2003-2004

 

          

 

Home
Up

terug naar home

ga naar artikels 2003

 

2004

bullet

KUNST  EN  DEMOCRATIE, in  Mensen Onderweg, december 2004, blz. 10-15.

Heef kunst iets te maken met democratie? Voor vele mensen een ongewone en wellicht ook puur theoretische vraag. Zij beschouwen kunst nogal vlug als elitair en moeilijk toegankelijk. Iets voor kunstenaars en dromerige zielen. De kloof tussen de burgers en de kunst is erg groot geworden. Toch worden vandaag vele inspanningen geleverd om de band tussen kunst en democratie nauwer aan te halen. Steeds meer spreekt men over de maatschappelijke rol van de kunst. In België is zelfs een beweging opgericht met de naam ‘Kunst en Democratie’.  Zij stelt zich tot doel de rol en de plaats van kunst en cultuur in de hedendaagse maatschappij te promoten en te verdedigen. Zij wil de band tussen cultuur en democratie verdiepen met het doel de cultuur toegankelijker te maken en cultuur te gebruiken als hefboom voor meer democratie. Zo wordt cultuur en in het bijzonder de kunsten een belangrijk thema op de politieke agenda. In plaats van zich uitsluitend  te richten op de esthetische gevoelens van mensen, kan kunst ook een factor zijn die invloed heeft op  de maatschappij als geheel. Ze kan niet alleen de fundamentele waarden van de samenleving bevestigen of versterken, maar ook mensen oproepen tot verandering en vernieuwing. Door deel te nemen aan allerlei kunstzinnige initiatieven in dorpen, steden, buurten en wijken kunnen mensen meer bewust worden van hun noodzakelijke betrokkenheid op de samenleving. Kunst krijgt dan een rol in de vorming en de versterking van het democratisch bewustzijn aan de basis en kan aldus het sociaal weefsel opnieuw hechter maken. Dat kan helpen om de verzuring en verruwing tegen te gaan die vandaag zoveel ontevreden burgers maakt. Hoe kan de kunst deze belangrijke opdracht realiseren? En zullen de burgers bereid gevonden worden om daaraan mee te werken?

 

bullet

EEN  PATENT  OP ONZE GENEN ???, in  Mensen Onderweg, november 2004, blz. 22-27.

De gentechnologie heeft zich in enkele decennia op een overrompelende wijze ontwikkeld. Het gesprek over de menselijke genen is de wereld niet meer uit. Het dringt binnen in alle hoeken van het dagelijks leven. We zijn het vanzelfsprekend gaan vinden dat ons gedrag en onze psyche voor een groot deel door onze genen bepaald zijn. In de voedselketen is de gentechnologie reeds ver gevorderd. Genetisch gemanipuleerde gewassen (maïs, soja, tomaten) zijn reeds enige tijd op de markt verkrijgbaar en komen bij de onachtzame burger op tafel. Ook bij het kweken van dieren is de genetische manipulatie sterk doorgedrongen. Niet alleen om ‘beter vlees’ te verkrijgen, maar om goed materiaal te leveren voor menselijke gezondheid en ontwikkeling.  Vandaag dringt de genetische manipulatie echter steeds meer binnen in het menselijk lichaam zelf. En zoals reeds het geval is bij de genetische manipulatie van planten en dieren, stelt zich nu ook de vraag naar de rechtvaardiging van patenten op de menselijke genen. Onderzoekscentra of bedrijven vragen om een patent op de genetische informatie die ze in de menselijke genen ontdekken, beschrijven of manipuleren en willen zo het exclusieve recht krijgen op alle toepassingen die daarmee samenhangen De hamvraag is aan wie de informatie van de menselijke genen toebehoort. Aan de onderzoekers? Aan de genenindustrie? Of aan de individuen zelf?

terug naar home

 

bullet

Pleidooi  voor een socialer Europa, in  Mensen Onderweg, oktober 2004, blz. 10-15

