Weetjes

Start biografie boeken verhalen weetjes vraag maar reacties en nu?

-Anders?

andersth.gif (39520 bytes)* Het idee voor dit boek heb ik te danken aan mijn leerlingen. Zij bestookten me met vragen over mensen met paranormale gaven. Veel antwoorden kende ik niet maar ik begon me in het fenomeen te verdiepen.

* Dit eerste boek bood ik aan bij een kleine uitgeverij. Toen ze het uitgaven vatte ik moed en met mijn volgende boeken durfde ik al naar een grotere uitgeverij te stappen.

* Ik ben heel voorzichtig i.v.m. buitengewone verschijnselen. Toch zijn er dingen die niet kunnen verklaard worden. Zo is één van de scènes in het boek gebaseerd op een waar gebeurd verhaal, dat ik van één van de betrokkenen hoorde.

Twee zussen stonden met hun moeder de vertrekkende bezoekers na te kijken. Plots zei de moeder: ‘Kijk hoe onze vriend mankt met zijn linkerbeen!’

De dochters zagen niets bijzonder, maar de moeder bleef beweren dat de vriend mankte. Toen ze twee maand later die man terug zagen had hij een ongeluk gehad. Hij zou zijn hele leven blijven manken met zijn linkerbeen!

Natuurlijk is dit gebeurde ‘vertaald’ naar het verhaal van Tine en Hannelore.

* ‘Anders?’ is jammer genoeg uitverkocht. Je kan dit boek dus niet meer kopen, maar je kan het nog wel uitlenen in de bibliotheek.

 

-Spanning op de San Martin

sanmartinyh.gif (33780 bytes)* Het boek is opgedragen aan Mark, Roosje, Dirk, Marleen, Treesje, Pieter, Karel, Johan, An, Lode, Noortje en Joris. Dat zijn mijn zussen, broer, neven en nichten die allemaal dezelfde tocht van Argentinië naar België hebben meegemaakt.

Elk jaar komen we met de hele familie (al ongeveer honderdtwintig man) samen om met een Argentijnse asado feest te vieren. We kunnen onze Argentijnse wortels niet vergeten. Mijn oom, Herman Vos en mijn nicht Noortje (Leonor Wiesbauer) schreven er boeken over, mijn neef Dirk Van Esbroeck(†) zong Argentijnse liederen (samen met Juan Masondo) en ikzelf schreef ‘Spanning op de San Martin’.

* Het verhaal speelt zich af in1963 omdat toen de laatste boten van Argentinië naar België vaarden . Nu is dit vervoermiddel te traag en te duur, het is vervangen door het vliegtuig. Al was ik nog redelijk klein toen we de bootreis maakten, toch herinner ik me er heel wat van.

* In het boek zitten ook heel wat herinneringen uit Argentinië. Zo probeerde mijn tio Herman echt een paard te temmen. (het lukte vrij aardig!) En het hondje van Lode gelijkt verdacht veel op onze Mipsi.

* De Diaguita-cultuur heeft niet alleen de speciale grafurnen voortgebracht. Het was een rijke cultuur met een hoge ontwikkeling. Zo bouwden ze uitgebreide steden met waterleidingen en opslagplaatsen, die konden concurreren met wat we nu kennen.

* De illustratie van de voorkaft is van Kris Nauwelaerts. Lode en Juan willen absoluut zien hoe de storm wegtrekt over de woeste golven. Een avontuur dat niet zonder gevaar is!

 

-Stroomversnelling

stroomversnellingth.gif (40205 bytes)

* Met het hele gezin hebben we een kanotocht in Zweden gemaakt, dat bracht me op het idee van ‘Stroomversnelling’.

We hebben zelf een en ander meegemaakt van wat ik in het boek verteld heb. Zo deden we ook aan balkstoten, we kampeerden op het kikkereiland, we bezochten het oude kerkje met het typische kerkhof, we kwamen bijna terecht in een onweer en ontsnapten nipt aan de waterval en… ik bleef steken met de kano aan de stroomversnelling!

