Ys(s)che Van, Van
IJs(s)che
Verdwenen familienaam uit de plaatsnaam
(Over- en Neder-) IJse (dit uit de Keltische riviernaam).
of oudere variant van:
Esse Van den, Van der Es(se(n)), Van Es(s)che, Van Hessche(n), Van Heessche, Van den Esch, Van Denesse, (van) Es(ch), Van Nes(se), Van Nesche, Von Es(s)chen, Veres(se), Veress, Verhess(ch)en, Van Esse(n), Van Hes(sen), Wanesse, Vanèse, Von(n)êche, Von(n)èche, Von(n)eche
Familienaam uit de verspreide plaatsnaam Es, Ten Es: boom of essenbos. Of uit de plaatsnaam Essen (Antwerpen) of Esch (Noord-Brabant, Gelderland). Deze plaatsnamen komen dan weer uit Es, Ten
Es.
De oudste gegevens en de aktes met
dank aan
Christine Savat
en Michael Roekaerts. Meer info op hun
website.
XVI - XVII - XVII - XIX - XXI - Van IJssche
Hendrick (S + N), ° ca. 1440, x met ...
Uit dit huwelijk:
Van IJssche Hendrik, XV - XVI - XVII - XVIII - XX,
Van IJssche Kathryn,
Van IJssche Marie, ° ca. 1470.
XV - XVI - XVII - XVIII - XX - Van IJssche
Hendrik (S + N), fs Hendrick, ° ca. 1465, x met
Digne Van Moortele, +, x
2 met ..., x 3 met ...
Wer1875 fo 112:
- 12 okt 1501: Hendrik Van IJsche voor hem en voor Kathryn ende
Marie Van Yssche na de dood van wijlen Hendrik hun vader ontvangt
die drij delen van seven dachmael bempt in den Spiedonck (Jan
Vaneijcken)
- 19 dec 1519: Jan Van IJsche zone wijlen Hendrik voor hem en voor
Hendrik, Peeter ende Marie Van IJsche half broeders ende suster
- 28 aug 1559: Jan Van Yssche voor hem en voor zijn broeders en
zusters heeft ontvangen na de dood van Jan Van Yssche zijn vader de
helft van zeven dagmael int Spiedonck die wederhellicht toebehorende
Hendrik Van IJssche
- 20 jan 1566 st br: Jan Van Haecht x Josijne Van IJsche na de dood
van Jan Van IJsche haar vader die vier dm van 7 dm bempt – die drij
dm toebehorende Peeter Van IJsche
- 20 mrt 1593: na de dood van voors Jan Van Haecht heeft Willem Vos
als m+m van voors Josijne Van IJsche hulde gedaen.
Wer1875 fo 115:
- 30 jun 1506: Joncker Jan Van Cortenborch natuurlijke zoon van heer
Ywein Van Cortenbergh meijer van Loven heeft gederft tvierendeel van
seven dm bempt gelegen in Spiedonck geheten den Hulst daeraf
Hendrik, Peeter, ende Cathlijne Van IJsche die andere drije
gedeelten houdende zijn aan Digne Van Moortele x Hendrik Van IJsche
- 28 aug 1559: Jan Van IJsche heeft ontvangen voor hem en zijn
broeders ende susters het voors vierendeel
- 20 jan 1566: Peeter Van IJsche zone wijlen Hendrik heeft ontvangen
na dood van Jan Van IJssche sijn halfbroer de drij dm van seven dm
waervan de vier dm toebehorende Josijne Van IJsche
- 25 aug 1567: Hendrik Van IJsche zone wijlen Jans heeft ontvangen
in naem van Anna Van IJsche bij doode Peeter Van IJsche haers vaders
die voers drij dm
- 26 jun 1606: Hendrik Bosmans x Pauwelijn Vandeneijnde mede voor
Jan Vandergracht oudt 24 jr heeft ontvangen na de dood van Anna Van
IJsche drij dm beempt uit seven dm en verkoopt door aan Jasper Van
Hertsrode zone Thielmans woonende bij Eindhoven.
- 1 jul 1606: Pauwels Vandenberghe zone wijlen Liebrechts en van
Maria Van IJsche gelijk hem tselve is verstorven van zijne
moederlijcke zijde ende aengedeylt ... heeft te lene ontvangen na de
doot van Anna Van IJssche drij dm van seven dm beempt in den
Spiedonck tussen Kathelyne Van Haecht dochter Josijne Van IJssche
ende Cornelis Gooten ende derfgen Hendrik Dries ende Jan Van
Aerschot, sterfvrouw Liesbeth Vandenberge
- 3 jan 1626: Georgius Vandenberghe zone wijlen Pauwels heeft na de
dood van zijn vader nieuwen eedt gedaen – Liebrecht Vandenberghe
zijn broeder als sterfman.
Uit dit huwelijk:
1. Van IJssche Jan, XIV - XV - XVI -
XVII - XIX -, ° ca. 1490,
2. Van IJssche Hendrick, ° ca. 1508,
Van IJssche Maria, ° ca. 1510,
3. Van IJssche Peeter, ° ca. 1510, x met
Lijsbet Verbeeck, fs Adolph,
zij x 2 met Peeter Vandeneijnde, fs Joannes,
Hieronder (met
dank aan Paul Peeters) een akte met
vermelding van Elisabetha Verbeeck, weduwe van Petrus Van Essche (IJssche)
en vrouw van Petrus Vanden Eynde. In de akte vernemen we dat
Petrus Vanden Eynde de zoon was van Joannes, een nieuw gegeven.
Het gezin woonde in Werchter.
Bron :
S.A.L., Inventaris Cuvelier,
register nr. 7468, fol. 72v., akte dd. 20 september 1574.
Item Peeter
Vand(en) Eynde sone wijlen Jans, man en(de) mo(m)boir van Elizabeth
Verbeeck wed(uw)e Peet(er)s wijlen Van Essche, woonen(de) onder
Werchtere, in p(rese)ntia, etc(etera), heeft bekindt en(de) geleden,
kyndt en(de) lijdt midts desen bij Willem V(er)meren, woonen(de)
insgelijcx onder Werchte(re), die den naebescreven erfpacht tot zijn(en)
last genomen heeft te betalen, soo hij v(er)claerde gelost, gequeten
en(de) affgeleet te zijn(e) midts zeke(re) so(mm)e van penn(ingen)
de qua sat(is) alzulcken halster rogs erfpachts, vallen(de)
jaerlijcx xa. april(is) als Peeter Collijns en(de) zijn huysvr(ouw)e
opden xen. april a(nn)o xvc. liii personel(ijck) bekindt hebben
gehadt sculd(ich) te zijn(e) Henricken Van Ijssche, scelden(de)
alzoe den voirs(creven) Willem(en) V(er)meren, zijn(e) goeden en(de)
allen ande(re)n des(er) quitan(tie) behoeren(de) vand(en) voirs(creven)
erfpacht volcomel(ijck) quyte, promitten(tes) nullaten(us) obligan(do)
et submitten(do), cor(am) Buck, Goerts, septe(m)br(is) xxa.
XIV - XV - XVI -
XVII - XIX - Van Yssche Jan (S + N), ° ca. 1490,
x 1 met Kathlijn Spoelbergh,
fa Willem, x 2 met Vandeneijnde Katlijn, fa
Mathijs.
- 13 jan 1499: Kathlijn Vandeneijnde dochter wijlen Mathijs heeft te
leen ontfangen die hellicht van drij stucken lants hier
naerbeschreven die gelegen zijn int geheele onder Werchter, daer af
dat dweder gedeelte houden die kinderen wijlen Willems Van Hamme
hiervoer breeder verhaelt, ende ierst de hellicht van een half
bonder land opten Hertborne, idem een stuck int Werchterbroeck en
noch int Werchterbroeck.
- 17 feb 1512: Kathelijn Vandeneijnde derft die hellicht van een
half bonder opten Hertborne aan Aert Van Aerschot zone wijlen Jans
- 11 jun 1523: Kathlijn Vandeneijnde dochter wijlen Mathijs met m+m
Jan Van Essche derfde een dm terwelant aan Aert Van Aerschot zone
wijlen Jans, item noch een dachmael oijck terwelant
- 3 okt 1542: Jan Van Aerschot na de dood van voors wijlen Aert Van
Aerschot zijn vader heeft voor hem en voor zijn broederen en
susteren te leene ontfangen.
Wer1874 fo 413:
- 7 sep 1489: Machtelt Van Gestelle wijlen Jansdochter heeft
ontvangen na de dood van haar vader drij dm bempt int Spiedonck
- 19 jun 1531: Jan Vandenberghe zone wijlen Geert, als man en
momboir van Lijsbeth Baten zijn huijsvrouwe, dochter wijlen Hendrick,
heeft na de dood van Machtelt Van Gestelle ontvangen
- 5 apr 1535: Jan Vandenberghe zone wijlen Geerts ende Lijsbeth
Baten zijn huijsvr dochter wijlen Hendricx hebben gederft drij dm in
de Spiedonck aan Jan Van IJssche zone wijlen Henricq woonende tot
Cruijsse onder die heerlijckheijt van Keerbergen in de prochie van
Werchter tot behoef van Jan, Henrick, Kathrijne ende Lijsbetten Van
IJssche zijne kinderen vercregen met Katlijn Spoelbergh
- 20 jan 1566 st br: Peeter Vanden Eijnde x Lijsbeth Van Yssche
heeft ontvangen bij doode Jan Van Yssche heur vader drij dm.
Uit dit huwelijk:
Van IJssche Jan, XVI (S),
Van IJssche Cathelijn, XIII - XIV
- XV (S5529
+ S5841 +
S9641), ° ca. 1520,
Van IJssche Lijsbeth, XIII - XIV - XV -
XVI - XVIII, ° ca. 1520,
Van IJssche Petrus,
Van IJssche Hendrik, XIV,
° ca. 1540.
XVI - Van IJssche Jan (S),
° ca. 1520, x met Barbara Paeps,
+.
Uit dit huwelijk:
Van Essche Aert, XV,
Van Essche Josijne, x 1 met
Jan Van Haecht
(hier verdere gegevens en aktes), x
2 met Willem De Vos fs Arnoldus, deze x 2 met Josijne
Dries.
WRT1875 fo 606 :
...
- 26 jun 1606: Hendrik Bosmans x Pauwelijn Vandeneijnde mede voor
Jan Vandergracht oudt 24 jr heeft ontvangen na de dood van Anna Van
IJsche drij dm beempt uit seven dm en verkoopt door aan Jasper Van
Hertsrode zone Thielmans woonende bij Eindoven.
- 1 jul 1606: Pauwels Vandenberghe zone wijlen Liebrechts en van
Maria Van IJsche gelijk hem tselve is verstorven van zijne
moederlijcke zijde heeft te lene ontvangen na de doot van Anna Van
IJssche drij dm van seven dm beempt in den Spiedonck tussen
Kathelyne Van Haecht dochter Josijne Van IJssche ter eenre ende
Cornelis Gooten ter andere sijde ende derfgen Hendrik Dries ende Jan
Van Aerschot, stellende als sterfman Librecht Vandenberge ...
851 fo 13:
Niewen eedt door Aert Van IJsche
- 24 sep 1588: Op den voors dag ende bij doode als voor van Aert Van
IJssche den ouden den eedt heeft heer ende mr Antoon Van Heetvelde
den eedt gedaen als voorganger van Aerdt Van IJssche sone den jongen
van die resterende twee andere seste deelen van acht boenderen
beempt gelegen als voors
- 16 mei 1597: Mr Anthonis Van Heetvelde zone wijlen Bartholomeus
verkoopt die twee sesde deelen van acht bunderen bemps int
Schoubroeck geheeten Delsten aen Henrick De Witte sone wijlen Caerls
in naem en tot behoef van Cathelijne Van Haecht dochter wijlen Jans
daer moeder af is Josijne Van Essche xx mr Willem De Vos
- 5 okt 1602: Kathelijne Van Haecht dochter wijlen Jans x Jan Maes
sone wijlen Nicolaes verkoopt aan de we Heetvelde...
Uit dit huwelijk:
1. Van Haecht Kathelijne.
Volgens de onderstaande akte werden Guilielmus
Vos en zijn vrouw Judoca (Jozijne) Van Essche gegoed in erfelijke
rente van 18 karolusguldens. Uit de akte vernemen we dat Guilielmus
de zoon is van Arnoldus.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7487., folio 218v., akte dd. 13 april 1595.
Item Eustaes Van(der) Beken zone wijlen Jans als
man en(de) momboir van jo(uffvrouwe) Geertruydt Peeters dochter
wijlen Henricx, daervore hij hem in desen es sterckmaecken(de)
en(de) gelooft de s(el)ven indyen te hebben, dat sij dese cessie ter
manisse sal approberen, in p(rese)ntia, heeft gecedeert,
getransporteert en(de) overgegeven, cedeert en(de) transporteert
en(de) geeft over mits desen Willem Vos zone wijlen Aerts en(de)
Jozijne Van Essche, zijn(e) huysvr(ouw)e, achthien carolusgul(dens)
erffelijcke rinte vuyt en(de) van xxxvi carolusg(uldens), vallen(de)
jaerl(ijcx) te halff meert, daervore p(er)sonelijck verbonden staet
Merten wijlen Van(der) Vorst zone wijlen Jans Vleeschouwer en nu
betaelt wordt bij m(eeste)r Merten Van(der) Vorst en(de) Willem
Hullegaerts, zijn(e) erffgen(aemen), met schepen(en) brieven van
Loven van(der) date xxvi. meert xvc. lxvi in 3a., daerdoere es
geannexeert aen(de) v(oir)s(chreve) Geertruydt Peeters mett(en)
verloopen martio xvc. xciiii, cederen(de) alsoe die v(oir)s(chreven)
Eustaes tot behoeff als boven d' erffbrieven daeraff sijnde in date
v(oir)s(chreven) met allen die gelueften, d(aer)inne begrepen, soe
vele aengaet die voirs(chreve) achthien rinsguld(ens) ten selven
rechte, en(de) es te weten(e) dat die v(oir)s(chreve) cessie ghedaen
wordt ter causen van een(e) rente van achthien rinsgul(dens) xv st(uyvers)
erffelijck, te quyten den penn(inck xvie., d(aer)inne jouff(vrouw)e
Margriete Mieleers met heure consoirten was verbonden aen
Andries(en) Keynooghe, doentertijt man ende momboir van jouffvr(ouw)e
Barbara Couthals met schepen(en) brieven der stadt van Mechelen in
date xxx. septembris a(n)no xvc. lxxviii, d(aer)aff dactie den
v(oir)s(chreven) Vos es competeren(de), blijcken(de) bijden
instrumente d(aer)aff sijn(de), gepasseert voer heer en(de) m(eeste)r
Niclaes Foxius als not(ari)s en(de) sekere getuyghen opden xiien.
augusti 1593, cederen(de) alsoe die v(oir)s(chreven) Vos tot behoeff
des voirs(chreven) Eustaes d' erffbrieven van(de) v(oir)s(chreve)
xviii rinsgul(dens) xv st(uyvers) met allen die gelueften, d(aer)inne
begrepen, overe ten selven rechte volgen(de) het contract, tusschen
die huysvr(ouw)e des v(oir)s(chreven) Eustaes en(de) der v(oir)s(chreve)
jouffvr(ouw)e Barbara dijen aengaen(de) gemaeckt, cor(am) Raveschot,
Glavimans, aprilis xiiia.
Met verwijzing naar de vorige email volgt een
schepenakte van dezelfde datum als en onmiddellijk volgende op de
vorige akte. In deze akte wordt Guilielmus Vos opnieuw vermeld. Het
gaat hier ongetwijfeld om dezelfde Guilielmus die ook in de
voorgaande akte werd vermeld.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7487, folio 218v., akte dd. 13 april 1595.
Item Willem Vos tot des naebeschreven staet te
moegen doen(e), behoirlijck en(de) onwederroepelijck geconstitueert
en(de) gemachticht sijn(de) bij jo(uffvrouwe) Marie Van(der) Vorst,
naergelaeten weduwe wijlen Gielis Van Wolffwinckele voer Cornelis
Vanden Bempde, openbaer not(ari)s, en(de) sekere getuygen den
iersten juny xvc. xciiii, al naerder blijcken(de) bijde selve
procuratie in date v(oir)s(chreve), alhier gezien en(de) gebleken,
vuyt crachte en(de) naer v(er)moegen v(oir)s(chreven), heeft die
v(oir)s(chreven) Willem inder qualiteyt v(oir)s(chreven) bekindt
ende bekindt mits desen aen haer constituante gelost en(de)
affgequeten te sijn(e) alsulcke hondert rinsgul(dens) erffel(ijck)
als joncker Engelbert Vander Vorst, broeder der constituan(te), met
jouffvr(ouw)e Anna De Waerseggere, zijn(e) huysvr(ouw)e, haer
constituante bekindt hebben voer schepen(en) van Loven(en) den
xiiiien. february a(n)no xvc. lxxxix in prima, en(de) der selver
geaccordeert, d(aer)vore te moegen maecken mainmise opde goeden der
selver bekinderen, eentsaementlijck int decreet der selver,
schelden(de) alsoe die v(oir)s(chreven) Willem Vos vuyt crachte
en(de) nae v(er)moeghen voirs(chreven) de v(oir)s(chreve)
verobligeerde persoon(en) ende geaffecteerde goeden van(de) voirs(chreve)
rente volcomelijck quyte en(de) consenteren(de) alsoe inde cassatie
van des(en), promitten(tes) nullatenus alloqui sed semper sat(is)
vuyt crachte v(oir)s(chreven) erga quoscumque prout en(de) dat bij
puere gifte vuyt susterlijcke lieffde en(de) affectie die zij te
hemwaerts is draegen(de) sonder dat sij oyt halder oft penn(ingen)
heeft ontfangen, zoe van verloopen als capitaele, cor(am) Raveschot,
Glavimans, aprilis xiiia.
XIII - XIV - XV
- Van Hove
Hendrick,
° ca. 1520,
x met Van IJssche Cathelijn.
Een heleboel aktes i.v.m. dit gezin vind je in het parenteel
van
Van Hove
Hendrick.
Uit dit huwelijk:
Van Hove Jacobus, XIII,
Van Hove Peter,
Van Hove Joannes, XII -
XIII - XIV (S2764 + S2920 + S4494 + S9966),
Van Hove Cathlijn, begijn in
Mechelen,
Van Hove Aert.
XIII - XIV - XV - XVI - XVIII
- Vandeneijnde alias Raeps Peeter,
fs
Jan, ° ca. 1520, x met Lijsbeth Van IJssche,
fa Jan en Katlijn Spoelbergh.
Aktes i.v.m. dit gezin vind je in het parenteel van
Vandeneijnde alias Raeps Peeter.
Uit dit huwelijk:
Vandeneijnde Jan,
Vandeneijnde alias Raeps Anna, XII - XIV - XV
(N7845 + S14357 +
S25141),° ca. 1550,
Vandeneijnde Cathlijn, ° ca. 1553, x met Jan Vliegh,
Uit dit huwelijk:
Vliegs Anna, x met
Jacob Van Roost,
Vandeneijnde Pauwelijn, XIII
- XV - XVII (N4493 + S4747 +
N5003 + N7069 +
S25068 + S77789).
XIV - Van Essche Hendrick
(S), ° ca. 1550, x met
Anna Poortmans.
Akte met dank aan Christine Savat
Hendrik
Gobbeleijns alias Wouters met proc van Aerden Moens zone wijlen
Jacop dmafw Cathelijn Van Hove en Adriaen Bries alias Vandenberge &
Job Michiels als momboirs van Willeken Peeters zone wijlen Daneels
dmafw Anna Schrijnmakers voor een gelijk vierdedeel in de narbes
goederen wesen tsamen een hellicht
Item
Adriaen Briers x Catherijn Poortmans ende Hendrik Geens x Christina
Keijaerts als tochteresse voor een derde van dander hellicht
Peeter
Van Tongeren x Maeijcken Tymermans dochter wijlen Jans daer moeder
af was Cathelijn Poortmans ende Godevaert Diricx x Margriete
Timmermans suster maeijcken voor een ander derdendeel van voors
hellicht
Lijbrecht Van Essche wijlen Hendricksone
dmafw wijlen Anna Poortmans ende Hendrik Paeps alias Van
Eijcken de jonge x Cathlijn Van Essche zuster des vrs Lijbrechts
samen voor het derde deel van voors hellicht
In huis
en hof met land en toebehoorten gelegen ter Heijden in Werchter
verkopen tvoors huis aan Willem Dries x Elisabeth Van Bovenbeke.
In de volgende akte maakt men melding van Librecht en zijn overleden
zuster Catharina Van Essche. Deze laatste was gehuwd met Henricus
Paeps. Verder blijkt dat Librecht de zoon was van Henricus. -
Daarnaast wordt er in de akte melding gemaakt
van Arnoldus Huybrechts en zijn vrouw
Margaretha De Winter (Swinters). De akte bevestigt dat
Margaretha de dochter is van Joannes.
Bron : S.A.L.,
Inventaris
Cuvelier, register nr. 7890, folio 205r., akte dd. 30 december 1616
Transcriptie.
Item in tegenwordich(eyt), etc(etera), gestaen
Librecht Va(n) Essche
sone wijlen Hendrix ende Hendrick Paeps, weduwer
va(n) wijlen Kathlijn Va(n) Essche, sustere was
des v(oor)s(chreven) Librechts,
hebben bekent, soe zij bekennen mits desen, dat
Aert Huybrechts als man en(de) momboir va(n)
Margriet
De Wintere dochtere wijlen Jans aen hen
volcomentl(ijck)
gelost en(de) affgequeten heeft mits sekere
somme
van pennighen, tot hunnen contentement
ontfanghen
ses vertelen roch
tsiaers, jaerl(ijcx)
mette v(er)loopen van dijen, bekent bij wijlen
Jan De
Wintere voors(chreven) aen Hendrick Van Essche,
consenteren(de)
alsoo inde cassatie vande selve ses vertelen
roch, mede inde
constitutie
brieven van constitutien
en(de) allen anderen bescheden daeraff zijnde
en(de) namaels te bevinden, geloven(de)
die v(oir)s(chreve)
bekinderen den selven noch zijne
nacome-
linghen daervan niet meer teysschen oft te
molesteren in eeniger manieren, maer vorden
selven tegen eenen iegelijck goet garrant
te zijn, coram iisdem eodem.
Hierbij twee opeenvolgende akten van
scheiding en deling van dezelfde datum betreffende familie Van
Essche (Van Eyssche).
De eerste akte
betreft de scheiding en deling van de goederen van Petrus Van Essche.
Het betreft de broer van Henricus, die gehuwd was met Anna Poortmans
Tot slot nog, in de tweede akte is er
sprake van een queerne. Het gaat hier een handmolen.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7487, folio 48v., akte dd. 25 augustus 1594.
Eene scheydinghe en(de) deylinge, bij
lothinge gemaeckt tusschen Liebrecht Van Eyssche zone wijlen Henricx
ter ire., Cathlijn Van Eyssche, sustere des v(oir)s(chreven)
Liebrechts, met consente, wille, weten(e) en(de) overstaen(e)
Henrick Paeps alias Van Eycken, haers mans, [ter] tweedere, Pauwels
Van(den) Berghe zone wijlen Liebrechts, daer moeder aff was Marie
Van Eyssche, ter iiie., Margriete Van(den) Berghe, sustere des
v(oir)s(chreven) Pauwels, met consente, wille, weten(e) en(de)
overstaen(e) Jans Vrancx, haers mans, ter iiiie. zijden, alle
erffgen(aemen) van wijlen Peeters Van Eyssche, haerl(ieder) oom als
hij leeffde, en(de) dat van(de) goeden, renten, pachten en(de)
chijnsen, bijd(en) v(oir)s(chreven) hae(ren) oom achtergelaeten, te
deylen(e).
Sijn bleven en(de) gevallen den v(oir)s(chreven)
Liebrecht Van Eyssche de goeden naerbeschreven, ierst huys en(de)
hoff metten landen daeraen(e), geleghen tusschen zijn grachten onder
de parochie ... [n.v.], groot ontrent een boender, item tvierendeel
van twee bosschen, gelegen bijde Panthoeve, teghen Jacob Paeps
vercreghen, item noch xx st(uyvers) erffel(ijck), staende op huys
en(de) hoff met sijn(e) toebehoirten, toebehoiren(de) Aerden Nijs,
item xx st(uyvers) erffelijck vuyt een(e) meerdere rente van drij
rinsgul(dens) erffel(ijck), bij Willem en(de) Jan(nen) V(er)calste(re)
Peeteren Van Eyssche getransporteert voer schepen(en) van Loven(en)
opden viiien. february libro xvc. lxii in tertia, item tvierendeel
van drij plecken bossch, tsamen groot ontrint ses dachm(aelen), de
twee geheeten dErmkens en(de) den anderen den Maybosch, tsaemen
vercreghen teghen Jacop Paeps opden xxiiien. decembris libro xvc. xl
in 2da., ende tvierendeel van een plecxken bossch inde Hoffstaye
Bossch, hanc quoque et sat(is) prout, cor(am) Glavimans, Hougaerden,
augusti xxva., 1594.
Sijn bleven en(de) gevallen der v(oir)s(chreve)
Cathlijn(e) Van Eyssche met consente des v(oir)s(chreven) haers
mans, de goeden naebeschreven, ierst een stuck lants te Cruyce onder
Werchtere, geheeten Sofferaents Lant, groot ontrent vijff dachm(aelen),
item noch i ½ vierendeel rogx vuyt drij vierendeel rogx op huys
en(de) hoff Aerts Nijs, item een stuck lants, wesen(de) de hellicht
van drij dachm(aelen), d(aer)aff dander hellicht toebehoirt d'
erffgen(aemen) van wijlen Cathlijn(e) Van Bolloos, gelegen te Cruyce,
item een halff dachm(ael) bempts int Wijtbroeck, regen(oten) Jan
Boxtuyns ter eenre en(de) Jan Nijs ter iie. en(de) iiie. zijd(en),
item het vierendeel van twee bosschen, bijde Panthoeve gelegen,
teghen Jacob Paeps vercregen, item twee rinsgul(dens) erffel(ijck)
vuyt drije rinsgul(dens) erffel(ijck) op Willem en(de) Jan(nen)
V(er)calste(re), Peeteren Van Eyssche getransporteert, item
tvierendeel van drije plecken bossch, de twee, geheeten de Ermkens
en(de) den derden het Meybossch, vercreghen teghen Jacop Paeps opden
xxiiiien. decembris libro xvc. xl in 2da., hanc quoque et sat(is)
prout eisd(em).
Sijn bleven en(de) gevallen de v(oir)s(chreve)
Margriete Van(den) Berghe met consente en(de) overstaen(e) des voirs(creven)
Jans Vrancx, haers mans, de goeden naerbeschreven, ierst een stuck
bempts, gheheeten den Opstal, groot ontrent twee boenderen, geleghen
te Cruyce onder Werchter, item een stuck bossch, onder dNouwegoet
geleghen, regenooten Jan Nijs ter eenre, d' erffgenaem(en) Jans Van
Gele ter andere, den loop aldaer ter derdere zijden, item
tvierendeel van twee bosschen, bijde Panthoeve gheleghen, teghen
Jacob Paeps vercreghen, item tvierendeel van drij plecken bossch, de
twee geheeten Dronckers (!) en(de) den anderen den Meybossch,
tsaemen vercreghen teghen Jacob Paeps opden xxiiiien. decembris
libro xvc. lx in 2da., ende noch tvierendeel van een plecxken bossch
inde Hoffstay Bosschen, item op Jan(nen) De Hertoghe te Betekem, Jan
De Winter ende Michiel Ruysschen elck een rentken van vierthien
stuyvers i ort, hanc quoque et satis prout, cor(am) eisdem.
Sijn bleven ende gevallen den voirs(chreven)
Pauwels Vand(en) Berghe de goed(en) naerbeschreven, ierst een stuck
bempts, gheheeten den Hulst, groot ontrent drij dachm(aelen),
gheleghen te Cruyce, regenooten d' erffgenaem(en) Jans Van Eyssche
ter eenre, Cornelis Van(den) Eynde ter iire., item een boender
bempts, gheheeten den Basdonck, gheleghen te Cruyce, regen(oten) ...
[n.v.], item een dachm(ael) bempts int Wynkel Broecxken inden Hoeck,
item drij dachm(aelen) bempts te Cruyce, regen(oten) naer inhoudt
des brieffs Jan Raeps ter eenre, Willem Van(den) Velde ter andere
ende sheeren straete ter iiie. zijden, item het vierendeel van twee
bosschen bij de Panthoeve, vercregen teghen Jacob Paeps, item dit
deel sal jaerl(ijcx) heffen en(de) trecken opde andere drije deelen
op elck ts(iae)rs xvie. stuyvers, te quyten(e) den penn(inck) xvie.,
jaerl(ijcx) vallen(de) en(de) verschijnen(de) opde dach deser
scheydinghe en(de) deylinghe, item een(e) rente van twee rinsgul(dens)
erffel(ijck), bekindt bij Jan(nen) Van Houtvin alias Heyns te
Houtvin prout habetur va. july libro xvc. lxv in 2da., item
tvierendeel van drij bosschen, die twee geheeten dOrmkens (!) en(de)
den anderen den Meybossch, ende tvierendeel van een plecxken bossch,
geleghen inde Hoffstaye Bosschen, ende noch ix st(uyvers) erffel(ijck)
op Jans Van Hove kinderen, hanc quoque et sat(is) prout, cor(am)
eisd(em).
Item es conditie en(de) in desen tusschen
de v(oir)s(chreve) deylgenoten ondersproecken oft gebuerde dat
yemande van dese erffgen(aemen) eenich p(ar)cheel oft parceelen
affgenomen wordden en(de) nyet volgen en mochten bynnen drij jaeren
naestcomen(de), dat hebben de v(oir)s(chreven) partijen elck voer
sijn hooft gelooft gelijckelijck tsel(ven) ten goets mans estimatie
en(de) prijse goet te doen(e), cor(am) eisd(em).
Item zoe verre men naemaels bevindt
eenige goed(en), renten oft pachten buyten des(er) deylinghe
gebleven te zijn ende den voirs(chreven) deylgenooten competerende
ter oirsaecken van(den) voirs(chreven) sterffhuyse, dat sullen zij
deylgenooten gelijckel(ijck) paerten en(de) deylen naer landtrechte
daeronder tselve bevonden soude moeghen wordden, eisd(em).
