om te helpen, laat ik in het midden maar ik werd door de baas van de security naar de vriendelijke dame van de vestiaire begeleid. Wat heb ik hier vandaag in Wallonië geleerd? Dat de security mensen in maatpak zijn, dat hun baas gemakkelijk lid zou kunnen worden van de Antwerpse snorrenclub en dat de vestiaire gratis is. In Vorst en Antwerpen is dat wel even anders.

Ondertussen passeerde Strange Kind Of Woman – voor mij – in de achtergrond evenals Rapture Of The Deep. Het ging er de hele voorstelling hard en snel aan toe, zeker met Fireball en het vanonder het stof gehaalde Silver Tongue. Pas nu ontdekte in de achtergrond van de groep: een oude Griekse (of Romeinse) tempelruïne onder de groepsnaam.

Met Contact Lost had Steve Morse zijn eerste meer uitgebreide solomoment. Daarna bleef men in de stemming met When A Blind Man Cries dat een tijdje uit het repertoire verdwenen was. Maar als je zo’n ruime catalogus hebt dat je het je kan permitteren om een klassieker als Highway Star niet te spelen, dan schaadt dat zeker niet aan de kwaliteit.

Het Steve Morse Orchestra bracht vervolgens The Well Dressed Guitar waarbij Ian de aanwezigen achter Steves rug aanmaandde om mee te klappen, wat enthousiast gebeurde. Na Almost Human was het de beurt aan Don Airey om een intro te verzorgen. Met o.a. enkele plaagnoten van Perfect Strangers bracht hij ons tot Lazy wat zeker bijdroeg tot de opgewonden stemming in de zaal.

Andere verrassing was No One Came waarbij de stroboscoopbelichting werd aangezet. Niet om aan te zien, zeker niet op de schermen naast het podium. Don Airey bracht dat een uitgebreidere solo met klassieke stukjes gekoppeld aan oude Rock ’N Roll en zelfs Waltzing Mathilda vooraleer hij Perfect Strangers – dit keer echt – inleidde. Ook dit nr. beleefde zijn come back. Nooit weggeweest, maar wel al jaren ingekort is Space Truckin’.

Steve kreeg weer even het podium voor zichzelf om het onvermijdelijke Smoke On The Water te introduceren. Op de schermen werden passende beelden vertoond met o.m. Steve tussen de vlammen. Daarmee was rond 23.00 uur het officiële gedeelte voorbij.

Voor Hush was er een zeer heavy intro en een korte jam en bij Black Night kreeg Roger Glover met zijn basgitaar een belangrijke rol toen hij samen met drummer Ian Paice het nr. inleidde. Rond 23 u 15 was alles voorbij en reed Deep Purple onder politiebegeleiding richting hotel. Ook bij een vorig optreden van Purple – in het dichtbije Nandrin – verliet de groep op die manier Wallonië.

We kamen niet veel bekende gezichten tegen maar Johan Van Ryckeghem en Michel De Pourcq waren het met Patrick en mij eens dat we net van een zeer goed optreden getuigen waren geweest, ondanks het feit dat de groep nog altijd geen nieuwe plaat uit heeft.

 

Glenn Hughes in Verviers op 16 oktober 2010

Ik was nog nooit in mijn leven in Verviers geweest alhoewel er in de plaatselijke Spirit of 66 regelmatig goede en/of bekende groepen live optreden. Zo o.a. Robin Trower, UFO, Molly Hatched.

Zaterdag 16 was het alweer de beurt aan Glenn Hughes die er een soort periodiek verschijnsel is. Het was het voorlaatste optreden van een onderdeel van een wereldtournee die nog tot 2011 doorloopt, maar niet constant en niet met dezelfde groep. De enige constante hierin is Glenn zelf die o.m. met zijn nieuwe groep Black Country Community volgend jaar een aantal optredens zal verzorgen.

Op de terugkeer van een zondagje Ardennen was ik tevoren met Martine de omgeving gaan verkennen, wat achteraf een goed idee bleek want aan de smalle Spirit loop je zó voorbij.

Na de werkweek vertrokken we opnieuw hals over kop naar Verviers voor een avondje met collega fanclubvoorzitter Jerry Bloom, later vervoegd door keyboardspeler Angus die door het natte weer en een glijpartij zijn hand had bezeerd, gelukkig zonder veel erg.

Zo kwamen we te weten dat er alweer sprake was van een Mk III reünie, maar toen Glenn door Jon een ‘twat’ werd genoemd in een Classic Rock interview, had hij er opeens geen zin meer in. Misschien moet het financiële bod nu worden aangepast.

Naar verluidt werd Blackmore door het management gedwongen om Ian Gillan terug in de groep te aanvaarden en werd hij daarom tijdens de ‘Battle’ tournee dubbel betaald. De overige groepsleden kwamen hier pas achter toen het te laat was.

Zaterdagnamiddag had Jerry zijn merchandise standje opgezet. Het was 16 u 30 toen hij klaar was en we opnieuw de keuken van Le Hexagone konden op prijs stellen. Terug in de zaal maakte Jerry zijn stand verder in orde en was ik blij te horen dat het met de hand van Angus dik in orde was.

Het zaaltje liep goed vol en T-shirts, maar vooral de nieuwe cd van Glenn met Jason Bonham en Joe Bonamassa, gingen vlot van de hand. Ik hoorde Antwerps, Duits, Nederlands (Hollands), Engels en uiteraard Frans spreken, maar behalve Dr. Carl en zijn zoon zag ik geen bekende gezichten.

Glenn zag er stralend en geen dag verouderd uit. Zijn haar was wel wat bijgekleurd, maar hij bewoog zich op het podium als een vis in het water. Het publiek reageerde enthousiast op de muziek, maar toch niet zoals indertijd in de Biebob. Hij bracht o.a. Muscle & Blood (opener) Sail Away/Medusa (enig mooie versie)/Crave/Soul Mover/Burn (toegift) en nog een ander Mk V nr. Het optreden begon om 21 u 30 en was afgelopen rond 23 u 15.

Deep Purple

Lotto Arena Antwerpen

18 november 2009

Dit concert was reeds lang aangekondigd, maar veel promotie heb ik er niet voor gezien. Heeft iemand er een affiche van gezien? Van de setlist verwachtte ik niet te veel vermits er nog altijd geen nieuwe lp/cd in zicht is. Maar ze hebben een ongelooflijke keuze aan sterke nrs die praktisch nooit gespeeld werden en een Purple show is toch altijd af.

Met de hulp van e-mail is het tegenwoordig veel eenvoudiger om contact te houden met Ian Gillan, maar wat de avond van een optreden zelf zal brengen, dat blijft altijd afwachten. Komt ie een babbeltje slaan of niet?

We (Patrick, Luc en ik) waren al vlug ter plaatse, maar in de back stage ruimte viel er niet veel te beleven. Op de interessantste plaats werden we niet toegelaten, van een hospitality room of iets dergelijks was niets te merken.

Don Airey was de eerste die we zagen rondlopen, maar die heeft sowieso niet veel te vertellen. Roger Glover kwam even naar het podium en ik zag de kans schoon om onze aanwezigheid kenbaar te maken. De man blijkt van e-mail adres veranderd te zijn "I've changed a lot of things in my life the past year", zei hij. Zo woont hij niet langer in Amerika, maar wel in Zwitserland, kort bij "The lake Geneva shoreline".

Om 19 u 50 begon het voorprogramma, "The Vipers" een groep uit Gent die ook de vorige in de Lotto Arena deze taak volbrachten. We hoorden hen een aantal coverversies van o.a. The Doors brengen. Op zeker ogenblik kwam Sally - die we nog kenden van vorig jaar in Tienen - op de proppen. "I'll see what I can do", antwoordde ze op de vraag of we Ian te zien zouden krijgen. Even later kwam de man aangeschoffeld. Ik schrok even: zo mager heb ik hem nog nooit gezien. Ik hoop he's allright.

We hadden een tamelijk lange babbel met hem waarin we o.a. te weten kwamen dat hij nog niet echt aan een nieuwe Deep Purple cd had gedacht, misschien volgend jaar. "Is it so long ago?" Misschien hebben we hem op een idee gebracht, want hij bracht dit onderwerp later te berde op het podium tussen 2 nrs in. Dat bericht werd trouwens op luid gejuich onthaald;

Zijn echtgenote moet in januari volgend jaar aan het hart worden geopereerd. Zo te horen heeft ze daar al langer last van. De eerste weken van 2010 zullen dus spannend verlopen voor Ian en tevens rustig op Purple vlak. Op een blad stond vermeld dat er na het concert een 14 u durende trip naar Aarhus zou volgen, maar waarschijnlijk was dat alleen voor de roadies want volgens Ian ging de groep eerst naar een hotel in Brussel en zouden ze daar het vliegtuig nemen.

Via o.a. een compliment over zijn onverwacht goede solo-cd "One Eye To Morocco", kwamen we terecht bij de komische tv-serie "Two and a Half Men", waar ik een grote fan van ben. Toevallig was er de dag voordien een aflevering die gedeeltelijk was opgebouwd rond "Smoke On The Water". Het zoontje van de broer van Charlie Sheen probeert de intro onder de knie te krijgen tot vervelens toe. Dit is één van de rode draden doorheen de aflevering. In een andere aflevering was er een klassiek geschoold Chineesje dat cello studeerde. Op het eind speelde hij de "Smoke"-intro op zijn grote instrument, waarna het zoontje inviel op gitaar. Ian bleek de show zelfs niet te kennen, maar vond het wel een interessant nieuwtje.

Na deze leuke babbel, afgerond met enkele foto's en handtekeningen, bleek het al bijna tijd te zijn om naar de zaal te gaan. We mochten foto's nemen gedurende de 3 eerste nrs, maar dan moesten we de zaal verlaten, ons fototoestel ergens in een locker wegbergen en pas dan mochten we weer terug in de zaal.

Stipt om 21 u 01 werden de zaallichten gedoofd en na een lange klassieke intro ging de show van start, nu opnieuw met "Highway Star" als opener. Veel aandacht aan de muziek schenken, ging niet want ik wou zoveel mogelijk goede foto's nemen. Het tweede nr. was "Things I Never Said" uit de Morse-periode, geen kraker maar toch leuk. Dat werd gevolgd door "Maybe I'm A Leo" van Machine Head.

Tijdens "Strange Kind Of Woman" (ik denk niet dat Ian hier het zang/gitaar-duel van vroeger heeft gedaan), werden we vriendelijk verzocht de zaal te verlaten (naar verluidt onder begeleiding van een "Hi Marc" van Ian). Langs de gewone ingangen was er geen inkomen meer mogelijk, noch op het gelijkvloers nog op het balkon. Dus probeerden we terug naar de zijkant van het podium te komen. Dat lukte en is toch te verkiezen boven een plaatsje op het podium zelf, alhoewel dat ook niet versmaden is. De schermen links en rechts boven het podium, intussen al geen nieuwigheid meer, zorgden soms voor leuke afwisseling.

Van een bezoekje aan Dr. Carl enkele dagen voordien had ik vernomen dat "Not Responsible" (toen een bonus nr. op de Perfect Strangers-cd) en "Wasted Sunsets" (Battle Rages On) zouden gespeeld worden. "Who said that, we don't play Not Responsible tonight". Dus meteen door met het trage "Wasted Sunsets", waarna Ian het over een mogelijke cd voor 2010 had.

"Rapture Of The Deep" kwam uiteraard van die 'laatste' Purple-cd en het Oosterse sfeertje zorgde voor een voortdurend enthousiasme bij het publiek. Hevige drumintro van Paicey bij "Fireball", een nr. waarin Roger een korte bassolo ten beste gaf en waarna Ian even op adem moest komen. Dat kon hij ook tijdens de ingetogen gitaarintro van Steve voor opnieuw een rustiger nr. "Sometimes I Feel Like Screaming". Mooi, mooi.

Steve bleef verder schitteren met "The Well-Dressed Guitar", waarbij Ian het publiek aanzette tot steun met handgeklap, waar gretig op werd ingegaan. "Wring That Neck" stamt uit de prille beginperiode van de groep en gaf aanleiding tot een gitaar/orgel duel.

