Waarom bewaren? Heeft het zin om wijn te bewaren? En om oogstjaren uit het hoofd te leren? Niet echt; slechts een paar wijnen gaan er
op vooruit door ze wat tijd te gunnen. De meeste worden door ze te bewaren wel ouder, maar daarom nog niet beter of lekkerder. Ongeveer 9 op de 10 wijnen komen drinkrijp op de markt en zijn bestemd
om binnen één à twee jaar gedronken te worden. Voor de meeste wijnen gelden bewaartijden van één tot maximum drie jaar. Deze wijnen moeten dan ook niet "liggend" maar kunnen "staand" bewaard worden. Er bestaat
in deze tijdspanne zeker geen risico tot uitdroging van de kurk-stop en het kontaktvlak van de wijn met het omgevend medium is hierdoor het kleinst.
Dat de meeste mensen hun wijnen toch liggend bewaren heeft dus niet altijd met de noodzaak ervan te maken maar wel, met dat beetje "snobisme" dat een-ieder van ons bezit. Tenslotte worden of werden
"extreem goede" en oude wijnen toch altijd liggend bewaard en gerijpt nietwaar.....!!!
Indien de wijnen binnen het jaar verbruikt worden mogen deze in of bij huiskamer-temperatuur bewaard worden. Als de verwachte bewaartijd langer is kunnen de wijnen best op een koelere plaats (± 8 - 12° C)
opgeslagen worden. Ideaal is, een zo constant mogelijke temperatuur, die gelijk of lager is dan 10° C. Bij deze temperatuur komen b.v. ook de azijnzuur-bacteriën niet voor. Door het bewaren bij
een lage temperatuur vertaagd het verouderingsproces van de wijn (zoals trouwens met alles). De meeste witte of rosé-wijnen kunnen best in de koelkast bewaard worden.
Echte bewaarwijnen (zie onderstaande lijst) worden normaal "liggend" of schuin-liggend en bij een relatief stabiele en
koele temperatuur bewaard. Hierdoor wordt de kurk-stop vochtig gehouden en droogd minder uit. Kontroleer of er
een duidelijk merkteken op de fles is aangebracht. Dit merkteken (meestal verfklick) moet steeds naar dezelde kant
gekeerd blijven (bovenkant). Hierdoor verzameld het neerslaande residu zich steeds op dezelfde plaats in de fles. Bij
het overhevelen van een oude bewaarwijn in een karaf om te "decanteren" moet hiermee rekening gehouden worden.
Denk er echter aan dat bijna alle wijnen, dus ook de meeste bewaarwijnen, een tijdstip hebben dat ze moeten verbruikt worden. Het verder opslaan heeft dan alleen een daling van de kwaliteit en smaal tot gevolg.
Moderne afdichtstoppen (zelfs kurken stoppen) worden
tegenwoordig "behandeld". zodat gevaar voor uitdroging zo goed als uitgesloten is gedurende de normale en maximale opslagtijd . Men kan dus tegenwoordig bijna alle normale "bewaarwijnen" staande
bewaren. Indien de wijn niet lang bewaard wordt, bewaar de flessen dan altijd "staande". Hierdoor is het eventueel contactvlak van de wijn met de lucht het kleinst (oxidatie).
Meer en meer worden de wijnflessen tegenwoordig afgeloten met stoppen uit kunststof en is het verouderen en uitdrogen van de natuurkurk dan hopelijk voor altijd van de baan. Ook van het
probleem van de zogenaamde "kurksmaak" is men verlost. Deze kurksmaak wordt veroorzaakt door contaminatie van de kurk met trichlooranisol. Het vernieuwen van uitgedroogde afdichtstoppen
van wijnflessen wordt door de kunsstofstop ook zo goed als overbodig De wijnflessen kunnen, bij gebruik van afdichtingen uit kunststof, altijd "staande" bewaard worden en dit ook voor
zeer langdurige opslag. Een ander voordeel hiervan is, dat men dan geen markeringen (bv. verfstip) meer hoeft aan te
brengen op de flessen. De droesem zet zich dan immers altijd af in de bodem van de fles. De juiste bewaarpositie is
dan ook niet meer zo belangrijk Het "liggend" bewaren heeft echter het voordeel dat de fles niet kan "omvallen" en
breken. Dat zou zeer spijtig zijn na al die moeite en tijd die men erin gestoken heeft.....!!! Men moet dan natuurlijk wel een markering aanbrengen bij langdurige opslag..