Europa wordt stilaan één. Sinds  1 mei 2004  werd de Europese Unie uitgebreid tot 25 lidstaten. Bovendien staan nog enkele andere landen op de wachtlijst om in de nabije toekomst lid te worden. Dit Europees project is ambitieus en zal Europa politiek en economisch ongetwijfeld sterk op de landkaart zetten. Maar de vraag stelt zich wat deze uitbreiding op termijn gaat betekenen op sociaal niveau.  Gaat Europa er ook sociaal gezien wel bij varen? Europa is vandaag nog altijd vooral een economisch en financieel Europa en nog te weinig een sociaal Europa. Talrijke deskundigen beweren zelfs dat de nieuwe EU afstevent op een sociaal debacle. Volgens hen wordt de Europese verzorgingsstaat straks onbetaalbaar en zullen we hoe dan ook sterk moeten afslanken. De werkloosheid zal sterk toenemen, de spanningen tussen jong en oud rond arbeid en pensioenen zullen groter worden, de toenemende immigratie zal ons hopen geld kosten en moeilijk te beheersen conflicten doen rijzen, de armoede zal wellicht steeds grotere groepen treffen. Zullen deze pessimistische vooruitzichten werkelijkheid worden? Zal Europa in staat zijn om deze dreigingen het hoofd te bieden en een maatschappij te creëren waarin voor allen voldoende kansen zijn om menswaardig te kunnen leven? Dat is wellicht de grootste uitdaging waarmee de EU vandaag geconfronteerd wordt.

 terug naar home

 

bullet

Democratie is van alle tijden,  in  Mensen Onderweg, september 2004, blz. 2-6.

Het aantal migranten over de hele wereld is vandaag enorm. Het lijkt wel een permanente volksverhuizing. Schattingen spreken zelfs van 175 miljoen, dat is ongeveer drie procent van de wereldbevolking. Toch is migratie geen nieuw fenomeen. Het is van alle tijden. Mensen zijn altijd in beweging geweest, op zoek naar verbetering of op de vlucht voor ongunstige omstandigheden, armoede, oorlog, godsdiensttwisten, vervolging, enzovoort. Zulke migratiestromen hebben altijd problemen gegeven. De confrontatie met grote groepen migranten riep in het begin bij de plaatselijke bevolking steeds gevoelens van angst, onzekerheid, onveiligheid en verzet wakker. Men vreesde dat de eigen rijkdom en de eigen cultuur geleidelijk zou worden bedreigd of vernietigd door de nieuwkomers. Daarom verzette de lokale bevolking zich meestal sterk tegen elke vorm van vermenging. Maar na enige tijd ebden de spanningen weg en konden de migranten zich goed integreren. Tegelijk echter bleek dat ook de’lokale eigenheid’ niet zo absoluut was als men meestal dacht. De instroom van migranten bracht een nieuwe dynamiek teweeg die het volk een  sterke groeikracht gaf. Het ‘eigen volk’ bleek geen onveranderlijk gegeven te zijn, maar ontwikkelde zich voortdurend. Sterker nog, zonder vreemde impulsen kreeg het ’eigen volk’zelfs minder kansen. Ook hier gold de regel dat stilstaan achteruitgaan betekent. Misschien moet je zelfs stellen dat migratie een natuurlijke noodzaak is om de eigen bevolking niet alleen kwantitatief maar ook  kwalitatief op peil te houden.

          terug naar home

                                                      

bullet

Over nieuwe heilige (?) plaatsen, in  Mensen Onderweg, juli-augustus 2004, blz. 2-7.

Mensen zijn rusteloze wezens. Zij zijn zelden of nooit tevreden met zichzelf. Daarom zijn zij altijd op zoek naar het andere, het nieuwe, het onbekende. Stilstaan is meestal slechts tijdelijk. Na enige tijd van rust gaat de zoektocht weer verder. Ieder mens wordt als het ware magnetisch aangetrokken door iets wat verder ligt dan hemzelf. Er gaat een onweerstaanbare kracht van uit. Aan de andere kant van de heuvel lijkt het gras altijd groener. Mensen zijn dromers die zich van alles voorstellen over wat over de grens ligt. Dat brengt hen tot reizen, tot steeds weer op weg gaan. Allerlei plaatsen over de hele wereld, ver en dichtbij, brengen mensen in beweging. Zij willen er iets vinden dat ze in het gewone leven blijken te missen, iets dat het saaie leven van alledag doorbreekt. Daarom hebben die plaatsen ook iets heiligs, iets wat hun leven nieuwe zin kan geven, al is het maar voor even. De grote vraag hierbij is wat vandaag de dag heilige plaatsen nog betekenen. Het haastige en drukke leven geeft de mens geen tijd meer om de dingen rustig binnen te laten komen en te verwerken. Zelfs vakantie is voor velen een vermoeiend consumeren geworden of het laten leeglopen van een volle emmer drukte en zorg. De zin voor het heilige ebt weg en de kerken lopen leeg. Verdwijnt daarmee het heilige? Of kunnen we spreken van nieuwe heilige plaatsen? De stranden, de festivals, de winkelgalerijen, de musea, de disco’s, de sauna’s? Zijn dat de nieuwe tempels van een seculiere maatschappij?

terug naar home

 

bullet

EUROPA:  een  unie  van  verschillen, in  Mensen Onderweg, juni 2004, INFO 8 blz.