Tijdens "No One Came", afkomstig van Gillans favoriete Fireball-lp werd gretig gebruik gemaakt van de stroboscoop lichten. Op de schermen gaf dit een chaos van jewelste en je kan er ook op het podium best niet te lang naar kijken. Ik vraag me af of hoe dit aanvoelt als je er helemaal in staat.

Nieuwste Purple lid Don Airey, steeds met een flink buikje, oogstte applaus met zijn orgelsolo die niet de lengte aanneemt van de Lord-dagen. Opnieuw zeer zware drums ter introductie van "The Battle Rages On". Dan terug naar Machine Head met "Space Truckin'", vooraf gegaan door een bass/drum-intro. Op het scherm werd dit mooi begeleid door een Amerikaanse Machine Head lp waarvan het draaiende label werd getoond, waaruit tenslotte de titel naar omhoog kwam.

Een sobere gitaarimprovisatie bracht ons tot de welbekende "Smoke On The Water" riff. Daarbij werden beelden getoond van o.m. de brand in Montreux, een foto van Claude Nobs die helpt bij het evacueren van de zaal en tenslotte werd gesuggereerd dat Morse en Co tussen de vlammen aan het spelen waren. Na 85' was het eigenlijke optreden hiermee afgerond.

Maar het vijftal kwam al vlug terug op het podium voor de toegiften. Een zeer sfeervolle intro die me deed denken aan "Rosie's Cantina" leidde naar "Hush". Roger gaf een bassimprovisatie ten beste, waarna werd doorgegaan met "Black Night" waar ook Steve Morse zijn duit in het zakje deed met wat improvisatiewerk en een duel met het publiek dat gretig toehapte. Om 22 u 41 was de show voorbij.

Bij het verlaten van de zaal stelden we vast dat het zéér druk was aan de merchandising stand waar o.a. T-shirts werden aangeboden tegen € 25, wat toch niet bepaald goedkoop is. De verleiding was groot om terug back stage te gaan, maar de professionele dagtaak bracht ons op andere gedachten. Het was zeer zeker een goed optreden geweest en we hopen dat er nog eens een tournee mag komen n.a.v. een nieuwe cd. De toekomst zal uitmaken of de inmiddels 64-jarige Gillan en Glover dat nog aankunnen.

(foto's Patrick Peetermans)

Deep Purple
Suikerrock Tienen
27 juli 2008

Zondag 27 juli was Deep Purple weer eens in het land. Nog nooit zo kort bij de Diesterse thuishaven na een reisje van het niet zoverre Keulen en met 3 vrije dagen voor de boeg zou je denken dat alles van een leien dakje zou lopen. Zo leerden de ketters …

Zelden zo’n Kafkaiaanse toestanden meegemaakt. We werden van de ene plaats naar de andere gestuurd, maar bemoedigend waren de berichten niet. Het duurde ruimschoots een uurvooraleer men wist waar de VIP-passen lagen en dan bleken de All Access pasjes niets waard (want “Iedereen kan die namaken” ????). Van een ontmoeting met de bandleden moesten we ook al niet te veel verwachten want volgens de hostess werden er geen interviews gedaan of mocht er zelfs niets gefilmd worden voor tv. De mail van Ian Gillan die zwart op wit bewees dat hij ons voor het concert zou zien (want nadien was het te laat en zouden ze direct naar het hotel in Brussel gaan) bracht daar geen verandering in.

Toen we in de persruimte wilden wachten, mochten we daar niet binnen tot de Deep Purple manager zou gezegd hebben dat de All Acces pasjes geldig waren. Gelukkig had ik nog een paar mails en kon ik ene Sally bellen op een Brits nr. Bleek dat de dame in kwestie amper 100 m van ons verwijderd was. Na een woordje uitleg kwam ze ons ophalen en mochten we toch in de persruimte. Ian Gillan was volgens haar nog niet ter plekke, maar ik kon de 3 gezinsflessen Duvel en Leffe (Ian wordt op 19 augustus 63 en Steve Morse verjaarde de avond zelf) al wel bij haar kwijt. Tevens de 2 schoolboekjes met Gillan-per-e-mail interview voor een handtekening voor de school.

Ian was dus wel ter plekke vermits ik even later een gehandtekend boekje terugkreeg. Maar hij had geen tijd want hij was bezig met interviews e.d. ????

Aandringen leek me nutteloos dus wachtten we tot Sally ons kort voor het optreden kwam halen voor een plaatsje aan de zijkant op het podium.

Het concert begon een kwartier vroeger dan aangekondigd (om 22 u 45 i.p.v. 23 u) met Fireball. De beginjaren ’70 werden rijkelijk aangeboord met achtereenvolgens Into The Fire en Strange Kind Of Woman. Zoals we het van deze line-up gewend zijn, amuseerde iedereen op het podium zich rot. Op een bepaald moment zag ik Ian Gillan ‘verwoede en vergeefse’ pogingen doen om zijn microfoon terug in de houder te schuiven tot zijn en Dons vermaak.

De Oosterse klanken van Rapture Of The Deep vulden vervolgens de Tiense markt, waarna het tijd was voor Contact Lost, een nummer, of een solo zoals je het wil noemen, van Steve Morse. Sometimes I Feel Like Screaming gaf vooral Paicey de kans om wat te bekomen.

Een verrassing was Wring That Neck dat in 2000 op de afscheidstournee van Jon Lord met groot orkest werd gespeeld. Na die ene instrumental volgde algauw een 2de, meer bepaald The Well Dressed Guitar.

Ook verrassend was het spelen van The Battle Rages On, een nr. dat toch minder aangename tijden moet oproepen bij Gillan. Dan was het de beurt aan Don Airey om zijn vingers over de keyboards te laten glijden. Op zijn begeleidend werk valt niets aan te merken, maar zijn solomoment is toch niet van Jons gehalte. Roger Glover maakte van de gelegenheid gebruik om snel enkele handen te schudden op de zijkant van het podium en mee te delen dat ze vanavond een ‘runner’ zouden doen, m.a.w. van het podium rechtstreeks de auto’s in op weg naar het hotel in Brussel. Ian Gillan kwam nadien ook vlug langs, maar alleen om even aan de borsten te voelen van 2 dames. Perfect Strangers sloot de reünie-periode af.

Tot nu toe hadden we nog niets gehoord uit Machine Head. Daar kwam verandering in met het trio Space Trucking/Highway Star/Smoke On The Water, alledrie op luid applaus onthaald door het publiek en met alweer een nieuwe inleiding voor Highway Star. Daarmee was na zo’n 75’ het eigenlijke optreden voorbij.

Toegiften waren er in de vorm van Hush en Black Night. Tijdens dit nummer kwamen plots een jongen en een meisje het podium op gestormd. Iedereen bleef korte tijd perplex staan zodat het duo vrij baan had om bij Ian Paice te geraken. Hoewel die druk bezig was, zag hij nog de kans om doodkalm een drumstok door te spelen aan het duo. Het incident was even vlug voorbij als het begonnen was en met Speed King zat het concert erop om 00 u 10. Na een kort klassiek afscheid met plectrum werpen e.d. was iedereen meteen weg richting hotel.

Een leuk optreden met een aangenaam verrassende keuze van ‘nieuwe’ nrs.

DEEP PURPLE

19 november 2007

COUNTRY HALL LIÈGE 

Setlist:
Pictures of Home - Things I Never Said - Into the Fire - Strange Kind of Woman - Rapture of the Deep - Mary Long - Kiss Tomorrow Goodbye – Well Dressed Guitar (incl. Contact Lost) – The Battle Rages On – Lazy - Loosen My Strings – Keyboard Solo – Perfect Strangers – Highway Star – Smoke On The Water – Hush – Black Night

“Café Bertrand” speelde het voorprogramma, net zoals in Frankrijk. Vanavond gaven ze een goed optreden, mooie solo’s met nrs in de stijl van AC/DC en Judas Priest; precies geschikt om de 7.500 aanwezigen op te warmen. Ik was bang dat de klank niet goed zou zijn omdat de betonnen zaal nogal nieuw is, maar de kwaliteit was een aangename verrassing.

Deep Purple was absoluut fantastisch. Het publiek was groots, er was echt contact tussen hen en de groep. Iedereen had bijvoorbeeld zijn handen in de lucht om air-keyboards te spelen en tijdens “The Well Dressed Guitar” klapte men verscheidene minuten enthousiast mee. Steve Morse bracht een prima solo en heel wat dito intro’s. “Lazy” was uitmuntend. Een veiligheidsagent die gedurende de hele show wel leek te slapen, stond recht en keek naar het podium om te zien wat er aan de hand was. Wat hij te zien kreeg, was een fantastische groep, met fantastische muzikanten, die fantastische nrs speelde voor een fantastisch publiek.                                                                                    

(met dank aan  Peter Rossen, ex-fanclublid)

PS: deze foto's zijn de restanten van de onafgewerkte filmrol van Antwerpen. Ze werden genomen op het einde van het concert.

DEEP PURPLE

18 mei 2007

Lotto-Arena, Antwerpen

Nooit zo laat beslist om naar een optreden te gaan als dit keer, maar dankzij de hulp van Ian Gillan vertrokken Patrick en ik toch om 18 u 20 richting Antwerpen.

Stel je voor: het voorprogramma zou verzorgd worden door The Vipers, de groep die in 1973 met Purple op het Bilzen-festival optrad en daar probeerde de eigen Marshall versterkers te ruilen voor de sterkere, maar gelijkende, modellen van Deep Purple. De Paarse roadies stelden deze poging tot diefstal vast en naar ’t schijnt werd er een flink robbertje gevochten.

Toen de groep uit Gent speelde (van 20 u 15 tot 20 u 45), had ik in de wandelgangen van de Arena een babbel met o.a. Ian Gillan. Het werd een illustratie van “Things I Never Said”. Volgens Metal Hammer zou Purple minder gaan toeren, nog een studioplaat maken en Gillan zou zich meer met zijn gezin gaan bezighouden. “Heb ik nooit gezegd, waarom zou ik er nu mee ophouden, dit is mijn leven”, maakte hij duidelijk. Ian logeerde in de ‘Undressing Room’ (als je niet tegen bloot kan, blijf er dan buiten) en aan de overkant was de rest van de groep ondergebracht. Bij enkele welkome blikjes ijskoud bier praatten we kort met Don Airey, Steve Morse en Roger Glover. Ik liet Gillan zijn “Smoke This’ fotoboek tekenen (in de platenwinkel 23,95 euro, op de Purple merchandise stand € 40!!!) en hoorde dat hij niet op de hoogte was van een Gillan (de groep) dvd waar collega Simon Robinson aan werkt en waarvoor hij de video-opnames van Genk’80 en Poperinge ’81 had opgevraagd. De opnames (op dvd) zitten nu waarschijnlijk nog in Australië en waarschijnlijk zal een 3de keer (Zottegem was de 1ste mislukte poging) de goede moeten zijn om Ian er een exemplaar van te geven.

Over dvd’s gesproken: Ian heeft er net een dubbele uit (Highway Star, a journey in rock) en omdat ik die nog niet in mijn bezit had, duikelde hij uit zijn undressing room een exemplaar in beperkte oplage op. Voor de bespreking; zie de cd/dvd pagina van de site.

Het was iets later dan 21 u 15 toen Deep Purple aan het optreden begon met Pictures Of Home het nr. met de korte, maar beklijvende bassolo van Roger. Een paar weken terug had ik via eBay eindelijk een exemplaar van “Rapture Of The Deep” in de tourversie, op de kop kunnen tikken en was ik dus iets meer vertrouwd geraakt met het 2de nr. Things I Never Said, dat niet op de originele cd staat. Daarop greep de groep terug naar het repertoire van de In Rock dagen met een stampende versie van Into The Fire. Na het 4de nr, Strange Kind Of Woman, inclusief gitaar/zang duel tussen Morse en Gillan (niet het enige van de avond) moest iedereen de fotografenruimte uit behalve Patrick en ik dankzij onze V.I.P.-pas.

Tijdens Rapture Of The Deep, een van de betere nrs van de gelijknamige cd, bracht Ian Gillan weer enkele danspasjes ten tonele. Fireball het titelnr. van zijn favoriete Deep Purple lp bracht het publiek nog meer in vervoering en ik moet toegeven dat ik Wrong Man na iedere beluistering meer op prijs kan stellen.

