2005-2006

 

          

 

Home
Up

terug naar home

naar publicaties van  2005

2006

bullet

KAN GEWELD ZINVOL ZIJN?, in  Mensen Onderweg, december 2006, blz. 10-16.

Het valt niet meer te ontkennen. Onze maatschappij blijkt almaar agressiever en gewelddadiger te worden, dit zowel op lokaal vlak als op wereldschaal. Oorlogen, terroristische aanslagen, raciaal en godsdienstig geweld, moordpartijen op scholen, in stations of op straat, huiselijk geweld, geweld tegen vrouwen, allerlei vormen van pestgedrag, inbraken en straatcriminaliteit, agressie in het verkeer, het houdt niet op. Ook de ontspanningswereld staat bol van geweld: film, televisie, videogames. Geweld wordt hier zelfs bekeken of gespeeld als amusement en genot. Van jongs af aan wordt men met geweld geconfronteerd en trekt het sporen in de menselijke psyche. Door die toename van geweld voelen velen zich onveilig en durven haast de straat niet meer op, zeker niet in het donker. De vraag naar meer politie op straat wordt steeds groter, gevangenissen moeten worden uitgebreid en beter uitgerust. Mensen willen desnoods een (groot) deel van hun privacy opofferen voor een beschermende controle zoals bij het inchecken op vlieghavens, camera’s op straat, paspoorten met vingerafdrukken of genetische gegevens, enzovoort. Vele mensen vragen zich af waar dat geweld vandaan komt en waartoe het dient, juist nu er tegelijk zoveel over een groeiende eenheid van de wereld gesproken wordt. Is al dat geweld uit zichzelf niet zinloos of bestaat er toch zoiets als ‘zinvol’ geweld dat kan bijdragen aan de verbetering van onze wereld?

 

bullet

TECHNOLOGIE  EN  ETHIEK, in  Mensen Onderweg, november 2006, nog te verschijnen           

De  technologie verovert de wereld. Steeds meer en meer en op alle terreinen. Vanaf de digitale televisie in onze huiskamer tot de hoogtechnologische apparatuur in de operatiekamer van de kliniek, vanaf het computergebruik in de basis- en kleuterscholen tot internetbankieren, vanaf de laboratoria voor gentechnologie tot de patiëntendossiers bij de huisarts. De moderne wereld wordt ondersteund door technische voorwerpen en machines die het uitzicht van ons leven in enkele decennia grondig hebben veranderd.  Deze technische vernieuwingen zijn een dynamische kracht geworden in onze samenleving. Tot in de kleinste hoekjes en gaatjes vinden we de sporen van haar impact. Techniek is in hoge mate medebepalend geworden voor ongeveer alles wat we doen, ons werk, onze vrijetijdsbesteding, onze communicatie, onze informatie, onze mobiliteit, onze gezondheid, seksualiteit en vruchtbaarheid, bij geboorte en sterven, noem maar op. Op het eerste gezicht wijzen deze ontwikkelingen op een enorme vooruitgang in de dagelijks leefwereld. De vraag is echter of we met deze ingrijpende vernieuwingen de identiteit van ons mens-zijn geen grote schade toebrengen. Hier stelt zich de ethische vraag: is technologie wel goed voor de mens en zijn samenleving? Wordt de mens uiteindelijk niet tot slachtoffer van zijn eigen maaksels? Gaan we onze onderlinge verhoudingen niet geleidelijk aan helemaal instrumentaliseren? Wat blijft er van ons lichaam over als we het uitleveren aan technologische apparatuur of aan digitale controlesystemen? Wat vinden we van de totale vervreemding van het moderne productieproces door automatisering en informatisering? Hoe is het gesteld met onze vrijheid als we bepaald worden door genetische manipulatie? We kunnen deze ethische vraagstelling niet langer links laten liggen, als we tenminste in dit niet meer te stuiten technologisch proces onze humaniteit verder willen ontwikkelen. 

 

bullet

Naar een goed beheer van de wereld, in Mensen Onderweg, oktober 2006, blz. 26-32.