Op 1 mei 2004 breidde de Europese Unie zich fors uit met niet minder dan tien landen: Estland, Letland, Litouwen, Polen, Tsjechië, Slovakije, Hongarije, Slovenië, Cyprus en Malta. De EU verruimde van vijftien naar vijfentwintig lidstaten en staat daarmee voor de grootste uitbreiding van haar geschiedenis.  Het lijkt wel een ‘big bang’. Met de huidige uitbreiding kwamen er bijna 80 miljoen mensen bij, ongeveer evenveel als het huidige inwonertal van Duitsland. Velen in de vroegere lidstaten vrezen dat deze uitbreiding rampzalige gevolgen zal hebben zowel op economisch als op sociaal vlak. De nieuwkomers zien het als een geweldige kans om de eigen  ontwikkeling een nieuwe impuls te geven en dromen van een economische heropleving. Ook op politiek vlak stellen zich ernstige problemen. De politieke besluitvorming zal er niet makkelijker op worden, sommigen menen zelfs dat ze door deze uitbreiding onvermijdelijk verlamd zal geraken. De voorstanders van hun kant stellen alle hoop op de nieuwe Europese grondwet als basis voor een slagvaardig en democratisch bestuur. Het nieuwe Europa houdt ongetwijfeld een groot risico in, maar het is tegelijk een geweldig en waardevol project. Deze uitbreiding is een historische gebeurtenis die een einde maakt aan eeuwen van verdeling. Wat twintig jaar geleden nog een illusie leek, wordt nu meer en meer werkelijkheid: ondanks de grote verscheidenheid wordt Europa steeds meer één.

terug naar home

 

bullet

Het  gelijk  van  de  macht, in  Mensen Onderweg, mei 2004, blz. 22-27.

In de volksmond wordt gezegd dat macht altijd gelijk heeft. De ervaring leert dat tegen de wil van de machthebbers over het algemeen weinig in te brengen is. Macht is er immers op uit zichzelf voortdurend te bestendigen. Wie aan de macht is heeft makkelijk de smaak te pakken en geeft zijn macht niet graag meer af.  Dikwijls  zijn dan alle middelen goed om aan de macht te blijven. De Florentijnse politicus Machiavelli (1469-1527) heeft daarover uitvoerig geschreven. Volgens hem heiligt het doel de middelen. Dat is uiteraard een harde stelling die weinig rekening houdt met sociale en ethische vragen. Alleen het resultaat telt. Hoe het bereikt kan worden hangt af van de omstandigheden waarin de macht functioneert. In die opvatting kan je stellen dat macht altijd gelijk heeft, als het resultaat maar goed is. Je zou zo zonder veel moeite zelfs een dictatuur kunnen goedkeuren. Maar in een democratische samenleving denkt men ander over macht. In theorie ligt daar de macht bij het volk en moeten de machthebbers de algemene wil en de belangen van het volk zo goed mogelijk realiseren. Hier heeft macht dus niet altijd gelijk. In een democratie is macht een dienst. De vraag is echter of dit vandaag ook waar is. Zitten ook onze democratische leiders niet gevangen in  het zoeken naar hun gelijk. Bieden zij wel voldoende ruimte voor een actieve rol van de burger?

terug naar home

 

bullet

Een schreeuw om erkenning, in  Mensen Onderweg, april  2004, blz. 26-32

Wanneer we aan rechtvaardigheid denken, denken we meestal onmiddellijk aan een eerlijke (her)verdeling van de schaarse goederen, een soort uitwisseling als je wilt tussen rijk en arm rond het verdelen van de koek. In feite dat aan bij  de rijke traditie van onze moderne samenleving met haar accenten op gelijkheid en solidariteit, zoals die gegroeid zijn vanaf de tweede helft van de achttiende eeuw met de ideeën van de Franse Revolutie. Nadien werden die accenten theoretisch onderbouwd in de visies van Marx en het daaruit ontstane communisme en socialisme die een solide basis hebben gelegd voor de arbeidersbeweging. Ook de kerken hebben zich in die strijd gemengd en daaruit zijn van katholieke kant enkele belangrijke encyclieken voortgekomen waarin een rechtvaardige verdeling van de goederen werd bepleit. Na de tweede wereldoorlog kende deze (her)verdeling van goederen een radicale doorbraak in de opbouw van de verzorgingsstaat waarin voor alle burgers een minimale deelname aan welzijn mogelijk werd, ook al bleven er toch nog grote gaten in het sociale vangnet. Tijdens de laatste decennia heeft zich echter een sterke verschuiving voorgedaan in het denken over rechtvaardigheid. Stilaan werd duidelijk dat rechtvaardigheid meer betekent dan alleen maar een goede verdeling van basisgoederen. Rechtvaardigheid werd  geleidelijk aan gekoppeld aan een goede kwaliteit van leven en dat houdt meer in dan alleen maar een kwestie van herverdeling van bezit. Ook de schreeuw om erkenning vraagt steeds meer aandacht en dat op allerlei vlakken van de maatschappij.