Steve Morse leidde met een gitaarintro zijn eigen Well Dressed Guitar in, waarna het de beurt was aan Don Airey om met een orgelintro, en begeleid door Steve, When A Blind Man Cries te beginnen. Hoe goed Steve ook is, hier mis ik toch een Catch The Rainbow type gitaarsolo van Blackmore, maar die wou het nr. destijds zelfs helemaal niet spelen. Dus …

Een klassieke orgelsolo, later gesteund door de drums van Paicey bracht ons naar Lazy, waarna het eerder onverwachte The Battle Rages On uit de kast werd gehaald. Ik vraag me af of hier iets mee bedoeld werd? Stroboscooplichten, maar minder snel dan indertijd gedurende Bloodsucker, deden het podium afwisselend in het donker en helder wit licht baden.

Het orgelpunt van de avond was aangebroken voor Don Airey. Middels een kerkorgelintro en allerlei pianoriedels leidde hij de voorstelling naar Perfect Strangers met bijhorende Oosterse danspasjes van Ian Gillan. De tijd dat Space Truckin’ tussen de 20 en 30’ duurde, ligt reeds ver achter ons en dus werd het tot zijn essentie herleid. Roger Glover had uiteraard reeds de ganse avond de groep een strak ritme opgelegd met de hulp van Ian Paice en nu kwam hij meer uitgebreid ten tonele met een basintro (samen met Steve) voor Highway Star, ooit het begin van de show. Met Smoke On The Water, ooit het definitieve einde van de show, werd nu het gewone gedeelte beëindigd. Roger omgordde zijn oude, herstelde Rickenbacker. Twee toppers uit Machine Head, 2 gelegenheden voor het publiek om volledig uit de bol te gaan.

Na een kort afscheid en het gebruikelijke gegooi in het publiek van picks (heb er nu eindelijk eentje van Glover) en andere dingen, keerde de groep terug voor de toegiften die van stapel liepen met Hush, voorzien van een flinke drumsolo. De zaal werd uitgenodigd om mee te zingen en liet zich dat geen twee keer vragen. Met een bassolo van Roger en een enthousiaste uitvoering van Black Night werd het concert rond 23 u 10 afgerond. Allerlei attributen vonden opnieuw hun weg richting zaal.

Al vlug werd iedereen back stage op sleeptouw genomen door Sarah, een lust voor het mannelijke oog, naar de catering ruimte. Het duurde tamelijk lang vooraleer daar – traditiegetrouw – als eerste Roger Glover zijn entree maakte, even later gevolgd door Steve Morse. Gillans assistente Aynsley kondigde “nog 10 minuten” aan en we waren al ingepakt en klaar om op te stappen, toen Ian Gillan majestueus de kamer binnenwandelde, kort daarop gevolgd door Ian Paice. Don Airey kregen we niet meer te zien. Na wat gebabbel over koetjes en kalfjes en enkele handtekeningen en foto’s was het iets over middernacht en hoog tijd om naar het hotel in Brussel te gaan (althans voor Deep Purple).

Het was een prettige avond geweest met een prima concert. Mogen er zo nog een paar volgen.

foto Gillan liggend © Patrick Peetermans

Blackmore's Night in Nederland

De Vereniging Nijmegen, maandag 18 september 2006

In de Vereniging gaf Whitesnake in Nederland hun laatste concert van hun Last farwell tour (toen nog met Adje van den Berg). Het is een prachtige zaal die zich uitstekend leent voor concerten zoals dat van vandaag; van BN.

Hoog plafond, glas in loodramen en een balkon (2de ring), een chique entourage. Er waren vrije zitplaatsen, de zaal was behoorlijk gevuld maar niet uitverkocht. Het decor op het podium was zeer mooi, de instrumenten een beetje bedekt met strobalen en houten wijnvaten. Op de achtergrond een silhouet van een dorp met daarachter een groot doek.

Die Geyers verzorgden wederom het voorprogramma, dit keer met z`n tweeën. Hoewel op het programma stond dat BN om 20.15 zou optreden kwam de band pas om 20.35 uur het podium op.

Ze openden met Past Time With Good Company, direct gevolgd door Rainbow Blues. De stemming zat er meteen goed in! Opvallend is dat er steeds meer mensen verkleed naar het concert gaan.

Play Minstrel Play en World of Stone volgden. Night was goed bij stem en de band goed op dreef. Helaas geen violiste zoals bij de vorige concerten wel het geval was. Sisters of the Moon werd verzorgd door een zeer verdienstelijk achtergrond koor. Under A violet Moon werd ingezet onder luid applaus. Uiteraard moest het publiek weer rechtstaan, klappen en HEY roepen op de gebruikelijke momenten. Candice betrok het publiek er goed bij, en ook de humor hing in de lucht bij haar, met name met Ritchie die weer bier stond uit te reiken aan de voorste rij.

Night vertelde dat er geruchten gingen dat Ritchie in 2 andere bands heeft gespeeld. Er volgde een magistrale versie van Soldier of Fortune. Durch dem Wald zum Bach Haus was het eerste geheel instrumentale nummer van de avond. Mond Tanz/Child in Time volgde. De Sisters of the Moon namen de Gillan uithalen voor hun rekening. Hoewel er niet meer geroepen wordt om Purple of Rainbow nummers vanuit het publiek werd Child in Time met groot gejoel
ontvangen. Sir Robert mocht een bassolo weggeven, en ook toetsenist Bard David of Larchmont kreeg ruimbaan om zijn kunsten te vertonen, op een lekker drum ritme van Squire Malcolm of Lumley. Er werden diverse middeleeuwse stukken verweven in de solo`s. Blackmore vroeg iets aan Night, waarop die antwoordde: "Waarom vertel je het niet zelf, je hoeft er niet bij te lachen."

Blackmore nam op aandringen zelf de microfoon in zijn hand om te vertellen dat Nederland over 1 van de beste gitaristen beschikt die zeer bekwaam is in middeleeuwse muziek: Jan Akkerman. Minstrel Hall volgde. Zeer mooi om te zien hoe Blackmore (zittend op een kruk) zijn snaren streelt. Tijdens dit nummer liep er een paashaas over het podium.

Diamonds and Rust was, na Soldiers of fortune, het tweede hoogtepunt van de avond. Prachtig soleer werk van Blackmore en ingetogen zang van Night. Home Again zette de zaal weer helemaal op zijn kop. Uiteraard probeerde Night Blackmore uit zijn tent te lokken, maar Ritchie won de strijd door op het refrein onverwacht een ander melodietje in te zetten (zoals Falderi, faldera, Ava Maria Nava). Een hoog amusementsgehalte dus.

I`ll Still Remember werd goed opgevoerd, en bracht ons tot het derde hoogtepunt van de avond, een adembenemende versie van Ghost of a Rose. Met The clock Ticks on (waarbij Die Geyers ook op het podium verschenen) werd het concert na 1.30 uur afgesloten. Ritchie verdween als eerste van het podium, maar kwam ook als eerste terug. Temple of the King werd ingezet, wat ietwat bot werd afgekapt door Blackmore die een nr. dat ik niet zo 1, 2, 3 herkende (Christmas Eve?) inzette. Het nummer werd in ieder geval fragiel gespeeld en praktisch alleen vertolkt door Night en Blackmore. Wish you were here (top uitvoering) en Ocean Gypsy volgden.De band verliet wederom het podium, maar kwam snel terug voor een volgende toegift.

Ze brachten achtereenvolgens; The Times they are a Changin` en Fires at midnight. Het publiek werd gevraagd wat het nog wilde horen. Bijna alle nummers werden als verzoek geroepen waarop Blackmore laconiek antwoordde: "We kunnen ook gewoon nog een keer terugkomen hoor ..."

Ritchie toverde vervolgens een zeer uitgesponnen akoestische solo uit zijn hoed waarna Midwinters Night/Dandelion Wine werd ingezet en het concert definitief afgesloten (22.40 uur) met Old Village Latern.

Een prima concert, geheel in de Blackmore`s Night traditie. Ritchi was zeer gedreven in zijn spel en goed gehumeurd. De show werd prima aangevuld door een uitgekiende lichtshow. Hoewel zijn good old Fender op het podium stond, had hij hem niet aangeraakt noch er naar omgekeken, maar we hebben het instrument eigenlijk niet gemist. Blackmore gaf immers veel magisch akoestisch solo`s.

Er was 1 camera aanwezig, maar die was vrij snel weg. Wat de reden daarvan was is mij onduidelijk.

Taco Lofvers

Vrijdag 14 juli 2006, 23 u 50

Rock Zottegem

Deep Purple

Van de groepen die vóór Purple optraden, kende ik alleen een paar namen, maar voor de rest waren het vraagtekens. Dat zal niet vlug veranderen.

Gillan had me gevraagd hem een dvd te maken met de 2 Belgische Gillan (band) concerten die ik begin jaren ’80 op video had opgenomen en hem die in Zottegem te bezorgen. Het festival begon pas rond 18 u en tijdens een kleine verkenningsronde stelde ik vast dat er achter het podium een bus stond die best van Deep Purple kon zijn en dat de backstage zone voor de artiesten nogal ver achter het podium lag. Ik zag het Purple gezelschap die afstand niet te voet afleggen, zeker niet na het concert. Voeg daar het extra late tijdstip van afloop (voorzien voor 1 u 20) bij en als som krijg je dat de kans van een ontmoeting achteraf wel héél klein werd.

Maar voor de rest verliep alles vlot … tot het Paarse optreden moest beginnen. Om zeker op tijd te zijn voor foto’s nam ik meteen na afloop van An Pierlé plaats in de perszone en las daar dat er tijdens de eerste 3 nrs foto’s mochten worden genomen (alles normaal tot zover), maar slechts gedurende 90” per nr.??? Ik had amper de tijd om me af te vragen hoe men dat aan boord ging leggen, toen we plots uit de perszone moesten weggaan en buiten wachten. Daar volgde de mededeling dat er slechts 20 personen in die zone zouden worden toegelaten en dat die een fotopas moesten hebben. Nu had ik wel 2 armbandjes en 1 ‘nekhanger’, maar geen fotopas. Net voor aanvang werden er daar een aantal van uitgedeeld aan de wachtenden, zodat ik van de rest van mijn gezelschap werd gescheiden. Weer kwam de vraag naar boven wie het nu eigenlijk voor het zeggen heeft, de concertorganisatie, het Purple management of de muzikanten? En wat is/was de waarde van die armbandjes en passen precies???

Enfin, om 23 u 50 stipt trapte Deep Purple af met Pictures Of Home, een nr. dat bijna even goed als een andere concertopener direct de juiste stemming bij het publiek brengt. In de perszone begon de miserie na 90”. Het handjevol mensen van de security begon met de handen te zwaaien voor de lenzen van de fotografen om hun het werk te beletten (eerst was er gezegd dat iedereen na 90” terug buiten moest tot het volgende nr. begon). Een beroepsfotograaf liet zich dat niet welgevallen en er werd vlak naast mij geduwd en getrokken tussen hem en een securityman. Ian Gillan kreeg dit in de mot, stapte naar voren en wou de security persoon een en ander duidelijk maken. Omdat Ian niet ver genoeg kon reiken, maakte ik de andere diets dat hij achter zich moest kijken. Ian gebaarde dat hij het maar zo moest laten en dus konden er rustig verder worden foto’s genomen tijdens … 4 nrs.

Things I Never Said een van de zeldzame nieuwere nrs, kennen we min of meer van januari jl in Vorst en staat blijkbaar op de Japanse versie van Rapture Of The Deep. Roger salueerde mij en even later – tussen twee zangstukken in – lag Ian plat op zijn buik op het podium om me in mijn oor te roepen dat de groep meteen na het concert zou vertrekken (naar Montreux, waar later die dag – het was inmiddels zaterdag de 15de geworden – zou moeten gespeeld worden) en dat hij contact met mij zou opnemen.