* De oorspronkelijke titel van het boek was ‘Tweesprong’. Maar die titel bestond reeds. Toen werd een tweede titel gezocht. ‘Kiezen’ kwam uit de bus. Dat klonk toch niet zo goed, dus werd het ‘Stroomversnelling’ als beeld voor de stroomversnelling waarin de zeven vrienden (en Kerstin) geraken.

* Zoals voor mijn andere boeken heb ik me voor Stroomversnelling goed gedocumenteerd. Ik las heel wat over Zweden, de Zweedse gewoonten en verhalen. Dat maakt voor mij het schrijven nog eens zo boeiend.

* Voor ze naar de uitgeverij gaan, laat ik mijn boeken telkens nalezen door jongeren en ook door mensen, die iets over het onderwerp kennen. Zo las een Zweedse, die reeds lang in België woont, dit boek. Ook een Vlaamse die lang in Zweden woonde gaf waardevol commentaar.

* Voor 'Stroomversnelling' kreeg ik twee prijzen. De prijs van de stad Beringen én vooral een boekenwelp! Een prijs ontvangen is echt wel prettig.

BW

Je boek krijgt dan extra aandacht en je hebt het gevoel dat je goed bezig bent.  Een boekenwelp levert geen geldprijs op, maar het betekent toch dat je boek dat jaar bij de beste jeugdboeken van Vlaanderen wordt gerekend. Op de koop toe krijg je een zilveren medaille én een schattig pluchen welpje. Die hebben thuis een ereplaats.

 

-Ontdekking aan de Awash

awashth.gif (38494 bytes)* Dank zij de opzoekingen, die ik voor dit boek deed, leerde ik een secretaris van de Ethiopische ambassade kennen. Het was een heel beminnelijke Ethiopiër, die dankbaar was dat iemand over zijn land schreef en die me heel wat informatie bezorgde. Jammer genoeg moest hij, als diplomaat, omwille van de oorlog naar zijn land terugkeren. Sindsdien hebben we niets meer van hem gehoord.

* Ik kreeg ook veel informatie van Herman Portocarero, een Vlaamse auteur, die lange tijd in Ethiopië verbleef. Ondanks zijn drukke agenda als ambassadeur in Cuba nam hij de tijd om uitgebreid mijn vragen te beantwoorden.

Op die manier leer ik, langs mijn boeken, heel wat interessante mensen kennen.

* ‘Ontdekking aan de Awash’ is voor een deel historisch juist. Vooral de vondst van Lucy en van andere fossielen en het leven in het kamp zijn gebaseerd op waar gebeurde feiten. Ook Menelik heeft bestaan en hij heeft in werkelijkheid twee belangrijke kaakshelften gevonden (niet van Lucy zelf). Of hij Menelik heette weet ik niet. Tom, Johanson en Maurice Taieb waren ook echt bij deze expeditie aanwezig. 

* Voor de sfeer in het boek baseerde ik mij op mijn eigen ervaringen tijdens een biologische expeditie in Turkije en tijdens een vakantie in Marokko (waar ik de indrukwekkende stilte van een nachtelijke zandvlakte leerde kennen), en ook op de ervaringen van mijn man tijdens een expeditie in de sahara. Maar natuurlijk was het boek dat Johanson heeft geschreven over deze expeditie een waardevolle bron.

* In het eerste jaar van het middelbaar zal je zeker iets over deze voorouders van de mens leren. Misschien een gelegenheid om met 'Ontdekking aan de Awash' creatief te werken.

* De mooie tekening, die Menelik toont met de twee kaakshelften, is van Kris Nauwelaerts (zoals bij 'Spanning op de San Martin)

 

-Vrije vogel

vrijevogelth.gif (22842 bytes)* Het personage van Ugo Jorissen zat al heel lang in mijn hoofd. Ik wou iets doen met een leraar biologie, die niet echt beantwoordde aan het beeld dat men meestal van een bioloog heeft. Hij hoefde geen planten of dieren in huis.

* Het verhaal is ontstaan toen ik in de studio van een vrije radio een ruzie meemaakte tussen de leider van de groep en zijn vriendin. Hij zei me toen: ’Daar zou je een boek moeten over schrijven!’ Dat gezegde is in mijn hoofd blijven spelen en zo is ‘Vrije Vogel’ ontstaan.