Item aengaen(de) de schulden en(de)
wederschulden des v(oir)s(chreven) sterffhuys, die sullen de
v(oir)s(chreve) partijen gel(ijckel(ijck) en(de) staecxgewijse
betaelen ende trecken en(de) voer tvoldoen der betaelinghe der v(oi)rs(chreve)
schulden en sal nyemandt der v(oir)s(chreve) partijen in prejudiis
der v(oir)s(chreve) schulden en(de) t' achterheyden sijn deel oft
eenich paert van dijen moghen vercoopen, belasten, alieneren oft
transporteren voer ende alleer de schulden en sullen vollen betaelt
zijn, maer oft yemandt eenich deel oft stuck begeerde te vercoopen
om de schulden mede te betalen, dat sal oft sullen zij moegen doen,
behalfven dat de penn(ingen) van(den) vercoope eerst en(de) voeral
sullen moeten geemployeert en(de) gegeven worden in voldoeninghe der
v(oir)s(chreve) schulden, eisd(em).
Item oft gebuerde dat iemandt van dese
deylgenooten sijn paert en(de) deel van(de) schulden des v(oir)s(chreven)
sterffhuys nyet en begeerde oft en wilde betaelen en(de) daervoer
yemandt van(de) anderen d' een voer dandere gehacht gehouden oft
gedwonghen worden om de schulden des v(oir)s(chreven) sterffhuys te
betaelen en(de) de gebreckelijcke daeraff behoirlijck geadverteert
geweest zijn(de), sal indijen gevalle de gearrresteerde oft
gepraemde van dese partijen moghen van allen de gebreckel(ijcken)
van betaelinge, zoe vele gronden van erffven oft renten mogen op
hoogen ende met vuytgaen(e) der berren(der) keerssen v(er)coopen als
sij penn(ingen) van doen(e) sal hebben om het paert en(de) deel vand(er)
gebreken te betaelen, met oyck voer allen d' oncosten en(de) lasten
dijer zoud(en) moeghen oploopen oft gerijsen ende voert voldoen van
al des v(oir)s(chreven) es, soo hebben die v(oer)s(chreve) partijen
en(de) deylgenooten elck den anderen onwederroepel(ijck)
geconstitueert gehadt en(de) constitueren mits des(en) om de
v(oir)s(chreve) vercoopinghe ints noot zij te moegen sonder voirder
recht oft vonnisse doen, coram eisdem.
Item elck parceel oft stuck sal dragen
sijn(en) last, co(m)me(re) en(de) chijns, daermede tsel(ve) belast
sal bevonden worden en(de) tverloop van dijen betaelen, elck van
tsijn(e), eisd(em).
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7487, folio 51v., akte dd. 25 augustus 1594.
Een scheydinghe en(de) deylinge, bij
kuese gedaen en(de) geschiet sijn(de) tusschen Liebrecht Van Eyssche
zone wijlen Henricx ter eenre ende Cathlijne Van Eyssche, sustere
des v(oir)s(chreven) Liebrechts, met consente, wille, weten(e) ende
overstaen(e) Henricx Paeps al(ia)s Van Eycken, ter andere zijden,
en(de) dat van(de) goeden, renten, chijnsen en(de) pachten, op hen
gesuccedeert ende gedevolveert bij doode en(de) afflijvicheyt Henr(icx)
wijlen Van Eyssche en(de) Anna Poortma(n)s, vaeder en(de) moeder als
zij leeffden der voirs(chreve) deylgenooten, te deylen(e).
Sijn bleven en(de) gevallen den v(oir)s(chreven)
Liebrecht Van Eyssche in sijn(e) deylin(ge) de goed(en) naerbes(chreven),
ierst huys en(de) hoff, schueren en(de) stallen met allen zijn(en)
toebehoirten, gel(ijck) tsel(ve) gelegen es ter Cruyce onder den
laethove van Keerberghen, groot o(m)trent) metten boomgaede i ½
dachm(ael) ombegrepen der maeten, regen(oten) d' erffgen(aemen)
Peeters Van Eyssche ter eenre, des heeren straete inde twee andere
zijd(en), waranderen(de) op des heeren chijns en(de) recht van(den)
gronde.
Item twee boenderen lants, gelegen onder
den laethove van Keerberghen v(oir)s(chreven) tusschen de goeden van
... [n.v.], geheeten de Voshoeven.
Item noch een stuck lants, geheeten oyck
de Voshoeven, gelegen neffens de v(oir)s(chreve) twee boend(er),
regen(oten) Jan De Wijme ter ire. en(de) de v(oir)s(chreve) twee
boenderen ter andere zijden, vercregen eertijts teghen Jan(nen)
Spoelberchs, oyck onder Keerberghen gelegen.
Item noch een huys en(de) hoff met allen
zijn(en) andere toebehoirten, gelijck tselve geleghen es met noch
twee boenderen lants d(aer)aene, gelegen tusschen de v(oir)s(chreve)
twee andere voirgaen(de) stucken, regen(oten) Jan Van Gevele ter ire.
ende de v(oir)s(chreve) twee andere stucken ter iie. zijd(en).
Item noch ½ boender besloeten bempts,
geheeten den Ast, onder Werchtere aent Winterbroeck, regen(oten) de
Laecke ter ire., dWinterbroeck ter andere en(de) de Broeckstraete
ter iiie. zijden.
Item noch een(en) bempt, gelijck den
selven gelegen es ind(er) Basdoncke(n), groot ontrint drij dachm(aelen),
tusschen Cleynaerts goeden ter eenre, des heeren straete ter andere
en(de) Jan Huys ter iiie. zijd(en).
Item noch een stuck lants onder Grootloo
inde Bolloe straete, groot ontrent iii dachm(aelen), regen(oten) ...
[n.v.], hanc quoque et sat(is) prout, cor(am) Glavimans, Hougaerden,
augusti xxv., 1594.
Sijn bleven en(de)
gevallen der voirs(chreve) Cathlijn(e) Van Eyssche met consente
en(de) ten bijsijn(e) des v(oir)s(chreven) haers mans de goeden
naerbeschreven, ierst huys en(de) hoff, schueren en(de) stallen
en(de) allen zijn(en) anderen zijn(en) toebehoirten, gelijck tselve
gelegen es onder Keerberghen, groot ontrint ½ boender, gelijck
tselve gelegen is tusschen Henrick
Paeps
Van Eyssche ter ire., eertijts Jan De Wijnme en(de) des heeren
straet ter andere zijd(en) ende de heyde aldaer ter iiie. zijd(en).
Item een huys en(de) hoff metten lande
daeraen gelegen, ts(am)en groot ontrint een boender, gel(ijck)
tselve gelegen es onder Werchter te Cruyce tusschen de goeden wijlen
Jans Van Eyssche ter ire. en(de) d' erffgen(aemen) wijlen Jans Van
Houthem ter andere zijd(en).
Item noch een stuck lants, geleghen tot
Cruyce onder Werchter aende Basdonckstraete, groot ontrent vijff
dachm(aelen), regen(oten) de voirs(chreve) Basdonckstraete ter ire.
en(de) tv(oir)s(chreven) huys ende hoff ter andere zijd(en).
Item noch de hellicht van ontrint iii
dachm(aelen) lants, geleghen te Cruyce, regen(oten) d' erffgen(aemen)
wijlen Jans Van Eycken, eertijts Cathlijn(e) Van Bolloe, ter ire.
en(de) de v(oir)s(chreve) twee andere voirgaende stucken ter iire.
en(de) iiie. zijd(en).
Item noch ontrent ½ boender besloten
bempts, geheeten den Ast, regen(oten) de Laecke ter ire., derfgen(aemen)
wijlen Cathlijn(e) Van Hoeve ter andere ende Aert Mathijs coempt int
voirs(chreven) goet met i derdendeel bempts, noch onverdeylt.
Item noch een stuck lants, gelegen onder
Keerbergen bijde Bolloestraete, groot ontrent iii dachm(aelen),
regen(oten) Jan Gorys al(ia)s Bruers ter ire., des heeren straete
ter andere, d' erffghen(aemen) Lynken Viskens ter iiie. zijden.
Item noch ½ dachm(ael) maybempts int
Wijtbroeck tusschen de goeden van d' erffgen(aemen) Jan Nijs ter ire.
en(de) iie. zijd(en) en(de) de Middellaecke ter ande(re) iiie.
zijden, hanc quoque et sat(is) prout, coram eisd(em).
Item es tusschen de voirs(chreve)
partijen geconditioneert en(de) ondersproecken dat zoe verre eenich
van hen beyden hiernaermaels eenich parceel oft p(ar)cheelen van
goeden met recht affgewonnen worden, dat zij tsel(ve) malcanderen
zelen te compenseren ten goets mans prijse, eisd(em).
Ende elck parcheel, in elcx deylinghe
gestelt, sal draegen elck sijn(en) heeren chijns en(de) recht
van(den) gronde met oyck alle de renten die op elck parcheel selen
bevonden worden vuyt te gaen(e), eisd(em).
Item es conditie en(de) ondersproecken
dat zij partijen allen den goeden en(de) renten, buyten des(er)
deylinge gebleven, naemaels gelijckelijcken selen paerten en(de)
deylen, eisdem.
Item aengaen(de) de verloopen chijnsen
ende heerlijcke rechten, tsij van chijns goeden oft leen en(d)e
andere, hoedanich die bevonden en(de) genoempt zelen moegen worden,
sullen zij partijen elck een den anderen deselve helpen betaelen
en(de) effen maecken totten dach van deser scheydinghe en(de)
deylinge toe incluz, eisdem.
Aengaen(de) de landen die oepen
gebroecken ende gelabuert en(de) bezaeyt zijn, nutertijt tselve
bezaeyt en(de) gewas, opde v(oir)s(chreve) landen staen(de), zullen
partijen gelijckel(ijck) gebruycken en(de) oyck het toecomende jaer,
dat sij opde v(oir)s(chreve) oepen gebroecken landen gelijckel(ijck)
zelen wynnen en(de) bezaeyen, oyck tselve toecomen(de) jaer
gelijckel(ijck) paerten en(de) deylen, eisd(em).
Elck deel sal hebben en(de) behouden
allen de meubelen die in elck huys bevonden sal worden en(de) oyck
dijer toebehoiren, alwaert datse buytens huys nutertijt waeren,
behalven de moelen oft queerne, die zelen zij gelijck paerten ende
gebruycken, eisdem.
Ende allen het fruyt en(de) graen, gers
ende andere gewasse, wat het es, en(de) drooch hout, sullen zij
partijen tselve gelijckel(ijck) paerten en(de) deylen, oirboren
en(de) gebruycken, dit jaer van xciiii incluz, eisd(em).
Item es noch conditie dat ingevalle men
naemaels bevonde eenighe meubelen, ghegraven zijnde op eenighe
van(de) deylingen, dat zij deylders dat sullen hoot en(de)
hootsgelijcx deylen, alwaert oyck bij alsoe dat op nyema(n)ts landt
eenighen schat bevonden worde, soe sal die hellicht van dijen comen
op die ander deylinge, d(aer)t nyet en sal bevonden wesen, eisd(em).
Item oft geviele (naer dat den kuese van
dese deylinge is gegaen) yemandt woude inworpen en(de) hem dochte
gegraveert te wesen, sal dat moegen doen mits geven(de) een gouden
croone van drije gul(dens) tot behoeff van(de) gelagen ende die dat
doen sal, salt moeghen hersetten, maer sal zijn(e) kuese d(aer)mede
v(er)liesen, dan sullen zij deylderen dat laeten en(de) daer naer
verthijen ten gesetten tijde die zij noemen sullen.
Item die sal willen inworpen, sal dat
v(er)cleeren tusschen dit en(de) S(inte) Matheeus dach naestcomen(de).
In de onderstaande akte wordt melding
gemaakt van Libertus en Catharina Van Ijssche (x Henricus Paeps
alias Van Eycken), beiden kinderen van Henricus (en Anna Poortmans),
enerzijds en Guilielmus Rogmans met zijn vrouw Anna Van Haeght
anderzijds. De eerste partij droeg een vierde van een bunder beemd
in het Wijtbroek te Werchter over aan de tweede partij. Bij de
overdracht trad Philippus Van Haeght op namens de tweede partij.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7487, folio 210r., akte dd. 3 april 1595.
Item in tegenwoirdicheyt des meyers
en(de) schepen(en) van Loven(en) naebes(chreven) gestaen Liebrecht
Van Ijssche zone wijlen Henricx en(de) Cathlijn(e) Van Ijssche,
suster des v(oir)s(chreven) Liebrechts, met consente, wille,
weten(e) en(de) overstaen Henricx Paeps al(ia)s Van Eycken de jonge,
haers mans, alle woonen(de) tot Werchte(re), per mo(nitionem) hebben
opgedraegen met behoirl(ijcke) v(er)thijdeniss(en) het vierendeel
van een boend(er) bempts, d(aer)aff dander drij deelen toebehoiren(de)
Willem(en) Rogmans, onverdeylt wesen(de), gelijck den sel(ven) bempt
gelegen es int geheele bij dWijtbroeck onder Werchtere v(oir)s(chreven)
tusschen die Middel Laecke ald(aer) in d' een(e), die Cleyn Lake ter
iire., d' erffgen(aemen) Vand(en) Heetvelde metten Heyligengeest ts(am)en
ter derder en(de) Peeter Wouters al(ia)s Van Mechelen ter iiiie.
zijd(en), exp(osito) imp(ositus) est Ph(i)l(ip)s Van Haeght
inden naem en(de) tot behoeff des v(oir)s(chreven) Willems Rogmans
en(de) Anna Van Haeght, zijn(e) huysvr(ouw)e, woonen(de) tot
Werchtere v(oir)s(chreven), per mo(nitionem) et sat(is) et war(as)
op ix (mij)t(en) ts(iae)rs heeren chijs in een gichte van(den)
besten pant aende wed(uw)e en(de) erffgen(aemen) joncker Fredricx
wijlen Botnia als heere van(den) gronde, tanquam prout iure, cor(am)
eisd(em).
Uit dit huwelijk:
Van Essche Libertus, XIII
(S), ° ca. 1580,
Van Essche Cathlijn, x met
XIII - Paeps Henricus (S6006),
° ca. 1560, deze
x 2 met Cathlijn Van Lantrop
(S6007), fs Waelran x Margaretha ...
Uit dit huwelijk:
1. Paeps Libertus,
Paeps Catharina,
Paeps Adriana, x ca. 1618 met
Stoop Petrus, fs Petrus,
Uit dit huwelijk:
Stoop Petrus,
(°) Werchter 22.08.1619 (g. Paeps Petrus en Timmermans Margaretha),
Stoop Maria,
(°) Werchter 11.09.1624 (g. De Leew Adrianus en Stoop Maria),
Stoop Catharina,
(°) Werchter 13.05.1628 (g. Van Eijken Petrus en Paeps Catharina).
Paeps Guilielmus,
Paeps Anna,x
met Van Inthout Jan, deze x 2 met Anna
Bloems,
2. Paeps Maria, XII (S3003),
° ca. 1601,
Paeps Cecilia, ° ca. 1603,
Paeps Margareta, ° ca. 1603,
Paeps Willem, ° ca. 1603
? Van Essche Maria, x met Libertus Vanden
Berghe,
Uit dit huwelijk:
Van den Berghe Paulus,
Vanden Berghe Margaretha.
XV - Van Essche Aert (S), °
ca. 1540, x met
Anna Van Haecht (S),
zij x 2 met
Guiliemus Vos, fs Arnoldus, stadsklerk van de eerste
schrijfkamer van Leuven.
Michiel ende Aert Van Essche kinderen en erfgen wijlen Aert Van
Essche woonende in Haacht dragen een bunder bempt in de mutters op
aan Merten Mertens x Margriet Vandeneijnde.
28 jun 1633:
mr Aert Van Haecht verkoopt aan Nicolaes Bloems tot behoef van
derfgen wijlen Michiel Van IJsche x Cathlijn De Lange
- 13 sep 1634: Hendrik Mesmakers x Marije Van Essche, Nicolaes
Bloems x Margriet Van Esch, Hendrik Mesmakers & Jan Verscuren als
momboirs kinderen Carel Verschuren x Anna Van Esche, Andries Van
Loije x Emerentiana Van Esche kinderen wijlen Michiel Van Essche x
Cathlijn De lange verkopen aan Jan Van Loije uit Aarschot,
Dominicus Reijniers als voorganger en Jan Van Loije (Verscuren?)
als sterfman.
Aarschot
139ter: 7 dec 1640:
Verhef van drij dm eusels te Haecht tot behoef van Adriaen Van
Essche voor deen hellicht ende Andries Van Roij x Emerantiana Van
Essche dr wijlen Michiel voor dander hellicht naer dode van voors
Michiel.
H835 fo 182v: 16 dec 1659:
Niclaus Bloems, Hendrik Bloems, Guilliam Bloems, Peeter Bloems,
Elijsabeth Stallaerts dochtere Jans x Anna Bloems, Machiel Mesmakers
Jan ende Rombout Mesmakers ende Sebastiaen Vervoort x Anna
Mesmakers, Cornelis & Jan Verschueren & Adriaen Geuvers x Cathlijn
Verschueren kinderen wijlen Carels x Anna Van Essche, Jan Somers x
Elisabeth Verschueren voor zichzelf en voor de kinderen wijlen
Emerentiana Van Essche daer vader aff was
?.
met Peeter Van Thienen, alle als erfgen van wijlen Niclaes Bloems x
Margriete Van Essche verkopen aan Huijbrecht Van Winckel of zijnen
commant het paert en deel van twee boenderen lants opt Hoijevelt in
Haacht, Huijbrecht
Van Winckel, Henrick Van Langendonck & Barbara Van Adorp als
geaccepteerde naerderlingen van tselve paert ende deel.
HCT851 fo 16:
- 24 dec 1585: Authorisatie gegeven bij de schepenen van Haecht voor
de kinderen wijlen Aerts Van Eijssche om te mogen vercoopen de ses
dm drij vd beempts geheeten Delsten
- 7 mrt 1586: Philips Van IJsche zone wijlen Aerts ende Philips Van
Haecht als gemachtigt en in naam van Willem Van Langendonck als
momboir der kinderen wijlen Peeter Van Langendonck x Cathlijn Van
Rode gehuijsschen als sij leefden hebben ontvangen na de dood van
Aert Van IJsche ende Kathlijne Van Rode een derdendeel van de voors
acht bonderen beempt gelegen onder Haacht geheeten de Elsten doende
den voors Philips Van IJsche den eedt van trouw
- dezelfde dag heeft Willem Van Langendonck als voors voor een derde
deel, Philips Van IJsche zone wijlen Aerts in naam van hemzelf met
Philips Van Haecht zijn oom als momboir van Machiel ende Aert Van
IJsche broeders des vs Philips mindere van jaeren tsamen voor een
sesde deel vande voors acht boenderen gederft aan Lucas Van Velthem
geboren van Loven en woonende tot Antwerpen ende Adriaen Van
Rijmenam heeft in zijnen naem den eedt gedaen
- ...
- 21 jul 1601: deen helcht van acht boenderen beempt geheeten den
Elst worden verkocht aen Jan Maes brouwer tot Loven int Hoefijser
sone wijlen Nicolaes x Catharina Van Haecht dochter wijlenJans
behoudende Josijne Van IJssche haere moedere haer tochte ...
Onderstaande aktes met dank aan Paul
Peeters
BRON : Stadsarchief Leuven,
register nr. 7470, folio 120r°, akte dd. 27 oktober 1576.
Transcriptie.
Item Aerdt Van Ijssche zone wijlen
Jans, woonen(de) tot Haecht, heefft
bekindt schuldich te zijne Elizabeth
Van(den) Broecke dochter wijlen Peeters,
woonen(de) te Loven(e), twelff carolus gulden
te twintich stuyvers tstuck en(de) thien
stuyvers der munten tshertogen van
Brabant cours en(de) loop hebben(de), erffelijcke
rente, alle jaere opden xxvii. octobr(is)
te betaelene en(de) inder stadt wissel van
Loven(e) los en(de) vrij, etc(etera), oyck van xe.,
xxe.,
hondersten en(de) allen anderen penningen te
leveren in futur(um) quolibet assecutum
et ad monitione(m) pignus apud Herent
aut Haecht predict(um) et
tantum, met conditien dat de voirs(creven)
bekinder de voirs(creve) erffrente zal mogen
lossen en(de) affquyten tallen tijden alst hem
gelieven zal teender reysen, elcken
carolus gulden daeraff met zesthien
gelijcken carolus guldens ac cum
obligan(do) et submitten(do), cor(am) Roeloffs,
Wils, octobr(is) xxvii.
Item predictus Arnoldus promisit
Annam Van Haecht, suam uxorem,
ad mo(bilia) prestare, cor(am) eisd(em).
In de marge.
S(olvi)t.
Op heden den
derden november
a(nn)o xvic. drijentwintigh
hebben de huysarm(eeste)rs
van S(in)te Peeters
kercke alhier, dese ondert(eeckent) hebben(de),
bekent vuyt hand(en)
Machiel en(de) Aert Van Esch
ontfangen te hebben
de capitale pen(ningen) en(de)
v(er)loopen van acht jaeren van thien
stuyvers erffelijck
vuyt dese rente
van xii g(uldens) x st(uyvers) als
hen bij tussen gele- Conrart Van(den)
gateert sijnde
Broecke gemaeckt sijn(de),
promittentes nullaten(us)
alloqui sed semp(er)
satis et waras
erga quoscumque,
toircond(en), etc(etera).
Merten Wagemans.
Merten Coosmans,
Geldolf
Van Overbeke.
Hieronder vier opeenvolgende akten, die op mekaar
betrekking hebben. In de tweede akte wordt melding gemaakt van
Arnoldus Van IJssche en zijn vrouw Anna Van Haecht, die beiden reeds
overleden waren. In de eerste akte wordt ook melding gemaakt
van Philippus Van Haecht (x Margaretha De Witte), één van de twee
uitvoerders van het testament van Elisabeth Van den Broeck.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register 7473, fol. 42v., akte dd. 15 september 1579.
Allen, etc(etera), dat m(eeste)r Jan Van Wamele
ende Ph(i)l(ip)s Van Haecht, beyde als executeurs vand(en) testame(n)te,
codicille ende vuytersten wille van El(isabe)t Van(den) Broecken,
gepass(eer)t zoe voer hee(re) Peete(re) Willems, notaris, ende
zekere getuygen, als voer heer Huybrecht Grisoni, pastoor der
prochien kercke van S(in)te Geertruyden alhier binnen Love(n), ende
zekere getuygen, respective in date des xiiien. octobris xvc.
lxxviii en(de) viiia. julii a(nn)o xvc. lxxix, al naerdere blijcken(de)
bijden selven testamente ende codicille in date v(oer)s(creven)
alhier gebleken vuyt crachte ende nae vermogen der commissien ende
authoriteyt, hen bijden selven testamente ende codicille gegeven,
ende anderssints in alder bester formen, vuege, wege en(de)
manie(re) he(n) doenlijck zijn(de), hebben gecedeert,
getransporteert ende overgegeven, cederen, transporteren ende gheven
ove(r) midts desen Adriaen(en) Juypers, p(rese)nt ende
accepteren(de), inden name ende tot behoeff vanden Grooten Zieken
Gasthuyse van S(in)te El(isabe)t bynnen deser stadt van Loven(e),
eene erffrinte van vierentwintich carolusg(uldens) tsiaers, staende
opde Staten van Brabant int quartier van Loven(e) met brieven
van(de) selve Staten vander daet des iien. maii xvc. lxviiitich.,
geteeckent opde plycke Wellemans, om die selve erffrinte van
vierentwintich carolusg(ulden) bij dijen van(de) v(oer)s(creven)
gasthuyse jaerl(ijcx) op te beuren en(de) tontfangen, quitan(cie)
en(de) acquyt d(aer)aff te gheven(e) ende daeraff te disponeren
sonder voerde(re) consent oft transport d(aer)aff te derffven
hebben(e), al naervolgen(de) den selven testamente, te weten(e) die
selve penningen jaerl(ijcx) te bekeeren(e) ende temployeren(e) in
lijnwaet totten armen vanden selven gasthuyse sonder eenige rekenin(ge),
bewijs oft relqua daeraff te derffven doene, constituerende te dijen
eynde dijen van(den) gasthuyse spetial(ijck) ende onwederoepel(ijck)
om te wesen procureurs ende administrateurs in haer eygen zake om
die selve rinte tontfangen, quitan(cie) en(de) acquyt daeraff te
gheven(e) ende oft noot zij in rechte daeraff te treden(e) in for(ma)
ad lites, gelovende vuyt crachte ende inder qualiteyt v(oer)s(creven)
van(den) v(oer)s(creven) transporte ende cessie altoos genoech te
doen(e), soe verre bij desen yet te nauwe ged(aen) wae(re), alsoe
dat den v(oer)s(creven) gasthuyse in toecomen(de) tijden sal mogen
genoech wesen, coram Liedekercke, Luenis, septembris xva., xvc.
lxxix.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register 7473, fol. 43v., akte dd 15 september 1579.
Item die voers(creve)
executeurs inden name en(de) qualiteyt v(oer)s(creven) hebben
gecedeert ende getransporteert, cederen ende transporteren midts
des(en) Adriaen(en) Juypers, present ende accepteren(de) inden name
ende tot behoeff van zustere Jacquelyncken, religieuse int Groot
Siecke Gasthuys tot Loven(e), haer leven lanck duerende, ende nae
haere doot den v(oer)s(creven) gasthuyse eene erffrinte van sess(e)
rinsgulden(en) erffelijck vuyt ende van eene rinte van twelff
rinsgulden(en) thien stuyvers erffelijck, daerinne p(er)sonel(ijck)
verbonden staen Aerdt Van Ijssche ende Anna Van Haecht, gehuysschen
als zij leeffden, voer schepen(en) van Loven(e) xxviia. octob(ris)
a(nn)o xvc. lxxvi°. in me(di)a camera, daerdoe(r) desen is
getransfigeert, cederen(de) alsoe derffbrieven daeraff zijn(de), der
v(oer)s(creve) suste(re) Jacquelyn(e) ende gasthuyse voer zoe vele
die voers(creve) sess(e) rinsg(ulden) aengaet ten selven rechte,
prout obligan(do) et submitten(do), cor(am) eisd(em).
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7473, fol. 44v., akte dd. 15 september 1579.
Item die voers(creve) executeurs inden name ende
qualiteyt v(oer)s(creven) hebben gecedeert, getransporteert ende
overgegeven, cederen, transporteren ende gheven ove(r) midts desen
Adriaen(en) Juypens, Aerde Van Bullestraten, Bartholomeeus(en) Van
Leeuwe ende Janne Van Winde, respective meye(r) ende meesters
van(den) eerweerdigen Heyligen Sacramente inder kercken van S(in)te
Geertruyden bynnen deser stadt van Loven(e), p(rese)nt ende tselve
accepteren(de), inden name, qualiteyt ende opden last naerbes(creven),
sess(e) carolusg(ulden) erffelijck, te xx st(uyvers) tstuck,
daerinne p(er)sonelijck verbonden staet voer schepen(en) van
Loven(e) Jan Leerbijls sone wijlen ... [n.v.], al naerdere blijcken(de)
bij der constitutie brieven daeraff zijn(de) in date januarii ixen.
lib(ro) xvc. lxvii in me(di)a, item alnoch eene erffrinte van sess(e)
carolusgulden(en) vuyt ende van eene erffrinte van achthien
rinsgulden(en) tsiaers, staen(de) besedt opt huys, geheeten den
Rooden Helm, inde Hoelstrate, al naerdere blijcken(de) bijde brieven
van vercrijge in date den xven. februarii xvc. lviii in media,
cederende alsoe den v(oer)s(creven) meesters ind(er) qualiteyt
v(oer)s(creven) derffbrieven metten transporten en(de) anderen
bescheede, daeraff zijn(de), ove(r) ten selven rechte, prout, te
weten(e) tot fundatie van eender weeckmissen eeuwelijck ende erffel(ijck)
gecelebreert te wordden(e) op Sint Annen aultaer bij eenen eerbaren
priestere, goet van leven en(de) conversatie wesen(de) voerde siele
van(de) testateuresse, hae(re) ouders ende vrienden zielen, daervoe(r)
die priestere die celebreren(de) zal hebben voer elcke misse drie
ende een(en) halffven stuyve(r) Brabants, des zal hij schuldich ende
gehouden zijn nae elcke misse te lesen die psalmen miserere mei deus
ende de profundis metter collecten quesimus en(de) fidelium, item
vuyte selve twee erffrinten tot fundatie van eene wassen keersse
opden candelaer van hae(re) ouders, tander ind(en) muer bijden choor
van Sinte Geertruyden xxiiii st(uyvers) tsiaers, item voerde ghene
die de selve wassen keersse onsteken ende vuyt doen sal, het
dyssendaeghs onder S(in)te Annen misse en(de) het loff vier stuyvers
tsiaers, item den vier meesters van(de) eerw(eerde) Heyligen Sacrame(n)te
op dat zij te nernstiger die v(oer)s(creve) fundatie souden gaede
slaen, twintich stuyvers tsiaers en(de) den rintm(eeste)re die de
v(oer)s(creve) twee erffrinten jaerl(ijcx) zal ontfangen ende
distribueren thien stuyvers tsiaers, geloven(de) die v(oer)s(creve)
meesters ind(er) qualiteyt v(oer)s(creven) al tselve tachtervolgen(e)
en(de) te voldoen(e), bekinnende het wettich bescheedt, daeraff
zijn(de), ontfangen te hebben(e) van(de) v(oer)s(creve) executeuren,
coram Liedekercke, Luenis, septembris xva., a(nn)o xvc. lxxix.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7473, fol. 45v., akte dd. 15 september 1579.
Item die v(oer)s(creve) executeurs inden name
ende qualiteyt v(oer)s(creven) hebben gecedeert ende getransporteert,
cedeerden en(de) transporteerd(en) midts desen Adriaen(en) Juypens,
p(rese)nt en(de) accepteren(de), ind(en) name ende tot behoeff Ph(i)l(ip)s
Van Haecht sone Ph(i)l(ip)s, daer moeder aff is Margriete De Witte,
eene erffrinte van vijff carolusg(ulden) te xx st(uyvers) tstuck,
daerinne personelijck verbond(en) staet die v(oer)s(creven) Ph(i)l(ip)s
Van Haecht, vade(re) des v(oer)s(creven) Ph(i)l(ip)s voer
schepen(en) van Loven(e) den ... [n.v.] in me(di)a, daerdoe(r)
des(en) brieff is getransfixiert, cederende alsoe der brieven,
daeraff zijn(de), metten gelueften daerinne begrepen, ten selven
rechte, prout, obligan(do) et submitten(do), cor(am) eisd(em).