Voor meer diepgaande informatie m.b.t. de voor en nadelen van natuurkurk en kunststof-stoppen zie hoofdstuk "Kurk". Voor een directe overgang initialiseer de onderlijnde titel..
Oogstjaren Door de enorme technische vooruitgang in wijnbouw en vinificatie (wijnbereiding) zijn oogstjaren een stuk minder
belangrijk geworden dan vroeger. Er valt tegenwoordig zo veel aan een wijn te corrigeren, dat dramatisch slechte
jaren voltooid verleden tijd zijn. Onderlinge verschillen tussen jaren zijn
daarmee niet verdwenen, maar je hoeft je er als consument geen al te grote zorgen over te maken. Moet je het belang van oogstjaren niet overschatten, je moet het ook weer niet onderschatten. Het is
bijvoorbeeld een misvatting om te denken dat de klimaatomstandigheden in Nieuwe Wereldlanden ieder jaar identiek zouden zijn, met altijd zon en nooit vorst of neerslag op verkeerde momenten. Ze krijgen daar
gemiddeld wel meer zon dan in grote delen van Europa, maar net zo goed hebben ze er te maken met (te) koele lentes of (te) grote droogte.
Wat de omstandigheden ook geweest zijn en wat oogstjarentabellen ook mogen suggereren, het is uiteindelijk altijd de individuele producent die tekent voor de klasse of het gebrek aan klasse van een wijn. Goede
producenten herken je aan wat ze in 'mindere' jaren laten zien.
Inwerking van zuurstof Wat gebeurt er nu eigenlijk bij het bewaren van een wijn? Een sleutelrol bij het verouderen van wijn speelt de
inwerking van zuurstof. Als je een wijn maar lang genoeg aan zuurstof blootstelt, leidt dat tot de afbraak ervan.
Daarom wordt de wijn "gezwaveld" tijdens en /of na het gistproces en tijdens de rijping op vaten. Wil je een eenmaal
gerede, gebottelde wijn bewaren, dan moet je de invloed van die zuurstof tot een minimum beperken. Doe je dat niet,
dan zal de wijn snel oxideren. De bedoeling is juist dat die oxidatie heel langzaam verloopt. Aangezien de kurk in de
hals van een horizontaal gelagerde fles door het contact met de wijn nat blijft en dus niet indroogt, verloopt de
inwerking van de zuurstof slechts langzaam en heel geleidelijk. Hoe groter het formaat van de fles, des te geringer het
effect van de zuurstof op de wijn. Wijn op grote formaten rijpt daarom langzamer en beter dan wijn in standaardflessen. Wijnen met een hoger alcoholgehalte en/of zoete wijnen zijn minder onderhevig aan
bacteriologische veroudering en hebben minder kans aantasting "op fles".
Een fles wijn die eenmaal ontkurkt is en waar een deel van is uitgeschonken loopt in kwaliteit terug door diezelfde
inwerking van de zuurstof. Hoe snel dat gebeurt hangt af van de kracht van de wijn. Sluit een aangebroken fles in
ieder geval af om dit proces enigszins te vertragen en bewaar witte en rosé in de koelkast. Twee halve flessen (van
dezelfde wijnsoort) samengieten tot één volle om het kontaktoppervlak met de lucht zo klein mogelijk te houden.
Indien mogelijk, de aangestoken flessen op wat onderdruk (vacuum) aanzuigen. Hiervoor zijn er in de meeste winkels handige afdicht-pompjes verkrijgbaar.
Rode wijn Een bewaarwijn is niet per definitie maar wel meestal een rode wijn.
Van rode wijn is bekend dat bij het ouderen de fenolen een belangrijke rol spelen. Deze fenolen zijn de looistoffen
(tannines) en de kleurstoffen. Ze gaan na verloop van tijd met de zuurstofverbindingen aan die als bezinksel worden
afgezet. Dit verklaart waarom oude(re) rode wijnen minder tannineus zijn dan jonge en waarom ze minder rood-blauwe
kleurstoffen hebben. Tegelijkertijd gaan de duizenden (!) elementen die bijdragen aan de geur en de smaak van de
wijn zowel onderlinge reacties aan als reacties met de fenolen. Hierdoor ontstaan steeds complexere samenstellingen,
zo complex dat de term 'bouquet' voor het aroma van een gerijpte wijn inderdaad op z'n plaats is. Rode wijn wordt ook meestal harder gezwaveld dan zijn witte soortgenoten.