De wereld waarin wij vandaag leven wordt geconfronteerd met enorme problemen. Groeiende kloof tussen rijk en arm, oorlog en wapenwedloop, honger en grote kindersterfte in bepaalde streken, verloedering van het milieu, grote ongelijkheid tussen mensen, gebrek aan voldoende gezondheidszorg en hygiëne, te weinig sociale grondrechten, onvoldoende onderwijs, enzovoort. Dit ondergraaft de levenskwaliteit van talloze miljoenen mensen. Er moet dringend worden ingegrepen, wil men een mondiale ramp vermijden. Daarover zijn al massa’s rapporten en kritische beschouwingen geschreven, maar de hamvraag is wat er concreet moet gebeuren en vooral of er wereldwijd voldoende politieke draagkracht voor bestaat.  Tegen 2015 zou de wereld er wel eens helemaal anders kunnen uitzien. Dat is de hoop die gewekt wordt door de milleniumdoelstellingen van de Verenigde Naties. Bij de start van het nieuwe millenium hebben in september 2000 alle 189 (nu reeds 191) VN-lidstaten zich verbonden om ervoor te zorgen tegen 2015  de belangrijkste mondiale problemen in de mate van het mogelijke op te lossen. Het realiseren van deze zogenaamde millenium-doelstellingen van de Verenigde Naties zou een geweldig resultaat zijn, maar de vraag is groot of het allemaal niet bij loze voornemens of beloftes blijft. Zullen er voldoende financiële middelen worden vrijgemaakt? Zal er voldoende politieke wil zijn om er ernstig aan te werken? Zullen de bestaande politieke krachtsverhoudingen geen roet in het eten gooien? Welke (nationale of economische) belangen zullen voorrang krijgen? Is een goed beheer van de wereld mogelijk en wat zijn de voorwaarden daarvoor?

 

bullet

Lokale verantwoordelijkheid als macht,  in Mensen Onderweg, september 2006, blz. 2-8.

Je hoort steeds meer beweren dat mensen weinig of geen burgerzin hebben. De sociale verbanden zijn sterk aangetast en men trekt zich makkelijk terug in de eigen privésfeer. Daar leeft men zijn eigen leven zonder zich het lot van het geheel aan te trekken. Maar als men buitenkomt (straat, school, arbeidsmilieu, economie, toerisme, ziekenzorg, enzovoort) verwacht men dat alles goed geregeld is. Zulke houding heeft uiteraard zware gevolgen voor het politieke leven. De burgers geven hun verantwoordelijkheid uit handen en politici moeten maar zorgen dat alles goed draait. Als er iets misloopt, krijgen zij de schuld en zijn de burgers misnoegd. Maar zo bouwt men geen goede samenleving op. Want die veronderstelt dat de burgers bereid zijn mee te werken aan de opbouw ervan.  Het is echter niet makkelijk te bepalen hoever die inzet moet gaan. Burgerzin is een complex begrip. Je kunt het zowel minimaal als maximaal invullen. Vanaf de eigen straat of buurt tot het brede verenigingsleven, vanaf de opkomst bij verkiezingen tot het engagement in allerlei acties, vanaf de helpende (caritatieve) hand tot het organiseren van solidariteit. In dat alles speelt vooral het lokale een belangrijke rol. Mensen moeten elkaar allereerst vinden, helpen en steunen vanuit de eigen omgeving. Het maatschappelijk leven begint daar waar je woont. Als je je niet verantwoordelijk voelt voor wat er in jouw directe leefomgeving reilt en zeilt, wordt burgerzin niet of onvoldoende gevoed vanuit de concrete beleving.

 

bullet

Zwerven en de regels van het spel,  in  Mensen Onderweg, juli-augustus, 2006, blz. 26-32.

Miljoenen mensen zwerven over de aarde. Maar ‘zwerven’ heeft vele nuances. In de vakantietijd doet het vooral denken aan de grote uittocht van mensen op zoek naar zon, naar de vrije natuur of naar de charme van pittoreske plaatsen of steden. Dat soort zwerven herhaalt zich een paar keer per jaar, maar het duurt slechts een korte tijd, enkele dagen of hooguit enkele weken. Er zijn ook mensen die voor langere tijd weggaan en voor één of twee jaar alles achterlaten en met de fiets of moterfiets de wereld rondtrekken. Een wat meer avontuurlijke onderneming, soms met een licht romantische bijklank. Globetrotters. In België schat men hun aantal iets meer dan honderd per jaar. Er zijn er zelfs die van dat avontuur hun leven maken en steeds opnieuw beginnen. Fons Oerlemans bijvoorbeeld die altijd nieuwe zwerfroutes exploreert op de grote oceanen. Al deze mensen zwerven uit vrije wil. Ze kiezen er voor en willen iets typisch beleven. Maar er zijn ook mensen die een gedwongen zwerversbestaan leiden. Clochards, zigeuners, woonwagenbewoners, daklozen. Ze behoren sinds lang tot onze leefwereld. Maar sinds enkele tijd verschijnt een nieuw type zwervers in onze samenleving: vluchtelingen, asielzoekers, mensen zonder papieren, zwerfkinderen, vrouwen op de vlucht voor geweld. Ze zijn het gezicht van vele miljoenen die over de hele wereld dag in dag uit op de vlucht zijn voor oorlog, armoede, honger, geweld, ellende. In hen krijgt ‘zwerven’ een ethische betekenis. Ze zijn slachtoffers van machtsmisbruik en onrechtvaardige verdeling van de rijkdommen. Dat spel wordt hard gespeeld en de regels zijn in het nadeel van de zwakkeren. In dit artikel  willen we vooral deze groep in het licht stellen en nagaan wat deze confrontatie voor de westerse mens betekent.