 terug naar home

bullet

Armoede en ongelijkheid zijn (meestal) vrouwelijk, in  Mensen Onderweg, maart  2004,  blz. 10-15

Armoede en ongelijk nemen vandaag nog steeds toe. Dat is een beschamende realiteit in een industriële samenleving waarin voldoende kapitaal en technologie aanwezig is om daaraan te verhelpen. Armoede en ongelijkheid vormen een complex probleem met talrijke oorzaken en risico’s. Over het algemeen verbinden we ongelijkheid en armoede te snel eenzijdig met de schrijnende tegenstellingen tussen Noord en Zuid of met extreme noodtoestanden in onze westerse wereld.  Die situaties vallen uiteraard het meest op. Er zijn echter nog andere factoren die een belangrijke rol spelen in het ontstaan en het bevorderen van ongelijkheid en armoede overal ter wereld, zo onder meer de man-vrouw-verhoudingen (de genderrelaties).  Het zijn vooral vrouwen die het zwaarst en het langst getroffen worden door armoede en ongelijkheid. Deze problematiek stelt zich wereldwijd, maar verschilt sterk van land tot land of van regio tot regio. In onze westerse wereld is kent de situatie van vrouwen tijdens de laatste decennia een merkbare verbetering, al blijven ook hier ernstige manco’s bestaan. Maar vooral in de derdewereldlanden blijft de toestand dramatisch. Zelfs vandaag worden armoede en ongelijkheid nog steeds meer en meer ‘vrouwelijk’. Dat heeft alles te maken met de sociale achterstand van vrouwen die meestal het gevolg is van een maatschappij waarin de macht haast uitsluitend bij mannen berust.

terug naar home

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2003

 

bullet

Het  vertrouwen  in  de  democratie, in  Mensen Onderweg, jan.-febr.  2004, blz. 8-13.

Vertrouwen is een zeer belangrijke grondhouding in het menselijk leven. Dat geldt niet alleen in de directe relatie tussen twee personen, maar ook in de sociale verhoudingen van mensen met elkaar en zelfs in de economische en politieke wereld. Zo besteden vandaag tal van auteurs uitvoerig aandacht aan  de vertrouwensrelaties als fundamentele voorwaarde voor democratie. Dat is geen toeval. Zoals dikwijls het geval is, wordt iets onderwerp van discussie als het problemen oproept. Overal hoor je vandaag zeggen dat mensen geen vertrouwen meer hebben in de economische en politieke wereld. De media confronteren hen  immers haast dagelijks met de harde feiten van machtsmisbruik en het najagen van eigenbelang, met grote fraudes en schandalen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat bij de burgers het vertrouwen in de leiders en de politieke instellingen sterk afneemt. Het gevaar is groot dat mensen zich op de duur niets meer van de politiek aantrekken en alleen maar proteststemmen uitbrengen die op termijn de democratie in gevaar brengen. Je zou zelfs kunnen zeggen dat het groeiende wantrouwen van de mensen ten aanzien van de politieke wereld er de oorzaak van is dat de onzekerheid en de instabiliteit in onze samenleving overal merkbaar worden. Kan deze trend  nog veranderen? Kan het vertrouwen in de democratie nog echt hersteld worden? Zijn er in onze samenleving nog wel tekenen en plaatsen die mensen ertoe kunnen brengen hun vertrouwen opnieuw te geven aan ons democratisch bestel?

terug naar home

 

bullet

De nieuwe symbolen van onze samenleving, in  Mensen Onderweg, december 2003,  blz. 18-23.

