De prins van X3
Oorspronkelijk verschenen in Kort Manifest, vlak na de verloving van prins Filip met Mathilde


Dit artikel is geschreven op 15 november, de dag van de dynastie. In een normaal jaar leidt die dag slechts tot een kortstondige opstoot van de monarchistische ziekte, ongeveer zoals een lichte koortsaanval. Men is niet echt ziek, men voelt zich alleen een beetje misselijk, maar de volgende dag is het alweer voorbij. Dit jaar raast die ziekte echter over het land als een epidemie van zinsverbijstering. Het is het intellectuele equivalent van de pest in de Middeleeuwen. Er bestaat geen enkele medicijn tegen. Alleen wordt dit keer niet het lichaam aangetast, maar het denkvermogen. Een dure en nutteloze prins, die in zijn 39-jarige bestaan nooit enige belangstelling voor vrouwen heeft laten blijken, heeft zich verloofd met een adellijke jonkvrouw, die zelfs al enige woorden in gebroken Nederlands kan stamelen, en dat is genoeg om een vlaag van verstandsverbijstering te veroorzaken. Tienduizenden mensen - zelfs Vlamingen die voor die prinselijke komedie moeten betalen- lopen te hoop om de verloofden te begroeten en hen te overstelpen met bloemen en geschenken. De kroonprins doet zijn plicht met zichtbare tegenzin. Zijn jubelende onderdanen lijken hem al even weinig te interesseren als zijn toekomstige bruid. Maar het volk juicht, het volk is laaiend enthousiast. Verstand op nul, emoties op oneindig, portemonnaie wijd open. De toelage van de prins moet immers verdubbeld worden tot meer dan dertig miljoen frank per jaar, en daarbovenop krijgt hij nog een huwelijksgeschenk van afgerond tien miljoen. Het verlovingsfeest werd eventjes verstoord door de onthulling dat koning Albert een buitenechtelijke dochter had verwekt in een overspelige relatie met een gehuwde Britse vrouw, maar dat werd niet echt als een schandaal beschouwd. De pers was vrijwel unaniem: dit zou het imago van de dynastie niet schaden, de vorst was hierdoor menselijker geworden, hij was dichter bij zijn onderdanen komen te staan. Ja, die koning is toch wel een bliksemse kerel! Overspel en het verwekken van een bastaardkind werden nog net niet als heldendaden voorgesteld. Ook de twijfels over het vaderschap van Laurent hebben niet tot enige ontnuchtering geleid. Heeft Paola nu eigenlijk overspel gepleegd met een Italiaanse wijnhandelaar, met een Spaanse edelman of misschien met allebei? Alleen met een DNA-test zou die prangende vraag afdoende beantwoord kunnen worden. Maar in het archaïsche pre-wetenschappelijke denken waaruit de basisbeginselen van de erfelijke dynastie voortkomen is natuurlijk geen plaats voor moderne technologische verwezenlijkingen als DNA-onderzoek.