 

bullet

PLURALISME – een democratische uitdaging, in  Mensen Onderweg, juni 2006, 8blz. Infokatern

De hedendaagse westerse samenleving wordt gekenmerkt door een grote verscheidenheid van levensbeschouwingen en door een multi-etnische samenstelling van de bevolking. Daarom wordt het pluralisme een levensgrote uitdaging voor de democratische samenleving. Toch is er ook veel tegenspel. We worden steeds meer geconfronteerd met vele vormen van verrechtsing, onverdraagzaamheid, fundamentalisme en zelfs terrorisme. Populistische en extreem-rechtse partijen verspreiden een klimaat van angst en haat. Zij leggen de schuld van  de huidige crisis grotendeels bij de verloedering van het leefklimaat, vooral door de almaar toenemende migratie die Europa dreigt te overspoelen.  Daarom verdedigen zij de superioriteit van de eigen waarden tegenover die van de migranten. Eigen volk eerst. De boot is vol. Vooral de islam krijgt het erg te verduren, want die religie staat volgens hen volledig haaks op de zo duurzaam bevochten westerse waarden van vrijheid, gelijkheid en democratie. De Nederlandse rechtswetenschapper Paul Cliteur herkent in deze spanningen zelfs een toenemende decadentie van onze samenleving die op termijn leidt naar  het verval van de democratische rechtstaat. Pluralisme staat voor de populisten dan ook gelijk met het binnenhalen van het paard van Troje. Eens de hoofddoeken aanvaard en de moskeeën gebouwd zal de islam geleidelijk zijn macht versterken en over enkele decennia heel Europa in zijn greep krijgen, zo beweren zij. De vraag is echter of zulke argumentatie wel klopt en of de strategie van het zich afzetten tegen ‘het vreemde’ wel een goede strategie is om in de toekomst een humane samenleving op te bouwen. Misschien is het wel omgekeerd en kunnen alleen eerbied, openheid en interactie een basis bieden om op een realistische wijze met elkaar om te gaan en in vrede samen te leven. Pluralisme is dan geen verval maar eerder een mogelijke uitweg uit de  huidige maatschappelijke crisis. Pluralisme is ongetwijfeld een waagstuk, maar een democratische samenleving moet in ieder geval dat risico lopen om haar eigen toekomst een menswaardige inhoud te geven.

 

bullet

De verleiding van de domheid, in  Mensen Onderweg, mei 2006, blz. 6-12.

Ieder mens is in staat tot nadenken, maar denken de meeste mensen wel echt na? De grote meerderheid blijkt te kiezen om alleen maar mee te lopen met wat hun wordt voorgezegd of aanbevolen. Zij kiezen voor de kudde. Sinds de democratisering van het onderwijs en het invoeren van de schoolplicht krijgt iedereen de kans te leren nadenken en zichzelf te ontwikkelen. Er wordt heel wat energie gestoken in opvoeding en vorming tot kennis en autonoom gedrag. Toch blijkt uit verschillende sociologische onderzoeken dat het merendeel van de mensen blijft kiezen voor kuddegedrag. Zij voelen er zich goed bij te denken en te handelen zoals iedereen denkt en handelt. Dat geeft een gevoel van veiligheid en het vraagt weinig inspanning. Het is verleidelijk zich te verschuilen achter de algemeen verspreide ideeën en gedragingen zonder zich kritisch af te vragen welke betekenis ze hebben. De huidige mediacultuur is een handig alibi om zelf niet meer te moeten nadenken. De media zeggen voor wat gedacht of gedaan moet worden. En dat is hip of sexy. Je hoort er bij en je voelt je belangrijk als je in die stroom mee kunt drijven. Hoe komt het dat mensen liever meelopen dan zelfstandig reageren? Hebben ze schrik van een kritische houding? Waarom kiezen mensen zo makkelijk voor oppervlakkigheid? Hoe sterk zijn dan de verleidingstactieken? Kunnen we daar nog onderuit of zijn we gedoemd ‘domme massa’ te blijven?

 

bullet

Emoties en het goede leven, in  Mensen Onderweg, april 2006, blz. 17-24.

