startpagina

DE BRADERIJ
van Jan Christiaens en Herman Fabri

Bourla Schouwburg

In een kansarme Antwerpse buurt willen enkele neringdoenden hun steentje bijdragen tot de feestelijkheden in het kader van Antwerpen Culturele Hoofdstad van Europa. Op dit stramien vlochten Jan Christiaens en Herman Fabri een volksstuk waarin de grote thema's die momenteel onder de Antwerpse bevolking leven aan bod komen: het racisme en het fanatisme, de onverdraagzaamheid, het drugprobleem en de verdoken armoede.

De Braderij, in de lijn van Christiaens' vroegere volksstukken als "De Parochie van Miserie" en "De droom van Zotte Rik", wil de toeschouwers doen lachen maar ook doen nadenken over de maatschappijvorm waarvoor zij in de toekomst mede verantwoordelijk zullen zijn.

WSB in Het Nieuwsblad van 14 december 1993: “Genietbare, pretentieloze 'Braderij' in Bourla” “Niet dadelijk het grote werk, maar wel een goed opgebouwde productie, die voldoende elementen bevat om een breed publiek te boeien.”
Ingrid Vander Veken in De Nieuwe Gazet van 6 december 1993: “Publiek best in zijn nopjes met 'Braderij' van Christiaens en Fabri.” “Het is amusement dat toch iets dieper graaft, en hopelijk aan het denken zet.”
Filip Decruynaere in Het Volk van 7 december 1993: “De Braderij: de keerzijde van Antwerpen '93. Het stuk speelt zich af in de achterbuurten van Antwerpen anno 1993. De tekst de acteerprestaties, het decor de regie: het zit allemaal goed in elkaar, het draait vlot rond, er is met vakkennis aan gewerkt.”
Lili Lebeau in de Gazet van Antwerpen van 9 december 1993: “Ontwapenende boodschap van verdraagzaamheid” “Dat Christiaens voor de Antwerpse volksmens een warm plekje bewaart heeft hij meermaals bewezen. In dit volksstuk wordt niet gehekeld, betutteld of veroordeeld.”
Linda Berghmans in De Standaard van 9 december 1993: “Braderij als vuist tegen de maatschappij” “De KNS-acteurs zijn in dit volksstuk duidelijk in hun nopjes. De voorstelling heeft vaart. Wellicht zal 'De Braderij' bij een groot deel van het Antwerpse publiek in de smaak vallen.”

Regie: Herman Fabri
Assistentie: Gitt Bolsens
Decor en kostuums: John Bogaerts
Belichting: Walter Tillemans
Muziek; Jo Braet en Pol De Becker
Met: Chris Cauwenberghs, Julienne De Bruyn, Peggy De Landtsheer, Anke Helsen, Marijke Hofkens, Marc Janssen, Dirk Lavrysen, Leo Madder, Myriam Mulder, Peter Strynckx, Hans Van Cauwenberghe, Bernard Verheyden, Denise Zimmerman, e.a.

Speelperiode: van 4 december 1993 tot 2 januari 1994 en van 12 tot 23 januari 1994