Tegen die collectieve verdwazing kan slechts één kruid genezing brengen: de waarheid over de vunzige en ronduit misdadige seksuele escapades van de Saksen-Coburgers. En de onthulling van die waarheid komt wel uit een zeer onverwachte hoek. De Vlaamse beweging en zelfs het republikeinse Vlaams Blok laten het wat dat betreft volledig afweten. Zij durven niet tegen de stroom van de collectieve waanzin ingaan. De angst voor de vox populi zit er heel diep in. Maar drie linkse journalisten - Annemie Bulté, Douglas De Coninck en Marie-Jeanne Van Heeswyck - hebben de koninklijke kat de bel aangebonden met de publicatie van hun boek De X-dossiers, met de veelbetekenende ondertitel Wat België niet mocht weten over de zaak-Dutroux. Dit boek gaat natuurlijk niet over de monarchie. De titel verraadt dat al. Maar één van de essentiële onthullingen ervan heeft wel rechtstreeks betrekking op het vorstenhuis: de auteurs tonen namelijk met bikkelharde bewijzen aan dat de onderzoeken naar de X-dossiers werden stilgelegd omdat enkele getuigen een lid van de koninklijke familie hadden aangewezen als cliënt van een pedofilienetwerk. Deze “koninklijke piste” is slechts één aspect van het boek, zij het dan politiek gezien het meest geruchtmakende. Het grootste deel van De X-dossiers gaat over andere zaken: de achtergronden van Dutroux, het relatienetwerk van Nihoul, de bekentenissen van Lelièvre, de manipulaties in de cel-Neufchâteau, verklaringen van slachtoffers van Dutroux die het hebben overleefd... Dit boek ontleend zijn overtuigingskracht aan het gebruik van talrijke primaire bronnen. Zoals dat in de journalistiek en in de wetenschap eigenlijk hoort, grijpt men zoveel mogelijk terug naar de oorspronkelijke bronnen. Hier lezen we voor het eerst wat de X-getuigen, Lelièvre of Laetitia Delhez letterlijk hebben gezegd, inclusief hun aarzelingen, hun herhalingen, hun “euhs”. Dit keer geen gemanipuleerde samenvattingen, geen tweedehandsmateriaal, maar de basisteksten zelf. De intelligente lezer kan dan met eigen ogen vaststellen hoe onvolledig, misleidend en soms ronduit bedrieglijk die teksten in de pers werden weergegeven. Ik kan best begrijpen dat niemand de verklaringen van X1 en haar lotgenoten gelooft zoals zij in De Standaard, Knack of Het Volk werden weergegeven. Daaruit kon men alleen maar afleiden dat die getuigen voortdurend logen, fantaseerden en zichzelf tegenspraken. Maar wie hun oorspronkelijke, ongecensureerde verklaringen leest, krijgt een heel ander beeld. Een beeld dat ronduit vernietigend is voor de Belgische beau monde.


Uit de tientallen voorbeelden van manipulatie halen we er slechts één enkel aan. De Standaard, Het Nieuwsblad en La Dernière Heure hadden veel ophef gemaakt over een flagrante “leugen” van X1. Zij had verklaard dat zij een bepaald meisje -de naderhand vermoorde Kristien Van Hees- had gekend in het milieu van sexfuiven en jeugdprostitutie waarin Nihoul de spilfiguur was. Moeder Van Hees stelde X1 een strikvraag over een reis naar Canada die Kristien gemaakt zou hebben. Volgens die drie kranten ging X1 daar gretig op in door allerlei details te herhalen die Kristien haar over die reis verteld zou hebben. In werkelijkheid is Kristien nooit in Canada geweest, dus besluiten de kranten triomfantelijk dat X1 liegt. Honderdduizenden lezers hebben op basis van dat Canada-verhaal ongetwijfeld dezelfde logische conclusie getrokken, en X1 afgeschreven als een onbetrouwbare bron. Lees nu het ongecensureerde tekstfragment van het gesprek tussen Regina Louf en de moeder van Kristien Van Hees, en trek zelf uw conclusies.


De moeder van Kristien vraagt: “En ondertussen maakt zij een grote reis. Zij gaat naar Canada. Heeft zij daar ooit over gesproken?”

Regina Louf antwoordt: “Ik denk niet dat wij daar ooit de kans toe gehad hebben, over die dingen te praten.”

De samenvattingen die De Standaard, Het Nieuwsblad en La Dernière Heure van dat korte fragmentje geven zijn dus niet eenzijdig of partijdig, maar ronduit vervalst. Men legt X1 precies het tegendeel in de mond van wat zij werkelijk heeft gezegd. In de minimale hypothese hebben alleen de betrokken parketten opzettelijk foutieve informatie verspreid, en zijn de kranten alleen schuldig door nalatigheid, omdat zij dat klakkeloos en zonder controle hebben overgenomen, hetgeen flagrant in strijd is met de journalistieke deontologie. In de maximale hypothese hebben de krantenredacties wetens en willens meegewerkt aan die vervalsingen. Deze maximale hypothese wint aan kracht als men de gedrevenheid en het fanatisme ziet waarmee die redacties enerzijds de X-getuigen verketteren en anderzijds Nihoul door dik en dun verdedigen. De verbetenheid waarmee zij tegen de X-en schreven grensde aan pure haat. Dat die mensen slachtoffers waren was plots voor niemand nog een overweging. Bij Knack en Het Volk was het trouwens nog erger.