De menselijk emoties zijn terug van weggeweest, ook in het ethisch denken over het ‘goede leven’. Dat lag wel anders tijdens de laatste vier eeuwen waarin niet veel aandacht  werd besteed aan het emotionele leven van de mens. De klemtoon werd eenzijdig gelegd op de rol van de rede die steeds meer herleid werd tot pure rationaliteit in dienst van menselijke autonomie en efficiënt handelen.  In de klassieke filosofie van Kant en Hegel werd geen waarde gehecht aan de emoties. Kant meende zelfs dat passies en emoties ziekten van het gemoed zijn. Het zijn volgens hem irrationele lichamelijke impulsen die onze kennis vertroebelen en de moraal ondermijnen. Maar tijdens de laatste decennia komen emoties opnieuw aan bod in filosofische en ethische geschriften. Pioniers waren vooral enkele vrouwelijke filosofen en met name de Amerikaanse Martha Nussbaum die in 200l haar meesterwerk over deze thematiek publiceerde onder de titel Oplevingen van het denken met als ondertitel Over menselijke emoties. Zij beweren dat onze emoties een zeer belangrijke rol spelen in ons denken en dat onze ethische visie sterk misvormd wordt wanneer we de rol van de emoties blijven ontkennen. Wat hebben onze emoties nu specifiek bij te brengen aan onze menselijke kennis en inzichten? Hoe dragen ze bij aan een betere omschrijving van onze moraal? Welke rol spelen ze in de ethiek bij het bepalen van het goede leven?

 

 
bullet

MEDEDOGEN: EEN PUBLIEKE DEUGD,  in  Mensen Onderweg, maart 2006, blz. 26-32.

De huidige samenleving is sterk individualistisch gekleurd. De liberale waarden van persoonlijke keuzevrijheid, autonomie, zelfontplooiing en vrijzinnigheid krijgen een duidelijke voorrang op sociale waarden van verantwoordelijkheid en verbondenheid. Het mededogen en de solidariteit zijn in de dagelijkse omgang tussen mensen dikwijls ver te zoeken. Soms krijgen ze wel eens een hoge opstoot in situaties van extreme nood of rampspoed. Denk maar aan de enorme vrijgevigheid en de hulpverlening bij de tsunami van eind 2004 of onlangs bij de nood na de aardbeving in Afghanistan.  Zulke momenten tonen aan dat de mensen vandaag nog wel gevoelens van mededogen of solidariteit in zich dragen. Maar die komen in het dagelijks leven  te weinig aan de oppervlakte. Daarin staat het eigenbelang meestal voorop. Alles is gericht op zo goed mogelijk presteren en wie niet lukt wordt met de vinger gewezen. Waarom zouden we dan mededogen tonen voor de mislukkeling? Eigen schuld, dikke bult. Denk maar aan reacties op werklozen, junkies, bedelaars, clochards, asielzoekers, vluchtelingen. Maar zou men mededogen niet ruimer kunnen zien dan alleen maar gulle vrijgevigheid voor slachtoffers van grote rampen? Geld alleen kan hier geen oplossing bieden.  Mededogen is wellicht ook een aspect van burgerzin die ervan uitgaat dat alle mensen gelijkwaardig zijn en gelijke kansen moeten krijgen, kortom een publieke deugd. Maar is mededogen dan blind en mogen de anderen er dan maar van profiteren? Bestaan er grenzen aan ons mededogen?

 

 

 
bullet

NAAR EEN ‘VERANTWOORDELIJKE’  SAMENLEVING?, in  Mensen Onderweg, jan.-feb. 2006, blz. 10-16

Verantwoordelijkheid is de basis van een goede ethiek. Ethiek gaat over de nodige keuzes die we maken tussen goed en kwaad, over normen en waarden waarmee we ons leven richting geven. Volgens talrijke critici is het met het ethisch besef in onze huidige samenleving slecht gesteld. De individuen missen steeds meer zingevende verbanden  en  worden grotendeels op zichzelf teruggeworpen. Heel wat mensen weten niet goed meer wat goed is en waar kwaad begint. Het individualisme neemt sterk toe en van solidariteit is steeds minder sprake. Bij vele mensen is  de verantwoordelijkheidszin grotendeels verdwenen. Men schuift zijn verantwoordelijkheid al te vlug af op de anderen. Nochtans kan een samenleving slechts een ‘goede’ samenleving zijn wanneer de burgers bereid zijn voldoende verantwoordelijkheid op zich te nemen. Dat betekent niet dat de overheid geen eigen taak meer zou hebben. Zij moet de nodige wetgeving, structuren en dienstverlening uitwerken om de burgers de kans te bieden zichzelf te kunnen realiseren en verantwoordelijkheid te dragen. Het wordt dus  hoog tijd dat er een fundamenteel debat komt over verantwoordelijkheid in de samenleving. Hiermee staat of valt de democratie, zeker in een samenleving die sterk pluralistisch gekleurd is. Wanneer iedereen zijn verantwoordelijkheid ontvlucht, wordt de samenleving op de duur een grote puinhoop. In dit artikel willen we nagaan hoe burgers zowel individueel als collectief hun verantwoordelijkheid in de opbouw van een samenleving dienen te nemen. Het gaat dus om een kijk van onderuit, vanuit de burgers.

terug naar home

 

 

 

 

 

2005

bullet

HET LICHAAM IS POLITIEK, in  Mensen Onderweg, december 2005, blz. 18-23.