Witte wijn Hoe zit het met wit? In het algemeen geldt dat witte wijnen gevoeliger zijn voor zuurstof dan rode, en daarmee ook
voor verkleuring. Ze bezitten namelijk veel minder fenolen dan rode.
|
De gangbare opvatting is dat ze daardoor minder goed zouden rijpen dan die rode. Toch is dat geen afdoende
verklaring. Zie bijvoorbeeld hoe bepaalde Rieslings zich tientallen jaren lang op fles kunnen ontwikkelen. Veel en veel
langer dan, pak weg, een rode wijn als Beaujolais Villages. En dat terwijl die Rieslings én weinig fenolen én weinig
conserverend werkende alcohol hebben. Waar ze wel over beschikken zijn zuren. Daarvan wordt aangenomen dat ze conserverend werken. Vooral witte wijnen die geen malolactische gisting (= omzetting van de appelzuren in
melkzuren) hebben ondergaan, zoals de al genoemde Duitse Rieslings, rijpen uitstekend. Wijnen die wel een 'malo'
ondergaan, zoals nogal wat Chardonnays uit de Nieuwe Wereld, verliezen daardoor een deel van de voor rijping zo
cruciale appelzuren. De ervaring leert verder dat edelzoete wijnen die gemaakt zijn van laat geoogste of van door
botrytis (edele rotting) aangetaste druiven in de regel uitstekend ouderen. Evenals zuren werken ook restsuikers
conserverend. Wellicht is er nog een bijkomende factor met een gunstig effect op de rijping: een hoog extract van
mineralen in de wijn. Rosé-wijnen tenslotte rijpen zelden goed, omdat ze noch de fenolen van een rode wijn noch de zuren van een witte hebben.
Sherry:
Sherry is een van de wijnsoorten die altijd staande bewaard moet worden. Op die manier is het kontaktvlak van de wijn met de lucht in de fles het kleinst. Sherry mag zelfs niet lang rijpen op fles. Hij is al voldoende gerijpt in de solera
en eenmaal op fles is deze klaar om gedronken te woorden. Hier geldt dus "hoe sneller hoe beter". Deze wijn verbeterd dus niet met de tijd.....!!!
Na enkele maanden krijgt de Fino een meer gouden kleur. Dit heeft geen inwerking op zijn aroma en smaak. Over het
algemeen gezien moet Fino echter jong gedronken worden. De normale maximum bewaartijd voor Sherry is ± 1½ jaar. Koop dus Uw Sherry altijd in winkels met grote omzet....!!!
Madera of wijn van Madeira:
Het procédé van langzame verwarming en afkoeling, plus de toevoeging van alcohol,
maakt de Madeira-wijn zeer goed bewaarbaar. Een "Reserva" is al vijf tot twintig jaar oud en een "Vintage" moet twintig jaar op vat hebben gelegen en daarna nog twee jaar op fles.
En dan nog zijn ze in hun jonge jaren. Door het oxidatieve verouderingsproces kunnen zelfs geopende flessen madeira wijn zeer lang en zonder kwaliteitsverlies bewaard blijven. Eenmaal op fles ontwikkelt de Madeira zich niet meer maar "verouderd" ook bijna niet !
Een probleem is, dat het botteljaar niet op de Madeirafles vermeld staat. Nog verwarrender wordt het wanneer overgegaan wordt tot gedeeltelijke botteling en men , zonder enige
vermelding op het etiket, in feite éénzelfde vintage Madeira met verschillende veroudering op vat en dus karakteristieken op de markt aanbiedt. Men kan echter zonder probleem
stellen, dat de Klasse-Madeira's voor honderden jaren opgeslagen kunnen worden. Madeira-wijnen zijn dus onvergelijkbaar met de andere zg. "bewaarwijnen".! Iemand die wil
investeren in zijn jonge jaren voor een feestje bij het "op pensioen" gaan moet zeker niet twijfelen......!!!