Het leven zit vol symbolen. Onder symbolen verstaan we hier woorden, beelden of rituelen die het dagelijks denken en handelen van mensen bepalen. Zo heeft iedere tijd zijn eigen symbolen. De Middeleeuwen  bijvoorbeeld waren vol van religieuze symbolen. De kerk stond in het centrum van stad en dorp en het leven van de mensen was  volledig bepaald door religieuze regels en het ritme van de religieuze feesten. Vandaag is dat niet langer het geval. Er is een heel nieuw leefpatroon ontstaan. De traditionele zekerheden zijn grotendeels weggevallen. De traditionele sociale verbanden (gezin, buurt, dorp) zijn veel losser geworden. De gezagsverhoudingen zijn minder autoritair, mensen worden meer dan ooit als gelijken beschouwd. Het leven zelf is comfortabeler geworden, grote delen van de wereld zwemmen zelfs in een materiële welstand. De media en het internet brengen op ieder ogenblik informatie uit de hele wereld, de nieuwe technologieën beloven een haast grenzeloze toekomst, men durft zelfs dromen over een mens die onsterfelijk zal zijn. We leven als het ware in een voortdurende turbulentie van waarden en voorkeuren. Alles lijkt in beweging. Welke zijn de nieuwe symbolen achter deze ontwikkelingen? Hoe bepalen zij het leven van de hedendaagse mens?  

terug naar home

 

bullet

Het  individu in de tang van de globalisering, in  Mensen Onderweg,  november 2003,  blz. 26-31

Sinds enige tijd ligt onze wereld in de greep van de globalisering. Geleidelijk wordt overal hetzelfde leefpatroon zichtbaar. Alle landen worden door allerlei globale invloeden en verbanden meer en  meer van elkaar afhankelijk. Dat geldt niet alleen op het vlak van de economie, maar ook op dat van de technologie, van de ecologie en zelfs van de cultuur. We leven ook allemaal onder dezelfde dreiging van misdaad, massavernietigingswapens en terrorisme. Sinds de val van de Berlijnse Muur en de aanslag op de Twin Towers van New York zijn we ons van dat laatste meer dan ooit bewust geworden. Het leven wordt steeds uniformer, al blijven er wel duidelijke verschillen bestaan in politiek en religie. Zo komt de lokale eigenheid van volkeren en  culturen steeds meer onder druk. Wat heeft in die steeds sterker wordende globalisering het individu nog te betekenen? Wordt de mens hier niet overvraagd door een veelheid van prikkels die zijn bewustzijn en zijn creatief vermogen afstompen?  Het gevaar is niet denkbeeldig dat de mens als individu uiteindelijk weggedrukt wordt door de macht van het globale, van het grotere, van overal hetzelfde? De Duitse filosoof Rudiger Safranski stelt dan ook terecht de vraag: Hoeveel globalisering verdraagt de mens? Een heikele vraag, maar we kunnen er vandaag niet meer omheen.

terug naar home

 

bullet

TOT  DE  LAATSTE  DRUPPEL ??? - over de groeiende watercrisis –, in  Mensen Onderweg, Infokatern,  oktober 2003,  8 blz.

Niemand kan leven zonder water. Maar water is schaars geworden. In de geïndustrialiseerde landen stroomt het nochtans vlot uit de kraan. In België bijvoorbeeld verbruiken wij per dag gemiddeld ongeveer 120 liter per persoon.  Hoogstens bij uitzonderlijk droge periodes worden enkele kleine maatregelen genomen om het verbruik enigszins te matigen. Als je echter verder kijkt dan je eigen waterkraantje, is de beschikbaarheid van water niet meer zo vanzelfsprekend. In grote delen van de wereld is het letterlijk een kwestie van leven of dood. Niet alleen het tekort aan water tout court, maar ook en vooral het gebrek aan drinkbaar water is een oorzaak van heel wat menselijk lijden. In het Westen beseffen maar weinig mensen dat de watervoorraad op onze planeet ernstig bedreigd wordt. Over de hele wereld neemt de waterkwaliteit dag na dag af en wordt drinkwater almaar schaarser. Heel wat landen worden vandaag geconfronteerd met ernstige watertekort en sterke vervuiling van het beschikbare water. De zo geroemde ‘blauwe planeet’ vertoont steeds meer ‘vuile’ plekken. Hiermee krijgt ieder van ons op termijn te maken. De waterellende wordt een universeel probleem. De enige oplossing is wellicht dat we dringend met zijn allen anders omgaan met water en dat niet alleen individueel (huishoudens) maar ook collectief (landbouw, industrie). Daarom trachten de Verenigde Naties er zoveel mogelijk aan te doen om bij alle lidstaten de waterproblematiek in de kijker te plaatsen.  De belangrijkste vraag hierbij is of er voldoende politieke wil zal gevonden worden om deze schrijnende problematiek efficiënt aan te pakken en de nodige beslissingen te nemen aangaande investeringen, consumptiepatronen en technologische vernieuwingen.

terug naar home

 

bullet

DE  ADEMHALING  VAN  HET  LEREN - over school en opvoeding - in  Mensen Onderweg, september, 2003,  blz. 22-27.