Ons lichaam is onze eerste en onmiddellijke wijze van aanwezig zijn in de wereld. Zonder lichaam bestaan we niet. Met ons lichaam nemen we contact met elkaar en met de wereld. We staan er echter niet meer bij stil. We denken nogal makkelijk dat ons lichaam, zoals we het beleven, een natuurlijk gegeven is. Maar is onze huidige lichamelijke bestaanswijze nog wel zo natuurlijk? Is ons lichamelijk gedrag nog wel zo vanzelfsprekend? De Franse filosoof Michel Foucault (1926-1984) heeft ons duidelijk gemaakt dat het niet zo onschuldig is als het lijkt.  Hij zei dat “tegenwoordig het leven (in het Grieks: bios) als zodanig het voorwerp van macht is geworden.” Het hele leven, niet alleen ons denken, maar ook ons concreet lichamelijk gedrag wordt grotendeels bepaald door allerlei machtsingrepen van buitenaf. Volgens Foucault is ons lichaam bezet door de macht. Opvoeding, sociale controle, wetgeving, cultuur, politiek, media, technologie, reclame, industrie, medische cultuur en welzijn: zij hebben allemaal een sterke invloed op onze lichamelijke houding en ons lichamelijk gedrag, dikwijls zonder dat we ons daarvan bewust zijn. Het is bijgevolg niet verwonderlijk dat er vandaag de dag een enorme strijd gevoerd wordt om het verwerven van de macht over het lichaam. Maar hoe gebeurt dat? En hoever reikt deze macht? Is zij niet een fundamentele schending van het recht op integriteit? Zijn mensen er dan zo weinig om bezorgd hun lichaam zelf te beheren? Wat kunnen ze doen om de integriteit van hun lichaam zo goed mogelijk te beschermen?

terug naar home

 

 

bullet

DE  DREIGING  VAN  HET  NEOCONSERVATISME, in  Mensen Onderweg, november 2005, nog te verschijnen.

In de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw bleek er een nieuwe wind te waaien in de wereld. Het was de tijd van de contestatie, de studentenrevoltes, het aggiornamento van Johannes XXIII en het Tweede Vaticaans Concilie, het geloof in een groeiende eenwording van de wereld,  de opkomst van de groene beweging en het feminisme, sterke aandacht voor de derde wereld, nieuwe tendensen in opvoeding en onderwijs, bevrijding van de seksualiteit, enzovoort. Het progressieve gedachtegoed van de Verlichting en de Franse Revolutie bleek uiteindelijk ingang te vinden bij de bredere lagen van de bevolking. Maar vandaag dreigt die optimistische sfeer om te slaan en hoor je steeds meer zeggen dat onze westerse beschaving in crisis is. Immigratie, vervaging van waarden- en normen, druggebruik, criminaliteit, overbevolking, groeiende werkloosheid en armoede, verloedering van de natuur, culturele afstomping: het zijn allemaal tekenen, zo zegt men, dat onze westerse beschaving zichzelf geleidelijk vernietigt. De Nederlandse rechtsfilosofen Paul Cliteur en Andreas Kinneging spreken zelfs uitdrukkelijk over een toenemende decadentie. Volgens hen wordt het hoog tijd terug te keren naar het conservatieve gedachtegoed waarin de traditionele normen en waarden centraal staan. Alleen zo kunnen we ons behoeden voor een definitief verval. Maar is zulk conservatisme wel een oplossing voor onze sterk veranderende samenleving? Is het niet eerder een reflex van angst en machteloosheid die ons opsluit in een wereld van zelfgenoegzaamheid en het grote gelijk?

terug naar home

 

 

bullet

EUROPA:  DEFICIT  OF  TOEKOMST? in  Mensen Onderweg, oktober, 2005, blz. 2-7.

Sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw zijn er op politiek en economisch vlak enorme inspanningen geleverd om Europa tot een sterk geheel te maken. Het voorlopige hoogtepunt daarvan was de ontwikkeling van de Europese Unie, die op 1 mei 2004 zich uitbreidde van 15 naar 25 leden. In de top van 17-18 juni 2004 werd bovendien een akkoord bereikt over een Europese Grondwet. Deze Grondwet is op 29 oktober 2004 in Rome ondertekend door de regeringsleiders en staatshoofden van alle lidstaten, maar treedt pas in werking als ook de parlementen van alle EU-lidstaten het document hebben geratificeerd (goedgekeurd). Sommige landen besloten om hier een referendum aan vooraf te laten gaan. Deze grondwet zou dan definitief in werking treden in de zomer van 2007. Maar zo eenvoudig verlopen de zaken niet. De goedkeuringsprocedure staat sinds de referenda in Frankrijk (29 mei 2005) en Nederland (1 juni 2005) onder grote druk. In beide landen heeft een meerderheid van de kiezers zich tegen de Europese Grondwet uitgesproken. In Frankrijk won het nee met 54,9 procent, in Nederland kreeg het nee zelfs 61,5 procent. Als reactie daarop hebben verschillende landen de goedkeuringsprocedure voor onbepaalde tijd uitgesteld. De Europese leiders besloten tijdens de top van 16-17 juni 2005 om de ontstane crisis rond de EU-grondwet opnieuw te bespreken in het voorjaar van 2006 en te bekijken of het nog zin heeft om met de Europese Grondwet door te gaan. Je kan terecht van een crisis spreken. Sommige commentatoren spreken over een rampzalig deficit voor Europa, een radicale mislukking. Volgens hen is de Europese droom ingestort. Anderen beweren echter dat er nog ruime toekomst is voor Europa op voorwaarde dat er snel een nieuwe politieke wil ontwikkeld wordt om met elkaar verder samen te werken.

terug naar home

 

 
bullet

DE  HEILIGE MENS - over mensenrechten,  in  Mensen Onderweg, september, 2005, nog te verschijnen.

De mens is heilig. Dat is een oude wijsheid. Wellicht zo oud als de mensheid zelf. Toch werd ze niet altijd en overal aanvaard of gerespecteerd. In de loop der tijden zijn vele mensen gekwetst, rechteloos behandeld, gemarteld, vermoord of gewoon afgeslacht. Vanuit die kant bekeken lijkt de hele geschiedenis van de mensheid soms wel een lang verhaal van onrecht, oorlogen, plunderingen, verkrachtingen, genocides en moordpartijen. Al behoort het tot het wezen van de mens, toch is het heilig karakter van de mens blijkbaar niet vanzelfsprekend. Het moest bevochten worden op de agressiviteit van macht en verovering, van brute kracht en wellust. Zelfs de geschiedenis van religies en godsdiensten kent tal van mensenoffers om de goden ter wille te zijn en tal van ketterverbrandingen en heilige oorlogen omwille van de éne waarheid. Maar ook in onze huidige democratisches staten worden mensenrechten regelmatig met de voeten getreden. Je kan een hele waslijst opstellen van vernedering, onrechtvaardige behandeling, uitsluiting, discriminatie, zelfs van marteling en doodslag. In sommige staten wordt zelfs de doodstraf nog uitgevoerd, in andere gaan er stemmen op om ze opnieuw in te voeren. Waarom is er zo weinig respect voor het heilig karakter van de mens? Zijn menrechten dan zo broos?

terug naar home

 

bullet

BEELDEN VAN LEEGTE, in  Mensen Onderweg, juli-augustus, 2005, blz. 4-9.

Het begrip ‘leegte’ is een woord met vele betekenissen en gevoeligheden. Voor sommigen wijst het op de ergste ellende en zinloosheid, voor anderen is het een van de hoogste vormen van bewustzijn en extase.  In de filosofie is leegte van oudsher een belangrijk thema geweest. Het was sterk verbonden met de vraag naar de zin van het menselijk bestaan, want de leegte daagt de mens uit, ze stelt hem voor de vraag waar hij mee bezig is en wat hij van zijn leven wil maken. Leegte kan een afgrijselijke afgrond zijn waarin de mens zich te pletter dreigt te storten, maar ze kan ook een (meestal lastige) weg zijn die hij moet gaan om dichter bij zichzelf of anderen te komen.  Daarom hebben vele mensen angst voor de leegte. Ze durven de worsteling met de leegte niet aangaan. Leegte is niet alleen een kwestie van de mens als individu, ook de samenleving als geheel heeft er mee te maken. Zo kan de hele cultuur worstelen met de problematiek van de leegte, zowel in haar negatieve als in haar positieve betekenis. Het gaat om een uitermate actueel verschijnsel, niet alleen in onze patronen van consumptie, mediahypes en lichaamscultuur, maar ook in religieuze en politieke inzichten en bewegingen. In dit artikel wil ik enkele beelden van leegte schetsen, zeer verscheiden, maar die – soms zelfs extreem –het dagelijks leven van vele mensen in hun greep hebben.

terug naar home

 

 
bullet

OVER  ORDE  EN  VERSCHUIVINGEN, in  Mensen Onderweg, juni 2005, blz. 18-23.