Hieronder een akte met
vermelding van Philippus, Michael en Arnoldus Van Essche, kinderen
van Arnoldus en Anna Van Haecht. In de akte wordt ook melding
gemaakt van Barbara Storms, waarschijnlijk dochter van Ingelbert en
Elisabeth Verhoeven, de derde echtgenote van Henricus Van Haecht.
Daarnaast ook de melding van Philips Van Haecht, echtgenoot van
Margaretha De Witte.
Helaas verdwijnt er tekst in de vouw van het
register, aangeduid met [rand].
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 8226, fol. 250r°, akte na 24 juni 1580.
Item, in p(rese)ntia villici, gestaen m(eeste)r
Willem Vos sone ... [n.v.], heeft opgedragen met behoirlijcke
verthijdenisse een block lants, groot ontrint vijf dachmael, gelegen
tot Haecht, regen(oten) Aerdt Verhey... [rand] ter eenre, Cornelis
Boels ter iier., Elizabeth Van(der) Hoeven ter derder en(de) de
kercke van Wesemale ter vierder sijden, inder vueghen gelijck de
voers(creven) opdragere tvoers(creven) lant vercregen heeft voir
scepen(en) van Loven(e) opten xe. maii anno xvc. lxx... [rand] in
3a. tegen Barbara Storms ende de voers(creven) opdragere daer vuyt
on[t]goet sijnde, soe is daer inne gegoet ende geerft ten
erffelijcken rechte Ph(i)l(ip)s Van Haecht inde naemen en(de) tot
behoeff van Ph(i)l(ip)s, Michiel en(de) Aerdt Van Essch, kinderen
wijlen Aerdts, die hij behouden heeft van Anna Van Haecht,
gehuysschen als zij leeffden, per mo(nitionem) et war(as) opde
co(m)meren en(de) chijsen, de voers(creve) Barbara den voers(creven)
opdragere int overgoeden gewarandeert en(de) dat hij opdragere de
selve goeden zedert sijnen vercrijge nyet en belast, gealineert oft
getransporteert terminis tanquam prout jure aut, cederende voirts
den voers(creven) Ph(i)l(ip)s tot behoeff als voe(r) de geluefte van
genoech doene bijd(er) voers(creve) Barbara den voers(creven)
opdrager gedaen, cor(am) Ketelboete(re), Goirts, junii xx... [rand],
anno lxxx.
De voorgaande akte wordt gevolgd door de volgende
akte van dezelfde datum na 24 juni 1580. De Arnoldus Van
Essche in deze akte is allicht de man van Anna Van Haecht.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 8226, fol. 250r°, akte na 24 juni 1580.
Item de voers(creven) Ph(i)l(ip)s, in p(rese)ntie,
heeft vercleert dat hoe wel dese guedinge op nu ierst is geschiet
dat nochtans de coopmanschap van dije is gedaen van maio anno xvc.
lxxvii tusschen Aerden Van Essche als cooper en(de) m(eeste)r
Franchoys Le Roulx als vercooper ende dat alsdoen de voers(creven)
Aerdt Van Esschen tzijnen laste heeft genomen alsulcke vier rinsg(ulden)
erffel(ijck) als de voers(creven) Le Roulx soude schuldich sijn te
geven aen m(eeste)r Jannen Van Couwenhoven oft alsulcke carol(us)
guld(en) erffel(ijck) als de voers(creve) goeden soude willen
heysschen, eisdem.
Met verwijzing naar naar de volgende link :
http://sandbox.itineranova.be/images/SAL7466/SAL7466_0391.jpg
met een akte waarin Arnoldus Van Ijssche en Anna
Van Haecht worden vermeld.
Bron :
S.A.L., Inventaris Cuvelier,
register nr. 7466, fol. 195v., akte dd. 2 maart 1572.
Item
in tegewoirdich(eyt) der meyers
scepen(en) van Loven(e) ende eyge(n)genooten
naebescr(eve)n gestaen Ferry en(de) Everardt Verhulst, gebruede(re)n
en(de) kynderen wijlen Loycx, respective woonen(de) te Velthem
en(de) Winxele, ende Anne V(er)hulst, zuster der voirs(creve)
gebruederen, met consente, wille, weten en(de) overstaen(e) Jans
Maes, huers mans, ende hebben opgedragen met ressche en(de) rijse
ten eygen(en) rechte een plecxken lants, groot wesende het viere(n)deel
van vijff vierendeelen, alzoe tselve o(m)begrepen der mathen gelegen
is onder Herent voirs(creven) opde Couther Grecht tusschen de selve
grechte ter eenre, de goeden Aerdts Van Ijssche t(er) iid(er) en(de)
de wed(uw)e en(de) erffgen(amen) Tzestich ten anderen zijden, ende
hebben d(aer)inne gegoet en(de) geerft ten eygen(en) rechte de voirs(creven)
Aerdt Van Ijssche en(de) Anne Van Haecht, zijn huysvr(ouw)e, hiis
interfueru(n)t Graven, Ketelboete(re), scepen(en) van Loven(e),
en(de) eygengenooten, item Peeter Moons, lieuten(ant) smeyers van
Loven(e) en(de) N. Vand(er) Heyden, insgelijcx als eygengenooten,
cor(am) quibus sat(is) et war(as) voe(r) vrij eygen en(de) ombelast
goet, p(ro)ut quiquidem rogan(tes) et faciu(n)t scab(ini) p(re)d(ictis)
martii secu(n)da, 1572.
Hieronder een akte met vermelding van
Arnoldus Van Esshe als zoon van wijlen Joannes en inwoner van Haacht.
Ik veronderstel dat hij de man is van Anna Van Haecht. De
datum van de akte is gebaseerd op de datering van de voorgaande
akte.
Bron : S.A.L.,
Invetaris Cuvelier,
register nr. 7465, fol. 205v, akte dd. 8 februari 1571.
Item Arnoldus Van Essche filius quond(am) Joh(ann)is,
c(om)moran(s) apud Haecht, recog(novi)t se debere Elizabeth Van(den)
Broecke filie quond(am) Petri c(om)moran(s) Lovanii quatuor flor(enos)
caroli te xx st(uvers) tstuck mo(ne)te d(omi)ni ducis Braban(tie)
curren(tis) hered(itarii) reddit(us) singulis a(n)nis p(rim)a feb(rua)rii
p(er)solven(dis) et in cambio op(pidi) Lovanien(sis) quite et
libe(re), etc(etera), deliberan(t...) (?) in futur(um) quolibet ass(ecu)t(um)
et ad mo(nitionem) pign(us) apud Haecht pred(ictum) aut Herent
valens et t(antu)m et poter(i)t red(ime)re qu(os)cu(m)q(ue) vol(verit)
una vice que(m)libet flor(enum) caroli exinde cum et median(tibus)
octodecem flor(enis) caroli c(on)(similibus) ac cum obligan(do)
et submitten(do), coram eisdem.
In de marge.
Item El(isabe)t Vand(en) Broecke heeft bekint bij
Aerde Van Essche dese erfri(n)te gequeten te zijn(e) en(de) de hootd(enieren)
d(aer)aff ontf(ange)n te hebben(e), conse(n)terende alzoe inde
cassatie van dit bekyn op heden den lesten ja(nua)rii a(nn)o xvc.
lxxiiii stilo Brab(antie), s(ub)s(crip)t Lysken Van(den) Broecke.
Hieronder een akte met
vermelding van
Philippus Van Haecht
als zoon van Henricus. Ik veronderstel dat zijn moeder
Margaretha Boons is. Verder nog een vermelding van Michael Van
Haecht als zoon van Michael.
Tevens de vermelding van Arnoldus Van Essche,
zoon van Joannes (en Barbara Paeps) en man van Anna Van Haecht.
De naam Van Haecht komt vrij veel voor in Haacht
en het ziet er allemaal vrij complex uit.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7464, fol. 83r., akte dd. 28 oktober 1570.
Item Machiel Van Haecht sone Machiels, Cornelis
Bollen sone wijlen Jans, Philippus Van Haecht sone wijlen Henricx
en(de) Aerdt Van Essche sone wijlen Jans, alle woonen(de) te Haecht,
in p(rese)ntia, etc(etera), hebben genomen en(de) bekynnen midts
desen in hueri(n)ghe genomen te hebben(e) van joncker Ambrosio Van
Duffle en(de) Cornelis(en) Schuerbroot als heyligegeestmeesters van
S(in)t Jacops kercke te Loven(e) eenen beempt, groot omtrent acht
boenderen, geheeten den Berrendonck, gelegen onder Haecht, den voirs(creven)
Heyligegeest toebehoiren(de), tusschen Jeroen(en) Van Maldere ter
eenre, Jaspar Sul t(er) tweed(er), de Dijle ter derder en(de) Anna
Raes t(er) vierder zijden, te houden(e) en(de) in hueri(n)ghe te
besitten(e) van martini xvc. tzeve(n)tich een(en) t(er)mijn(e) van
sesse jaeren, deen nae dande(re) sonder middel vervolgen(de), elcx
jaers daeren boven om en(de) voer hondert carolusgulden(en) te xx st(uvers)
tstuck, alle jae(re) S(in)te Mertens(mis)se te betalen(e) en(de) te
Loven(e) te leveren aen(den) rentm(eeste)r vand(en) voirs(creven)
Heyligegeest, met conditien dat de voirs(credve) huerlingen den
co(m)mer daervuyt gaen(de), gehouden zullen zijn jaerlijcx te
betalen(e) aen Jan(nen) Van Espelghem, sulcx en(de) zoe in tijts dat
den voirs(creven) Heyligegeest daeraff gheen schade en(de) lijde,
dwelck oft gebeurde, sal zijn ten coste vand(er) voirs(creve)
huerlingen, den welcken hen zal gecort wordden aen(de) voirs(creve)
so(mm)e van hondert carolusgulden(en), es oyck c(on)ditie dat de
voirs(creve) huerlingen gehouden zullen sijn jaerlijcx duere(n)de de
selve hueri(n)ghe sonder cortsel te betalen(e) den chijs aend(en)
hee(re) van Elsbroeck ende zullen de voirs(creve) huerlinghe,
schuldich zijn tot hu(n)ne laste sonder cortsel te betalen(e) den
hondersten penn(inck) a(n)ni lxix, alle welcke c(on)ditien, etc(etera),
cor(am) Buck, Dormale, octobr(is) xxviii.
In de volgende akte maakt men melding van :
- Michael en Arnoldus Van Essche (Van Ijssche),
kinderen van Arnoldus (en van Anna Van Haecht).
- Maria
Wouters, weduwe van Guilielmus Van Hove en vrouw van Anthonius
Go(o)ris, met haar kinderen Henricus, Barbara en Maria Van Hove.
Maria Wouters en Joannes Van Hove
(waarschijnlijk haar schoonbroer) treden op als voogden van
Henricus, Barbara en Maria Van Hove.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7495, folio 118r., akte dd. 9 februari 1604.
Item in tegenwoordich(eyt)
des meyers en(de) schepen(en) van Loven naerbes(chreven) gestaen
Michiel en(de) Aerdt Van Essche, gebroederen, kinderen wijlen Aerts,
bij
beyde woonen(de) tot Haeght, p(er) mo(nitionem)
hebben opgedraeghen met behoorl(ijcke) v(er)thijden(isse) een boend(er)
landts, gelegen onder die prochie van S(in)t Jans in Scriecke onder
de Laet van Scrieck ind(en) Loosen Hoeck tusschen die goeden Jans
Peeters in iie. zijd(en), J(a)n V(er)thiers ter iiie. en(de)
derffgen(aemen) Cornelis Tebeecx al(ia)s Goirdts, item alnoch een
halff boend(er) broecx, geleghen int Wijtbroeck onder Werchter
tusschen die Cleyn Laecke in deene, Peeter Michiels ter iie., ... [n.v.],
exp(osito) soo is daerinne gegoyt en(de) geerft voorde tocht Mayken
Wouthiers wed(uw)e wijlen Willems Van Hove, tegenwoordighe huysvr(ouw)e
Anthonis Goris, en(de) Jan Van Hove als momboirs van Henrick,
Barbara en(de) Mayken Van Hove, kinderen des voors(chreven) wijlen
Willems, daer moeder aff es de voors(chreve) Mayken Wouters, et sat(is)
die voors(chreve) opdraege(ren) et war(as) dierste stuck voor
ombelast ende tvoors(chreven) halff boender op twee penn(ingen)
Lovens oft ontrent aen(den) hertoghe van Aerschot als heer van(den)
gronde, tanqua(m) prout iure, coram Liebrechts, Rivieren, feb(rua)rii
ixa., 1604.
Hierbij een erg complexe schepenakte met
vermelding van broers Michael en Arnoldus Van Ijssche (Van Essche),
beiden kinderen van Arnoldus en Anna Van Haecht. De kinderen hadden
een oom Philippus Van Haecht. Deze
Philippus was dus een broer van Anna Van Haecht en moet dus geweest
geweest zijn met Margaretha De Witte.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
regiter nr. 7484, folio 57v., akte dd. 30 augustus 1591.
Item in
tegenwoirdicheyt des meyers ende schepenen van Loven naebescreven
gestaen Ph(i)l(ip)s Van Haecht soene wijlen Jans als oom ende
momboir van Michiel ende Aerden Van Ijsschen kinderen wijlen Aerdts,
daer moeder aff was Anna Van Haecht, ende tot des naebescreven staet
te moghen doen, behoirl(ijck) ende onwederroepel(ijck)
geauthoriseert zijnde bijde weth des dorps van Haecht den
naestlesten dach marty lestleden, al naerder blijcken(de) bijde
selve authorisatie ende hierinne geinsereert, aen mijn(e) hee(ren)
den schepenen ende wethoude(ren) des dorps van Haecht, gheeft
oytmoedel(ijck) te kennen Ph(i)l(ip)s Van Haecht hoe dat Michiel
ende Aerdt Van Ijssche, gebruederen, kinderen Aerdts wijlen Van
Ijssche ende Anne wijlen Van Haecht, gehuysschen als zij leeffden,
hem suppl(ian)t bij sloete van reeckenin(ge), voirde weesm(eeste)rs
der stadt van Loven gepasseert opden xxven. february anno xci
lestleden, schuldich ende ten achter sijn die somme van vier hondert
lxi rins(guldens) x st(uyvers) ½ brasp(enninck) iii (mij)ten, in
welcke somme begrepen is het sloth vande voirgaende reeckenin(ge),
voirde voirs(creve) weesm(eeste)rs gepasseert opden lesten february
anno lxxxvi, alwaer die voirs(creve) erffgenaemen Van Ijssche den
suppl(ian)t ten achter bleven, naedijen die voirs(creven) suppliant
ontfanghen hadde iiic. xc rins(guldens) voirden coop van hunnen
sesten paerte vanden Elsten onder Haecht, daeraff verantwoirdt is
inde vois(creve) leste reeckenin(ge) over die somme van iiic. l
rins(guldens) te betaelen
eens, welcke somme die voirscreven weesm(eeste)rs den suppl(ian)t
zouden te rinte gestelt hebben gehadt, soe verre hij dat v(er)socht
hadde, overmidts die voirs(creve) drijehondert vijfftich
rins(guldens) te bet(aelen), daeraff het verloop indyen tselve te
rinten bekindt hadde geweest, beloopen zoude over die hondert
rins(guldens) eens ende want hij suppl(ian)t bynnen den tijde die
hij drij kinderen der voirs(creve) gehuysschen gehouden ende
onderhouden heeft wel van zijne rinten heeft moeten v(er)coopen,
mede gereeckent die p(er)soneele rinten, daermede die selve
suppliant hem heeft moeten bynnen den selven tijde belasten tsaemen
over dan xiic. rinsgul(dens) eens, die de voirs(creven) suppl(ian)t
ontfanghen heeft van zijnen silveren wercke ende van andere zijne
meubelen, bij hem suppl(ian)t uyt nootsaeckel(ijcheyt) v(ercocht)
bynnen den voirs(creven) tijde, boven al dat voirs(creven) is, soe
staet die voirs(creven) suppl(ian)t noch borghe voir dese
erffgenaemen voir een rinte van xxviii rinsg(uldens) erffel(ijck),
te quyten ten pe(n)nin(ck) xvie., bij Aerden wijlen Van Essche,
desen kinderen vaeder, der fundatien hee(re) ende m(eeste)r Peeters
wijlen Breughel bekindt opden xxvie. july anno lxxvii inde ierste
scrijfcamer opt stadthuys van Loven verloopen tsedert die
constitutie xiii jaeren, daerop hij in alles bij desen suppl(ian)t
maer betaelt en zijn drije jaeren ende twee rins(guldens) opt vierde
jaer, voir welcke rinte ende voer tverloop der selver die voirs(creven)
suppliant int peryckel staet geexecuteert te worddene, sijn oyck de
voirscreven kinderen ende hunne goeden belast met andere diverssche
chijnsen ende rinten, soe reele als p(er)sonele, daervoir die voirs(creven)
supp(lian)t nyet verbonden en staet als met xii ½ rins(guldens)
erffel(ijck) aen wijlen Elizabeth Vanden Broecke met vi
rins(guldens) erffelijck uyt een boender lants opt Lanckvelt onder
Wiltsele met noch vier rinsgul(dens) erffel(ijck) vuyt eenen blocke
lants tot Haecht met meer andere chijsen, oyck al van vele jaeren
v(er)loopen, soo dat nyet mogel(ijck) en is allen die voirs(creve)
lasten uytten proffijten ende jaer(lijcxe) innecomen vande goeden
der voirs(creve) kinderen te becomen ende daervan te betaelen,
waerdore die schulden ende tachterheyden der selver erffgenaemen
meerder van jaere tot jaere geschaepen es te wordden ende hunne
goeden grootel(ijcx) vermindert, opgheten en(de) ten lesten bijden
crediteurs ende rintheffers tot henre verdriete, schande ende groete
schaede vuytgedaecht vuyt crachte van mainmise v(er)cocht te wordden,
om welck te verhueden, dunckt den voirs(creven) suppl(ian)t van zijn
advys profijtel(ijck), jae nootelijcxte, te wesen de voirs(creve)
kinderen vande voirs(creve) rinten emmers ten minsten van(de) voirs(creve)
xxviii rins(guldens) erffel(ijck) te ontlasten, bidt daerom die
selve suppl(ian)t seer oytmoedel(ijck) dat u mijn(en) hee(re)
schepenen voirs(creven) gelieven wel neerstel(ijck) inne te sien
ende te examineren tghene voir verhaelt is ende dijen volgende met
appostille op desen te ordineren datmen vande goeden der voirs(creve)
kinderen soo vele sal op hooghen ende metten vuytgaen vander
berrender keerssen v(er)coopen alsser van noode zal wesen om die
schult des voirs(creven) suppl(ian)ts te betaelen ende die
voirscreven rinte van xxviii rins(guldens) erffel(ijck) te lossen
ende te quyten ende dat met alsulcke partijen van goeden als met
advyse ende raede van u mijn(e) hee(ren) oft van eenighe van vlieden
bevonden ende v(er)claert sal wordden proffijtel(ijck) ende den
voirscreven kinderen minst schaedel(ijck) te wesen, daertoe co(mm)itterende
ende behoirl(ijck) authoriserende den voirs(creven) suppl(ian)t oft
ymanden anders die mijn(e) voirs(creve) hee(ren) sal bequaem daertoe
dancken, dwelck doende, etc(etera), onder stont ges(creven) Ph(i)l(ip)s
Van Haecht ende daernae aldus gesien bij schepenen van Haecht die
reeckenin(ge), in het sloth der selver gepass(eer)t voer mijn(e) hee(ren)
de weesm(eeste)rs der stadt van Loven vander daet van(den) xxven.
february a(n)no xvc. xcitich., onderteekent H. Cloet, eentsaementl(ijck)
het innehouden van dese requeste ende die groete lasten daerinne
v(er)haelt hebben met goeden advyse ende rijpen raede daerop geleth,
geaccordeert ende geauthoriseert den suppl(ian)t te moghen v(er)coopen
bij proclamatie en(de) kerseberinghe desselffs om te comen tot zijne
betaelinghe ende gedebourseerde pe(n)nin(gen), mitsgaders totter
affquytinghe vand(er) rinten van xxviii rins(guldens) ts(iae)rs
vande goeden van wijlen Aerdt Van Esscche ende Anna Van Haecht,
gehuysschen als zij leeffden, ter minster schaede ende meesten
proffijte, actum tot Haecht desen naestlesten meert a(n)no 1591,
ondert(eeckent) Aerdt Van Haecht, Willem Van Langendonck, Remeys Van
Haecht, Remeys V(er)paelt en(de) Willem Bols, schepen(en), de selve
vuyt crachte ende nae vermoghen voirs(creven) in p(rese)ntia heeft
vuytgegeven ende bekindt midts desen vuytgegeven te hebben inden
naem ende qualiteyt voirs(creven) Bartholomeusen ende Hansen Van
Haecht inden naem ende tot behoeff van hen selven als inden naeme
ende tot behoeff van henre suste(re) kinderen wijlen Thomas Van
Haecht, die welcke bekinnen inder qualiteyt voirs(creven) ten erffve
genomen te hebben een stuck bempts, geleghen tot Haecht achter
Waelhem inde Vedeweye, groot ontrint twee boenderen, gelijck tselve
stuck ombegrepen van eenigher maeten geleghen is ter plaetsen voirs(creven)
tusschen die goeden der voirs(creve) erffnemeren in deene, de
leygrechte ter iie. ende iiie. ende derffgenaemen Jans wijlen V(er)paelt
ter vierder zijden, erffel(ijck) te houden ende te hebbene opde
chijnsen en(de) lasten daer te voiren vuytgaende, te wetene vuytte
vijff dachmaelen vanden voirs(creven) bempde vercreghen teghen
wijlen m(eeste)r Henrick Van Haecht, te voiren gecomen van Jacop Van
Meerbeeck, in twee partijen ontrint vijff d(enieren) heeren chijns
ende de resterende drije dachmael v(er)creghen teghen Janne Peeters
opden last van twee st(uyvers) aen derffgenaemen Johanna Hobbouts,
soe verre men bevindt de selve goeden daermede belast te zijn(e),
ten behoirl(ijcke) ende gewoenel(ijcke) tijden te betaelen, met
sulcke conditie soe verre naemaels bevonden wordde de voirs(creve)
erffven meer belast te zijne dan voirs(creven) is ende tselve
bedroeghe inde jaerl(ijcxe) betaelinghe boven vier st(uyvers) dat
van tselve meer ende nyet voirdere, den erffnemeren sal
recompenseren van(de) quytbaere volgen(de) den bescheede daeraff
zijnde ende van(den) ontquytbaeren teghen den pe(n)nin(ck) xxtich.,
voirder oft anderssints nyet, ende voirts meer op eene voirtaene
erffel(ijcke) rinte van sesthien goude pe(n)nin(gen), geheeten
carolusgul(dens), te xx stuyvers stuck, erffel(ijcke) rinte,
vallende jaerl(ijcx) den xxvien. dach july naestcomende ende inder
stadt wissele van Loven los ende vrije, etc(etera), oyck van xe.,
xxe., ce. ende alle andere pe(n)nin(gen) te leveren tot behoeff
vande fundatie heer ende m(eeste)r Peeters Breugels, doctoir en(de)
professeur inder medicijnen bynnen Loven, geboren van
Tshertogenbossche, in toecomende tijden, et sub his satis et waras
opde lasten voirs(creven) prout iure, gelovende die voirs(creve)
erffnemeren indivisim die voirs(creve) erffrinte van zesthien
rinsgul(dens) jaerl(ijcx) wel ende loffel(ijck) te betaelen ende los
ende vrije als voire te leve(ren), tanquam assecut(um) met conditie
dat de voirs(creve) erffnemeren de voirs(creve) erffrinte van xvi
rins(guldens) ts(iae)rs zullen moghen lossen ende affquyten tallen
tijden alst hen gelieven sal teenemaele elcken pe(n)nin(ck) daeraff
met sesthien pe(n)nin(ck), munte ten tijde vander affquytin(ge)
cours ende loop hebbende, ende met volle rinte obligan(do) et
submitten(do), vercleren(de) die voirs(creven) erffvuytgevere dat de
voirs(creve) rinte tot behoeff der voirs(creve) fundatie van
Breugele is gereserveert in minderin(ge) van alsulcke xxviiitich.
rinsgulden erffel(ijck) vuytten veertich rins(guldens) erffel(ijck),
daeraff die twelffve over langhe gequeten sijn als die voirs(creven)
Ph(i)l(ip)s Van Haecht ende Aerdt wijlen Van Ijssche tot behoeff der
voirs(creve) fundatie bekindt hebben gehadt voir schepenen van Loven
den xxvien. july anno xvc. lxxviitich. in prima, coram Greve,
Hoegarden, augusti penultima, a(nn)o xvc. xcitich.
In de marge.
Es gebleecken van(de) betaelin(ge) van pontpe(n)nin(gen)
ende heerl(ijcke) rechten bijde quitancie Matthijs De Proest, rintm(eeste)r
des hertoghe van Arschot int quartier van Rotselaer, Werchter en(de)
Haecht bij quitan(cie) desselffs in date xvii. sept(embris) 1592.
De selve is Hansen Van Haecht geresti(tueer)t.
De quitantie van dese xvi r(insguldens) erffel(ijck)
met twee jaeren v(er)loops, h(abetu)r julii nona, 1626 in prima.
Item die voirscreven Ph(i)l(ip)s
Van Haecht inden naem ende qualiteyt ende vuyt crachte voirs(creven)
heeft vuytgegeven ende bekindt mits desen inder qualiteyt voirs(creven)
vuytgegeven te hebben Willem Vos inden naem ende tot behoeff van
Michiel Lints soenen wijlen Jans ende Martijne Van Ofsuyt, zijne
huysvrouwe, woenende tot Haecht, die welcke bekinde mits desen voir
hen, henren erffven ende naecomelinghen ten erffchijse genomen te
hebben(e) vanden voirs(creven) Ph(i)l(ip)s Van Haecht inder
qualiteyt voirs(creven) een huys ende hoff metten stalle ende
boomgaerde, soe tselve geleghen is tot Haecht bij tkerckhoff, voir
soe vele tselve gheen leen en is, tusschen sheeren straet in deene,
die goeden Mertten Cleymants ter tweedere, die goeden des persoens
van Haecht ter iiie. ende die goeden m(eeste)r Peeter Merttens,
leengoeden, aende voirs(creve) chijnsgoeden erffel(ijck) te houdene,
ende
te hebbene en(de) te besittene voir ombelast ende voirts meer op
eene voirtaene erffel(ijcke) rinte van twelff goude pe(n)nin(gen),
geheeten carolus guldens, te twintich stuyvers stuck, erffel(ijcke)
rinte, alle jaere opden xxvien. dach july te betaelen, daerafff den
iersten valdach vallen ende verschijnen sal den xxvien. dach july
na[e]stcomende ende inder stadt wissele van Loven, los ende vrij,
etc(etera), oyck van thiende, xxe., honderste ende alle andere pe(n)nin(gen),
te leveren tot behoeff van(de) fundatie heer en(de) m(eeste)r
Peeters Breugels, doctoir ende professeur inder medicijnen als hij
leeffde, geboren van Tshertogenbossche, in toecomende tijden et
satis vuyt crachte voirs(creven) et waras als voir prout iure,
gelovende de voirs(creven) Willem Vos vuyt crachte van p(ro)cura(ti)e
speciael ende irrevocabel, hem gegeven bijden voirs(creven) Michael
ende sijne huysvrouwe, gepasseert voir m(eeste)r Michiel Van Vileers
als not(ari)s ende seeckere getuyghen opden iiien. january 1592,
blijckende bijde procura(ti)e daeraff zijnde, hiernae van woirde te
woirde geinsereert, de voirs(creve) rinte van twelff rins(guldens)
ten tijde ende termijne voirs(creven) wel ende loffel(ijck) te
betaelen ende los ende vrije als voir te leveren tot behoeff vois(creven),
tanquam assecut(um), met conditien dat de voirs(creve) erffnemeren
de voirs(creve) erffrinte van twelff rinsgulden tsiaers sullen
moghen lossen ende affquyten tallen tijden alst hen gelieven sal
teenemaele, elcken pe(n)nin(ck) met sesthien gelijcke pe(n)nin(gen)
ende met munte ten tijde vand(er) afflegghen cours ende loop
hebben(de) ende met volle rente, obligan(do) et submitten(do),
vercleerende die voirschreven erffvuytgevere dat de voirs(creve)
rinte tot behoeff der voirscreven fundatie van mijn(e) hee(re)
wijlen Breughele es gereserveert in volle voldoenin(ge) van alsulcke
xxviii rins(guldens) erffel(ijck) vuytten veertich rins(guldens)
erffel(ijck), daeraff die twelff rins(guldens) over langhe gequeten
sijn als de voirs(creven) Ph(i)l(ip)s Van Haecht ende Aerdt wijlen
Van Ijssche tot behoeff der voirs(creve) fundatie bekindt hebben
gehadt voir schepenen van Loven den xxvien. dach july anno xvc.
lxxvii in hac camera, coram Schore Greve, jan(ua)ry xiiii., 1592.
In de navolgende akte wordt melding gemaakt van
Michael en Arnoldus Van Essche, kinderen van Arnoldus en Anna Van
Haecht.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7486, folio 367r., akte dd. 3 juni 1594.