Voor de publieke opinie is slechts één van de vele X-getuigen in de collectieve herinnering bewaard gebleven: Regina Louf, alias X1. De andere getuigen zijn na een korte periode van ruchtbaarheid volkomen vergeten. Ten onrechte, want hun verklaringen waren soms nog explosiever en nog duidelijker dan die van Regina Louf zelf. Zo is er bijvoorbeeld X4, die verklaarde hoe zij als kind door haar moeder werd verhuurd voor het maken van sadomasochistische filmpjes met kinderen. Zij maakt melding van extreme pijnigingen, verkrachtingen en moorden op baby’s. Bij de perverten die tegen betaling aan die gruwelijke sessies deelnemen noemt zij de politici O. en E. als vaste klanten. Men zou dit kunnen wegwuiven als de ziekelijke fantasie van een getraumatiseerde en onevenwichtige vrouw. Maar dezelfde O. en E. worden onafhankelijk van elkaar ook door X1 en X3 aangeduid als kindermoordenaars. Als we aannemen dat er honderd politici in België zijn - dat is een zeer voorzichtige schatting, alleen al in de Kamer van Volksvertegenwoordigers zitten er veel meer!- dan is de kans dat drie getuigen puur toevallig hetzelfde tweetal raden kleiner dan één op vierentwintig miljoen. Daarnaast wijst X4 een hotel in Knokke aan als plaats van de misdaden. Hetzelfde hotel wordt ook door X1 genoemd. De lezer kan zelf in een telefoongids van de stad Knokke nagaan hoeveel hotels daar staan, en hoe klein de kans op een toevalstreffer dus is. Dezelfde getuige X4 vermeldt ook de deelname van een prins aan die moord- en verkrachtingsscènes (blz. 327). Dezelfde prins wordt ook genoemd door nog een andere getuige, namelijk Natalie W. Eén van de minder bekende mannen die X4 als dader aanwijst -geen politicus dit keer- blijkt inderdaad twee keer veroordeeld te zijn wegens zedenfeiten met kinderen. Een andere betrokkene blijkt een hooggeplaatst overheidsfunctionaris te zijn. De speurders spitsen hun oren als zij zijn naam horen: hij komt ook voor in het dossier-Pinon, dat de voorbode was van het onderzoek naar de Roze Balletten, maar X4 kan dat natuurlijk niet weten: zijn naam is nooit in de pers verschenen. Alleen insiders waren daarvan op de hoogte. Over X4 verscheen slechts één anekdote in de pers, namelijk dat zij ook... de paus had vernoemd als cliënt van zo’n netwerk. Daarmee had zij in de ogen van de publieke opinie natuurlijk alle geloofwaardigheid verloren. In werkelijkheid was die anekdote over de paus slechts een staaltje van de morbide humor waarmee X4 soms de speurders verbaasde. Haar verklaringen over politici en de prins gingen nooit in procedure, en ze werden zorgvuldig geheim gehouden. Maar haar grap over de paus werd in een uitvoerig pv vastgelegd, en men zorgde ervoor dat het uitlekte naar de pers. Daarmee was X4 uitgeschakeld.