De meeste mensen houden van orde. Dat klinkt bijna als een dooddoener. Toch kan zulke uitspraak niet zomaar worden weggelachen. Orde heeft iets te maken met zich goed voelen. Ze biedt de mens een structuur aan die hem helpt om zich in het leven te oriënteren. Zonder orde dreig je verloren te lopen of de greep op je leven te verliezen.  Toch wordt orde ook regelmatig in vraag gesteld of door elkaar geschud. In de huidige samenleving zijn er talrijke verschuivingen aan de gang die de traditionele orde fundamenteel verstoren of zelfs ondermijnen. Velen vragen zich af waar het allemaal naartoe gaat. De traditionele gezinsstructuren brokkelen af, het vertrouwen tussen de mensen verdwijnt, de jeugd neemt het met vele dingen niet meer zo nauw, de migranten overspoelen onze westerse samenleving, de criminaliteit neemt almaar toe. Voor sommigen lijkt het zelfs alsof er geen orde meer is in onze samenleving. Wanneer de gevestigde waarden op de helling komen, ontstaan er spanningen en crisissen. Op zulk moment hangt veel af van de wijze waarop men orde begrijpt en invult. Is orde alleen maar een strikte omschrijving van grenzen of is ze eerder een vorm van goede relaties tussen dingen en mensen? Is orde iets als een onbeweeglijk patroon dat voor eens en altijd vaststaat of is orde een dynamisch proces dat voortdurend in verandering is?

terug naar home

 

 
bullet

PLURALISME ALS 'GRENSOVERSCHRIJDING', in  Kenteringen, mei 2005, blz. 4-8.

Pluralisme is vandaag een beducht woord geworden. Steeds meer worden we geconfronteerd met vele vormen van verrechtsing, onverdraagzaamheid en fundamentalisme. Populistische en extreem-rechtse partijen verspreiden een klimaat van angst en zelfs van haat. Zij leggen de schuld grotendeels bij de verloedering van het leefklimaat met name door de migratie die Europa dreigt te overspoelen.  Daarom verdedigen zij de superioriteit van de eigen waarden tegenover die van de migranten. Vooral de islam krijgt het erg te verduren, want die is volgens hen volledig incompatibel met de zo duurzaam bevochten westerse waarden van vrijheid, gelijkheid en democratie. De Nederlandse rechtswetenschapper Paul Cliteur spreekt zelfs over een proces van decadentie die het verval van de democratische rechtstaat inluidt. Pluralisme staat voor populisten dan ook gelijk met het binnenhalen van het paard van Troje. Eens de hoofddoeken aanvaard en de moskeeën gebouwd zal de islam geleidelijk zijn macht versterken en over enkele decennia heel Europa in zijn greep krijgen. De vraag is echter of zulke argumentatie wel klopt en of de strategie van het zich afzetten tegen ‘het vreemde’ wel een goede strategie is om in de toekomst een humane samenleving mogelijk te maken. Misschien is het wel omgekeerd en kunnen alleen eerbied, openheid en interactie een basis bieden om op een realistische wijze met elkaar om te gaan en in vrede samen te leven. Dat is meteen de grote uitdaging van een pluralistische samenleving.

 

 
bullet

ETHISCH LEIDERSCHAP, in  Mensen Onderweg, mei 2005, blz. 2-7.

De vraag naar leiderschap leeft vandaag in alle scherpte. Het is vooral een vraag naar de kwaliteit van leiderschap. Leiderschap is immers een veelkoppige draak die zowel het gezicht kan vertonen van Hitler of Saddam Hoessein als van Nelson Mandela of Mother Theresa. Achter de gestalte van de leiders rijzen altijd ethische vragen op naar de wijze waarop ze hun taak vervullen. Sommigen zijn uit op macht en verovering, anderen trachten mensen te helpen in hun zoektocht naar een beter leven. Goed leiderschap dient ethisch leiderschap te zijn, namelijk een dienst aan het goede. De cruciale vraag hierbij is of leiders tegenover hun ondergeschikten eerlijk zijn, integer en gericht op wat best voor hen is of dat ze eerder gedreven worden door eigenbelang, machtshonger of blinde volgzaamheid aan het systeem dat ze voorstaan. Goed leiderschap is meer dan alleen maar naar eigen goeddunken beslissingen nemen en eisen stellen Het vraagt allereerst het ontwikkelen van een verantwoorde visie en houding die het mogelijk maakt mensen te helpen om het ‘goede leven’ te vinden.

terug naar home

 

bullet

OMGAAN MET GRENZEN, in  Mensen Onderweg, april 2005, blz. 22-27.