Met een alweer aangepaste versie van Hush greep de groep terug naar zijn beginperiode. Ian was getooid in zijn inmiddels traditionele witte blouse, maar zijn ‘flodderbroek’ had hij geruild voor een gewone blauwe jeans. Ook tijdens Strange Kind Of Woman werd er lustig geïmproviseerd en het einde van het nr. betekende direct het einde van de fotosessie. Ditmaal werd er niet gediscussieerd en verliet iedereen gedisciplineerd de perszone. Ik liet mijn pas zien en (omdat mijn 2 fotorolletjes toch op waren) maakte de man van de security duidelijk dat als ik geen meer foto’s zou nemen, er geen enkele reden was waarom ik niet zou mogen blijven zitten op de zitjes van de afrasteringen. Daar hadden intussen de mannelijke helft van Vive la fête (Danny Mommens?) en o.a. An Pierlé en groepsleden een stek gevonden. Ik vond er een vlak voor de versterkers van Roger Glover wat me een duidelijker beeld van diens basinbreng opleverde. Geen gewoon snarengepluk hier, maar wel degelijke, doordachte baslijnen, melodieën.

De titeltrack van het recentste Rapture Of The Deep  kwam eraan met een zang/gitaarduel tussen Ian en Steve en de bekende danspasjes van de zanger. Van hetzelfde album een nieuwe track Wrong Man en het viel mij herhaaldelijk op dat Ian nogal een rood kleurtje krijgt als hij de hoge noten moet halen. Moet hij echt (herhaaldelijk) heel diep gaan?

In elk geval straalde het plezier nog altijd van de gezichten, werd er veel gelachen met muzikale uitdagingen van Steve voor Ians stem of met onderlinge commentaar. Bestaat dat; een lange intro voor een instrumental? The Well Dressed Guitar, één van Steves hoogtepunten, passeerde de revue.

Van het nieuwe album werd nog Kiss Tomorrow Goodbye gebracht en van dan af was het al hits wat de klok sloeg. Zo was er het bluesnr. When A Blind Man Cries, dat naar mijn smaak heel wat meer gitaarwerk kon gebruiken. “Here we go, I’ll be back in a minute”, zei Ian.

Dan was het de beurt aan Don Airey om solo op de voorgrond te treden. In zijn intro voor Lazy legde hij allerlei bekende stukjes (o.a. van Made In Japan). Als hij geen mondharmonika speelde, dirigeerde Ian Gillan het publiek.

Opnieuw Don Airey, nu met een bombastische intro op zijn Hammond, afgewisseld met de typische Don Airey electro-snufjes, pianoriedels, klassieke stukjes en uiteraard het Star Wars thema, die leidde tot Perfect Strangers dat qua muziek een zegen voor het oor is, maar op het podium, door de niet aflatende combinatie van een soort stroboscopisch licht met de scherpe gitaarklanken, de meesten noopt om hun blik van het podium af te wenden.

Terug naar Machine Head met een ingekorte uitvoering van Space Truckin’ waarbij Ian zijn witte shirt had geruild voor een colbertje met tapijtmotief. Roger en Steve brachten hun comedy-act weer door zij-aan-zij buigingen te maken op het ritme van de muziek, dat deden ze aan beide kanten van het podium.

Een trio van basgitaar, leadgitaar en drums vormde de intro voor Highway Star, nooit een hitsingle geweest, maar toch overbekend. Voor Smoke On The Water haalde Roger zijn oude (en herstelde) Rickenbacker gitaar weer van stal. Volk dat op de weide stond, kwam alsnog de tent binnengestormd.

Daarmee was het eigenlijke concert afgerond. Het eindpunt was nog niet bereikt, maar toch was er niet genoeg ruimte meer voor de gebruikelijke 2 toegiften. Een basintro (-solo) gesteund door Ian Paices drums was een stevige inleiding tot Black Night. Drie fans werden over de hoofden naar het podium doorgegeven, door de security mensen opgevangen en langs de zijkant afgevoerd.

Gillan floot op zijn vingers om mijn aandacht te trekken en gebaarde met stuurbewegingen dat ze gingen vertrekken. Geen tijd voor de dvd dus.

Even werd de schijn opgehouden dat er nog een toegift zou volgen, maar dat was waarschijnlijk bedoeld om de muzikanten een voorsprong te geven op het vertrekkende publiek en sito presto met de tourbus richting Zwitserland te vertrekken.

Een prettige en aangename zomernacht zat erop met een prima concert om aan terug te denken. Marc Brans

 

Graspop, vrijdag 23.06.2006

Het behoorlijk zwakke programma op vrijdag kreeg met Whitesnake de definitieve doodsteek. David Coverdale kan het niet meer, zoveel is duidelijk. Hoe goed zijn band ook speelde, de ooit zo krachtige zanger verknalde nagenoeg elke song met zijn uitermate zwakke vocale prestatie. Nog even poen pakken voor het pensioen, het lag er vingerdik op. (Bron: Het Nieuwsblad)

Arrow, De Schans, Lichtenvoorden, vrijdag 09-06-2006

Whitesnake 17.30 - 18.45 uur

Een perfecte festivaldag! Een zonnetje, lekkere temperatuur, veel bezoekers, gezellige sfeer en alles was door de organisatie goed georganiseerd!

Ik was door de vele files helaas niet op tijd om het begin van Whitesnake mee te maken en moet er dus gokken  dat ze openden met Burn. Bezetting was zoals we gewend zijn van de band anno 2006, met Uriah Duffy op bas. Achter de band een gigantische Whitesnake zegel. De groep speelde zeer gedreven en hard en trakteerde het Arrow publiek op zeer goede solo`s van Aldrich (die zoals gewoonlijk formidabel speelde) en Beach met een sterke classic Whitesnake setlist! Fantastisch drumwerk van Tommy, die ook deze solo deels zonder stokken speelde. Coverdale zette een show neer, zoals hij alleen dat kan. Voor Here I Go Again kwam Adje het podium op (gekleed in een oranje blouse!) en speelde de gitaarsolo. Na 5 kwartier zat het optreden van de band er op. De setlist:

Love Ain`t No Stranger/Fool For Your Loving/Is This Love/Ready an` Willing/Doug Aldrigh gitaar solo/Crying In The Rain/Tommy Aldridge Drum solo/Ain`T No Love In The Heart Of The City/Give Me All Your Love/Here I Go Again (feat. Adje)/Still Of The Night (toegift)

Deep Purple 22.30 - 0.00 uur

Wat je stilletjes zou hopen, zeker gezien het feit dat Whitesnake en Purple niet alle dagen op 1 en hetzelfde festival spelen en al helemaal niet op dezelfde dag, gebeurde helaas niet: Coverdale kwam niet op het podium om bijvoorbeeld Smoke mee te zingen, zoals Dio dat (dus in een andere hoedanigheid) tijdens het Concerto wel deed. Het was een zeer mooie gelegenheid geweest om 2 Purple frontmannen dit podium te zien delen. Maar goed, Purple trapte af om 22,30 uur, met op het achtergronddoek de hoes van  Rapture Of The Deep.

De setlist was festival afgestemd en noch van Bananas noch van Purpendicular was iets terug te vinden. Hoewel tijdens enkele nummers een zeer irritatie piep te horen was, liet de professionele houding van de heren toe hieraan het hoofd te bieden. Hoewel Gillan naar mijn inzicht niet helemaal in zijn element was in het begin van het optreden, was hij goed bij stem en liet dat ook weten. Steve soleerde er lustig op los, terwijl Don zich tijdens de eerste nummers wat op de achtergrond hield, op een spetterende solo tijdens Hush na. Paice was de vaste rots in de branding, strak drummend als altijd. Gillan ging vaak door zijn knie om het publiek toe te spreken. De setlist:

Pictures Of Home/Things I Never Said/Hush/Rapture Of The Deep/Strange Kind Of Woman/Solo Steve – Fireball/When A Blind Man Cries/Lazy/Airey Solo - Perfect Strangers/Space Truckin`/Highway Star/Smoke On The Water (Feat Neal Schon Van Journey)/Black Night (Toegift)

Prachtige ingetogen versie van When A Blind Man Cries, met als absoluut hoogtepunt de solo van Steve, die tijdens het gehele concert fabuleus speelde.Voor Smoke kwam Neal Schon van Journey het podium opwandelen waarna een jam begon tussen Steve en Neal, wat terug deed denken aan de hoogdagen van Purple qua improvisatie. Neal verzorgde het eerste deel van de solo tijdens Smoke, Steve loste hem af. Black Night werd ingezet door Glover. Prima en gedreven concert van de heren die zeer goed op dreef waren. Helaas geen Fools maar gezien de rest van de Purple nummers kan je de setlist alleen maar betitelen als een sterke festival act, zeer gewaardeerd door een uitzinnige menigte.

(Taco Lofvers)

DEEP PURPLE

VORST-NATIONAAL

25 januari 2006

I

ets na nieuwjaar kreeg ik telefoon van een fanclublid: “Het Deep Purple concert is uitverkocht en ik heb nog 5 tickets nodig.” Ik viel bijna van mijn stoel van verbazing. Na wat speurwerk kwam ik terecht op de site van organisator Clear Channel. Hier bleken nog wel tickets beschikbaar te zijn, zelfs tot een paar dagen voor D-day.

Dit had tot gevolg dat ik uit mijn winterslaap ontwaakte en actief begon te werken om aan de nodige pasjes e.d. te geraken. Gillans mailadres bleek niet meer te werken en op de andere adressen kwam niet meteen antwoord. Een beginnende vorm van ergernis werd uiteindelijk toch de kop ingedrukt, zowel door Nathalie van V2 Records als door Shell, de assistent van Ian.

Om 17 u vertrekken leek me vroeg genoeg om parking te vinden dichtbij de zaal. Dat viel minder goed mee dan verwacht en er stond ook al tamelijk veel volk buiten te wachten. Rond 19 u gingen de deuren open en mochten we binnen.

Backstage had rond 19 u 45 een korte “meet and greet” plaats, maar daar werden we niet op toegelaten. Stipt om 20 u begon de Brugse groep “Cowboys and Aliens” aan een 35’ durend optreden. Aan de positieve reacties van het publiek te oordelen, had de groep een stevige achterban meegebracht.

Enkele minuten voor 21 u gingen de lichten uit en kon men op 2 schermen, links en rechts aan het podium opgehangen, zien – weliswaar op een vooropgenomen tape – hoe de groep  uit een reuze flightcase stapte en het podium naderde.

“Pictures Of Home” was de nieuwe opener. Ik stond helemaal voor de boxen van Steve en kon dus de zang bijna niet horen. Daardoor ontging het 2de nr. me compleet, mede doordat het om het in Europa niet uitgebrachte “Things I Never Said” ging (in Japan staat dit vanzelfsprekend wel op de cd). Hierna legde Ian Gillan uit dat “Wrong Man” handelde over een onterecht veroordeelde man; zeer erg als je het aan de hand hebt. Ik had er net geen 2 fotofilmpjes doorgejaagd met mijn toestel toen we de persbox moesten verlaten.

Met “Vavoom, Ted The Mechanic” werd teruggegrepen naar “Purpendicular”. Daar valt overigens nog beter en zelfs onontgonnen live materiaal te halen. Zo’n late ontdekking is “Living Wreck”, dat in een spetterende, ietwat nieuwe versie werd gebracht. De titeltrack en tevens het beste nr. van de recente ”Rapture Of The Deep”-cd kwam als volgende aan bod. Bij wijze van animatie werd dit aanvankelijk begeleid door een dansende trekpop op de schermen. Net als in Nandrin viel daarop het hele concert te volgen, gefilmd uit meerdere hoeken. Zeker een niet te versmaden detail voor de mensen die achteraan in de zaal zaten. Tevens werd er gezorgd voor een mooie achtergrond, niet alleen door de platenhoes op cinemadoek als achtergrond maar ook door de rij lichtpaaltjes die ervoor was opgesteld.

“Before Time Began” is niet mijn favoriete nr. op de cd en dat is ook na vanavond niet het geval. Ik vind het te zwaar op de hand en zeker niet bij Purple passend. Het publiek bleef er onverschillig onder. Op de scher­men werden atmosferische beelden getoond van een bol in een blauwachtig landschap. Ik had er eerder scènes uit een veldslag bij verwacht.

Solotime: als eerste kwam Steve Morse aan de beurt met zijn “Contact Lost”, waar het publiek wel zeer positief op reageerde. Dit ging over in “Well Dressed Guitar”, waarvan ik niet begrijp dat dat nog steeds niet op cd terug is te vinden. De 8.000 aanwe­zigen luisterden aandach­tig tot Gillan er zich mee ging bemoeien en orkestmeester begon te spelen. Iedereen klapte op het ritme mee in de handen en nu zat de stemming er definitief goed in. Ian zou dit trucje in de loop van de avond nog enkele keren herhalen. Het leverde in elk geval een staande ovatie op voor Steve.