* Het biologie-labo, dat in het boek beschreven staat, zullen mijn oud-leerlingen wel herkennen. De cactussen op de vensterbank, het skelet, het tussenlokaal…. Het is er allemaal te vinden. 

* Voor dit boek kreeg ik waardevolle informatie en hulp van een medewerker van de Tieltse vrije radio. Hij liet me de werking van een vrije radio kennen én hij gaf me, al vertellend, ook ideeën cadeau.

*Ook een echte inspecteur keek het boek na. Er zijn nu eenmaal regels, waaraan elke onderzoeker zich moet houden. Die inspecteur ging zelfs op een ogenblik samen met mij nadenken hoe ik de moord op Sam kon oplossen!

 

-Paardenstaart

paardenstaartth.gif (31225 bytes)* Dit boek is ontstaan omdat ik me dikwijls afvroeg waarom jongeren soms zijwegen (met vandalisme- drugs…) volgen, terwijl de hoofdweg zoveel logischer en eenvoudiger is.

* Ik koos de naam ‘Hilde’ voor de ik-figuur omdat veel mensen, die mijn naam niet goed kennen, mij ook ‘Hilde’ noemen. Zoals ikzelf op zoek ga naar het waarom van moeilijk gedrag bij sommige jongeren, zo gaat Hilde op zoek naar het verleden van Axel.

* Namen zijn voor mij belangrijk. Pas op het ogenblik dat ik voor de jongen ‘Axel’ als naam koos zag ik hem voor mij en wist ik perfect hoe hij zou zijn.

* Voor dit boek ging ik enkele keren naar het dagcentrum van De Sleutel. Het heeft me in contact gebracht met drugsverslaafden, maar ook met de welzijnszorgers en met de familie van drugsverslaafden. Want ook daarover gaat ‘Paardenstaart’, over de betrokkenheid van zussen (Hilde en Leni) bij het leven van hun broers (Tim en Axel).

* Onze eigen paarden Deamon en Tosca stonden model voor Tyche en Kolga. Gelukkig werd geen van onze paarden bereden zoals Tim met Kolga deed.

 

-De Blauwe Schuit

blauwe schuitth.gif (26348 bytes)* In 2002 werd de Blauwe Schuit al uitgegeven bij uitgeverij Lannoo. De voorstelling gebeurde in het huis van Perez de Malvenda in Brugge, ter gelegenheid van ‘Brugge, culturele hoofdstad van Europa’.
Maar ondertussen zijn alle exemplaren al lang de deur uit. Ik kreeg regelmatig de vraag of het boek nog te verkrijgen was en dan kon ik alleen verwijzen naar de bib of naar de tweedehandsmarkt.


* Maar toen kreeg ik een vraag van gravin de Limburg Stirum en haar team van het Adornesdomein of ik het boek niet wou heruitgeven. Het Adornesdomein is nog steeds in handen van de nakomelingen van Anselm Adornes. De huidige graaf en gravin zijn het domein in al zijn facetten aan het vernieuwen. Ze willen de unieke geschiedenis van dit stukje Brugge weer tot leven laten komen.
Natuurlijk wilde ik daar graag aan meewerken.

*En dus werd De Blauwe Schuit opgefrist.
Illustrator Ria Vos maakte een volledig nieuwe cover. Fris, levendig en met warme kleuren.
Ik schreef een nieuw eerste hoofdstuk dat Anselm, Pieter en Elisabeth even toont in hun dagelijkse omgeving. En ik ging nog eens met een nieuwe blik door de tekst.
De uitgeverij De Scriptomanen zorgde voor een verzorgde uitgave.

* Dit historisch boek ontstond uit het kortverhaal ‘Als ik kan’ (over een jongen, die door een list de leerling wordt van Jan van Eyck.) Bij het onderzoek voor dit verhaal geraakte ik in de ban van de vijftiende eeuw in Brugge. Ik wou er absoluut een boek over schrijven.