Meer dan ooit worden we vandaag geconfronteerd met grenzen. En dat op alle vlakken van het leven. We leven in een wereld waarin we geen schrik hebben grenzen te verleggen of te overschrijden. We nemen steeds nieuwe en grotere risico’s. Wetenschap en technologie drijven ons naar onvermoede horizonten. Ze doen ons dromen van leven op andere planeten en zelfs van onsterfelijkheid. Toch is het overschrijden van grenzen niet zo eenvoudig. Je kan je weliswaar zonder nadenken overgeven aan de roes van het nieuwe, maar het gevaar is groot dat je na enkele tijd van een kale reis thuiskomt. Grenzen hebben iets te maken met extremen en daar kan je niet onbesuisd mee omgaan. Grenzen zijn als vuur waaraan je je kunt verbranden of als een diepe kloof waarin je kunt neerstorten. Toch zijn ze ook een uitdaging om niet te blijven staan waar je staat, om een stap te zetten naar de andere kant, naar het land van de nieuwe mogelijkheden. We dienen ons onverwijld af te vragen hoe we met die grenzen moeten omgaan, welke impact ze hebben op ons dagelijks leven en hoe ze ons leven permanent veranderen. In hoever maakt het overschrijden van grenzen ons leven menswaardiger of doet het ons eerder in de val lopen van een dramatische uitzichtloosheid of vernietiging?  

terug naar home

bullet

HET   EEUWIG  TEKORT, in  Mensen Onderweg, maart 2005, blz. 5-10.

Onze huidige maatschappij is een maatschappij van overvloed. Haast alles is te koop, de rayons van de warenhuizen puilen uit en de winkelkarretjes liggen overvol. Onze consumptie draait op volle toeren. En toch wordt diezelfde maatschappij bevangen door een gevoel van schaarste op vele terreinen. We hebben meestal wel genoeg of zelfs teveel voedsel, genoeg of teveel make-up, genoeg of teveel informatie. Toch is er veel tekort, tekort aan werk, tekort aan ruimte, tekort aan tijd, tekort aan veiligheid (blauw op straat),  tekort aan ziekenhuisbedden, zelfs tekort aan gevangeniscellen. Ga zo maar verder. Heel onze wereld is getekend door het ‘niet genoeg’. We willen altijd meer en beter. Het lijkt wel of we nooit meer tevreden kunnen zijn. We leven midden in de overvloed met een gevoel van een eeuwig tekort. Uiteraard weten we wel dat ons tekort in geen verhouding staat tot het lot van de armsten der aarde, hun schaarste aan voedsel, water en hygiëne. Toch voelen we onze vele vormen van schaarste aan als reële tekorten en maken ze ons ontevreden. De ontevredenheid groeit met de dag. Men spreekt zelfs van een toenemend maatschappelijk onbehagen dat geleidelijk meer verzuring doet ontstaan. Hoe is die paradox tussen overvloed en schaarste tot stand gekomen? Hoe kan het dat ondanks onze rijkdom de mensen zo ontevreden zijn? Maakt welvaart mensen ontevreden? Wordt de schaarste uit de overvloed geboren?

KLIMAATVERANDERINGEN, in  Mensen Onderweg, januari-februari 2005, INFOKATERN, 8 blz.

Europa warmt sneller op dan de rest van de wereld en koude winters zullen haast volledig verdwijnen tegen 2080 als gevolg van de globale opwarming van de aarde. Dat stelde het Europees Milieuagentschap (EMA) in een 107 bladzijde tellend rapport van 17 augustus 2004 nadrukkelijk in de kijker. In de laatste honderd jaar is de globale gemiddelde temperatuur in de wereld gestegen met 0.7°C, terwijl het Europees gemiddelde steeg met 0.95°C. Men verwacht algemeen dat tegen 2100 de temperaturen wereldwijd zullen stijgen met 1.4° tot 5.8°C, in Europa zelfs met minimaal 2° tot 6°C. Zulke gegevens zijn niet mis te verstaan. We staan oog in oog met belangrijke klimaatveranderingen die het aanzicht van de wereld sterk zullen beïnvloeden. De consequenties zijn enorm en het rapport teken een grimmig beeld van de toekomst. Zelfs het Pentagon waarschuwde begin 2004 ervoor dat de wereld zich veel meer zorgen moet maken om de op gang zijnde klimaatveranderingen dan om het terrorisme. De meeste wetenschappers zijn er heel duidelijk over: als we niets doen aan de klimaatverandering moeten we rekening houden met dramatische gevolgen. Er is dringend nood aan belangrijke maatregelen om de huidige problemen op een efficiënte wijze aan te pakken. Waarin bestaan die klimaatveranderingen? Wat is de impact ervan op mens en milieu? Wat kan er worden gedaan om te vermijden dat op termijn onze planeet onleefbaar wordt?

terug naar home

bullet