Met “Lazy” werd voor een 2de keer uit “Machine Head” getapt. Ook hier was de intro aangepast; waarschijnlijk een goede methode om een nr. interessant te houden, zowel voor de toehoor­ders als voor de groep.

Daarmee was het de beurt aan Don Airey om de show te stelen met solowerk. Hij deed dat op het orgel en op de piano met klassieke en andere stukken. Ik meende opnieuw “Star Wars” te herkennen. Dat leidde uiteraard tot “Perfect Strangers”. Ian, nog altijd op blote voeten, had van de intro gebruik gemaakt om een ander vestje aan te trekken. Met “Junkyard Blues” sneden we een nieuw zwak punt van de avond aan.

Ian vond dat het tijd was om naar de sterren te reizen, voelde nattigheid en keek de setlist na. Neen, eerst kwam “Kiss Tomorrow Goodbye” nog, een ander minder geïnspireerd nieuw nr. Wanneer “Space Trucking” dan echt werd gespeeld, was ook dit voorzien van een vernieuwde, echt spacey, intro. Die vernieuwing was nog veel opvallender bij de intro van “Highway Star”; die klonk vrolijker en werd bepaald door Roger & Steve. In de loop van het nr. deden zij hun ‘choreografie’ van zij aan zij de gitaren naar beneden en boven bewe­gen met zwaaiende haren, aan beide kanten van het podium.

Voor “Smoke On The Water” werd het veel simpeler gehouden; meteen werd met de vertrouwde intro in huis gevallen. Roger haalde hiervoor zijn oude, herstelde Rickenbacker uit de kast. Dit was tevens, na 90’, het einde van het normale gedeelte van de show.

In de korte pauze werden beelden getoond die eer­der op de avond waren geschoten van het bin­nenkomende publiek. Op kerkorgeltonen leidde ‘pastoor’ Gillan de mis in: ‘Ladies and gentlemen, tonight we are gathered here to do some ROCK ‘n’ ROLL.” Zonder verdere poespas werd “Speed King” aangevat en duurde 10’ door o.m. een gesmaakte drumsolo van Paicey, een medley van oude rockers door Gillan gezongen zoals “Hello Mary Lou”, “I Got A Woman” en “It’s Now Or Never” en tenslotte was er het zang/gitaar duet zoals in de dagen van “Strange Kind Of Woman” van Gillan & Morse.

Het concert eindigde zoals het begonnen was; met een bassolo van Roger Glover als intro­ductie voor “Black Night”, de doorbraak­single van Deep Purple in 1970, eveneens uitgebreid tot zo’n 10’. Daardoor was het ongeveer 22 u 55 en tijd om afscheid te nemen. Ter­wijl iedereen de zaal verliet, zag je op de scher­men hoe de 5 muzikanten beurtelings opnieuw hun grote flightcase instapten die, klaar voor transport, gesloten werd. Ondanks de minder geslaagde nieuwe nrs vond ik het toch een sterk concert van een nog steeds van enthousiasme blakende groep.

Ringtones

Backstage was er niet zo veel volk; meestal die-hard fans en Sound engineer Doug Hall met zijn familie. Ik begon al te vrezen dat we er aan zouden zijn voor de moeite toen, rond 23 u 30 Don Airey het vertrek binnenstapte en plaatsnam aan een tafeltje met Engelse bekenden, mogelijk leden van de crew. Hij werd lange tijd helemaal niet aangeklampt en pas toen ik hem om een handte­kening vroeg voor het tourprogramma en de lp-hoes, volgden anderen mijn voorbeeld. Niet lang nadien daagden Roger Glover en Steve Morse op en amper een kwartier voor vertrektijd (volgens het uitgehangen schema zou de groep om middernacht op de bus stappen) kwam Ian Gillan binnen. Ik had hem voordien tijdens het wisselen van ‘hospitality rooms’ vlug de hand gedrukt toen hij zijn loge uitkwam en mij verze­kerd had “see you in a minute”. Na het gebruikelijke drukken aan de borst en handtekeningen gaf ik hem – als laatste in de rij van 5 – zijn kopie van de Engelse Purplistory. Hij vroeg me of hij er mogelijk foto’s van mocht gebruiken voor zijn Gillan’s Inn cd en verliet meteen weer het lokaal om de cd ‘veilig weg te bergen’.

Toen hij terugkwam, vroeg ik of het geen goed idee zou zijn om – zoals bij Nathalia in het Antwerpse sportpaleis – fans voor de show de mogelijkheid te geven een cd van het concert te kopen. In Antwerpen werden er zo’n 1 500 per avond gereserveerd en 51’ na het einde van het optreden waren de schijfjes reeds verdeeld. Blijkt dat Purple dat al eens gedaan had, maar dat dat faliekant was uitgedraaid.

De door Edel aangekon­digde tourversie van de “Rapture”-cd was nog niet uit en een datum niet bij Ian bekend. Hij zei dat er wel interessante dingen zouden opstaan zoals “The Well Dressed Guitar” (live of studio?), demo’s van “Rapture” -nrs, de Japanse bonus “Things I Never Said” enz.

Als nieuwjaarsgeschenk heb ik een Asterix GSM gekregen; hierop kan je je eigen belsignaal (ring­tone) opnemen. In een moment van onvermoede helderheid dacht ik: “Waarom in Brussel Ian Gillan en/of Roger Glover niet vragen zo’n ringtone in te spreken?”

Ik vond het een crazy idea en op het ogenblik zelf aarzelde ik, maar ik zou het mezelf nooit vergeven, moest ik de kans niet grijpen. Mijn voorstel sloeg Gillan met even grote verstomming als de sound engineer aan de tafel. “Hey Marc, it sounds like there’s a phone call for ya”, sprak Ian in en toen Doug Hall zijn spraak terugvond en vroeg “Have you just recorded a ringtone?” barstte iedereen in lachen uit en bleven Ian en ik lachend maar sprakeloos staan en kregen uiteindelijk een rode blos. Bij mijn weten de 1ste keer dat ik Ian totaal van de kaart zag. Even later herhaalde ik het trucje met Roger Glover, maar die sprak spontaan en complexloos in “ring­ring, ringring, ringring, someone’s on the line.” tot grote hilariteit van de rest van het gezelschap. Thuis en bij kennissen heb ik er in alle geval groot succes mee. “Gekke maar geniale inval”, is de reactie.

John “Bobo” Bollenberg had een interviewtje gedaan met Roger en die had hem verteld dat de platenmaatschappij ei­genlijk een onvolledige cd had uitgebracht. De volledige, door de groep zo bestemde cd, zou im­mers 12 nrs moeten bevatten.

De volgende dag was een lange zeer lange, slopende werkdag en –avond en ik was blij dat ik iets na middernacht kon vertrekken. Enkele Brusselse tunnels waren echter voor het verkeer gesloten en daardoor was het toch nog 2 u eer ik in mijn bed lag.

Twee korte berichtjes:

1          In tegenstelling tot een kort bericht op de Highway Star website: Deep Purple komt NIET naar Schwung 2006!!!

2          De tourversie van “Rapture” komt in de Benelux NIET uit!!!■

Classic Ian Gillan interview

Een tijd na het uitbrengen van de recente Purple studio cd “Rapture Of The Deep” was op Classic 21 Radio een eigen interview met Ian Gillan te horen. Zoals dat met de Fransen (of Franstalige Belgen) de gewoonte is, hoor je de gesprekspartner enkele zinnen in zijn eigen taal zeggen, maar wordt dan meteen – over de origine­le tekst – de vertaling gegeven. Ziehier wat ik ervan kon maken.

Deep Purple is een groep die het vooral live moet waarmaken: jullie heb­ben dus gekozen om live in de studio op te nemen?

Gillan: we zijn op ons best als we live spelen, daar draait het bij Deep Purple allemaal rond en dat hebben we in de studio gedaan. De produ­cer is een hele slimme jongen. Hij heeft het elementaire op tape kunnen vastleggen. Als we voordien een plaat opnamen, zoals bij “Machine Head”, vertrokken we dadelijk op tournee en zeiden we dat de plaat beter zou geklonken heb­ben, indien we de nrs eerst een paar maal live gespeeld zouden hebben. Dit keer hebben we onze tijd genomen en de nrs een aantal keren op het podium uitgetest, vooraleer ze op te nemen. Zo o.a. in Düsseldorf. Het publiek had de nrs nooit eerder gehoord en ze waren zwaar onder de indruk. Toen wist ik, “Dit is het, nu moeten we er niets meer aan veranderen. De nrs zijn klaar”.

Op één van de nrs die op de cd moesten staan, maar daar uiteindelijk toch niet helemaal belandde, rekenen jullie af met MTV., een station dat geen interesse heeft voor wat jullie vandaag doen. Hebben jullie in Amerika slechte ervarin­gen opgedaan?

Gillan: Een paar jaar terug was ik in Buffalo, upstate New York en Roger Glover was op een Classic Rock radiostation om “Bananas” te promo­ten, maar ze lieten hem er niets over zeggen. Ze wilden het alleen hebben over “Highway Star” en “Smoke On The Water”. Telkens opnieuw werd hem het woord afgenomen en laste men een stukje publiciteit in. Op het einde van het inter­view zei de interviewster letterlijk; “Dit was Roger Glover, de gitarist van Deep Purple, we gaan meteen luisteren naar ‘Smoke On The Water’. Ik viel van mijn stoel en zei tegen mijn vriend dat het geen nut meer had nieuwe albums uit te brengen. Alles wat hen interesseerde waren onze oude nrs. De pers heeft ons al met allerhande lieve naampjes bedacht gaande van ‘ouwe zakken’ tot ‘dinosauriërs’ of erger nog, dat we dood waren. Ik heb zin om tegen deze personen te zeggen dat de stervende hen in het gezicht  spuwt. Vandaar de laatste strofe die start met: ‘Mr. Gro­ver and Mr. Gillian, you must have made a million the day that Frank Zappa caught on fire’ (n.v.d.r. cynisch detail; de man die het interview in de loop van de voorafgaande dagen enkele keren aankondigde, had het inderdaad over Ian GillIan.) Dat is dus een parodie op de manier dat deze mensen geen enkele binding hebben met de moderne wereld. Ze leven in het verleden en, spijtig genoeg, moeten wij vooruit. Wij hebben deze futiliteiten met de radio, pers, media of wat dan ook, maar het mooie is dat er tussen ons en de fans absoluut geen hindernissen zijn. Wij zitten en wij incasseren de vreselijkste verwijten; ‘ge­rimpelde rockers’, ‘dino’s’ of erger en dan nog behandeld worden alsof we dood zijn door Classic Rock. Wat kan je eraan doen; een stervende kan amper zeggen; ‘O.K. ik spuw in je oog.’

Live spelen jullie toch nog steeds graag jullie klassiekers zoals “Smoke On The Water”.

Gillan: Absoluut, absoluut. Ik heb het ook op­genomen voor “Gillan’s Inn”, mijn verjaardagscd die volgend jaar uitkomt. Ik heb 7 gitaristen die meedoen en allemaal  vroegen ze of ze mee mochten spelen op “Smoke”. Ik herinner me toen Ritchie Blackmore de groep verliet en Joe Satriani erbij kwam midden in een tournee, dat hij alle songs had gerepeteerd tijdens de vliegreis naar Japan en tot mijn grote verrassing wou hij per se dat we “Smoke” repeteerden. Hij vond het een magisch moment dat nr. met Deep Purple te kunnen spelen. Dat nr. is niet langer van ons, maar van het publiek en we moeten dat met respect behandelen. Op het podium hoor ik het soms niet meer omdat het publiek het zo hard meeschreeuwt. Dat nr. spelen, betekent voor ons dat we ons vrij voelen. Het geeft mij het gevoel van een motor of een wild paard dat buiten staat te wachten en waar je op kan springen, door het bos rijden en de wind door je haar voelen waaien. Het is een echt beest.

Wat vind je van de reality show “The Osbournes” op MTV?

