MIJN KOUWE STEEN
My zinc bed
van David
Hare
Raamtheater op 't Zuid
Victor
Quinn, een vitale vijftiger, oud-communist en nu eigenaar van een doldraaiend,
lucratief computerbedrijf is gehuwd met Elsa, een veel jongere vrouw met een
drugsverleden en al wat daarbij komt. Hun huwelijk zit ondanks henzelf op een
dood spoor.
Paul, een jonge talentvolle dichter, helaas alcoholieker in ontwenning, zeer
kwetsbaar en totaal blut, wil een interview met deze computertycoon. Deze biedt
hem echter een baan aan in zijn bedrijf.
Elsa en Paul raken passioneel verliefd op elkaar. Er ontstaat een relatie waar
roes en schuldgevoel hand in hand gaan.
Mijn kouwe steen is opgebouwd rond de idee dat de mens, dat beschaafd menselijk
dier, gedetermineerd is door zijn genen, sociaal milieu, geschiedenis, economie,
toxicomanie, enz. Willen is nog geen kunnen. En de dood lost alles op.
Een lichtvoetige cynische dialoog draagt dit hopeloos
gevecht tegen deze zoveel sterkere, haast onbewuste krachten. Het maakt van
deze mensen haast naïeve, Don Quichotterige, helden.
PAUL: De bijeenkomsten van de AA zijn een discipline.
VICTOR: Uiteraard, ze zouden anders niet zo verslavend zijn.
VICTOR: Ik ken iemand die ermee kapte.
PAUL: Met de drank?
VICTOR: Nee. Met de AA. Veel moeilijker.
ELSA: Paul, jij bent niet aan drank verslaafd. Jij bent
verslaafd aan schuld.
Regie: Julienne
De Bruyn
Vertaling: Walter Tillemans
Decor: John Bogaerts
Regie-assistentie: Gitt
Bolsens
Toneelmeester: Joris Wygers
Met: Chris Bus (Elsa Quinn), Jef
Demedts (Victor Quinn) en Hans
Ligtvoet (Paul Peplow)