Een nadeel is de lange decanteertijd die de oudere Madeira's vergen. Deze kan, door het zeer fijne depot, oplopen tot 3 weken bij een te onzachte behandeling van de wijnfles. Gelukkig speelt dit voor deze wijnsoort geen rol. Zelfs een
reeds geopende fles blijft nog minstens één tot twee jaar volledig bruikbaar !!!.
Positie en Markering:
Meestal worden de flessen geleverd in houten kistjes. Indien de flessen daarin
horizontaal (plat) liggen kan men de kisten opslaan zoals ze zijn. Let erop dat de witte stip die op de flessen werden aangebracht naar boven zijn gericht. Deze stip is om de
fles steeds in dezelfde positie te kunnen herplaatsen na behandeling. Hierdoor slaat het residu altijd neer op deze dezelfde zijde.
Ook bij het later decanteren zal deze stip aan de bovenkant worden gehouden tijdens het overschenken van de fles in een karaf. Indien het niet noodzakelijk is de wijn te
decanteren wordt deze best in schuine stand in een serveermandje geplaatst. Ook hier weer met de stip naar boven.Indien Uw andere flessen geen verfklick (of
onduidelijk) markeer deze dan zelf. Dit geldt natuurlijk enkel alleen bij "langdurige bewaring en rijping" en voor wijnflessen die afgesloten zijn met een stop uit
natuurkurk. Ikzelf gebruik deze verfklick-markering als één van de manieren, om oude klasse wijnen die geschikt zijn voor langdurige bewaring van de "minder gepaste" wijnen (maar meestal even dure) te onderscheiden.
Indien een goede wijn langdurig werdt opgeslagen op fles alvorens in de handel te komen moet deze markering (of
een andere) zijn aangebracht. Al de rest is " larrie en apekool ". Koop dus zeker geen ongemerkte zogenaamde "Oude bewaarwijnen" die zogezegd "op fles" gerijpt hebben....!!!!.
Bovenstaande geldt natuurlijk niet voor wijnflessen die afgesloten werden met stoppen uit kunststof. Deze kan men
bewaren in eender welke positie. Hier is het echter aangeraden deze flessen "staande" te bewaren. Het "vrije" oppervlak van de wijn in de flessenhals is hierdoor minimaal. In geval van een staande bewaarwijze is een
positie-markering dan ook niet meer noodzakelijk. Dit geldt trouwens voor alle wijnen die men niet "langdurig" wil bewaren.
Hoelang bewaren? Als een wijn langer dan een paar jaar houdbaar moet zijn, heeft deze een bepaald gehalte aan tannine nodig. Deze
natuurlijke bewaarmiddelen kunnen afkomstig zijn van de druivenschillen, de pitten en de stelen ervan. Heeft de wijn
te weinig tannine dan "verslapt" hij te vroeg maar bij een teveel smaakt de wijn "hard en bijtend" en zal nooit
aangenaam zijn om te drinken. De meeste wijnbouwers (en andere drankenproducenten) gebruiken de eerdere bittere
tannine uit de stelen echter niet en verwijderen deze dan ook grondig. De producenten van goede (en duurdere)
wijnen geven tegenwoordig de voorkeur aan de fijnere tannine die het eikenhout aan de wijn afgeeft tijdens de rijping
ervan op de houten vaten. Tegenwoordig rijpt de wijn echter meestal in roestvaststalen reservoirs die voorzien zijn
van een speciale ontgassings- en omvloei-installatie. Deze tanks zijn dan "geladen" met verse of halfgedroogde eiken houtschilfers die afkomstig zijn van de zomereik.