Gillan: Ik moet er hard om lachen. Ozzy is een geval apart, niet te vergelijken met Robert Plant of mij. Hij is meer dan een rockzanger. Of je nu wel of niet van hem houdt, het is een fascinerende man. Ik heb hem graag en het was zeer moedig van hem zich zo bloot te geven. Zelfs als ik een nr. over MTV heb geschreven, dan nog heb ik daar geen probleem mee. En The Osbournes is typisch Britse humor, erg onderschat. Ik vind het o.k. als je af en toe iemand pakt en terugge­pakt wordt.

Waarom waren de jaren ’70 anders? Wat was er anders voor jou?

Gillan: Heel wat. Om te beginnen, was het een revolutionair tijdperk. Historisch gezien, was het toen helemaal anders dan nu. Er was minder van alles, minder men­sen, minder technologie, minder groepen, minder radiostations. In de jaren ’60 was het nóg beperk­ter. Er was minder con­currentie. Nu is de concurrentie tussen de groepen vreselijk.

In het begin van de jaren ’70 begonnen de span­ningen met Ritchie Blackmore. Was er een echte rivaliteit tussen jullie?

Gillan: niet meteen, dat begon later, maar niet in de jaren ’60 of 70. Ritchie en ik deelden een kamer. We schoten goed met elkaar op. Op het einde van ’72 begon hij, niet alleen met mij, maar met zowat iedereen, wat bazig te doen. Dominant. Met zijn groep Rainbow is hij pas beginnen door­slaan. Hij wou alles con­troleren, dirigeren, hij wou de baas van de wereld worden. Maar de concurrentie in een groep is onvermijdelijk. Het is zoals in een familie. Zo was het ook bij Black Sabbath. Ozzy Osbourne is misschien de minst getalenteerde muzikant van de groep, maar zijn persoonlijkheid was geniaal en zonder hem zou de groep niet hetzelfde geweest zijn. Eigenlijk maken bijna alle bands hetzelfde mee. Na wat succesjes naderen ze de leeftijd van 30 jaar, scheiden van hun vaste vriendinnetje, gaan op stap met modellen of actrices en alles begint scheef te lopen in de groep, want zij houdt niet van die en een andere houdt niet van haar en ze beginnen te vechten en met handtassen te slaan. Voor je het weet, is de groep gesplit omdat de vriendinnen elkaar het licht in de ogen niet gunnen en omdat hun instinct of wat ook hen zegt dat ze moeten ‘nesten’, kinderen krijgen of iets in die aard, ingegeven door hun menselijke genen. Tegen hun 35ste willen ze dan alles opnieuw beginnen, maar dat is gewoonlijk te laat omdat niemand zich meer kan herinneren hoe ze het vroeger deden of omdat het publiek niet meer geïnteresseerd is.

Ian Paice is momenteel het enige originele lid. Kan Deep Purple zijn vertrek overleven?

Gillan: dat denk ik niet. Persoonlijk vind ik dat de ritmesectie voor deze groep van levensbelang is. Tussen duizenden drummers zou ik Ian Paice meteen herkennen. Hij swingt en hij heeft veel kracht. Hij heeft een background van big bands en invloeden van Buddy Rich. Dat voel je. Hij is nonchalant, krach­tig zonder dat hij zich daarbij zwaar moet inspannen. Het is echt een formidabele drummer en ik kan me Deep Purple niet inbeelden zonder hem.

Wat is je lievelingsmo­ment in de Deep Purple geschiedenis?

Gillan: de eerste keer dat ik met hen optrad in de Londense Speakeasy in 1969. Toen heb ik gehuild. Dat moment zal ik nooit vergeten. Met Roger Glover had ik net Episode Six verlaten en we hadden al wel in de studio gespeeld, maar de energie van de groep op het podium was uitzonderlijk. Ik heb vele inten­se momenten beleefd in mijn leven, zowel fantastische als verschrikkelijke, maar dàt was werkelijk het sleutelmoment van mijn loop­baan.■              

 

 

Deep Purple
Schwung 2004
8 juli

Status Quo begon een kwartier vroeger aan de set, maar wie gedacht had dat Purple bijgevolg eveneens 15’ vroeger zou beginnen, denkt té logisch na. Het was 23 u 10 (5’ te vroeg) toen de paarse heren de festiviteiten openden met het verrassende  “Silver Tongue”. Ik heb het zelf niet opgemerkt maar Patje Peetermans vertelde me achteraf toen we in de auto net voor Aalst om 3 u 45 45’ lang stilstonden ten gevolge van een ongeval dat de microfoon van Ian Gillan niet werkte. Hij keek rond naar een technicus voor een vervanger, maar zag blijkbaar niemand, waarop hij het ding keihard in de coulissen keilde (zie foto's inhoudsopgave). Roger hield het ritme kort en strak en mede daardoor is dit zeker een aanwinst voor elk Paarse optreden. Vervolgens kreeg de onverslijtbare “Woman From Tokyo” een beurt waarna de frontstage ruimte moest ontruimd worden. “I Got Your Number” zal nooit mijn favoriete ‘number’ worden. Vorig jaar begeleidde Charlie me naar de zijkant van het podium, maar hij was in geen velden of wegen te bespeuren. Ik had nog een flink aantal foto’s op mijn filmrolletje over, maar vanuit het publiek zou ik daar niet veel mee kunnen doen, dus besloot ik maar het erop te wagen, mijn stoute schoenen aan te trekken en zelf naar die unieke plek te wandelen. Gelukkig kwam ik niemand tegen om mij weg te jagen. Er werd gestart met een andere klassieker “Strange Kind Of Woman” die eindigde met een drumouttro waarbij Ian Paice een drumstok kwijtspeelde maar omdat op het einde was, viel dat niet op.

Een andere aanwinst voor de show was het titelnr. van de jongste cd; “Bananas”; prima rocker. Met “Knocking At Your Back Door” werd weer voor zekerheid gekozen en met “Demon’s Eye” afkomstig van Gillans favoriete “Fireball” album, voor avontuur.

Om het verhaal achter “Contact Lost” uit de doeken te doen, ging Ian op de rand van het podium zitten en zei dat Steve Morse een korte instrumentale impressie had geschreven dadelijk na het vernemen van het nieuws over de crash van de ruimtependel Colombia. Dat verhaal staat overigens te lezen in het Bananas-tourprogramma.

Deze uiterst korte instrumental kreeg een verlengstuk met het soortgelijke “The Well Dressed Guitar”. Don Airey kreeg de kans om zijn kunnen te bewijzen in de vorm van de intro voor “Perfect Strangers”. Hij haalde klassieke stukjes vanonder het stof en speelde zowel piano als Jons Hammondorgel. Net als in Nandrin voerde Ian Gillan opvallende Oosterse danspasjes uit op de zijkant van het podium.

“Highway Star” is zeer lange tijd de concertopener geweest, werd dan een tijdje verwezen naar het staartje maar is nu een stek of 2 naar voren opgeschoven. Op het einde van het  nr. was ik verbaasd toen Roger een vernielde basgitaar inruilde voor een nieuw exemplaar. De kop was ervan en de snaren hingen er hulpeloos aan te bengelen. Hoe kon zoiets de altijd rustige Roger overkomen???

Het “Machine Head”-aandeel bleef beperkt tot 4 nrs en “Space Trucking” was daar het voorlaatste van. Het nr. werd kort gehouden met een korte drumsolo. Afsluiter van het reguliere optreden was “Smoke On The Water”. Geen uitgebreide gitaarintro van Steve, maar meteen ‘to the point’. Toen de laatste noten weerklonken, was het 00 u 27.

Op de setlist stonden “Hush” en “Black Night or Speed King” als toegiften vermeld. Met het eerste bracht Ian Gillan ons naar eigen zeggen terug naar 1968. Het nr. had een nieuw arrangement en werd voorzien van een instrumentaal geïmproviseerd  tussenstuk. “Geloof niet altijd wat je leest” heeft Gillan me al meerdere keren gezegd. Dat bevestigde hij vanavond door te beginnen met een ad lib versie van “Hit The Road Jack” (een eerbetoon aan de onlangs overleden Ray Charles?) die werd ingeleid door een bass/drum duet alvorens over te gaan tot het eigenlijke “Black Night” waarin tevens een gitaar interludium werd verwerkt en ik Ian heimelijk in Rogers bil zag knijpen. Gillan dirigeerde het publiek en toen was het om 00 u 45 definitief afgelopen toen het vijftal afscheid nam van het publiek.

(waarom Roger zijn gitaar stuksloeg en waarom Ian in Rogers bil kneep, lees je in het volledige verslag in het volgende nr. van "Het Paarste Nieuws". Dat en nog veel meer!!!)

foto-indexes vind je op de pagina "Plaatselijk tournieuws"

Status Quo started 15’ early and if you figured Purple would go on 15’ early as well, then you think too logically. It was 23.10 hrs (still 5’ early) when they surprisingly took off with “Silver Tongue”. I didn’t see it myself but my compagnon Patrick Peetermans told me afterwards in the car at 03.45 a.m. when we stood still for 45’ because of a car accident some 200 m in front of us on the speedway near Brussels. Ian’s mike didn’t work, he looked around for a technician with a new mike, apparently found no one and then threw the thing away in the wings like a full fletched baseball pitcher. Roger kept things short and straight and that makes for a new songs that fits the Purple show perfectly. Then came the everlasting “Woman From Tokyo” after which the frontstage had to be cleared.

“I Got Your Number” will never become my favourite. Last year Charlie guided me to the side of the stage but now he was nowhere around and I still had all this film to go. It would be impossible to make good pictures standing somewhere in the audience so I decided to take a chance and try to find my way to the stage on my own. I was afraid to meet someone who’d kick me off but the area was as desolated as a school during holidays.

Next came another classic: “Strange Kind Of Woman” that ended with a drum outtro and Paicey losing a drumstick at the end.

Another newcomer was welcomed, judged and accepted; “Bananas” the titletrack from their most recent cd; great rocker.

With “Knocking At Your Back Door” the band played it safe again but went adventurous with “Demon’s Eye” from Ian Gillan’s favourite “Fireball” album.

Ian sat on the front of the stage to tell the story behind “Contact Lost”: Steve Morse had written a short instrumental impression right after he heard the news of the crash of the space shuttle Colombia. That illustrated story can also be checked in the tourprogramme.

This very short instrumental went over in “The Well Dressed Guitar”. Then it was Don’s turn to show off introducing “Perfect Strangers”. As usual as he played some classical stuff and other snippets on the piano and the Hammond organ. Like at the Nandrin festival last August Ian Gillan did some Eastern dance moves on the side of the stage.

“Highway Star” was an opener for a long time was then moved to the end of the show and now it gained a place or 2. Near the end I was surprised to see Roger coming over to the side with a guitar with a broken neck and trading it in for another. The head had come off and the strings were dangling around. What had happened to the otherwise calm and quiet Roger?

The Machine Head part was restricted to 4 songs and “Space Trucking” was the 3rd in a row. It was kept short and included a short drumsolo.

“Smoke On The Water” closed the regular show. No intro with all kind of rockbits; Steve went straight to the point. It was 00.27 hrs when Purple briefly left the stage.

The setlist mentioned “Hush” and “Black Night or Speed King” as encores. With this first one in a new arrangement Ian Gillan took us back to 1968. The song featured an improvised instrumental part as well.

“Don’t always believe what is printed” Gillan has told me, more than once. He now confirmed this by going on with an ad lib version of “Hit The Road Jack” (a tribute to Ray Charles who passed away just recently?) that was introduced by a bass/drum duet and then changed into “Black Night” with room for a guitarsolo. I saw Ian  secretly pinching Roger’s bottom. Gillan directed the audience and at 00.45 hrs it was all over and the musicians said their farewells.

(why Roger smashed his guitar and why Ian pinched Roger's  bottom, you'll read in the English pages of our next issue of "Het Paarste Nieuws". That and a lot more!)

foto-indexes on page "Plaatselijk tournieuws"

29.10.2003
Arenberg Schouwburg
 
Blackmore’s Night

ANTWERPEN- Na onze ervaringen op het Labadoux festival in Ingelmunster van mei 2002, waar we een minder geslaagd concert voorgescho­teld kregen, gingen we met enige terughoudendheid en onzekere verwachtingen naar Antwerpen. Onze vrees bleek achteraf volledig ongegrond, integendeel, onze stoutste verwachtingen werden ruimschoots overtroffen. We kregen een fantastische avond met een goedgemutste Blackmore in volle forme en een erg ontspannen groep.