X3 was moeilijker het zwijgen op te leggen. Zij maakte geen grappen die tegen haar gebruikt konden worden. X3 behoorde tot de kennissenkring van Marie-Noëlle Bouzet, de moeder van het verdwenen meisje Elizabeth Brichet. Haar verklaringen waren sereen en van een hoog intellectueel niveau. Ze genoot veel aanzien in de kringen die zich bezighouden met hulpverlening aan de slachtoffers van seksueel geweld, en haar strijd tegen de kinderprostitutie werd ook door het Franstalige kinderrechtencommissariaat gesteund. X3 was een verstandige en nuchtere oudere dame, die als kind door haar ouders was uitgeleend voor avondjes in chique villa’s, waar zij seksueel misbruikt en gefolterd werd. Het schokt de lezer misschien, maar de meeste kinderen die in zulke netwerken terechtkomen worden niet ontvoerd door louche individuen als Dutroux en consorten. Zij worden gewoon door hun ouders verhuurd. X3 noemt als cliënten en daders niet alleen een voormalig minister van de SP, een bekende Brusselse bouwpromotor, een vooraanstaand PSC-politicus en de voormalige toppoliticus E. die ook in het relaas van X1 een centrale rol speelt. Verder zijn er kennissen van haar ouders en... iemand van het Hof (blz. 322). Daarmee tekent zij zonder het te weten het doodvonnis van het onderzoek naar de X-en. Van dan af wordt alles in het werk gesteld om de zaak in de doofpot te stoppen. Eén van de ongeschreven maar onwrikbare wetten in het gesloten wereldje van de Belgische justitie zegt namelijk dat ieder gerechtelijk onderzoek onmiddellijk wordt stopgezet als daarin op één of andere manier een lid van het Hof ter sprake komt. Gezien de chronologie moet de bedoelde prins ofwel prins Karel zijn geweest ofwel de toenmalige kroonprins Albert. Ja, een overspelige relatie en een buitenechtelijke dochter zijn misschien nog de onschuldigste escapades van onze beminde vorst. Wachtmeester Winkel, die de voorbereidende gesprekken met X3 heeft gevoerd, voelt een constitutioneel drama in de lucht hangen. De feiten die X3 beschrijft zijn gesitueerd in de periode tussen 1950 en 1962, dus ze kunnen niets met Dutroux te maken hebben, maar ze komen wel terecht in hetzelfde dossier 109/96 dat bij het parket van Neufchâteau berust. Naar alle waarschijnlijkheid gaat het inderdaad om hetzelfde geheime circuit waarin verschillende generaties vooraanstaande Belgen zich al minstens sinds 1950 overgeven aan partnerruil, sadomasochisme en pedofilie. De continuïteit van dit soort georganiseerde misdaad zou ons niet mogen verbazen. De maffia is nog veel ouder. In China bestaan er geheime criminele genootschappen die al eeuwenlang functioneren. De mensen veranderen, maar de structuren blijven dezelfde. Dutroux kan natuurlijk nooit kinderen ontvoerd hebben voor een prins in de jaren ‘50. Maar ze behoorden wel tot dezelfde schimmige organisatie, Dutroux als werknemer en leverancier, de prins als betalende cliënt. Het is chronologisch gezien wel mogelijk dat Dutroux en/of Nihoul nog meisjes hebben geleverd voor de wufte escapades van Albert II, maar de dossiers die daarover opheldering zouden kunnen brengen zullen waarschijnlijk nooit in de openbaarheid komen. Wachtmeester Winkel herinnert zich maar al te goed de volkswoede en de emotionele scènes na de afzetting van Connerotte, en hij ziet voor zijn geestesoog al de krantenkoppen: “Hof betrokken bij de zaak-Dutroux”. Men besluit tot een vertragingsmaneuver: men houdt X3 aan het lijntje. Ze wordt met alle égards behandeld, maar de ploeg die haar ondervraagt krijgt opdracht haar zoveel mogelijk te laten vertellen en zo weinig mogelijk te noteren. Hoewel X3 in november 1996 herhaaldelijk uitvoerige en gedetailleerde verklaringen aflegt, duurt het tot 10 december vooraleer er ook maar één pv wordt opgemaakt. De notabelen die zij met naam en toenaam heeft genoemd worden daar niet in vermeld. Connerotte is geliquideerd, de nevendossiers worden één na één gesloten, en het onderzoek naar de X-en wordt geleidelijk maar systematisch naar