Welke flessen zijn nu concreet de moeite van het bewaren waard? Hieronder een beperkte lijst met een aantal wijnen die zonder problemen een jaar of tien (of soms veel langer) bewaard kunnen worden:
Vintage Port. Porto levert met het type Vintage - wijn met een oogstjaar - een klassieke bewaarwijn . die slechts wordt
overtroffen door de klasse-Madeira's. Grote Vintages blijven vele decennia lang onwaarschijnlijk vitaal. Tegelijk is dit
een van de weinige uitzonderingen op de regel dat versterkte wijnen onmiddellijk drinkbaar zijn.. Ook de andere gewone port-soorten (Ruby en Tawny) kunnen, door hun relatief hoog suiker- en alcohol-gehalte, een
langere bewaartijd aan. Men mag echter aannemen dat de normale-maximum bewaartijden van de gewone port's (ongeopende fles) rond de 7 jaar bedraagd. Ook niet slecht dus ! Ik heb echter reeds zogenaamd "vergeten "
Tawny's" van meer dan 10 jaar oud gedronken en deze met veel genot verorberd....!!!!! Ik denk echter wel, dat het best is, zich hier aan de 7-jaar regel te houden..
Wil men Port echter zeer lang bewaren is alleen de "Vintage" aanbevolen.. Ook de LBV (Late Bottled Vintage) en de zeldzame Carrafeiro zijn zeer goede bewaarwijnen.
Vintage Madeira, dé klassieke bewaarwijn bij uitstek. Klasse-Madeira's blijven honderden jaren lang ongeschonden
"op dronk". Eenmaal op fles ontwikkelt de Madeira zich echter niet meer maar "verouderd" ook bijna niet ! De bij mijn
weten, oudste op Madeira bewaarde wijn, dateert van 1772. Deze bleek, na een recentelijke analyse uitgevoerd bij de
laatste vervanging van de kurk, nog in perfecte staat te zijn. Te koop, voor een goede 3000 Euro, is dit een wijn die in
1863 werd gebotteld, een jaar waarin de Amerikaanse Burgeroorlog nog in volle gang was…!. Deze wijn had dus reeds 91 jaar op vat achter de rug alvorens op fles te worden getrokken.....!!!!!
Bordeaux. Goede nummer 2, zij het uitsluitend op het hoogste niveau, d.w.z. dat van crus classés. Ook Sauternes, een van 's werelds klassieke botrytiswijnen rijpt voortreffelijk.
Bourgogne. Hoofdzakelijk omdat bepaalde vinificatietechnieken het moeilijk maken de rode wijnen op basis van pinot
noir al in hun prille jeugd te appreciëren. Een narijping gedurende enkele jaren doet hier woinderen. Toch zijn die in de
regel niet gemaakt met het oog op al te lange rijping (± 4 - 6 jaar). Voor de meeste witte, gemaakt van chardonnay, geldt dat nog meer.
Rhône. Vooral de grote rode wijnen uit het noorden, gemaakt van de syrah-druif, in appellations als Côte-Rôtie, Hermitage en Cornas.
Sud-Ouest. De rode Madiran, gemaakt van tannat, en de zoete versie van Jurançon (petit manseng).
Midden-Loire. Vouvray en Coteaux du Layon, gemaakt van chenin en met botrytis.
Piemonte. Nebbiolo-wijnen als Barolo en Barbaresco.
Chianti. Let wel op: alleen op riserva-niveau of dat van Super Tuscans, pure sangiovese-wijnen of assemblages met cabernet sauvignon.
Brunello di Montalcino. Evenals Chianti een sangiovese-wijn uit Toscane.
Spanje & Portugal. Beperkt aantal rode tafelwijnen. In Portugal o.a. Bairrada van de baga-druif. In Spanje
tempranillo-wijnen zoals Rioja en Ribera del Duero in (gŲan) reserva-uitvoering. Terecht legendarisch om z'n lange houdbaarheid is de Vega Sicilia.
Nieuwe Wereld. De grote Cabernets uit Californië. Uit Australië de grote Cabernets en top-Shiraz. Eveneens uit Australië botrytiswijnen van sémillon.
Duitsland. Grote Rieslings, en dan vooral de edelzoete botrytiswijnen van het kaliber Auslese, Beerenauslese, Trockenbeerenauslese en Eiswein.
Oostenrijk. Edelzoete botrytiswijnen uit het Burgenland.
Hongarije. Edelzoete Tokaj met botrytis. Kan zeker honderd jaar of langer bewaard worden.
Champagne. Meestal niet langdurig bewaarbaar. De rijping vindt plaats tijdens het productieproces. Uitzondering op
deze regel vormen de Vintages, met name wanneer die gebotteld zijn op groot formaat. Deze kunnen dan wel enige jaren (normaal 5 tot 7 jaar) opgeslagen worden.
|