Het duo GEYERS startte de opwarming om 20.15 u. Al doedelzak spelend, kwamen zij van achter uit de zaal naar het podium. Daar aangekomen wisselden zij van instrument. Tom hing een “keyfiddle” om, een soort middeleeuwse, 12-snarige viool; zijn maat bespeelde diverse soorten fluit.

Gedurende een half uur brachten zij diverse oude volksdeuntjes, het een al wat ritmischer dan het andere. Ik herinner me enkele titels: “Frauen mit Flüen, Mon Ami (hoorden we daar geen flarden van ‘I still remember’?) en Paul de Bourgogne, …”.

Gedurende de pauze van een half uur bewonderden we de kleine, mooie witte, ovale zaal, waar we plaats genomen hadden in comfortabele rode zetels. Ik schatte het aantal aanwezigen op zo’n 500 à 600. Beneden was de zaal vol, op de balkons was nog enige ruimte vrij. Het kleine podium was rijkelijk aangekleed met allerhande decors, beschilderd met muurfragmenten van kastelen, portieken en allerlei verwijzingen naar de riddertijd. Op de achtergrond tekenden zich, hoog op een berg, kasteeltorens af tegen een donkere avondhemel. Alle apparatuur was netjes afgedekt met jute of klimopslierten.

Om 21 u 15 stapte Ritchie als eerste, gitaarspe­lend het podium op, gevolgd door de overige muzikanten. Na de intro werd het nieuwe “Cartouche” ingezet. Het publiek was meteen in de goede stemming en deed vrolijk mee. Daarna gingen ze over tot het vlotte “Play, Minstrel, play” en schakelden vervolgens over op een eerste instrumentaal: “Minstrel Hall”. Moesten we het intussen vergeten zijn: Ritchie kan nog steeds fantastisch gitaar spelen en alles lijkt bij hem zo eenvoudig en simpel. Nu kondigde Candice “Unter a Violet Moon” aan, gevolgd door “Past Time with good Company”. Vervolgens merkte zij op dat Ritchie in een ver verleden in een paar bekende bands gespeeld had en iemand uit het publiek raadde meteen dat “Soldier of Fortune” eraan kwam. En hoe! Een zéér meeslepende versie met heel veel gevoel gebracht! Hierna volgde een tweede instrumentaal “Durch den Wald zum Bachhaus” en door een vlotte, gevarieerde vioolsolo. Nu kreeg David of Larchmont op piano de kans om uitvoerig te soleren, hetgeen overliep in het uitbundige “Back Home Again”. Wat een sfeer! Iedereen deed mee! Op een bepaald ogenblik lag Ritchie al gitaarspelend op zijn knieën, het publiek opzwepend!

Daarna werd het even rustig. Candice kon­digde het mooie “Diamonds and Rust” aan van Joan Baez, hetgeen erg ingetogen gebracht werd. Maar die trieste sfeer bleef niet lang. Toen “Sixteenth Century Greensleeves” ingezet werd en de witte Stratocaster bovenge­haald, ging iedereen uit de bol. We beleefden opnieuw de sfeer van uit de oude dagen. Hij kan het dus nog als ie maar wil! De hardrocker is nog niet dood!

Vervolgens kwam de volgende instrumentaal: “Mr Peagrams Morris & Sword”, gevolgd door het nieuwe “Village on the Sand”, waarbij het publiek weer uitvoerig betrokken werd. Ritchie speelde dit nr op een kleine mandoline, maar gaf die halfweg het nr aan iemand uit het publiek op de eerste rij. Die moest er maar verder op spelen, terwijl hijzelf opnieuw de witte Strat omhing en een loeier van een solo weggaf. Hierna volgde weer een nieuw nr, namelijk de titeltrack uit de CD: “Ghost of a Rose”. Ook dit nr werd op een haast tragische wijze vertolkt. Vervolgens dankte Candice de fans op de eerste rijen om hun traditionele kleder­dracht en zette speciaal voor hen “Renaissance Fair” in. De heren van Geyers mochten even meedoen op doedel­zak. Bij het volgende lied werd mijn vermoeden van bij de openingsact bevestigd. De heren Geyers speelden daarstraks “Mon Ami” en Candice verwees ernaar: “Wij hebben er dit van gemaakt: “I still Remember”. Het lied werd in een trager tempo gespeeld, waar­door het nog meer tragiek meekreeg. Enig mooi gebracht. Vervolgens werd een ‘Hurdy Gurdy’ (een draailier?) op het podium geplaatst, een oud houten snaarin­strument dat bespeeld werd door aan een handgreep te draaien. Ritchie kweet zich wonderwel van deze taak en “The Clock Ticks on” werd gebracht. Inderdaad had de klok alsmaar verder getikt, het was intussen al 22.50 u geworden en de muzikanten verlieten het podium.

Het publiek vroeg om meer en kreeg ook meer. Blijkbaar zat bij iedereen de sfeer er wonderwel in en als eerste bisnummer weerklonk het kroe­genlied “All for One”. Het nummer werd nog uitbundiger toen Ritchie opnieuw zijn Strat omhing. De tempera­tuur ging in de hoogte toen hij “Difficult to Cure” begon te spelen. De zaal ontplofte als het ware! Candice sloot aan met enkele regels uit “Self Portrait”, meteen gevolgd door het ruige “Rainbow Blues”.

Het podium werd weer donker, maar het publiek bleef scande­ren om meer. En we kregen meer! Ritchie keerde terug en speelde weer een instrumentaaltje: “Beyond the Sunset” op een erg subtiele wijze, gevolgd door “Now and Then”. Candice paste haar teksten aan en zong dat ze “af en toe” nog wel eens aan dit goede publiek, hier in Antwerpen zou den­ken. De scène werd definitief donker omstreeks 23 u 15, na een onvergetelijke avond.

Dit was het beste concert dat we in jaren van Blackmore & co te zien en te horen kregen. We schaften ons nog gauw het mooie, maar sobere tourboek aan en wachtten even in het cafetaria, in de hoop dat de muzikanten misschien hun publiek kwamen groeten.

Met een voldaan gevoel reden we uiteindelijk huiswaarts. Dit was een prachtige avond, die nog lang met mooie herinneringen zal gekoesterd worden.

Maurice Gyselaers

Deep Purple

Nandrin festival, 10 augustus 2003


De set was enkele dagen na 'Schwung' gewijzigd (I'm Alone werd al snel afgevoerd) en ook Mary Long had haar biezen moeten pakken.

Stipt om 22 u werd er geopend met Highway Star met een lange, speciale en leuke intro. Achter de groep bevond zich een grote zwarte doek met het Mark 3 logo erop. Links van het podium stond een groot tv-scherm waarop je het concert - gefilmd door verscheidene camera's - kon volgen (uittreksels waren daags nadien te zien op VRT1's "Aan Tafel"). Ik betrapte mij erop dat ik na de 2 eerste nrs soms naar het scherm bleef kijken, alsof ik thuis een video bekeek, en daarbij vergat dat de groep enkele meters naar rechts in levende lijve aan het werk was.

Het podium was zo'n 2 m hoog en met het dak erbij zo hoog als een huis met 2 verdiepingen. Gillan had een zwart hemd aan, maar voor de rest was er niets nieuw onder de  spots. Knocking At Your Back Door was het 2de nr en werd op enthousiasme onthaald. Alles wel beschouwd, heb ik Purple de afgelopen 12 maanden 3 keer aan het werk gezien telkens met een 'best of' set, op 2 of 3 nrs na.

Pictures Of Home werd alweer gekortwiekt en een orgelintro leidde tot Lazy.

Vervolgens bundelden Steve en Don hun krach­ten  voor het nieuwe bluesy  Haunted.  Drie maanden terug in Roeselare klonk dit al goed maar het was te horen dat er imiddels aan gewerkt werd. Een nieuwe "Blind Man" in wording?

Tijdens Speed King werd het gebruikelijke duel tussen gitaar en orgel via een kort drumtussenspel gevolgd door een duel stem/gitaar. Wat vanavond opvallend goed klonk en klikte, was 'a song about nudity': The Well-dressed Guitar. Steve kon zich helemaal uitleven terwijl Don met zijn orgel voor een orchestrale achter­grond zorgde. Dit nr. zou op de nieuwe cd echt niet mogen ontbreken. Het publiek klapte zowaar mee in de handen. Dat was trouwens niet echt dik gezaaid. Vooraan kon je rustig van het ene lege plekje naar het andere wandelen.

Bij I Got Your Number, het 2de Bananas nr., kreeg ik meer en meer de indruk dat het zich (te veel) in de richting van Watching The Sky beweegt. Roger en Steve verzorgden af en toe de koorzang.

Toen een kerkorgel en klassieke thema's de lucht vulden, zag ik een flink aantal jongeren de wei verlaten; zij hadden het duidelijk op meer lawaai en minder kwaliteitsmuziek begrepen. Dons keyboards zwollen aan via een korte kakafonie tot het Star Wars thema. Dit alles als inleiding tot Perfect Strangers waarvoor de rookmachine werd geactiveerd. Tijdens het orgelstuk zorgde Airey voor Oosterse klanken waarbij Ian Gillan met de bijhorende danspasjes op de proppen kwam.

Waarschijnlijk op algemene aanvraag liet Steve terug korte stukjes van o.m.  Led Zeppelin/Jimi Hendrix/The Kinks en The Beatles de revue passeren (daarbij bijgestaan door Glover) vooraleer zich op de riff van Smoke On The Water te storten. Dit bracht uiteraard de nodige sfeer in de keet. Tot nu toe had het publiek (alweer) tamelijk tam en braaf gereageerd. Volgens mij moet er wat meer tempo in de optredens worden gebracht. Nu schreeuwde ieder mee uit volle borst en door de rook en de kleurige spots waren er mooie effecten op het podium te zien. Ian stapte met de micro naar Don en liet hem even meezingen. Kort daarna ging ook Roger zijn toetsenist een tijdje gezelschap houden.

Space Trucking rondde af. Tijdens het optreden zag ik dat er niet alleen druk ge-smst werd, maar ook waren er mensen die hun toestelletje in de lucht staken om de correspondent van de live muziek te laten meegenieten. 'O tempores, o mores'. Met een korte drumpassage en een massa stroboscooplampen werd er na 75' afgesloten.

Hush was het 1ste van 2 bisnummers en na een improvisatie met bas op drums werd het zoveelste Blackmore oudje van de avond gespeeld: Black Night. Na een gitaarsolo waarin ik Rock 'n' Roll Part 1 (van Gary Glitter) meende te herkennen, werd afscheid genomen van het meezingende publiek. Drumstokjes en plectrums werden gegooid en na 90' was 'the show over'.

Luttele seconden later vertrok een karavaantje van 2 politie met daartussen 3 volumewa­gens met de Purplemen­sen richting Brussel. Na een korte nacht diende men al vroeg het vliegtuig naar Italië te nemen.

This was the 1st time the band played in the French part of the country. It struck me how little attention the event got in the Dutch part. Only in Brussels I saw 2 concert posters.

There was not much time for the musicians. They had done a tv-interview in their hotel in Brussels, had to travel for over an hour to the site where they disappeared in the artists area after a quick shaking hands. Ian Gillan said he had to learn some words.

It was a complicated situation in Nandrin. The backstage area was actually about 1 km away from the stage and the musicians were driven to it. Immediately after the gig Purple stepped in 3 vans and were escorted by 2 police cars back to their hotel in Brussels for a short night as they were to catch a plane to Italy early the next morning.

Soon after Schwung I'm Alone and Mary Long were dropped from the set. The show started at 22.00 hrs with Highway Star. This had a long, special and funny intro which I can't describe, but which I liked very much. The band's back drop was a very large Mark 3 logo, the stage was high (about 2 m) and the counting the roof it was as high as a 2 storey building. On the left of this large vehicle there was a large screen on which you could follow the concert more closely. It was filmed by several camera's all over the place. Excerpts were shown the day after on VRT1 tv. The host had Ian's name wrong (Gillian) and asked his guest (internationally famous cover singer Helmut Lotti) if he could sing as high as Gillian. I must say he came very close. Funnily enough Ian said in the tv-interview that he recently had met the loudest band (Pavarotti). Lotti as well sung with Luciano a few years ago, if I'm not mistaking.