een dood spoor geleid. De “restauratie” - de term is van Marc Verwilghen- is begonnen. Het Belgische establishment sluit de rangen. De pers wordt tot de orde geroepen, en ze krijgt strikte instructies: Nihoul moet geleidelijk witgewassen worden, de X-getuigen moeten afgeschilderd worden als ongeloofwaardige fantasten, over pedofilienetwerken met hooggeplaatsten en over de bescherming van Dutroux mag alleen nog in negationistische zin geschreven worden. De meeste redacties schikken zich naar die richtlijnen, net zoals zij zich geschikt hebben naar de richtlijnen over het diskrediteren van het Vlaams Blok of het minimaliseren van migrantencriminaliteit. De eerder vermelde vervalste verslagen over de X-en zijn voorbeelden van die medeplichtigheid van de media. Het duurt nog eens zes maanden voor X3 officieel verhoord wordt. Het proces-verbaal eindigt met een veelbetekenend zinnetje: “Identiek verhoor als 151.829, maar nu citeert zij geen personen die verbonden zijn aan het Hof.” (blz. 323, verhoor X3, BOB Brussel, 26 mei 1997, pv 151.688). Langlois probeert X3 tot rede te brengen: zij moet begrijpen dat de misdadigers die zij aanklaagt niet meer vervolgd kunnen worden: zelfs moorden zijn in België na maximaal twintig jaar verjaard. Een idiote wet die in vele andere westerse rechtsstaten trouwens niet bestaat. Bovendien wijst Langlois haar erop dat een aantal van de beschuldigden een door de grondwet gegarandeerde immuniteit voor rechtszaken geniet. Let wel, Langlois zegt niet dat haar beschuldigingen aan het adres van het Hof onjuist zijn. Alleen dit: de betrokkenen genieten een gegarandeerde immuniteit. Misschien dacht U dat zulke immuniteiten de dragers ervan beschermden tegen verkeersboetes, juridische moeilijkheden in verband met hun bankrekeningen in Zwitserland, of à la limite tegen processen wegens overspel. Maar die immuniteiten blijven met een onwrikbare juridische logica ook gelden om pedofielen, kindermoordenaars en sadistische verkrachters te beschermen. Vrouwe Justitia is blind en wreed en zelfs een lange lijst van vermoorde kinderen kan haar niet vermurwen. Als zij daar zin in hebben mogen de onschendbaren zelfs folteren, kinderen verkrachten en baby’s vermoorden. Men vraagt zich trouwens af wie die andere onschendbaren zijn. Want het gaat duidelijk niet alleen om die ene prins. Wie geniet er nog van zulke juridisch vastgelegde straffeloosheid? Ministers? Diplomaten? Magistraten? Wie heeft er in België nog zo’n license to kill? Een license to rape?
De stompzinnigheid, de blindheid en de boosaardigheid van het Belgische gerecht blijken ook uit de coördinatievergaderingen die eens per maand de betrokken magistraten uit de verschillende gerechtelijke arrondissementen bijeen moeten brengen. Op de derde vergadering werd daar in alle ernst gepalaverd over de vraag of men de X-getuigen wel foto’s van politici of leden van de koninklijke familie had mogen voorleggen. Was dat geen schending van de privacy van die personen? Had men foto’s van onschendbare ministers of parlementsleden mogen gebruiken zonder dat het Hof van Cassatie geraadpleegd was? Het doet er nu niet toe of dit een onhandige poging tot protectie was, of een voorbeeld van contraproductieve juridische haarkloverij. Het is in alle geval tekenend voor de schizofrenie van de Belgische justitie. Maar dat zou geen enkele Vlaams-nationalist nog mogen verbazen. Niet na de repressieprocessen. Niet na de executies van Irma Laplasse, Borms en Vindevogel. Toch blijven vele oprechte verstandige Vlaams-nationalisten nog in alle ernst geloven in dat Belgische gerecht. In een discussie over de X-getuigen argumenteren zij met een aandoenlijk vertrouwen dat er niets van waar kan zijn want... het Belgische gerecht heeft immers niets gevonden? De woordvoerders van drie Belgische parketten hebben dat immers met de hand op het hart verklaard? Na zulke argumenten vraagt men zich af of de Vlaamse beweging ooit iets heeft geleerd uit de geschiedenis van repressie.