Alzoe Michiel en(de) Aerdt Van Essche, kinderen
en(de) erffgen(aemen) wijlen Aerdts Van Essche en(de) Anna Van
Haecht, gehuysschen als zij leeffden, schuldich waeren aende
Collegie van wijlen heer en(de) m(eeste)r Peeter Bruegels, in sijn(en)
leven doctoir in(de) medecijn(en), in die v(er)loopen en(de)
achterstellen eender rinte van achtentwintich rinsgul(dens)
erffelijck, verschen(en) van in julio xvc. lxxxii tot 1591, beyde
incluys, met noch een reste van thien rinsgul(dens) eens van(den)
jaere 1581, soe zijn die voirs(creve) gebroeders dijen aengaende
gecomen in co(mmun)icatie met mijn(en) eerw(eerdigen) heere heer
en(de) m(eeste)r Henrick Cuyckius, doctoir inder heyliger godtheyt
en(de) deecken der collegiaelder kercke van S(in)te Peeters binnen
Loven, heer en(de) m(eeste)r Thomas Fienen, doctoir ind(er)
medecijnen ende deecken van(de) faculteyt van(de) medecijn(en),
beyde als proviseurs der v(oir)s(creve) collegie, ende zijn ten
lesten v(er)accordeert nopende die betaelinge van(de) v(oir)s(creve)
achterstellen inder maniere naervolgende, te weten dat mits de
quaede voerlede troubelen en(de) infructuensheyt van allen hun(ne)
goeden die v(oir)s(creve) heeren proviseurs hen hebben geremitteert
en(de) quytgeschouwen vijff jaeren, te weten 1582, 3, 4, 5 en(de) 86
op conditie dat zij promptelijck sullen opleggen en(de) betaelen
twee geheel jaeren, te weten zeven en(de) 88, met noch die
resteren(de) drije jaeren, geloven die v(oir)s(creve) gebroeders
indivis(im) aen m(eeste)r Mathijs Van(den) Passe, rintm(eeste)r der
v(oir)s(creve) collegie, als tot dese actie speciaelijck bij sijn(e)
m(eeste)rs gecommitteert, zoe hij verclaerde, alle jaere den xxvien.
july te betaelen een geheel jaer, d(aer)aff den iersten dach sal
vallen xxvia. julii 1595, op conditie indyen zij een(en) termijn
laeten overstrijcken een maendt, dat zij maer en sullen genyeten
vier jaeren quytschellinge en(de) dese betaelinge voldaen zijnde,
sullen die v(oir)s(creve) gebroeders en(de) hunne vaeders borge
van(de) voirs(creve) rinte geheelijck ontlast zijn en(de) blijven
ten eeuwigen daege, coram Angelis, Raveschot, junii iiia., 1594.
In de marge.
Dese twee jaeren mette resteren(de) thien gul(dens)
zijn aen mij betaelt junii via., 1594, ond(erteecken)t Mathijs
Vanden Pas.
Hierbij een akte met vermelding van Judoca (Josijne)
Van Essche, eerst gehuwd met Joannes Van Haecht en nadien met
Guilielmus Vos zone Arnoldus,
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7488, folio 216r., akte dd. 26 oktober 1596.
Item in tegenwordicheyt
des meyers ende schepen(en) van Loven naerbeschreven gestaen jo(uffvrouw)e
Barbara Couthals weduwe wijlen Andries Keynooge, woonen(de) binnen
der stadt van Mechelen, soo in haeren eygen naeme als vuyt crachte
en(de) naer vermogen van seeckere acte van authorisatie ende
approbatie, soo bijde weesm(eeste)ren der stadt van Mechelen in date
via. augusti xvc. xcvi, onderteeckent G. de Ophem, ende vanden
Hoogen Raide van Mechelen in date iia. maii xvc. xcv, onderteeckent
J. Buysser, beyde hier gesien ende gebleken, waermede hij es tot des
naerbes(chreven) staet te moghen doen, behoorl(ijck) geauthoriseert,
heeft opgedraegen met behoorl(ijcke) verthijdenisse twee diversche
bempden, elck groot daeraff ontrent ses dachmaelen onbegrepen der
maeten, behoudelijcken datter een cleyn stucxken onder es dat leen
es, dwelck bij desen nyet en wordt opgedraegen, geleghen tot
Werchtere, geheeten den Neeren Bempt, ende t' Cruyseussel, item een
mudde rogs erffelijck, bepandt op een halff boender landts, geleghen
onder Werchter, ter plaetsen geheeten ten Eynde, regen(oten) die
goeden van S(in)te Barbelen cappelle, exp(osito) ende Willem Vos
sone wijlen Aerdts, woonende binnen der stadt Loven, man en(de)
momboir van Cathlijne
Josijne Van Essche, voorde tochte, en(de)
Cathlijne Van Haeght, dochtere der selver Josijne, behouden van Jan
Van Haecht, haeren iersten man, voor d' erffelijcheyt naerde doot
van haere v(oor)s(chreve) moedere, alwaert oyck dat die voors(chreven)
Vos sijne voors(chreve) huysvroiuwe overleeffde, imposit(o) per mo(nitionem)
reddidit ende voorts meer op vijfftich goude pen(ningen), geheeten
carolusgul(dens), te xx st(uyvers) t' stuck, gepermitteerde munte,
erffel(ijcke) rente, alle jaere v(er)schijnende den xxviien. marty,
daeraff den iersten valdach sal sijn den xxviien. marty a(nn)o xvc.
xcviiitich. ende inder stadt wissele van Loven los ende vrije, etc(eter)a,
oyck van xe., xxe., ce. ende alle andere pen(ningen) ende impositien,
ingestelt en(de) innetestellen, te leveren der voors(chreve) Josijne
ende Catharina als voor, heure erffven ende naercomelingen in
toecomende tijden, quolibet assecutum, et satis die voors(chreve) jo(uffvrouw)e
Barbara soo in haeren naeme als vuyt crachte voors(chreven), obligan(do),
submitten(do) ac renuntian(do) privilegio senatuscons(ulti) velleani,
quam aliis quibuscumque de eo certiorata et waras op een mudde rogs
aenden H(eyligen) Geest van Werchtere ende een zister raepsaets aen(de)
kercke van Werchtere, tanquam prout iure, met conditie dat die voors(chreve)
jo(uffvrouw)e Barbara ende heure naercomelingen de selve rente
sullen moghen lossen t' allen tijden als hen gelieven sal t' eender
reysen ende elcken pen(ninck) d(aer)aff met xvien. gel(ijcke) pennin(gen),
ac cum, ende om de voors(chreve) Josijne ende haere dochtere vande
selve rente ende jaerl(ijcxe) betaelinge der selver te beter te
v(er)seeckeren, heeft de selve jo(uffvrouw)e Barbara opgedraegen met
behoorl(ijcke) v(er)thijdenisse een pachthoff mette huyssingen,
landen, bempden, boomgaerden ende bosschen, gelegen ter plaetsen,
geheeten Waynnese, gelegen onder Rijmenant, exposit(o) impositus est
de voors(chreven) Willem Vos inden naeme als boven ende dat in
plaetse van onderpandt om daeraen te verhaelen die voors(chreve)
rente ende jaerl(ijcxe) betaelinge der selver et satis de subpignore
obligan(do), submitten(do) ac renuntian(do) et waras prout, coram
Roeloffs, Broecke, octobris xxvi., 1596.
Item es te weten dat dese belastinge es gedaen
in mindernisse van eene rente van hondert twelff r(insguldens) x st(uyvers),
te weeten die xxxvii ½ rinsg(uldens) voor het contingent der
v(oor)s(chreve) jouff(vrouw)e Barbara ende die xii r(insguldens) x
st(uyvers) inden naeme van(de) erffgen(aemen) wijlen heer Cornelis
Lantsloots ende Cornelis Pauwels, blijvende nyettemin doriginele
obligatie vande voors(chreve) hondert twelff r(insguldens) x st(uyvers)
in haer vigeur soo lange en(de) totter tijdt toe die voors(chreven)
Vos inden naeme als boven vande andere deelen der selver rente mette
v(er)loopen der selver ten vollen sal voldaen sijn, coram eisdem.
Bron : S.A.L.,
Invetaris Cuvelier,
register nr. 7488, folio 219r., akte dd. 30 oktober 1596.
Item in tegenwordicheyt des meyers ende
schepenen van Loven naerbeschreven gestaen m(eeste)r Jan Schelckens
om des naerbeschreven staet te doen, behoorl(ijck) en(de)
onwederroepel(ijck) geconstitueert ende machtich gemaeckt bij Jannen
Kerridder ende jouff(vrouw)e Jozijne Pauwels, sijne huysvrouwe,
woonende tot Mechelen voor Adolph Van(den) Vinne als oepenbaer
notaris ende seeckere getuygen den xxen. marty lestleden, naerder
blijckende bijde procuratie daeraff sijnde in date voors(chreven),
alhier gesien ende gebleken, die selve vuyt crachte voors(chreven)
heeft opgedraegen met behoorl(ijcke) v(er)thijdenisse de goeden
naerbes(chreven), gelegen onder Duffle, ende ierst een stuck landts,
geheeten den Appelboom, groot drije dachmaelen liiitich. royen, item
noch een stuck landts, geheeten den Lackende Boomgaert, groot vijff
dachmaelen xxitich. royen, item noch een stuck landts bijden
Laghende Boomgaert, eenen drijhoeck, groot een halff boender
xcvitich. royen, item een stuck landts, geheeten het Neerveldeken,
groot een halff boender xxitich. royen, item een stuck landts, bijde
Lije gelegen, groot een halff boender, item een stuck landts bij
Neelvaes, groot vijff dachmaelen xxv royen, item eenen bossch,
geheeten Tynnebossche, ende een boschken daerbij gelegen, geheeten
den Cleynen Vaerendonck, groot ontrent ses dachmaelen, ende noch
drije stucken bempts, bij malckanderen gelegen over den amer, groot
ontrent seven dachwanden, al der voors(chreve) jouff(vrouw)e Jozijne
gebleven en(de) v(er)storven bijde doot ende afflijvicheyt van jo(uffvrouw)e
Anna Pauwels, haere sustere, ende van Jaspar De Roemer, daer moeder
aff was jo(uffvrouw)e Magdaleen Pauwels, exp(osito) ende Willem Vos
tot behoeff van Josijne Van Essche, sijne huysvrouwe, ende Cathlijne
Van Haecht, haere dochtere, bij haer behouden van wijlen Jan Van
Haecht imposito per mo(nitionem) reddidit ende voorts meer op xxxvii
r(insguldens) x st(uyvers) erffel(ijcke) rente, alle jaere opden
xxviien. marty te betaelen, daeraff den iersten valdach sal sijn den
xxviien. marty naestcomende, ende inder stadt wissel van Loven te
leveren, los en(de) vrije, etc(eter)a, oyck van xe., xxe., ce. ende
alle andere penningen en(de) impositien, ordinaris oft
extraordinaris, innegestelt oft innetestellen in futurum quolibet
assecutum, promitten(tes) in super persolvere et deliberare quite et
libere ut sup(ra), quolibet assecutum, obligan(do), submitten(do)
bona dictorum constituen(tium), coram eisdem.
Item es te weeten dat dese belastinge wordt
gedaen tot meerder vasticheyt der v(oor)s(chreve) rente van xxxvii
r(insguldens) x st(uyvers) vuyt ende van eene meerdere rente van ic.
xii r(insguldens), sal alsoo staen te quyten gel(ijck) inde
originele constitutie, coram eisdem.
Hierbij nog een akte met vermelding van
Guilielmus Vos en zijn vrouw Judoca (Jozijne) Van Essche, inwoners
van Leuven. Uit de akte blijkt dat Guilielmus Vos stadsklerk van de
eerste schrijfkamer van Leuven was, wat toch als een notoire functie
mag aanzien worden.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7488, folio 225r., akte dd. 12 november 1596.
Item Willem Vos, clerck der ierste
schrijffcaemere deser stadt Loven, hem sterckmaecken(de) voor
Jozijne Van Essche, sijne huysvrouwe, woonen(de) te Loven, in
praesentia, heeft bekendt ende geleden, kendt ende lijdt midts desen,
aen hem midts seeckere somme van penningen, d(aer)aff hij hem houdt
gecontenteert, gelost ende affgeleydt te sijn bij jouff(vrouw)e
Cathlijne Vander Veren, tegenwordige huysvrouwe heer ende m(eeste)r
Merttens Vander Vorst, advocaet inden Raide van Brabant, met volle
rente [van] negen carolus gul(dens) vuyt ende van xviii r(insguldens),
wesende de hellicht van xxxvi r(insguldens) erffel(ijck), daerinne
personel(ijck) v(er)bonden staet wijlen Mertten Van(der) Vorst met
schepenen brieven van Loven in date xxvia. martii a(nn)o xvc. lxvi
in tertia ende nu betaelt wordt bijden voors(chreven) heer en(de) m(eeste)r
Mertten Vander Vorst, scheldende den selven m(eeste)r Mertten sijne
huysvrouwe goeden ende erffgenaemen vande voors(chreve) rente mette
v(er)loopen voors(chreven) volcomentl(ijck) quyte, gelovende den
selven ter causen voors(chreven) in egheen rechte noch d(aer)buyten
nemmermeer aentespreken, daervoor v(er)bindende sijnen persoon ende
alle sijne goeden, ruerende ende onruerende, p(rese)nt ende
toecomende, coram Angelis, Broecke, novemb(ris) xiia., 1596.
Hierbij nog een akte met vermelding van Judoca
Van Essche, in eerste huwelijk met Joannes Van Haecht en in tweede
huwelijk met Guilielmus Vos.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7488, folio 285v., akte dd. 11 januari 1597.
Allen, etc(etera), dat jouff(vrouw)e Margriete
De Witte weduwe wijlen Philips Van Haecht, cum tutore, vuyt crachte
en(de) naer v(er)mogen van(den) testamente, bij den voors(chreven)
Philips ende die voors(chreve) jo(uffvrouw)e Margriete
tsaemenderhandt gemaeckt ende gepasseert voor m(eeste)r Coenraert
Sylvius, oepenbaer notaris, en(de) seeckere getuygen den vijffden
dach january a(nn)o xvc. sesse entnegentich, daermede zij
malckanderen cracht en(de) macht hebben gegeven allen henne goeden
en(de) renten te moghen v(er)coopen, alieneren oft transporteren om
daermede haere lasten en(de) schulden achtertelaeten, te betaelen,
al naerder blijckende bijden voors(chreven) testamente in date voors(chreven),
alhier gesien en(de) gebleken, die selve vuyt crachte en(de) naer
v(er)mogen voors(chreven), in presentia heeft gecedeert,
getransporteert en(de) overgegeven, cedeert, transporteert ende
geeft over midts desen Willem Vos, present ende accepterende inden
naeme en(de) tot behoeff heers en(de) meesters Jans Wouters Wiringus,
priestere, doctoor inde medecijnen ende canonck van(de) cathedrale
kercke van Onser Liever Vrouwen tot Atrecht, die hellicht van
alsulcke vijffentwintich rinsguldens erffel(ijck), te quyten den
penninck xvie., als zij tsaemenderhandt hebben onverdeylt opde drije
staeten slandts van Brabant int quartier van Loven met brieven
van(de) selffve staeten in date iia. may a(nn)o xvc. lxiiitich.,
onderteeckent Weelemans, om die selve rente bijden voors(chreven)
heer en(de) m(eeste)r Jannen t' ontfangen, quictantie en(de) acquict
van sijnen ontfanck te gheven, gelijck sijn eygen propre rente
sonder eenich voorder transport oft cessie daeraff te derven doen,
constituerende den selven heer en(de) m(eeste)r Jannen, procuratorem
rem propriam, cederen(de), transporterende en(de) ghevende over
midts desen die v(oor)s(chreve) jo(uffvrouw)e Margriete d'
erffbrieven daeraff sijnde, voor soo vele die voors(chreve) hellicht
es aengaende, met oyck die hellicht van(de) hellicht van(de) v(er)loopen
vande selve xxv r(insguldens), tot date deser v(er)schenen en(de)
alnoch onbetaelt staende, coram Duffle, Borcht, januarii xi., 1597.
Uit dit huwelijk:
Van Essche Michael, ° ca. 1565, x Haacht 21.09.1593
met Catharina De Lange,
Hierbij
een akte (met dank aan Paul) met vermelding van Michael Van Essche
(Van Ijssche) zone Arnoldus en zijn vrouw Catharina De Lange,
inwoners van Haacht.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7499, folio 210v., akte dd. 18 augustus 1608.
Item in tegenwoordich(eyt) der schepen(en) van
Loven naerbes(chreven) gestaen Michiel Van Ijssche sone wijlen
Aerdts en(de) Cathelijne De Lange, zijn(e) huysvr(ouw)e, absent,
voor die wel(cke) die voors(chreven) Michiel hem es sterckmaecken(de)
en(de) geloven(de) dat zij dese ter manisse sal comen approberen
en(de) mede geloven, woonachtich tot Haecht, hebben indivisim bekint
en(de) bekinnen midts desen schuldich te zijn(e) Christiaen Houwijck
en(de) Guilliam Flericx, beyde als momboirs van(de) kinderen wijlen
Andries De Pandere en(de) Hester De Pape, gehuysschen als sij
leeffden, tot behoeff der sel(ver) kinderen xxvtich. carol(us)
gul(den)s ts(iae)rs te xx st(uyvers) Brabants stuck, erffel(ijcke)
rinte, jaerl(ijcx) vallen(de) en(de) v(er)schijnen(de) opden iiie.
juny en(de) waeraff den iersten valdach v(er)schijnen sal opden iiie.
juny 1609 en(de) ende (!) bynnen des(er) stadt wissele van Loven te
leveren den voors(chreven) momboiren tot behoeff der voors(chreve)
kinderen en(de) henne naercomelin(gen), los en(de) vrije van ve., xe.,
xxe., ce. en(de) van alle ande(re), mindere oft meerde(re) penn(ingen)
en(de) impositien, innegestelt oft naemaels inne te stellen in futur(um)
quolibet assecut(um) et ad mo(nitionem) pignus valens duplu(m) et
tantu(m) obligan(do), submitten(do) ac renun(tiando) in forma, met
conditie dat die voors(chreve) bekinders oft henne naercomelin(gen)
die voors(chreve) erffrente van xxv carol(us) g(u)l(dens) erffel(ijck)
sullen mogen lossen en(de) affquytten tallen tijden alst hun
gelieven sal teend(er) reysen, elcken carol(us) guld(en) erffel(ijck)
met xvie. gel(ijcke) carol(us) gul(den)s loopen(de) munte, ac cum,
consenteren(de) die voors(chreve) gehuysschen bekinders tot meerdere
en(de) betere vastich(eyt) der voors(cchreve) rinte van xxv carol(us)
gul(den)s erffel(ijck) int maecken van mainmise over henne goeden,
coram Borcht, Asscha, augusti xviiia., 1608.
Uit dit huwelijk:
Van Essche Catharina, (°) Haacht
09.10.1594,
Van Essche Maria, ° Haacht
20.01.1596, x Haacht 09.11.1620 met Henricus
Mesmaeckers,
In de navolgende akte maakt men melding van
Henricus Mes(se)maecker(s) en zijn vrouw Maria Van Essche, inwoners
van Haacht.
Bron :
S.A.L., Inventaris Cuvelier,
register nr. 7524 folio 324v., akte dd. 31 januari 1636.
Item, in p(rese)ntia, etc(etera), gestaen Hendrick Mesmaecker en(de)
Marie Van Essche, gehuysschen, woonen(de) tot Haecht, hebben
onbesundert en(de) elck een voer al bekent en(de) bekennen midts
desen deuchdel(ijck) schuldich te sijn aen Jaecques Van Werrembor
als momboir van(de) kinderen wijlen Symoens De Munter, alhier p(rese)nt
en(de) tselve accepteren(de) tot behoeff van deselve weesen achthien
carolusg(uldens) te xx st(uyvers) tstuck ende vijffthien gelijcke
stuyvers loopen(de) munte, erffel(ijcke) rente, jaerl(ijcx) op date
deser te v(er)schijnen en(de) in deser stadts wissele te leveren,
los en(de) vrije van x., xx., ce. en(de) allen andere meerdere
en(de)
ofte mindere pen(ningen) en(de) impositien,
innegestelt oft naermaels inne te stellen, telcken termijn als
schult met rechte v(er)wonnen totter tijt van(de) quyttinge van
dijen toe, de welcke tallen tijden sal mogen geschieden met drije
gelijcke hondert gul(dens) eens en(de) met volle rente, gelijck die
v(oor)s(chreve) gehuysschen bekennen op nu vuyt handen des v(oor)s(chreven)
Werrembor ontfangen te hebben et tantu(m) obligan(do), submitten(do)
ac renun(tiando) in forma, signanter p(re)dicti mulier senati
consul(ti) vell(iani) et auth(entica) si qua mulier de eo certiorata
et ad mo(nitionem) pignus infra leucam valens duplum, consenteren(de)
voirts die v(oor)s(chreve) gehuysschen tot meerder vasticheyt
van(de) v(oor)s(chreve) rente int maecken van beleyde en(de)
mainmise over allen henne meubele en(de) immeubele goeden en(de) int
decreet van dijen, en(de)
mede in het herdecreteren, soo dickmaels als
den rentheffer gelieven sal, oyck voerde v(er)loopen naer date deser
te v(er)schijnen sonder daertoe gedaeght oft geroepen te moeten
worden, ende specialijck over de p(ar)tijen naervolgen(de), gelegen
tot Haecht, ierst een block landts van vijff dachm(aelen), geheeten
het Reucken, gelegen tusschen de Twee Schaubroecken, regen(oten) de
leybeeck ter 1e., tgoidtshuys Ter Banck ter 2., den H(eyligen) Geest
van Haecht ter 3., metten hoeck van dElsten ter 4. zijden, belast
met vier halsters coren aen(den) H(eyligen) Geest aldaer en(de)
ontrent een(en) st(uyver) heeren chijns sonder meer, soe sij
gehuysschen ter rechter trouwen v(er)claeren, item een halff boen(der)
en(de) een halff dachm(aelen) landts, gelegen int Hoovelt, regen(oten)
den wech ter 1e., de kercke van Haecht ter 2. en(de) de Laeckstraete
ter 3. zijden, wesen(de) o(n)belast, alsoe de v(oor)s(chreve) goeden
aen(de) v(oor)s(chreve) Marie sijn te deele gevallen bij deylinge,
gepasseert voer schepen(en) van Haecht opden xen. meert a(nn)o 1633,
coram Borchgreve, Van(der) Hulst, ultima jan(ua)rii 1636.
In de volgende akte maakt men melding van
Henricus Mesmaeckers en zijn vrouw Maria Van Essche (Van Ijssche),
dochter van Michael en Catharina De Lang(h)e, inwoners van Haacht.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 8256, folio 44v., akte dd. 13 september 1633.
Item in
tegenwoirdicheyt des meyers ende den schepenen van Loven
naerbeschreven gestaen m(eeste)r Philips De Kerriddere inden naeme
en(de) van weghen Henrick Mesmaeckers en(de) Maycken Van Essche
dochter Michiels, wettige gehuysschen, innewoonderen der
stadt dorps
van Haecht, bij deselve tot des naerbes(chreven) staet behoorelijck
en(de) onwederroepel(ijck) geconstitueert en(de) gemachticht zijnde
met procuratie, gepasseert voorden notaris Jan Woutelers en(de)
seeckere getuygen opden xiien. 7tembris. 1633 lestleden, den heeren
meyer en(de) schepenen alhier ten vollen v(er)thoont en(de)
gebleken, naer v(er)moeghen van welcken soe heeft die v(oor)s(chreven)
gemachtichde opgedraegen en(de) getransporteert met behoorelijcke
v(er)thijdenisse de goeden naerbeschreven, ierst vijff dachm(ae)len
lants, gelegen onder Haecht tusschen beyde de Schauwbroecken,
geheeten t' Reuken, regenooten de laybeke ter ier., tclooster van
Terbanck ter tweedere, de kercke van Haecht ter derdere ende d'
Elsten ter vierdere zijnde, belast zijn(de) met vier hal(sters)
corens ontquytbaer aenden H(eyligen) Geest van Haecht sonder meer
commers daer op vuyt te gaene, item noch een halff boender en(de)
een halff dach(wan)t in een(e) stucke, gelegen onder Haecht v(oor)s(chreven)
opt Hoyvelt, regenooten de Laetstraete ter een(de)re, Adriaen Aerms
ter iier., den wech naer tScharent ter iiier. en(de) de kercke van
Haecht ter vierdere zijden, wesende
sijnde onbelast, wesende deselve goeden
hen opdrageren aengedeylt tusschen henne mede consorten als erffgen(aemen)
des v(oor)s(chreven) Michiel Van Essche en(de) Cathlijne De Langhe,
exposit(o) ende s(ieu)r Albert de Haynault als toesiender en(de)
curateur van Michiel De Punder soene wijlen Andries en(de) van
Hester De Paepe, p(rese)nt ende accepterende ten behoeve desselffs,
per mo(nitionem) jure hereditario imposito idem reddidit ende voorts
meer op eene voortaene rente van achthien guldens ende vijffthien
stuyvers tsiaers te xx s(tuyvers) tstuck den gul(den) en(de) den st(uyver)
te drije plecken Braban(ts) gerekent, loopen(de) en(de) gevalueerde
munte, erffelijcke rente, alle jaere te Bamisse te v(er)schijnen,
daer van diersten termijn van betaelinghe vallen en(de)
v(er)schijnen sal te Bamisse xvic. vierendertich e(de) soe voorts
voorts
van jaere te jaere tot lossinge toe, de welcke sal moegen geschieden
teender reyse tegen den penninck sesthiene en(de) met volle rente,
al los gelts aen en(de) ten behoeve des v(oor)s(creven) Michiels De
Pundere, sijns actie te hebbene oft rep(rese)nterende, te leveren,
daerenboven heeft die v(oor)s(chreven) gemachtichde naer v(er)mogen
sijn(der) v(oor)s(chreve) co(mm)issie onder obliga(ti)e ende
submissie vande p(er)soonen ende goeden der v(oor)s(chreve) sijn(e)
co(mm)ittenten insolidu(m), beyde haeve ende erffve, tegenwoirdige
en(de) toecomen(de), met renuncia(ti)e prout in forma, sonder p(re)judicie
van des v(oor)s(creven) is, geloeft en(de) geloeft bij desen de
v(oor)s(chreve) xviii r(insguldens) xv st(uyvers) tsiaers jaerel(ijcx)
ten v(oor)s(chreven) valdaege wel, loffel(ijck) en(de) p(er)sonnel(ijck)
te betaelen en(de) te leveren ten behoeve als voor binnen deser
stadts wissele van Loven, alles los en(de) vrije van xe. xxe., xle.
ce., mindere oft meerdere penningen, impositien oft exactien,
alreede ingestelt oft naermaels in(ne) te stellen(e), mede van
pontpen(ningen) in futur(um) telcken termijne v(oor)seght als schult
met recht v(er)wonnen, et sub hisce
die
satis et waras die v(oor)s(chreve) gemachtichde obligan(do), etc(etera),
et casu quo ad monit(ionem) alia pignora et tantum prout,
consenteren(de) daer beneffens sonder p(re)judicie als voor int
maecken van beleyde en(de) mainmise en(de) inden decrete sonder
gedaeght oft geroepen te derven worden over allen de goeden der
v(oor)s(chreve) sijne constituan(ten), beyde meuble en(de) immeuble,
waer en(de) tot wat plaetsen die gelegen oft bevonden souden comen
te worden, egeen vuytgescheyden, coram S(ainc)t Victor, Willemaerts,
schepenen, mo(nente) praetore, septemb(ris) xiii., 1633.
Hierbij een akte met vermelding van Michael Van
Essche en zijn vrouw Catharina De Langhe.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7889, folio 177r., akte dd. 7 januari 1616.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7890, folio 103r., akte dd. 7 januari 1616.
Item in
teghenwoirdicheyt des meyers en(de) schepen(en) van Loven naerbes(chreven)
ghestaen Willem Van Nuffele sone wijlen Jans, woonende te Werchteren,
p(er) mo(nitionem) heeft opghedraeghen met behoorl(ijcke) v(er)thijden(isse)
eene rente van neghen r(ins)g(uldens) tsiaers, jaerl(ijcx)
vallen(de) en(de) v(er)schijnen(de) den thiensten may, te lossen
den penn(ninck)
met hondert en(de) vijfftich carolus gul(dens) eens, staen(de) beset
en(de) bepandt met schepen(en) brieven des dorps van Haeght in date
den iien. septembris anno 1604, gheteeckebt C. Van Vorspoel ende
gheseghelt metten ghemeynen zeghel des v(oor)s(creven) dorps aen
en(de) op zeke(r) huys en(de) hoff, ghelegen tot Haeght v(oor)s(chreven),
groot vijff dachmaelen ombegrepen der juyster mathen, reghen(oten)
sheeren strate ter eenre, Jasp(ar) Van Aersschot ter tweeder, Wilem
Van Langhendonck ter derde(re) en(de) Gielis V(er)calste(re)n ter
vierder zijd(en), item noch opden wijngaert, gheleghen opt Hoochvelt
alh(ier), reghen(oten) de kisten van(den) beghijnhove van Mechelen
ter eenre, Henr(ick) Ricx ter tweedere, den H(eyligen) Geest van
Haecht ter iiir. en(de) die goeden Michiels Van Essche ter iiii.
zijd(en), item noch als onderpandt aen en(de) op een halff boender
lants, gheleghen tot Haeght v(oor)s(chreven) opt Hoochvelt, reghen(oten)
den heere van Rotselair ter eenre, Johanna Hobbouts ter iir. en(de)
die v(oor)s(chreve) kiste van(den) beghijnhove van Mechelen ter iii.
en(de) iiii. zijden, toebehooren(de) alle die v(oor)s(chreve)
goeden, pand(en) en(de) onderpande Machielen Van Essche en(de)
Cathlijne De Langhe, die de v(oor)s(chreve) rente jaerl(ijcx) d(aer)vuyt
zijn ghellen(de) en(de) betalen(de), exp(osito) soo is dair inne
gheghoet en(de) gheerft ten erffel(ijcken) rechte jo(ncker)
Octaviaen Van(der) Tommen, nutertijt schepen(en) des(er) stadt,
p(er) mo(nitionem) et satis die voir een(e) goede, deughdel(ijcke)
rente, oock voir ombelast en(de) onghealieneert prout, cederen(de)
en(de) overgeven(de) den voirn(oempden) joncke(ren) Octaviaen(en)
die v(oor)s(chreve) originele brieven van constitutien der v(oor)s(chreve)
rente met allen den gheleuften en(de) conditien, dair inne begrepen
midts gaders het jaer v(er)loops der zelver, v(er)schenen den xen.
mey lestleden, eod(em) iure, coram Greve, Nijverseel, januarii
septima, anno 1616.
Van Essche Anna, (°) Haacht
28.08.1597, x Haacht 08.09.1623 met Carel Verschuren,
Van Essche Emerantiana, (°)
Haacht 09.01.1601, x 1 met Andries Van L/Roije, x 2
met Peeter Van Thienen,
Van Essche Margareta, (°) Haacht
17.03.1602, x Haacht 26.11.1628 met Nicolaus Bloems,
Van Essch Catharina, (°) Haacht
17.03.1602,
Van Essche Arnoldus, XIV,
° ca. 1570,
Van Essche Catharina,
Van Essche Philippus.