* Als ik nu door Brugge loop herken ik veel punten, waar ook Anselm, Pieter en Elisabeth voorbijkwamen. Brugge heeft ook nog iets van die smeltkroes van nationaliteiten (al zijn het nu vooral toeristen en niet zozeer handelaars).In 2002, toen Brugge culturele hoofdstad van Europa was voelde ik iets van de sfeer die er toen heerste toen alle inwoners in feeststemming waren ter gelegenheid van de intrede van hertog Filips bijvoorbeeld.

* De Brugse opstand boeide mij omdat die heel wat gevolgen had voor de economie en de politiek van de stad en voor de gezondheid van de mensen. Het was vooral een keerpunt in het leven van Anselm en van Pieter, het had ook een grote invloed op hun gevoelens voor hun vader.

*Je kan met je klas creatief werken rond 'De Blauwe Schuit'. Daarvoor vind je heel wat tips als je HIER klikt. Je kan deze opdrachten downloaden.

* Anselm Adornes is niet alleen het hoofdpersonage van ‘De Blauwe Schuit’, maar ook van ‘Adornes achterna’, een educatief pakket dat bestaat uit een film en een pittige website. In ‘De Blauwe Schuit’ is Anselm net nog geen achttien jaar, in ‘Adornes achterna’ leer je hem kennen als een zeer belangrijke Middeleeuwse koopman.
De makers van de film en de website lieten zich inspireren door het boek, maar zij bieden nog veel meer. Ga eens kijken, lees het boek, probeer de dvd en de website uit en bezoek dan Brugge. Je zal ogen open trekken!

* Weet je dat er een gezelschap bestaat dat zich 'De vrienden van de Blauwe Schuit' noemt? Wie daar meer informatie over vindt, mag mij altijd mailen! 

* Zo zag de cover van de eerste versie eruit.

BlauweSchuit2-small.gif (26348 bytes)

 

-Loedolf, het stokstaartje

loedolfth.gif (35108 bytes)* De stokstaartjes interesseren mij al heel lang, niet zozeer omdat ze er grappig uitzien, maar vooral omdat ze zo’n bijzondere manier hebben om samen te leven. Ik speelde al lang met het idee om iets te schrijven over een jong stokstaartje dat tijdens zijn eerste schildwachtbeurt een zware fout maakt. Stilaan kreeg dat stokstaartje de gestalte van Loedolf. Toen kon ik eindelijk dit boek schrijven over Loedolf en zijn groep.

* Voor ik begon aan het verhaal heb ik het in het kort verteld aan een zesde klas van het Sint-Jozefsinstituut in Tielt. Ze reageerden zo enthousiast dat ik met veel moed begon te schrijven. Ze hebben dan ook, per 2 à 3 hoofdstukken, het manuscript gelezen. Hun commentaar heeft me hier en daar ideeën bezorgd. Prachtig!! (Ze krijgen dan ook een ‘dank je wel’ vooraan in het boek)

* Misschien wil je iets meer weten over de andere dieren, die in ‘Loedolf, het stokstaartje’ een rol spelen? Snuister dan eens in allerlei boeken.

Vb. ‘De geïllustreerde dierenencyclopedie’- van uitgeverij Lannoo
     ‘Het leven der dieren’: Grzimek- van uitgeverij het Spectrum N.V.
     ‘Encyclopedie van het dierenrijk’ : E. Marcon en M. Mongini - van uitgeverij Atrium
     ‘Geheimen der dierenwereld’- Lekturama-encyclopedie

Je kan natuurlijk ook op internet zoeken, bijvoorbeeld op de websites van sommige dierentuinen.

* In de zoo van Antwerpen kan je ook enkele stokstaartjes bewonderen. Ze huizen in de kinderzoo. De verzorger wist me heel wat te vertellen over zijn troeteldiertjes. Hij zou ook graag een grondeekhoorn bij de stokstaartjes plaatsen. Xerus zou niets liever willen!

* Ook op andere plaatsen (vb. Pairi Daiza) vind je stokstaartjes.

* Sabien Clement maakte de prachtige tekeningen. Ook zij was al langer geboeid door de stokstaartjes. De groep van de Antwerpse zoo stond met veel plezier model voor haar schetsen.

Weet je dat Sabien Clement ook de pittige tekeningen maakte voor mijn kort verhaal: ‘Van de schaapherder, die prins werd.’?