But I was talking about the screen. I caught myself a couple of times watching these electronics while I should have been watching the band just a few meters on the right.

Gillan was wearing a black shirt and that was about all the new stuff for the night. Knocking At Your Back Door was next and went down very well. I've seen the band 3 times in the last year but it was never a real show, always a 'best of' show.

Pictures Of Home was shortened once again and led to Lazy. Then Steve and Don joined forces for the new and bluesy Haunted. Three months back in Roeselare this already sounded great, but it was obvious they had worked on it some more. Is this the new When A Blind Man Cries?

During Speed King we had the usual duel between guitar and organ and after a short drumbreak Gillan did a short guitar imitation with Steve. Tonight's surprise was the best rendition of 'a song about nudity' The Well Dressed Guitar I ever heard.. Steve had the time of his life while Don accompanied him by his orchestral sounds. This should really be on the album and I was under the impression the audience felt the same way.

Next up was I Got Your Number, a 2nd song from the upcoming Bananas album. This also had been worked on, but I feel it moves more and more in the direction of Watching The Sky, a song I don't like very much. Roger and Steve did backing vocals a few times.

When a church organ and classical themes filled the air, I saw many youngsters leaving the site. This was obviously not their cup of tea. Don's keyboards got louder and ended in the Star Wars theme. This was the intro to Perfect Strangers during which the smoke machine was activated. Don provided some Easter tunes during his solo and Ian Gillan danced likewise.

It was probably by popular demand that Steve Morse introduced his clippings of Led Zeppelin/Jimi Hendrix/The Kinks and The Beatles again (only assisted by Roger Glover) when preparing us for Smoke On The Water. Finally the audience found the right mood and sung along. I think the show needs more tempo and power to convince people to take more part in the event. I feel they just stand there and enjoy the music (or is this an age thing?). Thanks to smoke and colour spots we saw some beautiful effects. Ian went over to Don and let him sing a few verses in his mike. Gillan's visit to Don was immediately followed by one of Roger. Space Trucking was the end of the regular show. I saw people not only sending SMS-messages but also holding up their mobile phone to share the concert with their correspondent. O tempores, o mores. With another drumbreak and lots of stroboscopes the show ended after 75'.

Hush was the 1st encore and after an improvisation on bass and drums another of many Blackmore oldies was done: Black Night. After a guitarsolo in which I spotted some Rock And Roll Part 1 (Gary Glitter) and throwing a few drumsticks and plectrums they left the stage after 90', stepped right into 3 vans and left under police escort for Brussels.

I think tonight's concert was better than the one in Roeselare, but I thinks it's time for some new material now. Can't wait to hear it!!!

Schwung festival, Roeselare, 29 mei 2003

Hoe goed ik ook de gebeurtenissen van 29 mei tracht te beschrijven, woorden zullen steeds tekort schieten; ik beleefde nl. de ene aangename verrassing na de andere, waarvoor in de 1ste plaats dank aan de organisatoren van het Schwung festival, maar vooral ook aan de Deep Purple muzikanten, in het bijzonder Ian Gillan.

Zeer interessant aan de fotoruimte voor het podium was het feit dat je in het midden een eindje de zaal kon instappen en vandaar een groepsoverzicht krijgen. Het was 22 u 55 toen de lichten uitgingen en met de Highway Star intro van start werd gegaan. De groep bleef lang in het donker en ik dacht dat ik er nooit zou in slagen mijn 2 filmpjes vol te krijgen. Net zoals in Keulen stapte Ian Gillan van de achterkant van  het podium naar voren om me de hand te schudden. Ik had Patrick en Luc gevraagd dit zeker op foto te hebben, als het zou gebeuren, maar zij vertelden me dat ik op dat ogenblik door een aantal fotografen aan het oog werd onttrokken. All part of the show? Toch niet, zoals later zou blijken. Ik had gehoopt op een backdrop die iets zou verraden van de nieuwe hoes, maar daar was niets van te bespeuren. Er hingen slechts enkele grote zwarte en witte doeken als achtergrond.

Mary Long (van Who Do We Think We Are) werd in een nieuwe versie gespeeld die enigszins afweek van het origineel. Er werd vanavond minder lang gesoleerd, maar hier werd een plaatsje ingeruimd voor een korte gitaarsolo. Vroeger dan verwacht  waren de filmrolletjes op, maar veel tijd om daar over te sakkeren, kreeg ik niet want toen I'm Alone begon, werd iedereen verzocht de fotografenruimte te verlaten. Charlie Lewis (stage manager van Purple) zag daar persoonlijk op toe. In de hoop te mogen blijven staan, maakte ik hem attent op mijn rode pas. Hij zei me met de rest mee te gaan en dan te wachten. Vervolgens beduidde hij me terug te komen en hem te volgen. Aldus kwam ik … op het podium terecht, naast de groep, zelfs voor het demarcatielint waarachter John Sykes en andere muzikanten een stukje van het optreden volgden.

Via een rustig tussenspel liep het snelle I'm Alone over in Pictures Of Home een song die voorbij was voordat ik er erg in had. Ian Gillan vertelde dat er een nieuw album op komst was met de titel "Bananas". Wat ga je ons nog wijsmaken, dacht ik. Daaruit kwam Haunted: een rustige (typische Steve Morse) gitaar intro spaarzaam begeleid door de drums leidde ons tot een slow nr dat al van de 1ste keer niet onaardig klonk. Hopelijk wordt het achteraf meer uitgewerkt. Ian Gillan trok achteraan het podium droge kledij aan en  vervolgens kregen we Speed King te horen.

Een korte, zware Hammond-intro gevolgd door wat spielereien van Don op de toetsen was de aanzet tot Lazy. Ik moet toegeven dat ik een beetje overweldigd was door de onverwachte omstandigheden en doordat ik vanop deze unieke plek foto's wou maken was ik minder attent voor de muziek. Het ging allemaal sneller voorbij had ik de indruk, of was ook Lazy ingekort? Stel je voor dat Ian Gillan - tijdens een instrumentale passage - je dan in dat donkere hoekje een 2de maal komt begroeten en vragen of je tevreden bent met de pasjes …! Je zou van minder even de klus kwijt zijn. Het bevestigde me wel de oprechtheid van zijn 2 'openbare' begroetingen; in Keulen en eerder op de avond.

I've Got Your Number klonk niet zo vlot en bracht herinneringen aan "Abandon" naar boven. Het lijkt mij een Steve Morse nr met enkele tempowisselingen waar ik niet gek van ben. Ik hoor graag dat de dingen soepel en simpel in elkaar overvloeien. Een korte gitaar- en orgelsolo sloten het nr. af.

Don Airey bleef aan de bak met een orgel- piano intro in de stijl van Jon Lord, dus met enkele korte Klassieke thema's. Dat was de voorbode voor Perfect Strangers. Roger Glover had intussen een andere basgitaar genomen (ik zag er 3 in de rekken staan).

Steve Morse maakte net als in Keulen geen omwegen meer via bekende intro's maar vatte meteen de koe bij de horens, in dit geval de riff voor Smoke On The Water. In Vorst heb ik het reeds meerdere keren meegemaakt dat bij deze bekende noten het beton begint te trillen, maar verder dan een flink aantal vuisten in de lucht op het bekende tempo bewegend, kwam het publiek niet. Geen gedrang of gespring in de voorste rijen. De reactie was minder hevig dan ik verwachtte. Was het omwille van het late uur (toch nog altijd voor middernacht) of waren de aanwezigen murw gespeeld door de vorige groep (Motörhead)?

Steve Morse in zijn t-shirt met reclame voor Mazda speelde de intro voor Space Trucking en na 65' hield de groep het voor bekeken. Roger en Steve gooiden een fiks aantal plectrums in het publiek.

Het duurde niet lang voor het vijftal terugkeerde naar het podium voor de toegiften. Eerst was er een heavy versie van Hush met een instrumentaal tussenspel. Vervolgens kwam men via een lange opbouwende intro tot Black Night. Dit werd wel meer uitgewerkt o.m. met een interactie tussen Steve Morse en de toehoorders. Na 80' (om 00 u 17) was het definitief voorbij. Er werd wel om 'zugabe' geroepen, de gitaartechnicus van Roger bleef stand-by, maar de aanwezigen gaven het m.i. te snel op, anders had er waarschijnlijk wel een extra nr. ingezeten.

(volledige versie in Het Paarste Nieuws nr. 175, Purple foto's kunnen besteld worden à + € 0,75 per stuk)

Schwung festival, Roeselare, May 29 2003

No matter how good I'll try to describe the events of May 29, words can never come close to what I experienced that night. One pleasant surprise came after another for which I have to thank first of all the organizers of the Schwung festival, but mostly the Deep Purple musicians, Ian Gillan in particular.

It was 22.55 hrs when the lights went out and Highway Star came out of the speakers and the band - a minute or so later - out of the dark. I thought I could never finish my 2 roles.  Just like in August came from the back of the stage to shake my hand. I had hoped Patrick or Luc would have gotten this on film but apparently I was suddenly surrounded by photographers and  couldn't be seen. People who envy me for this brief moment could say it's all part of the show, but it's not as you'll see later on. I hoped the back drop would reveal something from the new album's cover, but all there was were a few black and a few white sheets.

Mary Long was done in a slightly different way. Tonight there were not that many solo's but 'Mary had a little room' for a guitar solo. All 72 photos were gone sooner than expected, but I didn't get much time to complain about this as I'm So Alone started and everybody was asked to leave the pit. Charlie Lewis (stage manager to Purle) saw to it personally. Trying to get something more out of my pass I drew Charlie's attention  to it. When all were out of the pit he told me to follow him. We walked all the way back and up the stage where Luc and I were posted at the left just in front of a demarcation line behind which John Sykes and other musicians were following part of the show.

Through a short and quiet intermission the fast I'm So Alone went over in Pictures Of Home, a song that ended too soon. Ian said they'd have a new album out soon, called Bananas. I though, "Yeah, right." Haunted was a track from that album: a quiet (typical Steve Morse) guitar intro scarecely accompanied by drums led us into a slow song, which sounded alright at first hearing. I guess it still needs some work. Ian changed into a dry shirt and went up to Speed King.

A short but heavy Hammond intro followed by some 'spielereien' from Don were the start for Lazy. I must admit being rather overwhelmed by the unexpected circumstances and the fact that I could take pictures from an unusual position and therefore I may have paid less attention to the music, anyway I had the impression that everything passed by faster, or was Lazy really shortened? Also, imagine Ian Gillan - during an instrumental passage - walking over to you in the dark, greeting you a 2nd time and asking if the tickets were o.k.? So, if you needed any proof that was happened earlier on, was not part of the show, here you have it.

I've Got Your Number was less impressive and brought back memories of "Abandon". It sounded as a typical Steve Morse song with some tempo changes and that's not particularly what I get excited over. I like things to be fluently and simple. A short guitar- and organ solo finished the song.

Don Airey kept going with an organ- piano-intro à la Jon Lord, with all kind of short Classical themes starting Perfect Strangers. Roger Glover had taken another bass guitar (I saw 3 different models).

Like in Cologne Steve Morse went straight to the point with the Smoke On The Water riff. In other places, like Brussels, these few notes made the people quake the concrete building, but all I saw tonight were hundreds of fists in the air. No pushing, no jumping in the front rowes. The reaction was less violent than I expected. Was that due to the early hour (still a little before midnight) of was everybody still numb from the previous band?

Steve - wearing a Mazda T-shirt - played the intro to Space Trucking and after 65' the main show was over.

It wasn't long before the five of them returned to the stage for the encores. First there was a heavy rendition of Hush with an instrumental intermission. Then a long constructive intro led to Black Night which ended with an interaction between Steve Morse and the audience.  After 80' (at 00.17 hrs) it was all over. People screamed for more, Roger's guitar technician stood by, but I think the audience gave up to quickly. I had the feeling an extra song would have been possible.

(full version in the English pages of Het Paarste Nieuws nr. 175)

 

 

Terug naar het begin van deze bladzijde

TERUG naar INHOUDSOPGAVE

naar PLAATSELIJK TOURNIEUWS & WANTED

naar CD-BESPREKINGEN

naar VARIA

naar Archief

naar DIEP PEURPEL?

naar LINKS