XIII -Van Essche Libertus
(S), ° ca. 1580, + > 07.04.1626, x met
Meeus
Margareta, Sav+, + Werchter 22.05.1659, deze laatste x 2 (niet W, ) met
Peeter Geens, geen fii W, H, Rot, Wez, S, H, K, Wak, Hols, Bet,
Wer1849/1: Fo 20 (7 april 1626):
Peter
Wouters sone Aerts ende Peeter Paeps als momboirs van de
onbejaerde kinderen wijlen Peeter Peeters x Catlijn Kusters
hebben opgedragen een half bunder bempt in Ninde aan de kinderen
van Margriete Meeus x Librecht Van Essche haeren eersten man
saliger voor de erfelijkheid en de voors Margriete Meeus x
Peeter Geens voor de tochte ... bij coop is verleent … gl en st
welcke gecomen sijn van seker vercochte eijcken die voorsch
kinderen competerende.
S+D kinderen Librecht Van Essche x Margriete Meeus
- Huijbrecht Van Essche voor hem en in naam van Janneken,
Adriana & Anneken Van Essche zijne broeder ende susters,
kinderen wijlen Hendrick Van Essche daer moeder af was Barbara
Van Hove
- Peeter Van Essche
- Maria Van Essch we Jan Mertens geasst bij Davidt Vranckx voor
haar kinderen
- Jacques Verstraeten x Cathelijn Van Essche.
In de volgende akte (met dank aa, Paul Peeters)
maakt men enerzijds melding van Libertus Van Essche zone Henricus
met zijn schoonbroer Henrick Paeps, weduwnaar van Catharina Paeps,
en anderzijds van Arnoldus Huybrechts met zijn vrouw Margaretha De
Winter (sWinters). De familienaam Van Essche wordt in één akte op
drie verschillende manieren geschreven (Van Essche/Van Esche en Van
Eschen). Bovendien vergist de stadsklerk zich met Magriet De Witte
te schrijven, want even later vermeldt hij haar vader als Jan De
Winter. Het zijn dus geen fouten van mijnentwege. Het is de
boodschap altijd attent te blijven.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7891, folio 193r., akte dd. 2 januari 1617.
Item in teghenwoordicheyt, etc(eter)a, ghestaen
Librecht Van Essche sone wijlen Henricks ende Henrick Paeps, weduwe
van wijlen Cathlijn Van Esche, sustere was des voors(chreven)
Librechts, hebben bekent, soo bekennen midts desen dat Aert
Huybrechts als man ende momboir van Margriet De Witte dochtere
wijlen Jans aen hem volcometlijck gheloeft ende affghequeten heeft
midts sekere somme van penninghen, tot hunnen contentement
ontfanghen mette verloopen van dijen, sesse veertelen roghs t' jaers,
persoonelijck bekent bij wijlen Jan De Wintere voorschreven aen
Hendrick Van Eschen, consenterende alsoo inde cassatie sesse
viertelen roch, mede inde brieven van constitutien ende allen
anderen bescheeden daeraff sijn(de) ende namentlijck te bevinden,
ghelovende den selven noch sijne naecomelinghen daer van nyet meer
te heysschen oft te molesteren in eenighe manieren, maer voor den
selven teghen eenenieghelijck goet garrandt te zijn, coram iisdem
eodem.
In de volgende akte emancipeert Libertus Van
Essche (man van Margaretha Meeus), inwoner van Werchter, zijn
kinderen Henricus, Petrus, Maria, Catharina en Anna. Zijn vrouw werd
niet in de akte vermeld.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7891, folio 235v., akte dd. 16 januari 1617.
Item Libertus Van Essche, commorans apud
Werchtere, in praesentia, emancipavit Henricum, Petrum, Mariam,
Catharinam et Annam Van Essche suas proles, quo facto Ghijseleers
reconduxit, iisdem eodem.
De bijgaande emancipatieakte is dezelfde als de
akte dd. 16 januari 1617 in het register 7891 folio 235v. (S.A.L.),
met dien verstande dat deze akte dateert van 14 januari 1617,
tenminste als men zich baseert op de datering van de voorgaande
akte. Men zou dus kunnen stellen dat de akte van 16 januari 1617
(hierboven) een kopie is van de onderstaande akte.
Libertus Van Essche (man van Margaretha Meeus)
emancipeert zijn kinderen Henricus, Petrus, Maria, Catharina en
Anna.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7890, folio 212r., akte dd. 14 januari 1617.
Transcriptie.
Item Libert(us) Va(n) Essche, commorans apud
Werchter, in
p(rese)ntia, emancipavit Henricum, Petrum,
Mariam,
Catharinam et Annam Va(n) Esche, suas proles,
quo facdto Ghijsleers reconduxit, iisdem eodem.
In de akte maakt men melding van Libertus Van
Essche zone wijlen Henricus en zijn vrouw Margaretha Meeus, inwoners
van Werchter. Het geschrift van deze griffier is weer niet evident.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 8245, folio 101v., akte dd. 3 augustus 1615.
Item in
tegenwoirdicheyt des meyers en(de) schepen(en) van Loeven gestaen
Carel Verbeke soene wijlen Cornelis, Heylcken Gijsbrechts Anthoenis,
sijne huys(vrouw)e, ende
Liebrecht Van Esche soene wijlen Henricx ende
Margriete Meeus, sijne huys(vrouw)e, woenen(de) tot Werchter, hebben
opgedragen met behoirlijcke verthijdenisse een boender bempts ind(en)
Holsdonck onder Werchter voors(chreven), dat twee stucken plaegen te
sijn, die leygrecht ter ie., Augustijn Van Loeffvelt ter iir., die
cappelle goed(en) van Sinte Barbele ten Eynde ter iiir., jouff(vrouw)e
Maria Switten ter iiiir., item de voors(chreven) Carel Verbeke
en(de) sijn huys(vrouw)e heeft mede opgedragen een halff boender
lants, gelegen ten Eynde, geheeten den Lieven Heer Boom, regenoten
sheeren strate ter ie., die voors(chreven) opdrager ter iir., Jan
Verbeke ter iiir., die Cappelstrate ter iiiir., item die voors(chreven)
Liebrecht en(de) sijn huys(vrouw)e draegen oyck noch op een halff
boender lants, gelegen onder Scriecke, regenoten sheeren strate ter
ie., Peeter Peeters in twee sijden, die van Villeers ter iiir. sijd(en),
expos(ito) ende Henrick Corbeels soe voor hem als voor Petronella
Van(der) Vorst, sijne huys(vrouw)e, impos(iti) p(er) mo(nitionem)
redd(iterun)t ende voerts meer op thien carolusg(uldens) te xx st(uyvers)
tstuck loopen(de) munte, erffelijcke rente, jaerlijcx op date van
desen te betalen et in cambio quite et libere infuturu(m) assecutu(m)
et satis ind(ivisi)m oblig(ando) et submitt(endo) et war(as) opd(en)
gerechtighen heeren chijns, te wetene dierste parceel op vijff
molevaten evene en(de) ... (?) evene aend(en) hertoch van Aerschot,
item dierste halff boender op een halff boender (!) op een halff
blanck en(de) dander halff boender voor ombelast, geloeven(de)
daerenboven die voors(chreve) rente van thien carolusg(uldens) ten
voors(chreven) termijn p(er)sonelijck te betalen et casu quo ad
monitionem alia vel redimere teender reysen, elcken pen(ninck met
zesthien gelijcke carolusg(uldens) en(de) met volle rente, cor(am)
To(m)men, Luenckens, augusti iiia., xvic. xv.
In de marge.
Op heden den xxven. meye 1694 compareerden heer
en(de) m(eeste)r Ludovicus Vequemans, tegenwordich schepene deser
v(oir)s(chreve) stadt, vercleerde aen hem comp(aran)t door handen
van Jan Van Tongelen te sijn gerembours(eer)t die capitale rente der
tegenstaen(de) rente van thien guld(ens) met vier jaeren verloops,
als bij besundere q(uy)t(an)tie in date 24. huius et sic vacat.
Hierbij een akte met vermelding van Libertus Van
Essche (Ijssche) zone Henricus en zijn vrouw Margaretha Meeus,
inwoners van Werchter.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7498, folio 123v., akte dd. 17 februari 1606.
Item in tegenwoordich(eyt)
des meyers en(de) schepen(en) van Loven naerbes(chreven) gestaen
Liebrecht Van Essche sone wijlen Henricx en(de) Marg(rie)te Meeus,
zijn(e) huysvr(ouw)e, woonen(de) tot Werchtere, per mo(nitionem)
hebben opgedragen met behoorl(ijcke) v(er)thijden(isse) die goeden
naerbes(chreven, ende ierst twee stucken landts, geheeten de
Voshoeve, groot ontrent seven dachm(aelen, gelegen tot Cruys ond(er)
de Laet van Werchtere tusschen die goeden Henricx V(er)mijlen in
deene, desel(ve) opdrage(re) ter iie.,
en(de)
iiie. en(de) iiiie. zijd(en, item alnoch een stuck landts, groot
ontrent drije dachm(aelen) met een halff boend(er) bosch daeraen
geleghen, ter plaetsen voors(chreven) tusschen die voors(chreve)
twee stucken landts in deene, die heyde aldaer ter iie. en(de) iiie.
zijd(en), exp(osito) imp(ositus) est Niclaes Van Opstal imp(ositus)
p(er) mo(nitionem) redd(idi)t ende voorts meer op een(e) voortaen(e)
erffel(ijcke) rente van twelff silvere penn(ingen), geheeten carol(us)
gul(den)s, te xx st(uyvers) tstuck ende thien gel(ijcke) stuyvers
erffel(ijcke) rente, alle jaere v(er)schijnen(de) opden xviie. dach
feb(rua)ry te betaelen en(de) in(der) stadt wissele van Loven, los
en(de) vrije, etc(etera), oock van ve., xe., xxe., ce. en(de) alle
ande(re), minde(re) en(de) meerde(re) penn(ingen), geimponeert
en(de) naemaels te imponeren in toe(comen)de tijd(en), telcken
termijn(e) als schult met rechte v(er)wonnen, geloven(de) die voors(chreven)
opdraege(re) ind(ivisim) de voors(chreve) erffrente jaerl(ijcx) ten
tijde en(de) termijn(e) wel en(de) loffel(ijck) te betaelen en(de)
los en(de) vrije als voor te leveren, quolibet assecut(um) et casu
quo pignora, met conditien dat die voors(chreve) bekinderen die
voor(chreve) erffrente van twelff rinsg(u)l(dens) en(de) thien
stuyvers sullen moghen lossen en(de) affquytten tallen tijden alst
hen gelieven sal teenemaele elcken penn(inck) daeraff met xvie gel(ijcke)
penn(ingen) en(de) met volle rente, obligan(do) et submitten(do),
coram Lievens, Schore, feb(rua)rii xviia., 1606.
In de marge.
Opden xien. january 1675 heeft den
ondergeschreven ontfangen de capitaele penningen mette v(er)loopen
deser rente van xii gul(dens) x st(uyvers) erffel(ijck), int witte
deser begrepen, vuyt handen Jan Michiels, consenteren(de) voorsulcx
inde cassatie deser et sic vacat, actum ut supra et signavit.
J. De Vos.
Petrus Van Ijssche en zijn schoonbroer Joannes
Verthiers, gehuwd met Maria Van Ijssche, beiden wonende te Werchter,
werden in het bezit gesteld van een erfelijke rente van 12
karolusguldens ten laste van Paschasius Verhoeven zone Guilielmus en
Libertus Van Ijssche zone Joannes, voorheen wonende te Keerbergen.
Petrus Van Ijssche en Maria Van Ijssche zijn kinderen van Libertus
(en Margaretha Meeus).
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7487, folio 85r., akte dd. 24 oktober 1594.
Item in tegenwoirdicheyt der schepen(en) van
Loven naebeschreven gestaen Ph(i)l(ip)s Van Haeght ende Willem De
Vos, zoe als executeurs van(den) testamente en(de) vuyterste wille
Henricx wijlen Driessche, gepasseert voer m(eeste)r Jannen Wamels,
openbaer not(ari)s, en(de) zeeckere getuyghen den xxen. may
lxxxixtich., alhier gezien en(de) gebleecken, als vuyt crachte van
zekere procuratie, den selven gegeven bijde erffgen(aemen) desselffs
wijlen Henricx, gepasseert voer m(eeste)r Coenrardt Sylvius,
openbaer not(ari)s, en(de) zeeckere getuygen opden viiien. decembris
xvc. xcii, alhier gezien en(de) gebleecken, hebben zoe rigore iuris
als anderssints gecedeert, getransporteert ende overgegeven,
cederen, transporteren en(de) geven over mits des(en), tot behoeff
Peeters Van Ijssche zone wijlen Liebrechts en(de) Jannen Verthiers,
man en(de) momboir van Marie Van Ijssche, suster des v(oir)s(chreven)
Peeters, beyde woonen(de) te Werchtere, voer hunnen, huere erffven
en(de) naecomelinghen een erffel(ijcke) rinte van twelff carolusgul(dens)
te xx st(uyvers) tstuck, jaerl(ijcx) vallende den tweeden dach
aprilis, d(aer)vore personelijck met schepen(en) brieven van Loven
in date iia. aprilis a(n)no xvc. lxxiii in media v(er)bonden staen
Paschier V(er)hoeven zone wijlen Willems en(de) Liebrecht Van
Ijssche zone wijlen Jans, eertijts gewoont hebben(de) te Keerberghen,
aenden voirs(chreven) wijlen Henricken Driesche mette v(er)loopen
van ... [n.v.], cederen(de), alsoe transporteren(de) ende gevende
over die v(oir)s(chreve) transportanten vuyt crachte voirs(chreven)
d' erffbrieven daeraff zijnde, met allen die gelueften d(aer)inne
begrepen, en(de) verloopen als boven ten selven rechte, cor(am)
Angelis, Glavimans, octobris xxiiiia., 1594.
Uit dit
huwelijk:
Van Essche Henricus, XII,
Van Es(s)che Petrus, x (niet W, ) met
Jenne(n)s Joanna,
Uit dit huwelijk:
Van Essche
Margareta, (°) Werchter 23.04.1644 (g. Bostraeten Petrus en Meeus
Margareta),
Van Esch Catharina,
(°) Werchter 15.01.1647 (g. Wauterdams Guilelmus en Jennens
Catharina),
Van Esche Petrus,
(°) Werchter 03.12.1649 (g. Stoop Petrus en Van Esch Catharina),
Van Esche Adriana,
(°) Werchter 06.05.1652 (g. Stroobants Joannes en Paeps Adriana),
Van Esche Joannes,
(°) Werchter 25.03.1655 (g. De Meijer Joannes en Verstraten
Catharina),
Van Esche Maria,
(°) Werchter 22.09.1658 (g. De Keijser Joannes en Verstraeten
Maria),
Van Esche Libertus,
(°) Werchter 30.10.1661 (g. Stoop Petrus n. Vanden Eijnde Levinus en
Van Engel Elisabeth),
Van Esch Cornelius,
(°) Werchter 25.10.1665 (g. Baudewijns Cornelius en Vermijlen
Mijnken n. Clemens Maria),
Van Esch Maria, x
(niet W, ) met
Mertens Joannes,
Uit dit huwelijk:
Mertens Henricus,
(°) Werchter 01.05.1645 (g. Van Esch Henricus en Hollemans Anna),
Mertens Petrus,
(°) Werchter 17.05.1648 (g. Van Roest Guilielmus en Van Rumpaei
Anna),
Mertens Anna, (°)
Werchter 05.09.1649 (g. Holemans Antonius en Rix Anna),
Van Essche Anna, x met Joannes
Verthiers,
In de
onderstaande akte (met dank aan Paul Peeters) maakt men melding van
Anna Van Ijssche (Van Essche), dochter van wijlen Libertus en
inwoonster van Werchter. Ik vermoed dat het hier gaat om de dochter
van Libertus en Margaretha Meeus.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7517, folio 195r., akte dd. 11 januari 1628.
Item, in p(rese)ntia villici Lovanien(sis), et(ceter)a,
gestaen jo(ncke)r Arnoult De Rijcke, woonen(de) binnen der stadt van
Loven, v(er)claren(de) hoe dat hij over eenige jaeren, als sijne
dochter jo(uffrouw)e Anna De Rijcke saliger, soude haere professie
doen binnen den cloostere van Vrouwenperck, hij comp(aran)t gelooft
heeft te geven tot behoeff van sijne docchter jaerl(ijcx) haer leven
lanck gedurende achthien guldens t' siaers lijffrente, (die nu ter
tijdt geexpireert is mits haere afflijvicheyt) ende daerenboven tot
behoeff van(den) voors(chreven) clooster jaerlijcx te bekennen sesse
guldens tsiaers, quytbaer tegen den penninck sesthien, om van(de)
welcke sesse guldens t' siaers den voors(chreven) cloistere te v(er)sekeren,
per mo(nitionem) heeft opgedraegen met behoorlijcke v(er)tijdenisse
alsulcke sesse carolusg(uldens) en(de) vijff stuyvers erffel(ijck)
als hij met schepene brieven van deser stadt was treckende op vijff
dachm(aelen) landts, gelegen tot Cruyce onder Keerbergen bij
Werchter, toebehooren(de) Anna Van Ijssche dochter wijlen Librechts,
woonen(de) tot Werchtere, volgen(de) de schepen(e) brieven van Loven
daeraff sijnde in date xa. juny 1626 in ia., expos(ito) impos(itus)
est Govaert Merttens als rentm(eeste)r van(den) voors(chreven)
clooster van Vrouwenperck inden naem en(de) tot behoeff van(den)
selven cloostere, waermede worden gecasseert sesse guldens erffel(ijck),
den voors(chreven) goidtshuyse bij den voors(chreven) transportant
toegeseeght inde professie der voors(chreve) wijlen jo(uffrouw)e
Anna, sijne dochter saliger, et satis, etc(eter)a, et waras voor
eene goede, onbelaste rente, cederen(de), transporterende en(de)
geven(de) voorts over die voors(chreven) heere transportant de voors(chreve)
erffbrieven daeraff sijnde, met alle en(de) yegewelcke gelooften,
daerinne begrepen, ten s(elv)en rechte, coram Daniels, Beringhen,
jan(ua)rii xia., 1628.
In de bijgaande akte werd melding gemaakt van
Anna Van Ijssche (Van Essche), inwoonster van Werchter, dochter van
wijlen Libertus en vrouw van Joannes Verthiers Haar vader moet
dus overleden zijn tussen 07.04.1626 en 10 juni 1626. Ik vermoed dat
Anna vrij jong moet geweest zijn toen ze huwde.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7515, folio 294r., akte dd. 10 juni 1626.
Item, in p(rese)ntia villici Lovanien(sis), et(ceter)a,
gestaen Anna Van Ijssche dochter wijlen Liebrechts met consente,
wille, wete en(de) overstaene Jans V(er)thiers, haers mans, woonen(de)
tot Werchter, per mo(nitionem) hebben opgedraegen met behoorel(ijcke)
v(er)thijdenisse een huys en(de) hoff met alle andere sijne
toebehoorten, groot ontrent vijff dachm(aelen), gelegen tot
Keerbergen onder Cruyce, regen(oten) Huybrecht Van Hougaerden, nu
Hendrick V(er)mijlen in twee sijden, Jan Van(den) Hove ter derdere
en(de) sheeren straete ter iiiie. en(de) vijffdere sijd(en), expos(ito)
ende jo(ncke)r Arnould De Rijck, woonen(de) binnen deser stadt van
Loven, impos(itus) per mo(nitionem) reddidit aen(de) voorn(oempde)
gehuysschen om tselve huys en(de) toebehoorten te hebben, te houden
en(de) te besitten op sheeren chijns sonder meer, en(de) voirts meer
op eene voortaen(e) rente van sesse carolus guldens te xx st(uyvers)
Brabants tstuck en(de) vijff gel(ijcke) stuyvers erffel(ijcke)
rente, verschijnen(de) jaerlijcx opden xen. juny en(de) binnen deser
stadt wissele van Loven te leveren, los en(de) vrije van bede, oock
van xe., xxe., ce. en(de) van alle andere impositien en(de) exactien,
innegestelt oft inne te stellen in toecomen(de) tijden, telcken
jaere en(de) termijne als schult met rechte verwonnen, obligan(do)
et submitten(do), et tantum et casu quo pignus, et(ceter)a, valens
duplum, geloven(de) voirts die v(oor)s(chreve) gehuysschen indivisim
en(de) in solidum de voors(chreve) rente van sesse gul(dens) en(de)
v st(uyvers) erffel(ijck), jaerlijcx wel en(de) loffel(ijck) te
betaelen en(de) leveren als voor, los en(de) vrije als boven ten
behoeve v(oor)s(chreven) onder de selve oblga(ti)e en(de) submissie,
met conditie dat de v(oor)s(chreve) bekenderen oft heurl(ieder)
naercomelingen de v(oor)s(chreve) rente van sesse gul(dens) vijff
stuyvers erffel(ijck) sullen mogen lossen en(de) affquyten tallen
tijden alst hun gelieven sal teender reyse, elcken gulden erffel(ijck)
d(aer)aff met sesthien gelijcke guldens loopen(de) munte en(de) met
volle rente, coram Schore, Berckel, junii xa., 1626.
Hierbij een akte met vermelding van Joannes
Verthiers en zijn vrouw Anna Van Essche.
Bron : S.A.L,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7886, folio 186v., akte dd. 29 januari 1611.
Item in tegenwordicheyt
des meyers ende scepenen van Loven naerbes(creven) gestaen s(ieu)r
Anthonis De Pottre per mo(nitionem) heeft opgedragen met behoirl(ijcke)
vertijdenisse eene rente van negen carolus guldens ende vii ½
stuyvers erffelijcke rente, staende bepandt ende gehipothiceert met
scepene brieven van Loven in date den lesten septembris 1609 in
media camera aen ende op een huys ende hoff met zijne toebehoirten,
ghelegen binnen de heerlijckheyt van Keerbergen, ende meer andere
goeden, inde voors(creve) constitutie brieven genoempt,
toebehoirende Jan Verthiers ende Anna Van Essche, ghehuysschen, ende
daervoore sij hun oock persoonel(ijck) bijde selve brieven houden
verbonden, exp(osito) soo is daerinne gegoeyt ende geerft ten erffel(ijcken)
rechte den voors(creven) Jan Verthiers ende sijne huysvrouwe per mo(nitionem)
iure et satis
ende dat bij maniere van quytinghe et satis
die voors(creve) opdrageren obligan(do) et submitten(do) et waras
prout, cederende ende transporterende de voors(creven) Pottere tot
behoeff als voor doriginele constitutie brieven daeraff zijnde, om
deselffve te doen ende laten casseeren, gel(ijck) die oock alsnu ten
boecke zijn gecasseert, coram eisdem et eodem.
Van Essche
Catharina, x (niet W, Bet, ) met Verstra(e)ten Jacobus,
+ Werchter 03.10.1676,
Onderstaande akte met dank aan
Christine Savat
AVT3: 22 mei 1687:
Joos Van Loije ende Cornelis
Anthonis zijn overeengekomen dat den vernoemde Van Loije was
vindende over montcosten vant houden van zijne schoonmoedere
Cathlijn Van Essche we Jacques Verstraeten de somme van 474 gl.
Uit dit huwelijk: geen andere fii W, H, Kamp, Rot, K, Wak,
Verstraten Maria, (°) Werchter 15.01.1640 (g. Gilis Henricus
en Van Essche Maria),
Verstraeten Joannes, (°) Werchter 09.11.1643 (g. Portmans
Clara nomine Joannes Aegidius en Goris Anna),
Verstraten Margareta, (°) Werchter 27.06.1645 (g. Holemans
Antonius en Meeus Margaretha),
Verstraeten Catharina, (°) Werchter 02.02.1648 (g. Cluppels
Theodorus en Verstraeten Catharina),
Verstraten Jacobus, (°) Werchter 28.07.1652 (g. Van Tongelen
Petrus en Holemans Anna),
Verstraeten Elisabeth, (°) Werchter 02.12.1655 (g. Boons
Wauterus en Verstraeten Elisabeth).
XIV - Van Essche Arnoldus (S4712),
° ca. 1570, x (niet H, ) met
Catharina Smekens (S4713),
Sav+, fa Peeter x ... (deze x 2 met Willem Paelmans).
H835: Fo
101: 24 feb 1600:
Quitantie voor Dierick Diericx x Agnes Van Gouwe van Willem Paelmans
x de we Peeter Smekens als tochteresse ende Aert Van IJssche x
Catherijn Smekens de vs wijlen Peeters dochter, ende Adriaen Van Erm
met Jan Docx als momboirs van Adriaen ende Margriete Smekens
gebroeders ende gesusters.
Aarschot
139ter: 27 jun 1639:
Adriaen Van Esche en Jan Van Esche gebroeders verheffen naer dode
Aert Van Essche hun vader en verkopen een dm bempt int Goorbroeck in
Haecht aen Aert Van Haecht zone wijlen Jans ende Lijsbeth Vander
Audera..
In de akte (met dank aan Paul Peeters) maakt men
melding van Joannes en Henricus Van Essche, beiden kinderen van
wijlen Arnoldus Van Essche en Catharina Smekens.
Bron :
S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7900, fol. 360r., akte dd. 29 maart 1638.
Item in teghenwoordicheyt des meyers en(de)
schepenen van Loven naerbeschreven gestaen Jan Van Essche en(de)
Henrick Van Essche, gebroeders, kinderen wijlen Arts Van Essche
en(de) Cathelijn Smekens, gehuysschen als sij leeffden, ter manisse
tsheeren meyers hebben tsaemen opgedraeghen en(de) ierst den
v(oor)s(chreven Jan Van Essche huys ende hooff met allen anderen
sijn(e) toebehoirten, groot ontrent onderhalff dachmale, soo tselve
geleghen is onder Haecht op de Putteghem Heyde, regen(oten) Jan Van
Langendonck, die heyde ter ii., Cathelijn Schelken[s] ter iiie.,
derffg(enamen) Jan Van Haecht ter vierder sijden, belast met viiii
stuy(vers) aen(de) kercke van Wesemale en(de) een halff molevat even
en(de) iiii p(enningen) Loven(sche) heeren chijns, item noch een
block lants, geheeten het Schuerblock, groot drije dachmalen, soo
tselve geleghen is tot Haecht, regen(oten) Jan Van Haecht Janssoene
ter ie., derffg(enaemen) Jans Van Haecht ter iie., die heyde in twee
andere sijden, belast met twee guld(ens) erffel(ijck) aende erffg(enaemen)
Jan Van Haecht, quytbaer den p(enninck) xvi, item Henrick draght op
eenen bempt die nu gelabeurt wordt in Heybrock (?), groot een
boendert, regen(oten) die leybecke ter ie., derffg(enaemen) Machiel
Van Langendocnk ter ii., Jan Van Leyen ter iiie., derffg(enaemen)
Jan Dockx ter iiii., Andries Van Roye ter ve. sijden, belast met ii
p(enningen) Loven(sche) heeren chijns, die v(oor)s(chreve) partijen
van goederen die respective opdraegeren aengedeylt teghens hunne
mede erffg(enaemen) voor meyer en(de) schepen(en) van Haecht in
decembris 1636, expos(ito) impos(itus) Jan Van Thienen soene wijlen
Adriaens p(er) mo(nitionem) redd(idi)t om de selve panden bij de
opdraeg(ers) gebruyckt en(d)e besetten te wordden als hun andere
eyghen goederen op de lasten d(aer)op vuytgaende, als hier voorens
gespecificeert is, terminis debitis et consuetis en(de) voorts
meer op eene voortaene rente van tweelff carolus guldens te xx st(uyvers)
stuck en(de) thien gelijcke stuyvers erffelijcke rente, munte in
Brabant cours en(de) loop hebben(de), allen jaere op datum van heden
te betaelen en(de) leveren, los en(de) vrije in de stadt wissele van
Loven, oock van x., xx., ce. en(de) alle andere, mindere en(de)
meerdere p(enningen), alreede innegestelt oft alnoch inne te
stellen, ten behoeve des v(oor)s(chreven) Jan Van Thienen oft sijns
actie hebben(de) telcken jaer ende termijn alle als schult met recht
v(er)wonnen, et satis oblig(ando) et submitten(do) ac renunt(iando)
in forma et waras ut sup(ra) en(de) om den v(oor)s(chreven
rentheeffer oft sijns actie hebben(de), vande v(oor)s(chreve) rente
van xii r(insguldens) x st(uyvers) en(de) jaerelijckxe betaellinghe
vande selve noch beter te v(er)seckeren, soe hebben de v(oor)s(chreve)
twee comparanten elck indivis(im) et in solid(um) geloeft, soe sij
geloeven mits des(en), de v(oor)s(chreve) rente van xii r(insg(uldens)
x st(uyvers) tsjaers aen(den) v(oor)s(chreven) Jan Van Thienen oft
actie van hen hebben(de), allen jaer en(de) termijn v(oor)s(chreven)
wel en(de) looffelijck te betaelen en(de) leveren, los en(de) vrije
en(de) ten behoeffve als boven, et satis oblig(ando) et submit(tendo)
ind(ivisim) et insol(idum) ac renunt(iando) ut sup(ra), met condit(ie)
dat die rentgelders de v(oor)s(chreve) rente van xii r(insguldens) x
st(uyvers ) altoos sullen moghen lossen ende affquyten tallen tijden
als hun gelieven sal teender reysen, elcken gulden d(aer)aff met xvi
gel(ijcke) guld(ens) en(de) met volle renten en(de) al beyde
bekennen(de) int v(er)claeren dat bij hun elckx heeft ontfanghen een
hondert guldens cappitaels, soe geloven sij malcande(ren) telcken
jaer hunne v(er)loopen soe bij een te breng(en) om den rentheeffer
te betaelen, dat deen den andere d(aer)doer gheen schaede en sal
geschieden, gelijck sij hun oock sullen reguleren in het quyten der
v(oor)s(chreve) rente en(de) is te weeten dat Henrick Van Thienen
v(er)claert dese p(enningen) aen te leghen met den voors(chreven)
broeder Jan Van Thienen en(de) geprocedert sijn vanden affgeleghde [somme]
van xv r(insguldens) ix st(uyvers), gequeten bij Olivier Leunis,
coram Borchgrave, Lunckens, martii xxix., a(nno) 1638.