* Sommige namen worden niet uitgesproken, zoals ze geschreven zijn.

            Louwtjie (= Louwkie) ; Jeleze (= Djelieze) ; Liesl (= Liezel) ; Wiekie (= Viekie)

* De wetenschappelijke naam van de stokstaartjes is Suricata suricatta. Ze worden ook ‘meerkatten’ genoemd, wat nogal verwarrend is want het zijn geen katten, ook geen apen, maar wel mangoesten.

* Misschien hoor je liever hun Zuid-Afrikaanse naam: stokstèrtje of aardmannetje.

* Stokstaartjes kunnen in de natuur soms 15 jaar worden, in gevangenschap ongeveer 12 jaar. Al is de kans dat ze zo oud worden niet groot. Want slechts 1 op 4 welpen wordt normaal volwassen. En ook de volwassenen zelf worden vaak gedood. Soms sterft meer dan de helft van het aantal volwassenen van een groep in 1 jaar tijd!

Zo begrijp je dat er in ‘Loedolf’ heel wat groepsleden naar het rijk van koning Zwijgen verhuizen. 


Stokst.

Als dierenliefhebber is Ibe een grote fan van Loedolf en zijn groep.

ibe

-Verwoestijning

verwoestijningth.gif (33780 bytes)* Ik hoefde niet lang te zoeken naar een onderwerp voor een boekje uit de Plantyn.doc-reeks. Door mijn engagement in Terr@dialoog vzw kende ik één van de grote problemen van deze tijd maar al te goed: de verwoestijning. Je vindt in het boekje zelfs een foto van een van de Togolese kinderen, die meewerkt in ons project voor herbebossing!

* In ‘Loedolf, het stokstaartje’ moeten Loedolf en de anderen vluchten voor de aanhoudende droogte. Niet alleen de mensen moeten zich dus aanpassen aan het droger en onvruchtbaarder worden van hun omgeving.

* Het is fijn om deze Plantyn.doc boekjes te schrijven, vooral omdat ik daardoor zelf nog meer te weten kom over die onderwerpen. De opdrachten, die je via internet kan maken zijn soms zeer eenvoudig, soms wat moeilijker en vaak ook erg creatief.

* De boekjes van deze reeks zijn ideaal om een spreekbeurt voor te bereiden, eens een extra opdracht uit te voeren of om gewoon op een prettige manier meer te weten te komen over een interessant thema.

* Jammer genoeg heeft de uitgeverij deze boeiende reeks afgesloten. De boekjes, die reeds verschenen, kan je nog in de bibliotheek vinden.

 

-Doe ik het?

* Het boek werd voorgesteld in Brugge op zondag 30 november 2008. De Chiro bestaat al 75 jaar en dat vierden ze in 2008 en 2009 uitgebreid. Zo was er o.a. ook een tentoonstelling in het Provinciaal Hof van Brugge. Omdat de Chiro een belangrijke rol speelt in ‘Doe ik het?’ was dit een uitgelezen moment om het boek voor te stellen. De aspi’s van Chiro Op Den Dijk speelden een stukje uit het boek en dat deden ze heel overtuigend.

Chiro

*‘Doe ik het?’ is niet alleen voor Chiro-leden, ook niet alleen voor wie in een andere jeugdbeweging zit of alleen voor meisjes of alleen voor wie veel msn’t…. het is het verhaal van Jutte en Broen en dat kan iedereen aanspreken. Dus…test het gewoon eens uit.

*Op een dag besefte ik dat ik nog geen enkel boek had geschreven waarin de Chiro een hoofdrol speelde en dat was vreemd. Want aan negen jaar ging ik voor het eerst naar de Chiro en ik stopte, toen ik achttien was, om me te concentreren op mijn biologiestudies. Mijn hele jeugd was doordrenkt met Chiro-saus!!

* Enkele korte verhalen zijn wel gebaseerd op mijn Chiro-verleden, o.a. ‘De dwaallichtjes van Servagne’, dat verscheen in de ‘Halloweenverhalen’.