Opvoeden is geen makkelijke zaak. Zeker vandaag niet, nu kinderen en jongeren geconfronteerd worden met zo’n grote verscheidenheid aan invloeden. Televisie, internet, muziek, mode, reclame, magazines, commercie, sport, noem maar op. Veel van die invloeden ontsnappen uiteraard aan de greep van ouders en leerkrachten. Zij kunnen de leefwereld van kinderen en jongeren niet makkelijk meer begrijpen. Hij is zo verschillend van hun eigen leefwereld dat heel wat betekenissen en nuances aan hen voorbijgaan. Ouders hebben het bovendien dikwijls veel te druk om voldoende tijd te besteden aan de opvoeding en ontwikkeling van hun kinderen. Allerlei materiële, financiële en sociale zorgen slorpen hun aandacht en energie op. Ook de snelle ontwikkeling en de groeiende pluriformiteit van de huidige samenleving maakt het hen niet makkelijk. Ze verwachten dan dat de school naast het doorgeven van kennis en vaardigheden ook een groot deel van hun opvoedende taak overneemt. Maar is de school zelf al niet zo overbelast dat ze deze vraag naar een grotere verantwoordelijkheid in de opvoedingstaak niet zomaar in haar takenpakket kan opnemen?  Haar onderwijzende taak vraagt al inspanning en deskundigheid genoeg.  In hoeverre is een verdere verschuiving van de opvoedingstaak van het gezin naar de school verantwoord? Is dat op termijn geen uitbesteding aan vreemden van wat aan het gezin de belangrijkste reden van bestaan geeft? Is dat niet het begin van een geleidelijke uitverkoop van het gezin?  

terug naar home

 

 

bulletOnthaasting: een  kwestie van tijd in  Mensen Onderweg, juli-augustus, 2003,  blz. 18-23

Je hoort het haast overal: “We hebben het druk, drukker dan ooit .” Voor de meeste mensen is het leven een race tegen de tijd geworden. Ze zijn met hun gedachten meer met morgen bezig dan met vandaag. Zo is een groot deel van hun leven voorbij voor het eigenlijk is geweest. We leven vandaag gemiddeld 25 tot 30 jaar langer dan pakweg 100 jaar geleden, maar we hebben niet het gevoel dat we meer tijd hebben. Integendeel, we zijn alleen maar sneller en gehaaster gaan leven. We leven in de eeuw van de versnelling en zijn er zowel materieel als geestelijk diep door getekend. We hollen van hier naar daar zonder nog even stil te staan en ons de tijd te gunnen om bij onszelf te zijn. Het is typisch dat ook mensen met pensioen zeggen dat ze tijd te kort hebben. Het is dan ook niet verwonderlijk dat vandaag steeds meer gesproken wordt over  nood aan onthaasting. Onthaasting is zelfs een modewoord geworden dat ons er te pas en te onpas aan herinnert dat we veel te snel leven. Maar zijn we wel bereid het wat rustiger aan te doen? Willen we er wel iets voor opgeven om wat dichter bij onszelf te kunnen leven? We lopen voortdurend op de tippen van onze tenen. We willen niet achterblijven. De grote vraag is of dit snelle levensritme zich op termijn niet gaat wreken op onze menselijke conditie, op ons lichaam, onze onderlinge contacten, onze samenleving, de natuur. Maar kunnen we het systeem van deze onmenselijke haast nog doorbreken en kunnen we de tijd nog tijd laten zijn?

terug naar home

 

bulletNood  aan  'levenspolitiek', in  Mensen Onderweg, juni 2003,  blz. 18-23.

Sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog kende de Westerse wereld een periode van een gestadige economische en technologische groei. Dat heeft geleid naar een maatschappij waarin productie en consumptie centraal kwamen te staan. Op de duur kon het overgrote deel van de bevolking leven in het spoor van een nooit geziene materiële welvaart. In enkele decennia tijd behoorde die welvaart zelfs tot een van de grootste vanzelfsprekendheden van het leven. Bijna niemand stelde er zich vragen bij. De levensstijl werd steeds comfortabeler, voor sommige groepen zelfs erg luxueus. Maar geleidelijk werd duidelijk dat die consumptieve levensstijl niet zo vanzelfsprekend is als men meestal dacht. Op verschillende vlakken lieten zich onderliggende gebreken en gevaren voelen. Men werd geconfron-teerd met het feit dat onze Westerse welvaart slechts mogelijk was door een niets ontziende uitbuiting van de derdewereldlanden. Maar ook in het Westen zelf ontstond er massale werkloosheid als gevolg van economische crisis en rationalisering. Bovendien begon men te zien dat onze overdreven consumptie ook een zware ecologische bedreiging inhoudt in de vorm van talrijke milieucatastrofes, voedselvergiftiging en de aantasting van de hele biosfeer. In bepaalde kringen werd men zich steeds meer bewust van de grote risico’s die onze huidige levensstijl met zich meebrengt en begon men te spreken over de noodzaak van een nieuwe levensstijl. Of noem het een 'levenspolitiek', zoals de bekende Britse socioloog Anthony Giddens dat doet. Wat houdt dat in? Zullen de mensen daartoe  bereid zijn?