Uit dit huwelijk:
Van Essche Adrianus, XIII (S2356),
(°) Haacht 07.02.1599,
Van Essche Anna, (°) Haacht 03.08.1601,
Van Essche Guililemus, (°) Haacht 12.09.1604,
Van Essche Joannes, (°) Haacht 21.02.1606, x (niet H,
) met Clara Wouters - Wauters, fa Arnoldus x
Petronella Spoelbergh,
H835t: Fo 64v: 28 apr 1671:
Permutatie tusschen die we en erfgen Jan Van Essche ende Huijbrecht
Van Winckel
- Clara Wouters we Jan Van Esche voor de tochte ende Adriaen Van
Essche met Peeter, Cornelis, Margriete ende Elisabeth Van Esche
haere kinderen voor de proprietyt (land aan de Puddegem Heijde).
Uit dit huwelijk:
Van Essche Magdalena, (°) Haacht
23.09.1637,
Van Essche Petrus, (°) Haacht
23.09.1637,
Van Essche Adrianus, (°) Haacht
18.10.1638,
Van Essche Joannes, (°) Haacht
02.12.1640,
Van Esch Petrus, (°) Haacht
06.01.1642,
Van Es Cornelius, (°) Haacht
25.06.1645,
Van Essche Joannes, (°) Haacht
27.10.1647,
Van Essche Margareta, (°) Haacht
...09.1648,
Van Esch Elisabeth, (°) Haacht
02.02.1653,
Van Essch Henricus, (°) Haacht 18.11.1608,
Van Essch Maria, (°) Haacht 17.07.1611,
Van Essch Elisabeth, (°) Haacht 11.04.1616, moeder
Smets.
XII - Van Essche Henricus (S2384
+ S2400),
° ca. 1590, + wellicht Werchter 27.06.1657, x 1 met
Van
Hove - Vander Hoeven Barbara (S2385 + S2401 + S2417), x 2 (niet
W, S, ) met Van Rompaij Anna,
Onderstaande aktes met dank aan
Paul Peeters
Een schepenakte met een retro-akte
van 1654, waarin Henricus Van Esche, weduwe van Barbara Van
Hove, wordt gemeld. Hij woonde op dat ogenblik onder
Keerbergen. In de akte staat merkwaardig genoeg Van Hoye
(i.p.v. Van Hove). Mogelijk gaat het hier om een loutere
verschrijving van de auteur.
Bron : S.A.L., Inventaris Cuvelier, register nr. 7917
fol. 144v°.
Item in tegenwoerdicheyt der
schepenen van Loven naergenoemt gestaen Niclaes Vander Vorst om
den naervolgen. contracte notariael te vernieuwen, bij de
procuratie daer inne geinsereert, als thoonder geconstitueert
sijnde, heeft den selven vernieuwet inder vuegen naervolgende.
Op heden den xiije. april a°. 1654
compareerde voer mij als openbaer notaris, tot Loven
residerende, ende in de presentie vande getuygen naergenoemt
Henrick Van Esche, ingesetene van Keerberge, de welcke heeft
bekent ende bekent bij desen van in den jaere 1628 den xijen.
octobris met wijlen Barbara Van Hoye, sijne ierste huysvrauwe,
ontfangen te hebben vuyt handen van Daniel Van Meerbeeck ende
Margriet Tritsmans, ingesetene deser stadt, de somme van hondert
rinsguldens eens, ten saecke van welcke somme hij ierste
comparant heeft geloeft en. geloeft bij desen te gheven ende te
betalen jaerlijcx opden xijen. octobris voerschreven aen ende
ten behoefve vande voerschreve Margriete Tritsmans, haere
naercomelingen oft haers actie hebbende, eene rente van ses
guldens vijff stuyvers sjaers, den penninck sesthien, daer van
den iersten termijn van betalinge vallen ende verschijnen sal
den xijen. octobris 1654 ende soo voirts vervolgens van jaere
tot jaere totte quytinge toe, welcke sal moghen geschieden alst
den rentgelder gelieven sal teender reyse ende met volle rente,
gelovende den voorschreven iersten comparant de voorschreve
rente jaerlijcx wel ende loffelijck te betalen ende in stadt
wissele van Loven te leveren, los ende vrey van xen., xxen.,
cl., cen. ende alle andere mindere ende meerdere penningen,
impositien oft exactien, alreede innegestelt ende alnoch
naermaels inne te stellen, erffelijck in toecommenden tijden t'
elcken jaere ende termijn voerscchreven als schult met recht
verwonnen, ende om de voerschreve Margriete Tritsmans vade
voerschreve rente ende jaerlijcxe betalinge der selver noch
naerder te verseeckeren, soo heeft den iersten comparant
verobligeert sijnen persoon ende alle sijne goederen, meuble
ende immeuble, present ende toecommende, consenterende over
allen de selve int maecken van beleyde ende mainmise ende int
decreet der heeren schepenen van Loven dazer over te gheven
sonder daeghsel te derfven doen aen sijnen persoon, hem ghevende
van alsnu voer alsdan voer gedaeght, constituerende
onwederoepelijck midts desen een ieder thoonder deser om dese
bekentenisse voer meyer ende schepenen van Loven ende alle
richter competent te vernieuwen ende te herkennen, promittens
ratum, etha., midts welcken sullen comen te cesseren alle andere
obligatien, die de tweede comparanten ten laste des ierste
comparanten eenighsints sauden moghen hebben.
Aldus gedaen ende gepasseert ten
daege, maende en. jaere als boven ter presentien van Symon
Roosseels ende Gheeraerdt Roosseels, getuygen, tot desen
geroepen ende gebeden, ende heeft den iersten comparant de
minute deser neffens mij notaris onderteeckent, quod attestor,
signatum A. Van Heusden, nots.
Aldus vernieuwt doer den
voerschreven geconstitueerde coram Eynatten, Caversom, prima
july a°. 1664. M. Peeters.
Nog een schepenakte met
vermelding van Jan Van Esch, Huibrecht Van Esch, Anna Van
Esch (x Machiel De Meyer) en Jacob Meulemans (x Adriana Van
Esch), resp. kinderen en schoonzoon van Henricus Van Esch en
Barbara Van Hove.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier, register nr. 7920 fol. 424r°.
Item in tegenwordicheyt der
heeren schepenen van Loven naerbeschreven gestaen mr.
Martinus Caverenne naer Xmoghen. van speciale procuratie,
hem gegeven om tgene naerbeschreven is, validelijck te mogen
doen, daer van den teneur is volgende ende luydt aldus.
Comparerende op heden den
xviijen. dach aprilis 1668 voor mij notario ende inde
presentie vande getuygen naergenoempt Jan Van Esch soone
Henricx, ingeseten van Werchter, Huybrecht Van Esch,
insgelijcx woonende onder Werchter, Jacq. Meulemans,
ingheseten van Rotselaer, ende Machiel De Meyer, hem in
desen vervangende ende sterckmaeckende voor sijne huysvrouwe
Anneken Van Esch, dat sij des hier volcht, sal comen
lauderen ende approberen, de welcke saemen ende elcken een
van hen int besondere hebben bekent, gelijck sij bekennen
bij desen, mits eene somme van drij hondert guldens, bij hen
als nu ontfangen in permissie gelt van sr. Jan
Hoppenbrouwer, oudt schepene ende raedt der stadt Loven, wel
ende deuchdel. schuldich te wesen achthien guldens ende
vijffthien stuyvers tsjaers erffelijcke rente, vallende date
deser, jaerelijcx wel ende loffelijck te betaelen ende inder
stadt wissele van Loven los ende vrije te leveren van alle
impositien, exactien, inne te stellen ende naermaels inne te
stellen, te leveren aenden voors. Jan Hoppenbrouwer telcken
jaere ende termijn als schult met recht Xwonnen. onder
obligatie van henne respective persoonen ende goederen,
meuble ende immeuble, present ende toecomende, met
renunciatie in behoorelijcke forme ende om den voors.
rentheffere vande voors. rente ende jaerelijcxe betaelinghe
van dijen noch beter te Xsekeren., soo hebben de voors.
compten. hinc inde ende elcken een in solidum geconsenteert,
gelijck sij consenteren bij desen, int maecken van beleyde
ende mainmise over alle ende iegewelcke henne goederen, waer
die gelegen sijn ende signantelijcken den voors. Jan Van
Esch ierst over seven dachmaelen lants, genoempt het
Borreput Landt te Cruyce onder Werchter, regenoten sheeren
straete ter eenre ende ije., Henrick Claes ter iije., Jan
Van Hove ter iiije., Adriana Van Esche ter vijffdere ende de
Broeckstraete ter vie. sijden, item die hellicht van
onderhalff dachmael maygras int Weytbroeck, regenoten
Henrick Gooris ter eenre, de Laeck ter ije., het clooster
van Blijenberch ter iije., item ontrent drij dachmaelen
bempt, genoempt de Achterste Basdoncken, regenoten Jan Van
Hove oost, de leygracht west, d' erffgenamen Jan Merttens
noort ende N. ... [niet vermeld] zuydt, item den voors.
Huybrecht Van Esch over seecker drije dachmaelen ende ende
een halff maygras, regenoten Jan Vanden Broeck ende den
meyer van Heyst cum suis ter eenre, de Laeck ter ije., het
clooster van Blijenbergh ter iije., de Cleyn Laeck ter
iiije. sijden, item den voors. Michiel De Meyer over die
wederhellicht der voors. drije dachmaelen een halff, hier
voorens voor hypotheque gestelt bijden voors. Huybrecht Van
Essche, mitsgaders int decreet der heeren schepenen van
Loven daer op te geven sonder daegement oft daer toe
geroepen te sijn op conditie vande selve rente te moghen
lossen in twee reysen met hondert ende vijfftich guldens
tseffens, constituerende tot effect van allen tgene voors.
staet den clercq mr. Martinus Caverenne ende een ieder
thoonder deser om in henne respective naemen te gaen ende te
compareren voor meyer ende schepenen van Loven ende allomme
elders daer des van noode soude mogen wesen ende aldaer dese
bekentenisse, opdracht der voors. goederen ende allen tgene
voors. staet, te doen ende laeten Xnieuwen. ende herkennen,
promittentes obligantes ac renunciantes in forma.
Aldus gedaen ende gepasseert
ten daeghe, maende ende jaere voors. ter presentie van mr.
Aert Van Tongelen ende mr. Martinus Caverenne, getuygen, tot
desen geroepen ende gebeden, ende is die minute vande
comparanten hinc inde beneffens mij notario onderteeckent,
mij present als nots., quod attestor, ende was onderteeckent
A. Stevens, nots., 1668, naer vermoghen van welcke
procuratie den voors. compt. heeft alhier vernieuwt ende
herkent den innehaudt vanden bovengeschreven contracte, mede
de bekentenisse der rente van xviij guls. xv stuyvers daer
inne Xmelt, gelovende ende consenterende ut supra, coram
Eynatten, Dielbeeck, xix april 1668.
Theodore Van Eynatten.
De onderstaande akte bevat mogelijk nieuwe
gegevens. Henricus Van Essche en zijn zwager Ludovicus Geens
gingen een lening aan. Henricus is de weduwnaar van Barbara Van
Hove, die haar testament verleed op 19.12.1641 voor de pastoor
te Werchter. Zij overleed pas op 30.12.1645. Uit de akte blijkt
dat Barbara Van Hove nog een zuster Anna had. Mogelijk is
Ludovicus Geens ook met een Van Hove gehuwd .
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 7534, folio 443r., akte dd. 20 december 1646.
In tegenwoerdicheyt der schepenen van Loven
naerbes(chreven) gestaen Conrart Slafius om de naerbes(chreve)
bekentenisse ende t' gene voorder daerinne is begrepen, te
vernyeuwen, onwederroepelijck geconstitueert sijnde bijde
procuratie, daerinne gemelt, heef deselve v(er)nyeuwt als volgt
et inseratur.
Comparerende op heden desen achthiensten
decembris 1646 voer mij notario ende die getuygen naergenoempt,
Hendrick Van Essche, innegesetene van Keerbergen, ende Louys
Geens, sijnen swaeger, innegeseten van Werchter, dewelcke hebben
bekent ende bekennen bij desen deughdelijck schuldich te sijn
aenden heere advocaet Legius, present ende accepterende, eene
erffelijcke rente van achthien guldens vijfthien stuyvers siaers
ter cause der somme van drije hondert guldens eens, bij hen vuyt
handen vanden selven heere advocaet Legius alsnu promptelijck
ontfangen, welcke rente voerden iersten jaere sal comen te
verschijnen den achthienden decembris xvic. sevenenveertich ende
soo voorts van jaere tot jaere totte affquytinge toe, dewelcke
sal mogen gebeuren mette voorschreven somme van drije hondert
guldens eens ende met volle rente, gelovende ondertusschen de
voors(chreve) comparanten de voorschreven rente wel ende
loffelijck jaerlijcx te betaelen aenden voorschreven heere
advocaet Legius oft sijns actie hebbende binnen deser stadt
Loven, vrije van alle impositien, alreede innegestelt oft
naermaels inne te stellen, daer voer verobligerende elck in
solidum ende in besundere henne respective persoonen ende
goederen, consenterede tot meerder vasticheyt int maecken van
mainmise ende decrete sonder daegement, naementl(ijck) den
voorschreven Louys Geens ierst over het derdepaert van een
bonder maybempts, gelegen int Wetbroeck onder Werchter,
regenooten Hendrick Goris ter eenre, de Groote Laecke ter
tweedere, de Cleyne Laecke ter derdere ende het clooster van
Blijenberge binnen Mechelen ter iiiire. sijden, item over het
derdepaert van een boinder besloten weyde, genoempt
Ramundijck, oock gelegen onder Werchter, regenooten de
Murterstraete ter eenre, den Roeyhamme toebehoorende de cappelle
van Werchter ter iire., d' erffgenaemen Anna Ricx ter derdere
ende de weduwe Jeacques (!) Verstraeten ter vierdere sijden,
ende alnoch over het derdepaert van een stuck lants, groot twee
boinderen, gelegen onder Werchter te Cruys, genaempt het
Borreputvelt, regenooten de Basdomstraete ter eenre, Jan Vanden
Hove ter tweeder ende Gielis Verhulst ter derdere sijden,
waervan die resterende twee derdepaerten sijn competerende aende
kinderen van Barbara ende Anna Van Hove, moederlijcke susteren
waeren des voors(chreven) Louys Geens, ende den voorschreven
Hendrick Van Esch, weduwer der voorschreven Barbara Vanden Hove,
heeft geconsenteert int maecken van mainmise ende decrete als
voer over vijff dachmaelen lants, gelegen onder Werchter
voorschreven, regenoten de voorschreven Basdomstraete ter eenre,
de herbaen ter tweedere, Hendrick Anthonis ter derdere en(de) d'
erffgenaemen Cornelis Vander Veken ter vierdere sijden,
gebruyckende daertoe die cracht ende macht, hem gegeven bij den
testamente vande voorschreven Barbara Vanden Hove, gepasseert
voer den pastoor van Werchter ende sekere getuygen op den
negenentwintichsten decemb(ris) 1641, alhier gesien ende
gebleken, ende tot noch naedere vasticheyt comparerende Guillam
Peeters sone Daneels, innegesetene poorter deser stadt, heeft
hem voerde voors(chreve) rente ende jaerlijcxsche betaelinge der
selver gestelt ende verobligeert voer borge, des gelovende
voors(chreve) twee ierste comparanten den selven Guillam Peeters
vande selve sijne borge costeloos ende schadeloos te garranderen
ende t' indemneren onder obligatie van henne respective
persoonen ende goederen elck insolidum, gelijck oock den
voors(chreven) Hendrick Van Essche vande voors(chreve) rente
midts bij hem alleen de voors(chreve) capitaele penningen
genoten, costeloos ende schadeloos geloeft t' indemneren den
voorschreven Louys Geens, constituerende de drije comparanten
onwederroepel(ijck) bij desen Michiels Slafius ende eenen ieder
thoonder deser en(de) elck van hen int besundere om tgene
voors(chreven) is, voer schepenen van Loven te v(er)nyeuwen,
promittentes ratum, etc(eter)a, obligantes, etc(eter)a, aldus
gedaen tot Loven ter presentie van m(eeste)r Joannes Baptista
Bachusius ende van Matthijs Berthijns, als getuygen hiertoe
geroepen, hebbende de voors(chreve) drije comparanten de minute
deser geteeckent.
Neffens mij openbaer not(ari)s inden Raede
van Brab(an)t geadmitteert.
Con. S., A. Cuypers, not(ariu)s.
Aldus vernyeuwt coram Cranevelt, Sutricx,
decemb(ris) xxa., 1646.
In deze akte maakt
men melding van Henricus Van Essche, zoon van Libertus, en zijn
vrouw Barbara Van Hove, inwoners van Werchter. Merk op dat in de
akte “Van Assche”
werd geschreven. Het is dus geen tikfout !
Bron
: S.A.L., Inventaris Cuvelier,
register nr. 7522, folio 21r., akte dd. 16 augustus 1632.
Item
Hendrick Van Assche sone wijlen Liebrechts, woonen(de) tot
Werchter, hem sterckmaeckende voor Barbara Van Hove, zijne
huysv(rouw)e, dat sij t' gene naerbes(chreve) staet, sal
lauderen ende approberen, in p(rese)ntia, etc(eter)a, heeft
bekendt en(de) geleden, kendt en(de) lijdt mits desen
deuchdel(ijck) schuldich te sijn aen jo(uffrouw)e Maria Van
Emelen sessenvijftich carolusg(uldens) te xx st(uyvers) Brabants
t' stuck en(de) vijff gelijcke stuyvers erffel(ijcke) rente,
alle jaer op date deser te v(er)schijnen en(de) te betaelen
en(de) inder stadt wissele van Loven te leveren, los en(de)
vrije van ve., xe., xxe., ce. en(de) van alle andere, mindere
oft meerdere pen(ningen) en(de) impositien, innegestelt oft
naermaels inne te stellen in futurum quolibet ass(ecu)tum et ad
mo(nitionem) pig(nus) inf(ra) leuc(am) valens duplum et tantum,
ob(ligando), etc(etera), in forma, met conditie dat die
voors(chreve) rente van lvi r(insguldens) v st(uyvers)
erffel(ijck) sal moghen gequeten worden t' allen tijden alst den
voors(chreven) rentgeldere gelieven sal en(de) dat in vier
reysen, elcke reyse een gerecht vieren(deel), daeraff nyet
minder maer wel meer, teghen den pen(ninck) xvi en(de) met volle
rente, consenteren(de) tot naerder vasticheyt int maecken van
mainmise over sijn paert en(de) deel, hem competerende inde
goeden naerbes(chreven), sijnde een vijffde paert, en(de) int
decreet der selver, sonder daertoe te dorven gedaeght oft
geroepen te worden, ende naementl(ijck) eerst over t' vijfde
paert in huys en(de) hoff, geleghen te Cruys onder Werchter,
groot seven dachm(aelen) onbegrepen, regen(oten) Peeter Paps ter
ie., Jan Van(der) Vecken ter iie. en(de) de straet ter iiie.
sijden, item een boender bempdts, gen(oem)t den Ast, onder
Werchter geleghen, regen(oten) d' Winterbroeck ter ie., de Laeck
ter iie. en(de) de Winterbroeckstraete ter iiie. sijden, item
een boender bempdts, in(de) Basdonck gelegen, regen(oten) de
Tremeloy Heye ter ie., de leygracht ter iie. en(de) d'
erffgen(aemen) Hendrick Paps ter iiiie. sijden, item twee
boenderen landts, geleghen onder Keerberghen, regen(oten) de
Keerberghe Heye ter ie. en(de) Joos Holemans in drije andere
sijden, item twee boenderen bosch, gen(oem)t den Quayen Plas,
onder Schrieck geleghen, regen(oten) den Quayen Plas ter ie.,
... [n.v.], item een boender broecx, geleghen onder Werchter int
Seghbroeck, regen(oten) de leygracht ter ie., Jan Vrijsens ter
iie. en(de) ... [n.v.], item drije dachm(aelen) landts, geleghen
onder Schrieck inde Bollestraet, regen(oten) de selve straet ter
ie., Cornelis Vincx ter iie., Peeter De Meurtere ter iiie.
en(de) Sinte Barbara tot Ninne ter iiiie. sijden, item vijff
dachm(aelen) landts, den bekendere int geheel competerende,
geleghen tot Cruys, regen(oten) Jan De Rijcke ter ie., de
heerbaen ter iie., de Basdonckstraet ter iiie., Liebrecht Paps
ter iiiie. en(de) Adriaen Wauterdams ter ve. sijden, en(de)
voorts over allen sijns Henricx kindtsgedeelte, alreede
v(er)creghen en(de) alnoch te v(er)crijghen, egeen gereserveert,
sijnde de voors(chreve) goeden alleenl(ijck) belast met xii
r(insguldens) erffel(ijck) sonder meer, coram Lievens,
Borchgraeve, augusti xvi., 1632.
Onderstaande akte met dank aan Christine
Savat:
Wer1849/2: Fo 19v
(16 okt 1654):
Jan
Vandenbosch met machtiging van Hendrick Van Essche volgens
contract tusschen Hendrik Van Essche ende Huijbrecht ende Peeter
Van Essche zijne respective zonen ende broeders, soo heeft
Hendrick Van Essche opgedragen ende gerenuncieert ten behoeve
van sijne kinderen behouden van wijlen Barbara Van Hove zijne
ierste huijsvrouw was, ter dese in present zijnde den vernoempde
Huijbrecht Van Essche soo in eigen naeme als mede als
medemomboir beneffens den voornoemde Peeter Van Essche
insgelijckx present sijnde inden name ende ten behoeve vande
selve sijne alnoch minderjarige kinderen accepterende alle
d’actie en de tocht van de goederen van wijlen Barbara Van Hove
aen zijn kinderen achtergelaeten, te weten 7 dm land tot Cruijce
genoempt het Beurreputvelt, mede van twee dm lants beneffens
gelegen, van drije dm maeijgrasch in het Wijdtbroeck ende van
een dm aende Voorlaeckstraete, mede van 7 dm land onder
Schrieck, genoemt de Coolhoven, vande hellicht van een bosch tot
Bael waervan dander hellicht compet de erfgen Librecht Van
Essche etc ...
Uit dit huwelijk:
1. Van Eijsche Libertus, (°) Werchter
07.02.1623 (g. Paeps Libertus en Rogmans Elijsabeth),
Van Eijsche Catherina, (°) Werchter
20.08.1624 (g. Michiels Petrus sr en Verhulst Catharina uxor Stoop),
Van Eijsche Hubertus, XI
(S1192 + S1200), (°)
Werchter 22.09.1626 (g. Van Hove Hubertus en Tilens Maria),
Van Essche Adriana, x Werchter
04.10.1662 (g. Van Nuffelen Cornelius en Meulemans Petrus) met
Meulemans Jacobus,
Hieronder (met
dank aan Paul Peeters) een akte waarin Jacobus en Adriana
vermeld worden.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier, register nr. 7915 fol. 282v°.
Item inde tegenwoordicheyt der
heeren schepenen van Loven naerbes. gestaen mr. Peeter Van
Cotthem, als thoonder deser geconstitueert sijnde bij procuratie
hier onder geinsereert, ende heeft tselve vernieuwt inder vuegen
naervolgende.
Op heeden desen xvi. meert 1663
comparerende voor mij noto. present die getuygen naertenoemen
Jaecques Meulemans als man ende momboir van jouffe. Adriana Van
Esche, hem voorde selve sterckmaeckende van dat sij dese sal
comen approberen, den welcken bekent, soe hij doet bij desen,
ontfangen te hebben vuyt handen van Peeter de Cammon ende Anna
De Waerseger, gehuyschen, de somme van een hondert guldens eens,
daer voor hij heeft gelooft te betaelen eene erffelijcke rente
van sesse guldens ende vijff stuyvers tsiaers, den penninck
sesthien, alle jaere datum deser te Xschijnen., daer van
oversulcx den iersten valdach wesen sal den sesthiensten meert
vanden naestcomenden jaere 1664 ende soe voorts van jaere tot
jaere totte quytinge toe, die sal moegen gebeuren met gelijcke
somme van hondert guldens in permissie gelde met volle rente
ende dat alst de vs. comparant gelieven sal, geloovende de selve
rente alle jaeren tsijnen valdach voors. wel loffelijcken ende
personel. te betaelen ende dat binnen deser stadts wissele van
Loven te leveren, los ende vrije, den vs. renthefferen oft hens
actie hebbende, van alle beden en. impositien, alreede
innegestelt oft naermaels inne te stellen telcken termijne
voors. als schult metten rechte Xwonnen., obligando, submitten.
ac renunciando pro ut in forma, ende tot naerdere vasticheyt der
voors. rente ende jaerlijcxsche betaelinge van dijen, soo heeft
den voors. comparant Xbonden. ende Xobligeert. de goederen
naerbes., ierst twee dachmaelen lants tot Cruyse neffens het
Borreput Lant, genoempt het Halff Boinder, regenooten het
Borreput Lant ter eenre, Jan Bruynincx ter twedere ende derdere,
de Braeck ter vierdere ende Jan Van Hove ter vijffdere zijden,
item een dachmael bempts tot Tremerloo, regenooten de
Hoorlaeckstraet ter ie., de leygrecht ter ije., Jan Xtennen. ter
iije. ende iiije. zijden, item de hellicht van onderhalff
dachmael bosch onder Bael aende Lange Gerichten, voor dander
hellicht competerende d' erffgenaemen Librecht Van Esche,
regenooten Adriaen Van Langendonck in vier sijden, item eenen
bempt van drije dachmaelen, genaempt den Ast, regenooten
Huybrecht Wijns ende Jan Smets ter ie., de Laeck ter ije., het
Winckelbroeck ter iije. ende het wechstraetken ter iiije.
sijden, consenterende over de selve goederen indt maeken van
belijde ende mainmise mitsgaders indt decreet ende herdecreet
der schepenen van Loven daer over te geven sonder daegement te
derven doen, constituerende te dijen eynde een ider thoonder
deser in solidum om tgene voors. staet voor meyer ende schepen.
van Loven te vernieuwen in behoorelijcke forme, de et super
promittens ratum et gratum, actum binnen Loven ter presentie van
Jan Gijselincx ende Jan Socx (?) als getuygen, tot desen
gebeden, ende heeft den voors. comparant de minute deser
ondertekent, onder stont mij present als notaris W. Van
Limborch, den voors. Van Cotthem, comparant en.
geconstitueerden, d' innehouden vanden bovengeschreven
contracten notariael alhier in alle sijne poincten en. clausulen
Xnieuwt. en. herkent hebbende, heeft eentsamentlijken
geconsenteert indt maeken van mainmise over de goeden, indt
witte vanden vs. contracte breder met sijne regenooten
gespecificeert, geloovende, Xbindende., submitterende en. ren.,
alles pro latius in dicto procuratorio, coram De Greve, Ridder,
scabinis, vi aprilis 1663. J. De Greve. M. Peeters.
In de akte maakt men melding van Jacobus
Molemans (Meulemans) en Adriana Van Essche, inwoners van
Rotselaar.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 8290, folio 27v., akte dd. 21 augustus 1690.
In teghenwoordichijt der heeren meyer ende
schepenen van Loven naer beschreven gestaen den clerck Vander
Veeken vuyt crachte en(de) naer vermoghen van onwederroepelijke
procuratie, hem als thoonder der selver gegeven, waer van den
teneur hier naer is volgende van woorde tot woorde, luydende
aldus.
Comparerende op heden den xxen. may
sesthienhondert negentich voor mij notario ende getuyghen
naergenoempt s(ieu)r Hendrick Van Leemputten, schepene ende
innegesetene van Werchter, den welcken heeft gecedeert ende
getransporteert, soo hij doet bij desen, aen jouff(rouw)e
Barbara Lanckmans, begijncken opden Grooten Begeynhove, alhier
present ende accepterende, eene rente van drijhondert guldens
capitael, t' sijne behoeve bekent bij Jan [Van] Essche,
innegesetene van Cruys onder Keerberghen, voor schepenen deser
stadt opden xvien. january 1690 ende bij mainmise geaffecteert
op verscheyde goeden, inde selve constitutie naerder
gedesscribeert en(de) gedecreteert den xxii. january 1690 in
tertia, en(de) dat ten selven rechte sonder voorder guarrant
ende dat mits eene somme van drijhondert gul(den)s in permissie
geldt, bij hem daer voor ontfanghen metten loopen(den) jaere,
welcke rente bij desen thennen laste sijn nemende Jacquus (!)
Molemans ende Adriana Van Essche, gehuyschen, innegesetene der
banderije van Rotselaer, als cooperen van eenige der panden,
voor de selve rente verobligeert ende dienvolghens hebben de
selve oock geloeft personelijk de voorschreve rente wel ende
loffelijck te betaelen onder obligatie van henne persoone en(de)
goederen totte quyttinge toe, die oock sal moghen geschieden in
gelijcken permissien gelde, gelijck t' hennen contentemente
en(de) versoeck, bijde voors(chreve) joiuff(rouwe) acceptante
daer voor is betaelt sonder eenighe exceptien, den pattacon tot
achtenviertich stuyvers schellingen, et(ce)t(er)a, naer advenant,
inden verstaende dat die voordaen maer en sal loopen teghens
vijff ten honderden, constituerende soo den voorschreven
comparant om de voorschreve jouff(rouw)e acceptante inde selve
rente te gichten ende te goeden met alle solemnitijten daer toe
gerequireert, ende hem daervuyt te goeden met solemnitijten, als
oock den voors(chreven) Moelemans beneffens sijne huysvrauwe om
hem tot tgene voors(chreven) is, voluntairelijck te doen en(de)
laeten condemneren voor de heeren meyer ende schepenen deser
stadt, gelovende respective t' gene voors(chreven) is, van
weerden te houwen onder obligatie, submissie ende renunciatie in
forma, actum binnen Loven ter presentie van Andries Van Brussel
ende Peeter Timmermans, pachter van S(in)te Peeters Roede, als
getuygen, hebben die comparanten die minute deser geteeckent
en(de) is onderteeckent, mij present, als not(ari)s A.F. Vanden
Schrieck.