* De Chiro van vandaag is niet meer de Chiro van 40 jaar geleden, maar toch zijn er grote overeenkomsten. De gedrevenheid van de leiding (zoals in elke jeugdbeweging!), de groepsgeest, het avontuur, de kameraadschap, de uitdagingen, de creativiteit…


Chiro
Een foto uit mijn ‘goede oude tijd in de Chiro’  1966. Samen met twee andere aspi’s mag ik (links) op een ouderdag op kamp uitleg geven bij wat er gebeurt.

* Je hoeft natuurlijk niet in een jeugdbeweging te zijn om van Juttes belevenissen te kunnen genieten! (Niet iedereen, die een verhaal over drugs leest, heeft er zelf al gebruikt, hè.)

* Er zijn wel meer meisjes zoals Jutte, zestien jaar, onzeker, kribbig, soms eenzaam, soms vol energie, springend van de ene hobby naar de andere, zonder een echte houvast, zoekend en daardoor vaak moeilijk voor zichzelf en hun omgeving. En toch is Jutte enig, net zoals die anderen enig zijn. Over die ene Jutte wou ik het hebben. En over die ene periode in haar leven, die haar op een nieuw spoor zou zetten.

* Wie is Broen? Om echt te weten wie hij is moet je het boek lezen, ik wil alleen zeggen dat zijn gezicht me erg doet denken aan een mooie jongen, die ik ken. Innerlijk is Broen gewoon Broen. En dat is al meer dan genoeg!

-Tanne & ik

* ‘Tanne en ik’ ontstond op een vreemde manier. Ik was op zoek naar de geschiedenis van ons huis. In de bibliotheek stootte ik op een prachtige gids die me leidde langs Brugse huizen uit de zestiende eeuw. Bij die huizen hoorden verhalen. En daar kwam ik Adriaan Isenbrant tegen. En zijn onwettige dochter Josine en meester Benson en… die onwettige dochters lieten me niet meer los. Ik vroeg me af wat dit in die tijd betekende.

* Je kan in Brugge heel veel terugvinden in het archief. Officiële gegevens, maar ook veroordelingen, zoals het vonnis van de huishoudster van meester Isenbrant. Haar naam heb ik veranderd want ze heette in werkelijkheid Adriana Adriaens en dat zou iets te verwarrend geweest zijn. Zij is dan maar ‘Digna’ geworden. Maar wat ze gestolen heeft en de straf die ze kreeg, dat staat allemaal te lezen in de archieven

* In de 16e eeuw waren er veel onwettige kinderen, en dat was voor hen over het algemeen nadelig. De regels voor die kinderen waren zeer goed omschreven. Zo staat er in de archieven beschreven dat alle eigendom van Adriaan Isenbrant alleen naar zijn wettige kinderen gaat, ook al heeft hij Josine als zijn dochter erkend.

* Heeft Symoen echt geleefd? Neen, toch niet de Symoen die Josine lief had. Maar Tanne was er zeker, al staat nergens dat ze Josine kende. Maar dat kan bijna niet anders. Ze woonden dicht bij elkaar en hun natuurlijke vaders waren vrienden.
Waren Tanne en Josine vriendinnen? Dat weet ik niet zeker, maar het had gekund.

* Waarschijnlijk heeft Josine ook niet geholpen aan de kaart van Marcus Gerards, maar ook dat had gekund. De kaart die Marcus Gerards in 1562 maakte heeft me altijd gefascineerd. Ongelooflijk hoe hij de Brugse huizen kon tekenen, alsof hij er boven had gevlogen. En… ons huis staat op die kaart, nog een reden om ze in het boek een rol te laten spelen.

* Op 21 november 2014 werd het boek voorgesteld in de orgelzaal van het Stedelijk Conservatorium in Brugge. De oudere Josine keek terug op haar leven met Tanne en tussendoor klonk op klavecimbel en blokfluit muziek uit de 16e eeuw, gebracht door leerkracht en leerlingen van het Stedelijk Conservatorium van Brugge, afdeling oude muziekinstrumenten. Patrick Bernauw, de voorzitter van de vzw De Scriptomanen, en schepen van socio-culturele verenigingen Mieke Hoste zorgden voor de gesmaakte ‘woordjes’.

Voorstell

 

omhoog

Start biografie boeken verhalen weetjes vraag maar reacties en nu?