Selecteer het antwoord dat je het meest correct lijkt en/of vul in.
Dwarsgestreepte spieren kan je macroscopische herkennen aan de afwisselende kleur.
De wand van de ureters bestaat onder andere uit willekeurig spierweefsel.
In de blaas boven de mucosa bevinden zich verschillende lagen glad spierweefsel.
Spiercellen behoren histologisch tot het steunweefsel.
Het myocard, middelste en dikste laag bestaat uit onwillekeurig dwarsgestreept spierweefsel.
Venen bevatten geen spierweefsel.
De media van de grote lichaamsslagader bestaat uit glad elastisch spierweefsel.
De trachea is een holle buis die bestaat uit kraakbeenringen en niet uit glad spierweefsel.
De spieren die zich bij gewrichten bevinden versterken de verbinding.
De bronchiolen bestaan enkel uit glad spierweefsel.
Meestal geeft men I.M. in de musculus quadriceps femoris.
De achillespees is een pees van de musculus gastrocnemius.
De patella zit in de aanhechtingspees van de musculus quadriceps brachii
De musculus quadriceps femoris hecht aan op het distaal deel van de tibia.
De musculus gastrocnemius zit aan de achterzijde van het dijbeen.
Hoe groot de kracht van een spier is wordt bepaald door het aantal spiervezels die tegelijk actief zijn.
Het diafragma is de belangrijkste ademhalingsspier.
Een fascie bestaat uit steunweefsel.