Den voors(chreven) geconstitueerde vuyt
crachte ende naer vermoghen als voor heeft dit contract in alle
en(de) ieghewelcke poincten, clausulen en(de) articulen alhier
vernieufft en(de) herkent, en(de) dienvolghens bij manisse des
heere meyers heeft opgedraeghen met behoorelijcke vertheydenisse
de bovengeschreve rente van achthien gul(den)s vijffthien
stuyvers t' sjaers, hier boven naerder gedesigneert, en(de) den
voors(chreven) opdraghere mits dordonnantie van rechte vuytte
v(oor)z(eyde) rente ontgoeyt en(de) onterft sijnde, soo is
daerinne gegoeyt en(de) geerfft ten erffelijcken rechte den not(ari)s
Smedts, alhier present en(de) accepterende in den naem en(de)
ten behoeve van jou(ffrouw)e Barbara Lancmans, begijncken op den
Grooten Begijnhove, alle erffven oft actie hebben(de), per
monitionem jure, den v(oor)z(eyden) obdraghere ob(ligando), sub(mittendo)
ac renu(nciando) prout in forma, coram jo(ncke)r Stembor et
d(omin)o Dubusson, scabinis, actum den xxien. augusti 1690.
In de marge.
Is gebleken bij
acte, gepasseert voor den notaris Quirini in date 7en. xber.
1772, dat dese neventaende rente van drije hondert
vijftigh
guldens wisselgelt in capitael is gequeten door M. Heyligen
wed(uw)e Jan De Meyer aen den heere cantor Van Molle met d'
interesten, quare hic cessat, hac 1. jan(ua)ry 1773.
Quod attestor, P.J.
Moens, 1773
Uit dit huwelijk:
Meulemans
Michael, (°) Werchter 14.03.1665 (g... en Vermijlen Mijnken n.
Meulemans Maria),
Muelemans
Catharina, (°) Werchter 25.05.1666 (g. Van Roost Cornelius en
Gobelens Catharina),
Meulemans
Elisabeth, (°) Rotselaar 23.08.1668 (g. Huens Petrus n. Joannes
Van Esch en Elisabeth Meulemans),
Molemans
Petrus, (°) Rotselaar 02.01.1672 (g. Anna Molemans n. patris sui
en Elisabeth Molemans),
Molemans
Petrus, (°) Rotselaar 10.07.1673 (g. Petrus Molemans en
Elisabeth De Neuter),
Molemans
Joanna, (°) Rotselaar 13.02.1675 (g. Joannes Molemans en
Elisabeth Molemans n. Catharina Roberti),
Molemans
Barbara, (°) Rotselaar 16.09.1677 (g. Andreas Van Krieckingen n.
Henricus Molemans en Elisabeth Molemans n. Barbara ...),
Molemans
Maria, (°) Rotselaar 07.01.1682 (g. Machiel Janssens en Maria
Van den Sanden ? n. Maria Molemans),
Van Essche Henricus, (°) Werchter
29.05.1640 (g. Silis Henricus en Abreco Elisabeth),
Van Essche Anna, (°) Werchter
20.03.1642 (g. Verbeeck Christophorus n. Bostraten Petrus en Van
Hove Anna), + Werchter 15.05.1681, x Werchter 24.07.1661 (g. Mr
Van Tongelen Arnoldus en De Meijer Adrianus) met De Meijer Michael,
Akte met dank aan Christine Savat.
Wer1849/2: Fo 141: 11
maart 1662.
Deijlinge
vande kinderen & erfgen wijlen Jans De Meijer x Anna Vermijlen
- Adriaen
De Meijer
- Jan De
Meijer
- Machiel
ende Cornelis De Meijer geasst met Antoon De Meijer hunnen
vaderlijcken oom.
Wer1852: 25 april
1690:
Jan
Van Essche Hendricksone ende Adriaenken Van Essche syne sustere
x Jacques Molemans hebben samen verklaart op mindernisse van
tgene den eersten C schuldigh is aen de kercke alhier over lant
ende bempt opgedragen ende gecedeert ten behoeve vande zelfde
kerke een rente van 6 gl vijf st sjaers uit hoofde van wijlen
Jan De Wortelaer sone wijlen Jans ende Anneken Van Hove in hun
leven gehuysschen heffende sijn op ende ten laste van Anneken
Van Essche hunne susteren x Michiel De Meijer vlg S+D dd 17 okt
1654 te voren gestaen hebben tot last vanden voors wijlen
Hendrik Van Essche uitwijsens een andere S+D van 18 juli 1648.
Uit dit huwelijk:
De Meijer
Cornelius, (°) Werchter 22.11.1663 (g. De Meijer Cornelius en Van
Bael Maria),
De Meijer Catarina,
(°) Werchter 05.02.1671 (g. De Meijer Guilielmus en Crispijn
Catarina),
De Meijer Maria,
(°) Werchter 08.06.1673 (g. De Worteleer Joannes en Vermijlen
Barbara n. Storms Maria),
De Meijer Henricus,
(°) Werchter 21.06.1676 (g. Van Esche Joannes en Uijterhoeve Maria).
Van Essche Joannes, (°) Werchter
10.01.1644 (g. Van Langendonck Joannes en Jennens Joanna), x Werchter 13.02.1669 (g.
Van Woonsel Adrianus en Van Nuffelen Cornelius) met Crispijn
- Crispin Catharina, (+) Werchter 24.10.1693, deze x 1 Heist
05.09.1649 (g. Laurentius De Swert en Adrianus De Cnaep) met
Van Woensel - Van Wonsel Gummarus, + Werchter 12.06.1668,
Uit dit huwelijk:
1. Van Woensel Joanna, (°) Werchter 16.06.1650 (g. Verhulst Egidius en Aerts Paschasia),
Van Woensel Barbara, (°) Werchter 31.12.1651 (g. Van Woensel Adrianus
fs Cornelius en Crispijn Barbara),
Van Woensel Margareta, (°) Werchter 26.07.1654 (g. Peeters Egidius en Peeters Margareta),
Van Woensel Adrianus, (°) Werchter 26.03.1658 (g. Boeckstaens Libertus en Lambrechts Maria),
Van Woensel Catharina, (°) Werchter 29.03.1660 (g. Van Woonsel Joannes
fs Cornelius en Van Woonsel Catharina fa Cornelius),
x 1 (niet W, H, ) met
Van Esche Petrus en x 2 Werchter 01.08.1694 (g. Van Woensel
Egidius en Van Roost Arnoldus), met Kestens - Quest Adrianus,
fii in Werchter,
Van Woensel Joannes, (°) Werchter 18.08.1663 (g. Van Mil Henricus en Straetmans Joanna),
Van Woensel Anna, (°) Werchter 17.10.1664 (g. Boexstaens Joannes en Van Roost Anna),
Van Woensel Eustachius, (°) Werchter 30.05.1667 (g. Goons Eustachius),
2. Van Esch Barbara, (°) Werchter
30.08.1648 (g. Antheunis Henricus en Van Esch Barbara),
Van Esch Petrus, (°) Werchter
24.02.1651 (g. Van Tongelen Petrus n. patris sui Petrus en Van Esch
Catharina).
XIII - Van Essche Adrianus (S2356),
(°) Haacht 07.02.1599, x Haacht 02.10.1633 met
Margriet Willems (S2357), zij x 2 Werchter 29.07.1652 (g. Assels Henricus en
Bogaerts Walterus) met Jan Imbrechts.
Leenbrief
voor Adriaen Van Essche x Margriete Willems van Anthonij Hollemans
over huis en hof.
Aarschot 139ter:
27 jun 1639:
Adriaen Van Esche en Jan Van Esche gebroeders verheffen naer dode
Aert Van Essche hun vader en verkopen een dm bempt int Goorbroeck in
Haecht aen Aert Van Haecht zone wijlen Jans ende Lijsbeth Vander
Audera.
Aarschot
139ter: 7 dec 1640:
Verhef van drij dm eusels te Haecht tot behoef van Adriaen Van
Essche voor deen hellicht ende Andries Van Roij x Emerantiana Van
Essche dr wijlen Michiel voor dander hellicht naer dode van voors
Michiel.
KB1166 fo
101: 29 jun 1649:
Maijcken Vertiers Jansdochter x Willem Vercammen hebben verkocht aan
Wouter Bogaerts als commant van Adriaen Van Essche x Margriete
Willems ses dagwant land te Cruijs int Sandt.
Margriete Willems we Adriaen Van Esche x Jan Imbrechts, Peeter Van
Essche haeren meerderjarige zoon alnoch jongman met Jan Van Esche
ende Laureijs Wauters als wettige momboirs van haere minderjarige
kinderen met Adriaen Van Esche verkopen aan mr Jan Dekens x
Catharina Grietens het derdendeel van een boender broek gelegen int
achterste Schoubroeck.
KB1190: 14 okt 1671:
- Cathelijn Naerts x Lambrecht Valentijns te voren we Peeter Van
Essche met Hendrik Naerts als momboir van haer kinderen voor den
eersten staeck
- Hendrik Ricx x (Joanna Van Essche) voor den tweeden staeck
- Gillis Van Essche jonkman van 24 jr
alle kinderen en kintskinderen wijlen Adriaen Van Essche ende
Margriete Willems gaan S+D aan .
Uit dit huwelijk:
1. Van Essche Joanna, x met Hendrick Ricx,
geen fii in H, W, Wak, K, Rot, Bet,
Extract uit memorie
van de pastoor van Werchter:
Alsdat een sekeren jonkman Van Essche een legaat van 50 gl gemaeckt
heeft aende cappelle van Cruijs tot Werchter ... ende Hendrik Ricx x
de suster vanden voors jonkman heeft in deijlinge zijn paert ont(vangen)
met de last van het legaat van 50 gl.
Van Essche Petrus, XII (S1178),
(°) Haacht 08.05.1636,
Van Esch Joannes, (°) Werchter 22.04.1646 (g. Van
Esch Joannes en Peeters Catharina),
Van Esch Egidius, (°) Werchter 18.02.1648 (g.
Clijnhens Egidius en Bullens Lucia), jonkman,
Van Esch Joannes, (°) Werchter 18.12.1650 (g. Schees
Michael en Gijselincx Joanna),
2. Imbrechts Maria, (°) Werchter 31.08.1653 (g.
Immerechts Joannes en De Roock Digna n. Immerechts Maria), x
Werchter 20.06.1674 (g. Immerechts Joannes en Van Roijst Cornelius)
met Antonius Van Ermen,
Uit dit huwelijk:
Van Ermen Henricus, (°) Werchter
16.12.1674 (g. Gelijes Henricus en De Grove Magdalena),
Van Ermen Joannes, (°) Werchter
30.09.1676 (g. Huibrechts Joannes en Geens Catharina).
X - Van Eijsche Hubertus
(S1192 + S1200), (°) Werchter
22.09.1626 (g. Van Hove Hubertus en Tilens Maria), x Werchter 18.02.1651
(g. Bruijnincx Joannes en Van Tongelen Arnold custos) met
Uijtenhoeven - Vander Hoeven - Uterhoeven Maria (S1193 + S1201 +
1209), (°) (niet W, Duf?, Wak, H, S, K, Rot, Bet, onv.
geg.), + Werchter 29.09.1691.
Uit dit huwelijk:
Van Esche Jacobus,
(°) Werchter 06.07.1652 (g. Rix Abraham n. Verstraten Jacobus en Van
Rompa Anna),
Van Essche Joannes,
X (S596 + S600),
(°) Werchter 27.12.1655 (g. Worteleer Joannes en Van Essche Maria n.
Mieuws Margareta).
XI - Van Esche Petrus (S1178),
(°) Haacht 08.05.1636, x Werchter 24.04.1663
(g. Aerts Henricus en Van Esch Hubertus) met
Aerts Catharina (S1179),
Sav+, fa Henricus, (°) (niet W!, Wak, Rot, Bet, H, K, S, Beer,
Hols, Heist, ), + Werchter 26.06.1684, zij x 2 Werchter 02.07.1670
(g. Naerts Henricus pater en Immerechts Joannes) met
Lambrecht Valentijns.
Henrick De Becker en Jan Bosmans als momboirs van de weeskinderen
Adriaen De Becker x Anneken Bosmans verhuren aan Peeter Van Essche
Adriaensone een huis en hof in den Loosen hoeck onder Keerbergen.
Peeter
Van Essche Adriaensone 33 jr, uit Veldonk ziek te bed liggende maakt
testament x Cathlijn Naets.
AVT2: 6 juni 1670:
Cathlijn Aerts we Peeter Van Essche Adriaensone geasst met Jan
Imbrechts behouden grootvader vande weesen desselfs Cathlijn
verklaart schuldig te zijn aan Francois Tkint ... bij de afrekening
vant geleverd bier tharen contentemente ontfangen int leven van
haeren man die somme van een hondert gl eens.
KB1190:
14 okt 1671:
Hendrik Naerts ende Hendrik Ricx als momboirs van de drij
minderjarige kinderen wijlen Peeter Van Essche ende Cathelijn Naerts
nu x Lambrecht Valentijns.
KB1190:
18 aug 1672:
Hendrik Ricx x Jenneken Van Essche in eigen naem en als momboir van
de drij minderjarige kinderen van wijlen Peeter Van Essche x
Cathelijne Naerts nu x Lambrecht Valentijns ter jre
Jan Imbrechts wn Margriet Willems we was van Adriaen Aan Essche zijn
veraccordeert.
AVT3: 11 sept 1683:
Jan Michiels out burgemeester verklaart dat int coopen van de
huijsen Peeters Van Essche wijlen daer den selven Machiels
tegenwoordigh in woonende is geleden nu ontrent die 15 à 16 jr den
procijsentyt onbegrepen dat wijlen de secr Hendrik VDP hebbende die
administratie van coope der meubelen als immeubelen goederen des vs
Peeters Van Essche verclaerende den selven Michiels dat alsoo den
selven bij cooper des vs huijse was ten achter blijvende aende
voorseijden sris VDP die somme van 200 gl.
Wer1851:
Fo 158: 28 jan 1687:
S+D kinderen en erfgen wijlen Peeter Van Essche
- Maeijcken Van Essche x Gielis Van Woensel
- Elisabeth Van Essche met momboir Henrick Ricx
1) Maeijcken Van Essche
- een bunder land genoemd het quart lant gelegen onder Keerbergen (Francois
Tkint, Margriet Verstraeten, erfgen Sebastiaen Vermijlen, Jan
Spoowers?)
- de hellicht van onderhalf dm land tot Nijnde inde Watenstraete
waervan dander hellicht competernede is aen derfgen Anthoon Van Erme
(Boterstraete, Jan Michiels)
- ontrent de hellicht van een half bunder bempts inde Basdonghe
waarvan dander hellicht is gebleven aan vs Elisabeth Van Essche (Henrick
Rickx, Henrick Bollen)
- een dachmael bosch genoemt het Clijnbosch gelegen onder Keerbergen
tegen den Heijstraet, (derfgen Gilis Vandeneijnde)
- een stuk land van onderhalf dm gelegen onder Schrieck genoemt het
Bolloolant (Jan Van Essche, erfgen Philips De Grove)
2) Elisabeth Van Essche
- drij dm land onder Schrieck (Bollostraet erfgen Adriaen Van
Bast)
- twee dm bosch onder Keerbergen gen het Groot Bosch (de Heijstraet,
Maeijcken Van Essche, Gillis Vandeneijnde)
- een bempt gen die Sijnedonghen? onder Werchter groot ontrent 2 dm
(Hendrik Rickx, sr Clijmans, Jan De Wijngaert)
- ontrent die hellicht van twee dm bempts in de Basdonghe (zie
hoger).
Uit dit huwelijk:
1. Van Esche Maria, X
(S589), (°) Werchter 23.03.1664
(g. Wauters Maria),
Van Esch Joannes, (°)
Werchter 26.04.1666 (g. Kerkmans Joannes en De Maar Maria),
Van Esche Elijsabeth,
(°) Werchter 12.05.1669 (g. Storms Joannes en Aerts Elijsabeth),
2. Valentijns Cornelius, (°) Werchter 07.07.1672 (g.
Anthonis Cornelius en Van Es Joanna),
Valentijn Catharina, (°) Werchter 29.06.1675 (g.
Troije Guilielmus en Geens Catharina, moeder Geens.
X - Van Essche Joannes (S596 + S600),
(°) Werchter 27.12.1655 (g. Worteleer Joannes en Van Essche
Maria n. Mieuws Margareta),
x Werchter 07.03.1692 (g. Machiels Joannes en Verbinnen Joannes) met De Wijngarde Maria (S597 + S601), (°) Werchter 26.11.1666 (g. Arnoldus Van Tongelen en Maria Holemans),
zij x 1 Werchter 22.04.1687
(g. Lanfan Franciscus en Van Roost Cornelius) met
Lanfan (Kints) Franciscus, fs Franciscus x Maria Verswijver.
Akte met dank aan Christine Savat.
AVT1:
2 april 1669:
Willem
Vermijlen Hendriksone woonende tot Cruijs onder
Keerbergen verkoopt aan Francois Kint (vader?) huis en hof bij Cruis
onder Keerbergen groot een dm.
Hieronder een akte (met dank aan Paul
Peeters) met vermelding van Joannes Van Essche en zijn vrouw Maria
De Wijngaert uit Werchter. De datum van de akte is gebaseerd op de
datering van de voorgaande akte.
Bron : S.A.L.,
Inventaris Cuvelier,
register nr. 8312, fol. 415r., akte dd. 2 mei 1715.
In tegenwoordigheyt des hre. meyers ende
schepenen van Loven naerbes. gestaen den clercq Gilbert vuyt crachte
en. naer vermogen van. onwederoepel. procurae., hem als thoonder
vanden naervol. contracte notl., om den sel. alhier te vernieuwen,
herkennen en. realiseren, gegeven, waer van den teneur is volgen.
Op heden desen 18. febry. 1715
compareren. voor mij nots., tot Loven resideren., present die
getuygen naer te noemen, Joannes Van Essche en. Maria De Weyngaert,
gehuysschen, ingesetene van Werchter, verclaerden wel ende deughdel.
ontfangen te hebben vuyt handen van joe. Martina Van Geel,
beggijntien op den Cleynen Beggijnhove alhier, als meestersse van.
fondatie vande H. Drijevuldigheyt aldaer, de soe. van twee hondert
gul. permissien wissel en. stercken gelde, den s' coninkx schellinck
tot sesse stuyvers, den pattacon tot twee gul. viii st., den ducaton
tot drije gul. en. andere munte naer advenant gerekent, dienende
dese voor manuele qtie., voor welcke soe. geloven de vs. gehuysschen
aen en. ten behoeve vande voors. fondae. oft huns actie hebbende,
jaerel. te betaelen eene rente van thien gul., cours nemen. date
deser, sulcx dat het eerste jaer vallen en. verscheynen sal den 18.
febry. 1716 en. soo voorts van jaer tot jaer totte effective
quytinge toe der voors. capitaele somme, die wel. sal mogen
geschieden als het de voors. gehuysschen gelieven sal t' eender
reyse in munte als boven en. met volle rente, los ende vrije van
alle lasten, soo van x., xxe., mindere oft meerdere penningen, daer
vorens solidairel. verobligeren. hunne respe. persoonen en.
goederen, meubelen ende immeubelen, present en. toecomen., met
submissie ende renuntiae. als in foa., naementlijck de voors. Maria
De Weyngaert renuntieren. aent' privilegie senat. consult. vell. et
auth. si qua mulier, daer van bij mij nots. volcomentl. onderricht
sijnde, tot naerdere asseurantie van. voors. cap(itae)le soe. en.
jaerel. intrest van dijen hebben die voors. gehuysschen alnoch
verobligeert een boinder lants, gelegen binnen Werchter tot Ninde,
regen. oost Henrick Geens, suyt s' hren. straete, west Guiliam Van
Eycken en. noort Henrick Van Bollen, vrij en. onbelst goet, soo ende
gel. de voors. gehuysschen t' selve hebben v(er)cregen tegens
Cornelis Bossch ende Margareta Van Roy, gehuysschen, volgens
goedenisse gepasseert voor meyer en. schepen. van Werchter op den
25. april 1713.
Constitueren. voorts ten effecte van
dijen onwederoepel. ider thoonder deser ten eynde van vernieuwinge
te geschieden, soo voor den Souven. Raede van Bbant., die hren.
meyer en. schepen. van Loven als alomme elders daer het noodigh
soude mogen wesen, consenteren. aldaer inde gewillige condemnae.,
parate en. reele exe., mede in het slaen van mainmise oft opdracht
dijer, decreet en. herdecreet der voors. hren. schepen. daer op te
volgen sonder voorgaende daegement, nyettegenstaen. die suranneringe,
geloven. altijt en. onwederoepel. te sullen houden voor goet, vast
en. van weerden onder gel. solidaire oble., submissie en. renuntiae.
als boven.
Aldus gedaen en. gepasseert binnen Loven
ten daege voors. ter pntie. van Corneis Hemsmans en. van Joannes
Baccoen, als getuygen hiertoe geroepen, sijnde de minute originele
deser, ges. op behoorel. zegel, ondt. Jan Van Essche, Maria De
Wijngaert, Joanna Dauw, hoffmeesters, Anna De Bruyn, hoffmeesters,
Martina Van Geel beneffens mij nots., qd. attestor, signatum F.
Gilbert, nots., 1715.
Den voors. geconstden. vuyt crachte en.
naer v(er)mogen als voor heeft den bovenges. contracte in alle sijne
poincten alhier vernieuwt, herkent en. gerealiseert, eentsaementl.
met behoorel. vertijdenisse opgedraegen die goederen, hier boven
naerder vuytgedruckt, exp. imp. est joe. Martina Van Geel als
meestersse vande fundatie van. H. Drijevuldigheyt op den Cleynen
Beggijnhove, alhier present den nots. F. Gilbert, ten behoeve der
voors. fondae. accepteren. et reddidit terminis tamq(ua)m op den
last van eene voortaene rente aen. vs. fondae. van x gul. s' jaers
prout latius in contractu, obligan., submitten. ac renuntian. prout
in foa., coram iisdem eodem.
In de marge.
Is gebleken bij acte, gepasst. voor den
nots. M.J.B. Vander Haert de data 9e. novembris 1770, dat de rente
in t' witte deser beroepen, met de croisen dijer is gequeten, quare
cessat, hac 17. 9bris. 1770, ita est.
B. Le Charlier, offl., 1770.
Uit dit huwelijk:
1. Lanfan Petrus, (°) Werchter 15.02.1688 (g. Petrus Van Haecht en Catharina Van Aerschot), + Werchter 11.01.1731, x Werchter 07.02.1714
(g. Cornelius Van der Veken en Arnoldus Van Roost) met
Anna Van der Veken, + Werchter 21.07.1762, fa
Cornelius en Maria Hijligen,
Uit
dit huwelijk:
Lanphan Maria, (°) Werchter 21.01.1715 (g. Cornelius
Van der Veken en Maria De Wijgaert),
Lanfan Joannes, (°) Werchter 11.04.1716 (g. Joannes
Van Essche en Maria Hijligen),
Lanfan Guilielmus, (°) Werchter 12.02.1717 (g.
Guilielmus De Wijgaert en Catharina Van der Veken), + W
21.01.1787,
x
Werchter 09.04.1758 met Elisabeth Gilis, (°)
Werchter 07.02.1724 (g. Henricus De Rijck en Elisabeth
Gilis), + W 14.01.1803,
fa
Joannes en Joanna De Rijck,
Lanphan Joanna, (°) Werchter 03.01.1720 (g. Joannes
Van der Veken en Joanna Meulemans), + Werchter
08.05.1754,
x
Werchter 17.04.1744 met Petrus Michiels, (°)
Werchter 12.01.1709 (g. Petrus Lijsens en Anna Van de
Velde),
+ W 15.07.1764, fs
Petrus Machiels en Barbara Anthonis,
Lanfan Arnoldus, (°) Werchter 24.01.1722 (g.
Arnoldus Van Essche en Elisabeth De Wijgaert),
x 1
Werchter 11.01.1750 met Clara Gilis, (°) Werchter
16.03.1722 (g. Guilielmus Coremans en Clara Vervoert),
+
Werchter 05.05.1764, fa Joannes en Joanna De Rijck,
x 2
Baal 16.01.1765 (g. Joannes Serneels en Joannes Baptist
Coppens) met Joanna Volckaerts, + Werchter
02.11.1765,
x 3
Werchter 01.07.1771 met Maria De Langhe,
Lanfan Petrus, (°) Werchter 24.01.1722 (g. Petrus
Van der Veken en Maria Egrix),
x Langdorp
15.301.1755 (g. Josephus Smets en Anthonius Van
Kerkhoven), x Werchter ..06.1755 met Calders/Kalders
Catharina, fs in Langdorp,
Lanfan Maria, (°) Werchter 16.11.1723 (g. Cornelius
Vander Veken en Maria De Wijgaert),
Laphan Adrianus, (°) Werchter 08.10.1725 (g.
Adrianus De Wijgaert en Maria Van der Veken),
Lanphant Maria, (°) Werchter 08.12.1727 (g.
Guilielmus Van Essche en Maria Lenaerts),
Lanfan Cornelius, (°) Werchter 20.02.1730 (g.
Cornelius Hijligen en Anna Catharina Van Essche), +
Werchter 05.07.1730,
Lanfan Joannes Franciscus, (°) Werchter 26.08.1731
(g. Joannes Jennes en Anna Straels), + Werchter
12.11.1731,
Lanfan Catharina, (°) Werchter 14.05.1691 (g. Franciscus Lenfant en Anna Van Tongelen nomine Catharina Van Tongelen),
2. Van Esche Joannes, (°) Werchter 02.02.1693 (g. Jan De Wijgaert en Anna Van Tongelen),
Van Esche Maria, (°) Werchter 01.08.1695 (g. Joannes De Maijer en Maria Van Tongelen),
Van Esche Joannes, (°) Werchter 27.02.1698 (g. Rdus Dnus Hubertus Van Tongelen en Dijmpna
Van den Branden),
+ Werchter 29.10.1769, x
(niet S, P, B, W, Wak, ) met
Paeps (Van Eijken) Maria (S301), (°) Werchter 25.01.1704 (g. Van Meerbeeck Petrus en Pellegrims Maria), + Werchter 25.11.1763.
Uit dit huwelijk:
Van Essche Catharina, (°) Werchter 15.04.1724 (g. Arnoldus Van Essche en Catharina Van Eijken), + Werchter 22.09.1789, x Werchter 27.09.1749 met
Henricus Bosmans,
Hieronder (met dank aan Paul Peeters) een akte
met vermelding van de bejaarde jongman Henricus Bosmans, inwoner van
Werchter en zoon van wijlen Henricus en Catharina Van Essche.
Hij gaat een lening van 800 guldens courant geld aan bij Henricus
Heyligen en Anna Maria Bosmans. Voor deze lening stelt hij
goederen in pand die hij verkregen heeft van zijn ouders bij
scheiding en deling, waarvan op 10.11.1789 akte werd verleden voor
Guilielus Lanciers te Tildonk.
R.A.L.,
Notariaat Henricus Verstraeten,
akte nr. 53. dd. 4 mei 1794.
Op heden den
4. mey 1700 vier en negentig compareerde voor mij Henricus
Verstraeten als openbaer notaris, geadmitteert bij Sijne Majesteyts
Souvereynen Raede van Brabant,
binnen de
parochie van Werchter residerende, ende in de presentie van de
getuygen naergenoemt, in persoon Joannes Henricus Bosmans,
jongman
van competenten ouderdom, ingeseten van Werchter, welken comparant
heeft bekent ende beleden, soo hij kent ende lijd mits desen, wel
ende deugdelijk ende t' sijnen vollen contentemente ontfangen ende
ter rente geligt te hebben van Henricus Heyligen, in houwelijk met
Anna Maria Bosmans, eensgelijkx ingeseten van Werchter, de somme van
acht hondert guldens courant geld, den schelling gerekent tot seven
stuyvers ende soo voorts alle meerdere ende minderen specien naer
advenant volgens Sijne Majesteyts placcaerten cours hebbende, waer
over dese is dienende voor volle ende absolute quittantie sonder van
andere te moeten doceren, voor welke voorse. capitaele somme gelooft
den comparant te gelden ende te betaelen aen den voornoemden
Henricus Heyligen, alhier present, mede comparerende ende
accepterende, eene erffelijke rente van twee en dertig guldens
courant geld s' jaers ende dus à rato van vier guldens par cent,
vrij ende exemt in beyde gevallen van twintigste, meerdere ofte
mindere penningen, beden, subsidien, impositien ende generalijk van
alle andere lasten wegens Sijne Majesteyt, heeren Staeten van
bRabant ofte eenige andere overheyd, gestelt ofte in 't toekomende
alnog te stellen, alwaer 't soo dat de placcaerten, edicten ofte
uytsendingen het contrarie medebrogten, aen alle welke den comparant
rentgelder is derogerende bij desen ende allen 't selve is nemende
t' sijnen laste alleen, cours ende ingang nemende dese rente op
heden dato deser, daer van oversulkx het eerste jaer interest ende
van betaelinge vallen ende verscheynen sal den vierden mey van den
toekomenden jaere 1700 vijf en negentig ende soo voorts te
continueren van jaere te jaere tot de volle ende effective quytinge
toe, dewelke sal moeten geschieden in eene reyse met gelijke
capitaele somme van acht hondert guldens courant geld met den
interest van dien à rato van tijde verschenen met de costen van
cassatie ende der procuratie, ten dien eynde te verleyden inclus,
sullende allen de gene over het passeren deser, dobbel, segels,
affectatie-brieve, pont-penningen ingevalle ende des daer aen
kleeft, door den comparant
rentgelder
worden gedraegen ende betaelt, den welken
voor allen
't gene voorschreve verbind sijnen persoon ende goederen, have ende
erve, present ende toekomende ende namentlijk voor speciale
hypotheque eerst drij dagmaelen broeck-bemd, gelegen tot Tremeloo,
regenoten de leybeke ter eenre, Peeter De Meyer ter tweedere,
Joannes Baptista Heyligen ter derdere zijden, belast met twee
guldens seventhien stuyvers twee oorden
s' jaers
aen d' abdije van Vlierbeek.
Item ende tot
dien twee dagmaelen lands der maete onbegrepen der, gelegen
onder Werchter,
regenoten den
weg ter eenre, den onderges.
notaris
nomine uxoris ter tweedere,
d' abdije van
Vrouw-Perck ter derdere ende vierdere zijden, belast met een oord
chijns s' jaers aen sijne hoogheyd den hertog van Aremberg ende
Aerschot,
soo ende
gelijkerwijs de voorse. goederen aen den rentgelder sijn
competerende
bij successie
uyt den hoofde van wijlen Henricus Bosmans ende
Catharina Van
Essche, in hun leven gehuysschen ende ouders waeren, ende aen hem
sub littera D bij keuse te deele gevallen ingevolge
de
scheydinge ende deylinge daer van sijnde, gepasseert voor den
notaris G. Lanciers, tot Thildonck residerende, present getuygen,
den 10.
november 1700 negen en tachentig, alhier bij extract authe. gesien.