terug naar home

 

bulletDe nieuwe technologieën- een nieuwe wereld, in  Mensen Onderweg, mei  2003,  blz. 2-7.

De nieuwe media veroveren in een razendsnel tempo de hele wereld. De technologische ontwikkelingen brengen een nieuwe leefomgeving tot stand. Nu de televisie haast alle huiskamers heeft veroverd, staan nieuwe media ongedurig in de rij: computer, internet, e-mail, dvd, digitale camera’s, multimedia, gsm, zo pas ook de mms waarmee we foto’s en beelden per telefoon kunnen verzenden. Maar ook thuisbankieren, elektronisch betalen, routeplanners, gps-systemen, onbewaakte camera’s enzovoort dringen overal door, om maar niet te spreken over de toepassingen van de nieuwe media in de medische wereld en de biotechnologje. Het houdt niet op. Heel wat mensen staan er nog onwennig tegenover, sommigen zelfs afwijzend, toch dringen ze overal door en hun invloed op onze leefwereld wordt geleidelijk groter. Niet alleen in de publieke sfeer en het beeld van de straat, maar ook in de meest intieme hoeken van ons dagelijks bestaan. Vooral de jongere generaties en de jeugd zijn door die nieuwe media gefascineerd, zodat het succes ervan in de toekomst alleen maar kan stijgen. De doorbraak van deze nieuwe media is niet alleen een kwestie van apparatuur of interessante gadgets, het gaat ook over de verspreiding van een nieuwe mentaliteit en een nieuw verstaan van mens en wereld. De nieuwe media veranderen uiteindelijk de mens die hen gebruikt. Ze worden een onmisbaar verlengstuk van de mens, sterker nog, misschien zelfs een deel van hemzelf. Wat gaat dit op termijn betekenen voor de ontwikkeling van de menselijke identiteit? Wat voor invloed gaat dit hebben op de menselijke relaties en op de menselijke omgang met de wereld?

terug naar home

 

bulletDe verstomming van het kritisch denken, in  Mensen Onderweg, april  2003,  blz. 28-32.

Kritisch denken behoedt de men ervoor weg te zinken in een apathisch leven als brave volgzame burger. Maar in de huidige samenleving is het erg moeilijk geworden om kritisch te blijven denken. Op alle vlakken van het leven vinden razendsnelle en ingrijpende veranderingen plaats die door de meeste mensen niet gevolgd of begrepen kunnen worden. De meeste beslissingen op politiek of sociaal niveau worden zonder enige inspraak boven de hoofden van de mensen genomen. De technologische vooruitgang is zo snel en complex dat hij grotendeels aan het begripsvermogen van de gemiddelde burger ontsnapt, terwijl hij het dagelijks leven sterk beïnvloedt. De economie en de industrie bepalen steeds meer het globale leefpatroon van de samenleving en veranderen het zienderogen in een consumptiemodel. De media vervlakken de cultuur tot een lege huls van slogantaal en soapenter-tainment die de mens voortdurend in slaap wiegt. En de mens…hij stond er bij en hij keek ernaar. Er is haast geen plek meer waar mensen nog de kans krijgen om hun kritisch denken te ontwikkelen en aan te scherpen. Ook het onderwijs en het vormingswerk blijken daarin vandaag schromelijk tekort te komen. Hoe kunnen we aan deze geruisloze teloorgang van het kritisch denken een halt toeroepen? Zijn er nog mogelijkheden om het een nieuwe impuls te geven?

terug naar home

 

bulletPopulisme en verkiezingen, in  Mensen Onderweg, maart 2003,  blz. 2-3.

