SPELREGELS VOLKSSPELEN - VOLKSSPORTEN
	Ringwerpen Vanop een afstand, klein of groot, mik je de vijf ringetjes naar het ringwerpbord. Met de ringetjes die blijven hangen scoor je.
	Schuifbiljart Schuifbiljartl kan men één tegen één of in ploegverband spelen. Elke speler of ploeg krijgt vijf schijven. Men probeert zijn schijven zo ver mogelijk te schuiven. Punten krijgt men volgens het vak waar de schuiven in terecht komen.De schijven die in de goot belanden, of er door de tegenspeler worden ingeduwd, tellen niet meer mee.
	Sjoelbak 30 schijven worden na elkaar weggeschoven. Het is de bedoeling de schijven in de vakken achter de poortjes te laten glijden
	Rekken trekker Elke speler schiet met de rekker zo vlug mogelijk zijn schijven door het poortje naar de andere helft van de bak. Wie als eerste al zijn schijven op de speelhelft van zijn tegenstander krijgt, wint.
	Krulbol Man tegen man of in twee ploegen, worden de afgeschuinde bollen zo kort mogelijk bij het paaltje gebold. Elke bol die dichter bij de staak ligt dan die van de tegenpartij levert een punt op. Men speelt naar een vooraf bepaald puntenaantal (normaal is dit naar 9 punten) Baanlengte = 7 à 8.5 meter Baanbreedte = 2.2 à 4.2 meter
Voor inlichtigen bel 052 22 50 88