Guaranderende
den rentgelder de voors. goederen voor suffisante hypotheque ende
niet voorders belast te sijn als voorschreve is, met gelofte in cas
van eenig gebrek,
van
altoos ter maenisse ende contentemente van den rentheffer naerderen
suffisanten pand te s ofte panden te stellen ende doen
affecteren
onder verband
als voren, consenterende alvolgens over de voorse. goederen in de
behoorelijke affectatie bij main-mise, decreet ende anderwerf
decreet ofte
andersints bij opdraght, te geschieden voor heeren meyer ende
schepenen der stad Loven ende alomme elders voor hof ende heer
competent,
waer toe
hij onwederroepelijk constitueert allen thoonder deser ofte van
desselfs dobbel authe., mitsgaders om onder de constitutie als voor
te gaen ende te compareren in Sijne Majesteyts Souvereynen Raede van
Brabant ende alomme elders daer het den rentheffer goed-dunken ende
gelieven sal om aldaer in cas van gebrek den inhoud deser
vernieuwende ende herkennende, den rentgelder in 't gene voorschreve
gewilliglijk te doen ende laeten condemneren met costen sonder
voorgaende dagement, niettegenstaende de suranneringe gelovende ende
verbindende, etc.
Gedaen ende gepasseert binnen
Werchter ten tijde voorse. ter presentie van Joannes Bosmans ende
van Peeter Anthonis, als getuygen hiertoe aensogt.
Hendericus Bosmans.
Henricus Heyligen.
Joannes B. Bosmans.
Dit is het hand + merk
van Peeter Anthonius, verklaerende niet te konnen schrijven.
H. Verstraeten, nots.
Uit dit huwelijk:
Bosmans
Joannes Baptista, (°) Werchter 29.07.1750 (g. Joannes Vanessche
en Teresia Feijaerts),
Bosmans Maria,
(°) Werchter 11.10.1752 (g. Adrianus Bosmans en Maria Vaneijcken),
Bosmans Anna,
(°) Werchter 19.10.1754 (g. Joannes Vanesche en Anna Claes),
x Werchter
19.08.1783 (g. Joannes Baptista Bosmans frater en Arnoldus Bols
custos) met Heijlighen Guilielmus, landb.
(°) Werchter
06.02.1757 (g. Guilielmus Heijlighen en Maria Guens), fs Isack en
Maria Lambert,
Bosmans
Elisabeth, (°) Werchter 06.02.1757 (g. Petrus Van Esche en
Elisabeth Van Esche),
x Werchter
01.07.1786 (g. Joannes Baptista Bosmans frater en en Arnoldus Bols
custos) met Petrus Vermeijlen,
Bosmans
Henricus, (°) Werchter 30.03.1760 (g. Henricus Bosmans en
Catharina Vanesche),
Bosmans Anna
Catharina, (°) Werchter 07.11.1763 (g. Michael Vanesche en Anna
Catharina Crabbé),
x Werchter
07.01.1791 (g. Petrus Rits frater en Joannes Baptista Bosmans
frater) met Gaspar Laurentius Rits,
(°) Werchter
20.09.1764 (g. Gaspar Laurentius Verhoeven en Catharina Maria Merx),
+ Werchter 15.02.1818, fs Gasparus en
Elisabeth Vrancx,
Van Essche Joannes, (°) Werchter 14.01.1726 (g. Joannes Van Essche en Maria Van Eijken),
Van Essche Petrus,
(°) Werchter 13.11.1727 ( g. Petrus De Wijngaert en Anna Van Avont),
Van Esche Guilielmus, (°) Werchter 09.03.1732 (g. Guilielmus Van Esche en Elisabeth Van Langendonck).
Van Esche Arnoldus Josephus, (°) Werchter 19.01.1700 (g. Arnoldus Van Roost nomine Arnoldus De Wijngaert en Joanna Bries),
Van Esche Guilielmus, (°) Werchter 30.03.1702 (g. Arnoldus Van Roost loco Guilielmus De Wijngaert en Maria De Wijngaert),
+ voor 02.1707,
Van Essche Michael, (°) Werchter 25.12.1703 (g. Michael Wijgaert en Anna Van Meerbeeck), + voor 02.1707,
Van Esche Michael, IX (S300), (°) Werchter 21.02.1707 (g. Michael Hijligen en Catharina Schrijns),
Van Esche Guilielmus, IX (S298),
(°) Werchter 21.02.1707 (g. Guilielmus De Wijgaerde en Catharina
Meulemans),
Van Essche Anna Catharina, (°) Werchter 02.02.1710 (g. Adrianus Egrix en Catharina Van Tongelen).
X - Van Woensel
Egidius (S588),
wonende Laeth, (°) Werchter 01.01.1661 (g. Peeters Aegidius en
Cleijnheijns Adriana), x 1 Werchter 03.08.1684 (g. Van Woonsel
Adrianus en Van Woonsel Joannes) met
Van Esche Maria (S589), (°) Werchter 23.03.1664 (g.
... en Wauters Maria), x 2 Werchter 03.06.1696 (g. Van Woensel
Joannes, Van Roost Arnoldus en De Keijser Petrus) met Wauters
Maria.
Aktes i.v.m. dit gezin vind je in het parenteel van
Van Woensel Egidius.
Uit dit huwelijk:
1.
Van Woensel Elisabeth, (°) Werchter 27.12.1686 (g. Rickx
Henricus en Van Esche Elisabeth),
Van
Woensel Elisabeth, (°) Werchter
27.05.1688 (g. Van Esch Joannes en Verstraeten Elijsabeth), x (niet
W, ) ca. 1714 met
Van Vlasselaer Cornelius,
Uit dit huwelijk:
Van Vlasselaer
Maria, (°) Werchter 05.07.1714 (g. Van Woensel Henricus en Van
Vlasselaer Maria),
Van Vlasselaer
Elisabeth, (°) Werchter 13.05.1718 (g. Van Vlasselaer Petrus en
Van Essche Elisabeth),
Van Vlasselaer
Guilielmus, (°) Werchter 21.01.1725 (g. Lamber Guilielmus en Van
den Eijnde Barbara),
Van
Woensel Joanna, (°) Werchter 25.02.1692
(g. Van Woensel Joannes en Van Esche Elisabeth), x Werchter
12.02.1732 met
Van Tongelen Arnoldus,
Uit dit huwelijk:
Van Tongelen
Joannes, (°) Werchter 24.05.1733 (g. Mieus Joannes en Van
Woensel Maria),
Van Tongelen
Egidius, (°) Werchter 03.09.1734 (g. Van Woensel Egidius en Van
Espen Catharina),
Van Tongelen
Anthonius, (°) Werchter 08.10.1736 (g. Storms Anthonius en
Vermijlen Anna),
Van Tongelen
Petrus, (°) Werchter 01.05.1738 (g. Michiels Petrus en Van
Woensel Maria n. De Middelaer Anna),
Van Tongelen
Joannes Franciscus, (°) Werchter 18.01.1740 (g. Van Eijcken
Joannes en Wouters Joanna Maria),
Van Tongelen Joanna
Maria, (°) Werchter 04.04.1743 (g. Van Woensel Michael en Van
Woensel Joanna Maria), x met Cornelis Van der Veken,
Van Tongelen
Cornelius, (°) Werchter 22.02.1745 (g. Van Tongelen Cornelius en Boschmans Elisabeth),
Van Woensel Henricus, IX
(S294), (°) Werchter
24.10.1695 (g. Van Woensel Henricus en Noets Maria),
2. Van Woensel Joannes, (°) Werchter
28.03.1697 (g. Wouters Joannes en De Keijser Catharina),
Van Woensel Barbara,
(°) Werchter 12.08.1698 (g. Van Tongelen Joannes en Anthonii
Barbara),
Van Woensel Catharina,
(°) Werchter 22.04.1700 (g. Storms Joannes Etmundus en Van Woensel
Catharina),
Van Woensel Maria,
(°) Werchter 10.01.1702 (g. Meerkens Petrus en Van Langendonck
Maria),
Van Woensel Petrus,
(°) Werchter 02.12.1703 (g. Boumans Petrus en Van Woensel Maria),
Van Wonsel Egidius,
(°) Werchter 04.10.1705 (g. Van Wonsel Egidius en Anthonis Anna),
Van Woensel Maria Anna,
(°) Werchter 16.10.1707 (g. Van Roest Armoldus n. Van Dijck
Alexandrus en Theunis Catharina).
IX - Van Esche Guilielmus (S298), (°) Werchter 21.02.1707 (g. Guilielmus De Wijgaerde en Catharina
Meulemans), + Werchter 31.03.1769, x Werchter 17.08.1737 met
Anna Claes (S299), (°) Werchter 17.03.1708 (g. Gommarus Ver Elst en Anna Van de Goor), +
Werchter 11.03.1769.
Uit dit huwelijk:
Van Esche Elisabeth, (°) Werchter 29.09.1737 (g. Adrianus De Rijck en Elisabeth Grootaers), x Werchter 08.08.1762 met
Colbunders Andreas,
Uit dit huwelijk:
Colibonders
Joanna, (°) Werchter 08.08.1762 (g. Christianus Colibonders en
Joanna Maria Paeps alias Van Eijcken), + Werchter
07.11.1764,
Colibonders
Anna Catharina, (°) Werchter 14.03.1764 (g. Guilielmus Van Esche
en Catharina Vanesche),
Colbunders
Maria Elizabeth, (°) Werchter 11.08.1766 (g. Joannes Van Esche
en Maria Colbunders), x > 1794 (niet W,
) met Joannes Baptista Vermeulen,
Colbunders
Anna Maria, (°) Werchter 03.10.1767 (g. Joannes Colbunders en
Maria Vanesche), + Werchter 19.12.1767,
Colbunders
Petrus, (°) Werchter 17.12.1768 (g. Petrus Vanesche en Maria
Vanesche), x (niet W, ) >
1795 met De Vaddere Anna Catharina,
Colbunders
Joannes Baptista, (°) Werchter 17.02.1771 (g. Joannes Baptista
Bosmans en Anna Catharina Van Esche),
Colbunders
Anna Maria, (°) Werchter 11.07.1773 (g. Joannes Feijaerts en
Anna Maria Bosmans),
Colbunders
Guilielmus, (°) Werchter 28.04.1775 (g. Guilielmus Geens en Anna
Catharina Colbonders amita),
Colbunders
proles, (°) + Werchter 10.10.1777,
Van Esche Michael, (°) Werchter 25.09.1739 (g. Michael Van Essche en Maria Verelst), + Werchter 02.02.1764,
Van Esche Catharina,
(g. Joannes Van Esche en Catharina Hoolaerts),
Van Essche Maria, VIII (S149),
(°) Werchter 01.04.1744 (g. Arnoldus Van Essche en Maria Van Essche),
Van Essche Joanna Maria, (°) Werchter 16.01.1748 (g. Joannes Borghleuvens en Anna Maria Geens),
Van Essche Anna Catharina, (°) Werchter 13.01.1749 (g. Cornelius Verelst en Catharina Van Essche), + voor 11.1754,
Van Esche Joanna, (°) Werchter 24.02.1751 (g. Petrus Vanesche en Joanna Van Woensel), + Werchter 01.05.1753,
Van Esche Joanna Catharina,
(°) Werchter 26.11.1754 (g. Guilielmus L'enfant en Catharina Geeraerts), + Werchter 13.01.1823, x Werchter 01.09.1777 met
Hijlighen Petrus,
x 2 Werchter 26.04.1785 (g. Guilielmus Heijligen en Egidius Van
Geel) met Van Geel Henricus,
Notaris Guilielmus Verstraeten te Werchter verhuurt aan Henricus Van
Geel en Anna Catharina (Joanna Catharina) Van Essche, eveneens
inwoners van Werchter, een stuk land van 2 dagmaal en 50 roeden,
deel uitmakende van een groter perceel van 5 dagmaal onder Werchter
(Dank Paul).
Bron :
R.A.L., Notaris Henricus Verstraeten,
register nr. 20314, akte nr. 52 dd. 10 december 1795.
Op heden
den 10en. december 1700 vijf en negentig compareerde voor mij
ondergeschreven als openbaer notaris, geadmitteert bij den Raede van
Brabant, binnen de parochie van Werchter residerende, ende in de
presentie van de getuygen naergenoemt, in persoon meester Guilielmus
Verstraeten, eensgelijkx notaris, tot Werchter residerende, welken
comparant verklaert verhuert te hebben, soo hij verhuert bij desen,
aen Henricus Van Geel, in houwelijk met Anna Catharina Van Essche,
eensgelijkx ingeseten van Werchter, alhier present, mede
comparerende ende in huere accepterende, dats te weten eene partije
lands, groot ontrent de twee dagmaelen en vijftig roeden uyt eene
meerdere van vijf dagmaelen, gelegen onder Werchter, genaemt den
Dries, soo ende gelijk de selve gehuerde partije met putten ofte
steenen
paelen is gesepareert, paelende de selve
tegens de straete noord-waerts, oostwaerts tegens het land,
competerende den notaris Van der Haert, zuydwaerts tegens de voorse.
meerdere partije ende noord
westwaerts tegens het land, competerende de
weduwe Joannis Wouters, aen den huerder genoegsaem bewesen ende
bekent, soo hij verklaert, geschiedende dese verhueringe om ende
voor de somme van vier en twintig guldens courant geld s' jaers,
mitsgaders voor eenen tijd ende termijn van ses achter een volgende
jaeren, alreedts ingang genomen te St. Andries-misse van desen jaere
1700 vijf en negentig, waer van oversulkx het eerste jaer huere ende
betaelinge vallen ende verscheynen sal te St. Andries-misse van den
toekomenden jaere ses en negentig ende soo voorts te continueren van
jaere te jaere dese huere geduerende, gelovende den huerder de
opgemelde huersomme alle jaeren promptelijk op haeren valdag te
betaelen in geld-specien niet minder als in schellingen, in handen
van den verhuerder ofte sijns actie hebbende, als schuld met recht
verwonnen, ende voorts meer op de naervolgende conditien.
Voor
eerst dat den huerder de voorse. partije lands behoorelijk sal
moeten cultiveren, vetten ende loffelijk overmesten, mitsgaders de
selve conserverende in haere paelen ende regenoten, als ook den kanten,
paelende tegens de straete, ordentelijk op te setten ende te
vermaeken, alles volgens plicht van eenen goeden pachter.
Dat den huerder
geduerende dese huere ende sonder korten aen de jaerelijksche
huersomme sal moeten draegen ende betaelen de thiende, twintigste,
meerdere ofte mindere penningen, op de voorse. gehuerde partije
lands uytgaende ofte zouden komen uyt te gaen, beden, subsidien,
impositien, contributien ingevalle ende generalijk van alle andere
lasten, wegens eenige overheyd gestelt ofte in 't toekomende te
stellen, alwaer 't soo dat de placcaerten, ordonnantien ende
besluyten het contrarie mede brochten, aen alle welke den huerder
wel expresselijk is derogerende bij desen.
Dat den huerder
geen het minste gesag sal hebben aen den hout-wasch, staende op de
selve gehuerde partije lands, den welken den verhuerder 't sijnen
behoeve is reserverende, gelijk hij ook is reserverende de macht van
t' allen tijde het kanthout daerop staende, uyt te roeyen ende jonge
boomen in plaetse dier te planten.
Item en sal den
huerder het gemeld gehuert land aen niemand mogen voorts verhueren
ofte overlaeten sonder speciale permissie van den verhuerder op pene
van vervallen te sijn van sijne huere.
Item ingevale
van merkelijk verlies, veroorsaekt door fourageringe der militairen
ten tijde van oorlog ofte hagelslag aen de vruchten, alnog te velde
staende, sal den huerder moderatie genieten à rato van de geledene
schaede, mits doende d' advertentie aen den verhuerder binnen de
vier en twintig uren naer het ongeval op pene van vervallen te sijn
van alle vergoedinge.
Item en sal den
verhuerder niet gehouden sijn aen den huerder eenige opsegginge te
doen op het eynde van sijne huere in der voegen dat de tacite
reconductie geen effect sal hebben.
Naer alle
welke voorse. conditien geloven partijen contractanten hun te sullen
reguleren ende allen de selve stiptelijk te sullen volbrengen ende
achtervolgen onder verband van hunnen persoon ende goederen, have
ende erve, present ende toekomende, constituerende mits dien
onwederroepelijk N.N. ende allen thoonder deser ofte van desselfs
dobbel authe. om in hunnen naem ende van hunnen twegen te gaen ende
te compareren in den Raede van Brabant, voor meyer ende schepenen
der stad Loven ende alomme elders voor hof ende rechter competent om
aldaer in cas van eenig gebrek den inhoud deser vernieuwende ende
herkennende, den gebrekkelijken van hun 't gene voorschreve
gewilliglijk te doen ende laeten condemneren met costen sonder
voorgaende dagement met costen,
niettegenstaende de suranneringe, gelovende ende verbindende, etc.
Gedaen ende
gepasseert binnen Werchter dato ut supra ter presentie van Joannes
Baptista Uytterhoeven ende van Franciscus Wouters, als getuygen hier
toe aensocht.
G. Verstraeten.
Hendericus Van
Geel.
J.B.
Uytterhoeven.
Franciscus
Wouters.
H. Verstraeten, nots.
Uit dit huwelijk:
1. Heijligen
Anna Maria, (°) Werchter 16.10.1778 (g. Petrus Van Essche en
Anna Maria Heijligen amita),
Heijligem Elisabeth, ° Werchter 20.10.1780 (g. Guilielmus
Heijlighen en Elisabeth Bols),
x Werchter
16.02.1808 (g. Andreas Liekens en Henricus Van Geel) met Joannes
Franciscus Mommens,
(°)
Werchter 23.01.1780 (g. Joannes Mommens en Anna Maria Van Eyken
alias Paeps), fs Joannes
en Joanna Catharina Van Linthout,
Heijlighen
Catharina Theresia, ° Werchter 06.08.1782 (g. Michael Heijlighem
en Catharina Van Esche), + W 21.02.1783,
Heijligen
Maria Theresia, ° Werchter 24.11.1783 (g. Joannes Van Essche en
Anna Maria Bruijninckx),
2. Van Geel
Egidius, ° Werchter 14.02.1786,
Van Geel
Guilielmus, ° Werchter 19.06.1788,
Van Geel
Joanna Catharina, ° Werchter 16.08.1790,
Van Geel Anna,
° Werchter 19.11.1792, + Werchter 17.04.1793,
Van Geel Anna
Elizabeth, ° Werchter 12.07.1794.
VIII - Van Esche Michael
(S300), (°) Werchter 21.02.1707 (g. Michael Hijligen en Catharina Schrijns), x Keerbergen 06.05.1734 (g. Joannes Van Essche en Petrus
De Grove) met De Grove
(Joanna) Catharina (S301), (°) Keerbergen
24.04.1711 (g. De Grove Joannes en Van Dijck Catharina), zij x 2
Werchter 12.02.1742 met Petrus Van der Veken.
Uit dit huwelijk:
Van Esche
Joannes Baptista,VII (S150), (°) Werchter 08.03.1735 (g. De Groeve Joannes
en Van Esche Anna Catharina),
Van Essche
Elisabeth, (°) Werchter 15.03.1736 (g. Van Essche Joannes en Van
Dijck Elisabeth),
Van Essche
Petrus, (°) Werchter 13.07.1737 (g. De Grove Petrus en Van Esche
Maria),
Van Essche
Joannes, (°) Werchter 05.01.1739 (g. De Grove Joannes en Van
Esche Anna Catharina),
Van Esche Anna
Maria, (°) Werchter 26.07.1740 (g. De Grove Bernardus en
Van Dijck Maria), x Werchter
26.02.1781 (g. Vanderveken Cornelius en Van Loeij Joannes) met Henricus Goossens,
Uit dit huwelijk:
Goessens Cornelius, (°)
Werchter 15.03.1783 (g. Van der Veken Cornelius en Goessens Anna
Maria),
2. Van der
Veken Lucia, (°) Werchter 29.06.1742 (g. Van Craesbeek Henricus
en Van Hove Lucia), x Werchter
12.04.1774 met Joannes Van Avont,
Van der Veken
Cornelius, (°) Werchter 01.09.1744 (g. Vervloesen Cornelius en
De Groof Maria), x Werchter
12.04.1774 met Elisabeth Michiels.
VIII - Feijaerts Joannes (S148), (°) Werchter 04.12.1744 (g. Joannes Boschmans en Maria Feyaerts), x Werchter 26.07.1769 met Van Essche Maria (S149), (°) Werchter 01.04.1744
(g. Arnoldus Van Essche en Maria Van Essche), + Werchter 26.04.1785
Boterstraat.
Uit dit huwelijk:
Faijaerts Joanna Elisabetha, (°) Werchter 04.05.1771 (g. Joannes Franciscis Derijck en Joanna Elisabeth Van Esche), x
ca. 1795 met
Franciscus Van Avont, handwerker, (°) Werchter
16.10.1775 (g. Petrus Decleijn en Anna Vaneijcken), fs Joannes en
Lucia Van der Veken,
Uit dit huwelijk:
Van Avont Lucia,
° Werchter 02.07.1796 (g. Joannes Baptist Feijaerts en Lucia
Vander Veken),
Van Avont Lucia,
° Werchter 18.08.1797 (g. Joannes Baptista Feijaerts en Lucia Van
der Veken),
Van Avont Anna
Maria, (°) Werchter Tremelo 02.04.1800 (g. Joannes Van Avont en
Anna Maria Van Essche),
Van Avont
Cornelius, ° Werchter Tremelo 04.04.1802 (g. Cornelius
Franciscus Feijaerts en Lucia Van der Veken),
Van Avondt
Guilliam, dienstbode te Tremelo, ° Tremelo Werchter 20.10.1804
(g. Guilielmus Feyaerts en
Anna Maria Van
Essche), x Werchter 17.06.1830 met Anna Maria Kindermans,
dienstmeid te Keerbergen,
° Werchter
02.01.1804 (g. Petrus Van Molle en Anna Maria Kindermans), fa
Egidius en Anna Maria Van Molle,
Van Avondt
Angelina, ° Werchter 11.11.1806 (g. Petrus Franciscus Van der
Veken en Anna Catharina Feyaerts),
Van Avont Anna
Barbara, ° Werchter 16.01.1809 (g. Henricus Feyaerts en Anna
Barbara Heyligen),
Van Avondt
Joannes Baptista, ° Werchter Tremelo 12.03.1813 (g. Joannes
Baptista De Meyere en Anna Elisabeth Vanderveken),
Van Avondt
Theresia, ° Werchter Tremelo 15.09.1815 (g. Joannes Baptista
Feyaerts en Joanna Theresia De Meyer),
Faijaerts Anna Maria, (°) Werchter 20.11.1772 (g. Petrus Vanesche en Anna Maria Faijaers amita prolis),
Faeijaerts Petrus, VII (S74),
(°) Werchter 22.09.1774 (g. Petrus
Faeijaerts en Anna Catharina Van Esche),
Faeijaerts Guilielmus, (°) Werchter 28.09.1776 (g. Guilielmus Van Essche en Anna Faeijaerts),
Faeijaerts Joannes, (°) Werchter 13.09.1778 (g. Joannes Vanessche en Catharina Van Essche mater prolis),
Faeijaerts Cornelius, (°) Werchter 22.10.1780 (g. Cornelius Van Craen en Anna Bosmans).
VIII - Van Esse Jan Baptist (S150), (°)
Werchter 08.03.1735 (g. De Groeve Joannes
en Van Esche Anna Catharina), + Schriek 20.09.1794 wn,
x Werchter ...11.1766 met
Van Looy Elisabeth (S151),
(°) Schriek 18.12.1741 (g. Peter Denckens en Elisabeth Cotemans), +
Schriek 01.09.1794 vv.
Uit dit huwelijk:
Van Esse Anna
Maria, (°) Schriek 20.10.1767 (g. Jan Van Looy en Anna
Maria Van Esse), x (niet S, K, Wak, H, Tr, ) met Bosmans
Joannes, ex Wakkerzeel, ex Keerbergen,
Uit
dit huwelijk:
Bosmans Petrus, ° Tremelo 21.01.1794, (°) 22.01,
(g. Feijaerts Petrus en Van Loo Anna Maria),
Bosmans Anna Catharina, (°) Tremelo 08.07.1796 (g.
Goevaerts Franciscus en Vervloet Anna),
Bosmans Antonius, ° Tremelo 08.04.1798, (°) 09.04,
(g. Weins Antonius en Van Coeckelberg Maria Anna),
Bosmans Joannes Baptist, (°) Tremelo 03.11.1800 (g.
Van Houtvin Joannes Baptist en Weijns Elisabeth),
Bosmans Joannes, ° Tremelo 24.07.1803, (°) 25.07,
(g. Vermeijlen Joannes Baptist en Van Essche Barbara),
Bosmans Jacobus, (°) Tremelo 05.12.1805 (g.
Uijtterhoeven Jacobus en Goossens Anna Maria),
Van Esse Anna Elisabeth, VII (S75), (°)
Schriek 28.10.1769 (g. Corneel Van der Veken en Elisabeth Verbeeck),
Van Esse Barbara
(Catherina) - Isabella, (°) Schriek 01.01.1772 (g. Peter
Verbeeck en Barbara Verbeeck), x met Corebunders Guillielmus,
ex Werchter,
Uit
dit huwelijk:
Corebunders Petrus, (°) Tremelo 16.04.1805, BS
Werchter17.04, (g. Corebunders Petrus en Van Essche Anna Elizabeth),
Van Esse Anna
Catharina, (°) Schriek 18.03.1774 (g. Jan Denckens en Anna
Catharina De Grove l. Elisabeth Verbeeck), + Schriek 24.10.1794 20
j. celebs,
Van Esse
Petronella, (°) Schriek 14.11.1776 (g. Hendrik Van de Vel
en Petronella Van Vlasselaer), + Schriek 15.04.1791,
Van Esse
Theresia, (°) Schriek 04.06.1780 (g. Adriaen Van Dessel en
Adriana Theresia Goosens),
Van Esse Joanna,
(°) Schriek 21.12.1783 (g. Gommer Van Rompaey en Annemie Meerkens),
x met Van Craen Matheus,
Uit
dit huwelijk:
1. Van Essche Catharina, ill. (°) Tremelo
22.03.1814 (g. Feijaerts Petrus en Verschueren Anna Catharina),
2. Van Craen Aloysius, (°) Tremelo 05.11.1815 (g.
Feijaerts Petrus en Van Elsen Anna Maria), +,
Van Craen Paulus, (°) Tremelo 25.01.1819 (g. Van
Craen Franciscus en Bosmans Anna Catharina), +,
Van Esse Peter,
(°) Schriek 05.02.1787 (g. Peter Holemans en Joanna Verbeeck), x
met Feijaerts Anna Catharina, ex Tremelo,
Uit
dit huwelijk:
Van Essche Joannes Baptist, (°) Tremelo 08.04.1810
(g. Feijaerts Joannes Baptist en Van Essche Anna Elizabeth), +,
Van Essche Joannes Baptista, (°) Tremelo 10.04.1811
(g. Feijaerts Joannes Baptist en Feijaerts Anna Maria),
Van Essche Franciscus, (°) Tremelo 07.02.1814 (g.
Bosmans Franciscus en Van Essche Anna Maria),
Van Essche Guilielmus, (°) Tremelo 20.09.1816 (g.
Feijaerts Guilielmus en Van Essche Elisabeth),
Van Essche Cornelius, (°) Tremelo 07.09.1819 (g.
Feijaerts Petrus en Selvin Maria Anna),
Van Essche Henricus, (°) Tremelo 07.04.1822 (g.
Castermans Joannes Baptist en Feijaerts Elizabeth),
Van Essche Franciscus, (°) Tremelo 27.11.1827 (g.
Van Essche Joannes Franciscus en Van Avondt Angelina),
VII - Feyaerts Petrus (S74), (°) Werchter 22.09.1774 (g. Petrus Faeijaerts en Anna Catharina Van Esche), x (niet W,
Heist, S, Tr, ) met
Van Esche Anna Elisabeth (S75),
(°) Schriek 28.10.1769 (g. Corneel Van der Veken en Elisabeth
Verbeeck), + Werchter 24.09.1831.
Uit dit huwelijk:
Feijaerts Anna Maria, ° ca. 1792,
Feijaerts Joannes Baptista, (°) Tremelo 05.04.1795 (g. Joannes Baptista Feijaerts en Anna Maria Van Essche),
Feyaerts Isabella, VI (S37),
(°) Tremelo 24.03.1797 (g. Cornelius Feijaerts en Isabella Van Essche),
Feijaerts Guilielmus, (°) Tremelo 13.04.1800 (g. Guilielmus Feijaerts en Lucia Van der Veken),
Feijaerts Anna Catharina, (°) Tremelo 06.03.1803 (g. Petrus Franciscus Vander Veken en Joanna Elisabeth Feijaerts),
Feijaerts Joannes Franciscus, (°)
Tremelo 09.07.1806 (g. Feijaerts Joannes Franciscus en Verhoeven
Anna Maria),
Feijaerts Regina, ° Tremelo 05.11.1809
(g. Van Essche Petrus en Feijaerts Anna Catharina),
Feijaerts Cornelius, ° Tremelo 02.04.1812 (g. Cornelius Feijaerts en Anna Maria Feijaerts sorror),
x Tremelo 02.05.1837 (g. Feijaerts Petrus en Mateus Maria Theresia)
met Zuetens Joanna Maria, ex Keerbergen, fa Joannes
en Matheus Maria Theresia,
Uit dit huwelijk:
Feijaerts Petrus, (°) Tremelo
16.08.1839 (g. Feijaerts Petrus en Mateus Maria Theresia),
Feijaerts Petrus Franciscus, (°)
Tremelo 30.01.1843 (g. Suetens Petrus en Feijaerts Anna Maria),
Feijaerts Maria Regina, (°)
Tremelo 10.02.1646 (g. Eralli Jacobus en Zuetens Regina),
Feijaerts Jacobus, (°) Tremelo
12.03.1847 (g. Eralli Jacobus en Zuetens Regina),
Feijaerts Maria Antonia, (°)
Tremelo 25.04.1850 (g. Feijaerts Petrus en Zuetens Antonia),
Feijaerts Anna Henrica, (°)
Tremelo 28.01.1856 (g. Van Calster Josephus en Soetens Anna
Barbara), Feijaerts Anna
Melania, (°) Tremelo 28.01.1856 (g. Soetens Petrus en
Soetens Anna Elisabeth).
Terug naar
startpagina Terug naar
startpagina stamboom