Intussen is de commissie-Dutroux bezig met het onderzoek naar de beschermingspiste. Marc Verwilghen heeft vernomen dat er ernstige problemen zijn in de onderzoekscel Neufchâteau, en hij stuurt er zijn raadsheer Etienne Marique op af, met de opdracht enkele speurders te verhoren. Wachtmeester Decker, de rechterhand van de intussen beruchte commandant Duterme, komt als één van de eersten aan de beurt. Decker en Duterme behoren tot de kliek van de “herlezers” die de opdracht hebben de X-getuigen uit te schakelen. Daarbij krijgen ze uitdrukkelijk politieke steun van de PS-er Claude Eerdekens. Decker raakt in paniek als hij merkt hoeveel Marique weet. Hij kent de grote lijnen van de X-getuigenissen, hij weet welke speurders met welke dossiers bezig zijn, en hij kent de spanningen binnen de onderzoekscel Neufchâteau. Enerzijds zijn daar Duterme en Langlois, die de notabelen, de politici, Nihoul en de Saksen-Coburgers willen sparen. Anderzijds zijn daar Bourlet en adjudant De Baets met zijn team. Zij willen tot op het bot gaan. Wachtmeester Decker schrijft daarover een vertrouwelijke nota aan zijn oversten. Ook Duterme ondertekent die nota. De kern ervan is de passage: “Wat de verklaring van X3 betreft, die de koninklijke familie in opspraak brengt, moet men weten dat deze verklaring tot op heden niet in de procedure zit (beslissing van mijnheer Langlois). Ik heb van de gelegenheid gebruik gemaakt om tegenover raadsheer Marique te preciseren dat geen enkele speurder van de antenne-Neufchâteau onderzoek verrichtte tegen personen die onschendbaarheid, immuniteit of een privilegie van jurisdictie. In dezelfde gedachtenorde heb ik gepreciseerd dat geen enkele magistraat ook maar de minste onderzoeksopdracht heeft uitgeschreven betreffende deze personen.” (blz. 325, nota van Jean-Luc Decker aan majoor Guissard, geviseerd door commandant Duterme, 23 september 1997, nr. 250/Ant.)
Een speurder die anoniem wenst te blijven bevestigt dat het onderzoek stilgelegd moest worden om de explosie van een constitutionele bom te vermijden: “Liever dan dat risico te lopen, is halfweg 1997 beslist dat de onderzoeken kapot moesten, goedschiks of kwaadschiks. Je moet je trachten te verplaatsen in de leefwereld van de magistraten. Voor hen is een pv in de eerste plaats een juridisch stuk, een klein heiligdom. Als zoiets van X3 op pv staat, dan is dat iets dat hun loopbaan kan kraken. De geringste positieve evolutie in de X-dossiers, verhoogde het risico dat de verklaringen van X3 de pers zouden halen. Ook al staan de diverse getuigenissen los van elkaar. In zo’n situatie moet alles wijken voor de raison d’état.” (325-326)


De Vlaamse publieke opinie heeft voetstoots koningen en koninginnen aanvaard die nauwelijks Nederlands spreken. De Vlamingen aanvaarden dat ze jaarlijks honderden miljoenen moeten ophoesten voor de koninklijke familie, die ook zonder die dotaties al stinkend rijk is. Zij aanvaarden dat de koning en de koningin overspel plegen en buitenechtelijke kinderen hebben. Zij zijn zo weinig trots, zo weinig zelfbewust dat zij die wufte vorsten zelfs toejuichen. Zij aanvaarden dat de Saksen-Coburgers op kritieke momenten hun volle politieke gewicht in de schaal gooien om Vlaanderen te benadelen. Maar aanvaarden zij ook dat men pedofielen, kinderhandelaars, moordenaars en sadistische verkrachters vrijuit laat gaan om de reputatie van de Saksen-Coburgers te redden? Aanvaarden zij een koninklijke familie die zo pervers en gedegenereerd is dat zij zich met dat soort ziekelijke amusement inlaat? Aanvaarden zij dat koningen en prinsen boven alle menselijke en morele wetten verheven zijn? Dat zij een license to kill hebben? Een license to rape?





Dit artikel komt van een persoonlijke webstek
een persoonlijke webstek


terug