Politiek is een van de belangrijkste steunpilaren van een democratische samenleving. Zonder politiek zou onze samenleving weinig of geen samenhang vertonen. In zijn oorspronkelijke betekenis is politiek immers de basis om onze samenleving zo goed mogelijk te ordenen in het voordeel van allen. Reeds in het Oude Griekenland ging men ervan uit dat alle burgers betrokken moeten worden in de politieke opbouw van de stadsstaat. Alleen zo zou men voor iedereen het ‘goede’ leven kunnen realiseren. Politieke leiders moesten dan ook gedegen mensen zijn met een sterke bekommernis voor het ‘goede’ leven. Niet zozeer hun populariteit, maar hun kennis van de problemen en hun bekwaamheid oplossingen aan te bieden stonden centraal bij hun aanduiding. Maar het loopt natuurlijk niet altijd zo mooi en correct. Politici zijn niet altijd zuiver op de graat. Ze komen wel eens onder de verleiding van de macht. Ze zijn dan geneigd meer aandacht te besteden aan populariteit dan aan politieke verantwoordelijkheid. Hoe meer kiezers ze kunnen lokken, hoe groter hun macht. Dat is wellicht de reden waarom de partijen tijdens de verkiezingsstrijd hun programma’s zo populair mogelijk trach-ten te maken om de kiezers te kunnen behagen. Maar gaat dit tenslotte niet ten koste van de echte politieke verantwoordelijkheid? Blijft men in het streven naar populariteit nog trouw aan de oorspronkelijke zin van politiek als een zoeken naar de ‘goede’ samenleving?

 

bulletOver ik-cultuur en 'good feelings', in  Vrouw (Markant), februari 2003,  blz. 28-29.

Sinds de jaren zeventig ontstond er in onze samenleving een sterke ik-cultuur. Die ik-cultuur heeft een belangrijke rol gespeeld in de bevrijding van het individu uit de knellende banden van het traditionele milieu (vooral familie, kerk en zuil). Wellicht voor het eerst in de geschiedenis kreeg het individu het gevoel ‘iemand’ te zijn. De mens slaagde erin steeds meer zijn eigen identiteit te ‘maken’ door te leren kiezen uit een veelheid van mogelijkheden. Hij kon opkomen voor zichzelf en het eigen leven in handen nemen. Zo leerde hij zelf zijn eigen leven plannen: gezin, opleiding, werk, kinderen, relaties, vrije tijd, seks, allerlei vormen van lichaamsgerichte consumptie, enz. Alles stond in functie van de eigen ontwikkeling en het eigen succes. Tot daar op het eerste gezicht alleen maar goed nieuws. Maar tegelijk kwam de hele wereld in de greep te liggen van een commerciële massacultuur waarin een snelle wisseling van trends, stijlen en producten centraal staat. Die massacultuur bracht de mens naar een nieuwe vorm van afhankelijkheid, ditmaal in een consumptief patroon dat door de industrie wordt uitgedokterd en geregeld. Een cultuur van 'good feelings'.

 

bulletGlobale opwarming van de aarde, in  Mensen Onderweg,  Infokatern, januari- februari, 2003,  8blz. .

Sinds enige tijd blijken de weersomstandigheden over de hele wereld extremer te worden. Steeds meer wetenschappers brengen dat in verband met de toenemende opwarming van de aarde. De opwarming van de aarde blijkt geen toevallig verschijnsel te zijn, maar het is een structureel gegeven geworden met sterke neveneffecten voor ons klimaat. Onderzoeken wijzen uit dat deze opwarming een drastische verandering in het klimaat zal teweegbrengen in de loop van deze eeuw. Het Noorden zal natter en warmer worden, het Zuiden droger en heter. Al moeten we niet onmiddellijk in doemdenken vervallen, toch zullen we hoogst waarschijnlijk af te rekenen krijgen met grote overstromingen, stormen, droogtes, bosbranden, lawines, tornado’s, landverschuivingen. Is dit alleen maar pure verbeelding of wordt het klimaat werkelijk slechter en extremer? De meeste klimatologen blijven weliswaar voorzichtig, maar beweren toch dat zulke extreme weersomstandigheden frequenter zullen worden en dat het weertype over de hele aarde in de komende honderd jaar sterk zal veranderen. Wat zijn de eigenlijke oorzaken? Hoe nefast zijn de gevolgen? Wat kunnen we er nog aan doen? We maken eerst een algemene probleemstelling en gaan daarna wat dieper in op de gevolgen. Vervolgens analyseren we de huidige politieke besluitvorming vanaf het Brundtlandrapport tot het Protocol van Kyoto. Tot slot vragen we ons af wat ons in de nabije toekomst te doen staat om de gevolgen van het broeikaseffect nog   enigszins te kunnen beperken

terug naar home