Lierde onder de pen


AMAI MIJ ZJIERATJE


Omdat ze dit jaar niet goed wisten wanneer de poppen van ’t spelleke van Lierde aan het dansen zouden gaan had ik telkens mijn werkuren moeten aanpassen en had ik al zestien keren de dagen veranderd bij ons Rita.
Maar op vrijdag kon ik mij eindelijk vrijmaken en omdat het daar aan “ ’t zoalke van Meeke Mol” altijd aanschuiven is ging ik maar een uur op voorhand en stond ik dus te zevenen aan de deur.
Potverdekke zeg om acht uur was er daar nog geen kat te zien laat staan een cavia.
Toen er daar rond negen uur nog niemand te zien was heb ik de facteur op zijne brommer doen stoppen om toch wat uitleg te krijgen.
-Euh…facteur stop ne keer!
Dienen mens heeft daar zijn “freins” toegenepen om met zijn voorwiel juist tussen mijn benen te stoppen.
-Awel chauffeurke wat scheelt er met u?
-Ha, ik sta hier al van te zevenen en normaal gezien gingen ze hier ten achten toch komen spelen?
-Jamaar man, dat is maar deze avond hé.
-Hoe…dan is dat toch om 20u00?
-Ja, maar bij ons zeggen ze ten achten!
Miljaar…ik stond daar schoon op tijd en ik kan u verzekeren dat als ge daar een ganse dag staat dat ge daar volk ziet passeren.
Van een ding was ik zeker, ik stond mijnen eerste om binnen te gaan.
Een geluk dat ik zo vroeg gekomen was want tegen 19u15 stonden ze daar op het smalle trottoir zonder witte strepen aan te schuiven alsof het een optreden in den “Ancien Belgique” was.
Eens de deuren werden geopend was het drummen om de juiste plaats te zoeken en daar waar we vroeger werden ontvangen door de hostesses van het spelleke hadden ze er toch wel een paar “zjieratten” bijgezet.
Volgens mij zal dat misschien voor de veiligheid geweest zijn want die beesten kunnen wreed bijten als ze honger hebben.
Binnen de kortste keren zat het “zoalke van Meeke Mol” zoals gewoonlijk overvol.
Op de derde rij had ik een schoon zicht en moest ik mij maar af en toe naar links of rechts bewegen om naast de oren van den dienen die voor mij zat zicht te krijgen op het toneel.
Geflankeerd aan mijne rechtse kant door mijne vriend Hendrik van de gemeente met zijn madam en aan mijne linkse kant door Simonne van Tuur smet die de dochter is van “Laerkieze Charles”.
Elke toeschouwer komt kijken hoe elk jaar de poppen in de vorm van de volksfiguren van onze dorpen aan het dansen gaan en hoe ze zonder schroom of gene de volle zaal aan het lachen krijgen.
Maar iedere aanwezige komt ook deels uit nieuwsgierigheid om te zien of zijn of haar naam niet vernoemd wordt.
Of doodgewoon om te horen of er niets is dat ge van uw buren nog niet weet.
Ja, je weet maar nooit dat ge bij den bakker of bij den beenhouwer het dorpsgeheim zou verklapt hebben of dat ge bij den apotheker wekelijks achter uw doos viagra gaat.
De gewone zaken van het leven die ons kleurrijk ter herinnering worden gebracht en waar ieder van ons herkenbare punten in vindt.
Als je de poppen hoort spreken zou je soms denken dat de echte personen hun stem lenen aan het spel en zodanig weet iedereen direct wie ze daar in de schijnwerpers zetten.
Ja, ten achten kwam Toone daar in zijn geel kostuum te voorschijn en werd de voorstelling met het Vlaamse lied van bij ons ingeleid.
Fluite en Rosten Tieste moesten hun daar ondertussen een weg banen tussen het volk om op het podium te geraken en nadat ze daar terug aan hun koordjes hingen en het gordijntje werd opengeschoven zat het publiek op het puntje van hun stoel.
Van in het begin werden ons ook de nieuwe poppen van het spelleke voorgesteld die niet minder waren dan twee “zjierattjes”.
Opgelet…geen “zjieratten” aan een koordeken of met een stokske in hun gat maar echte met haar op.
Het had zelfs niet veel gescheeld of ze hadden een paard (van sejans) in de gang gezet.
Ja, de “zjierattjes” of cavia’s waren de rode draad in het spelleke van Lierde dit jaar en zo kwam “Dieftinge” ook nog eens in het nieuws.
Opgelet als ge in het spelleke van Lierde wilt vernoemd (beroemd) worden dan moet ge er ook iets voor over hebben en ik denk er sterk aan om ook een paar honderden beesten te houden hoewel ik nog twijfel tussen muizen of slakken.
Maar allé, nadat de meeste “Zjieratjes” een nieuwe thuis vonden in onze streken en zelfs tot in Holland schoten er niet teveel meer over om in de kookpot te steken.
Ja, naar het schijnt zouden sommige politieke partijen een “zjieratje” op het menu hebben gezet met hun eting.
Awel ik moet zeggen dat ik ook gaan eten ben en dat er misschien wel niet veel vlees aan was en dat ge af en toe een haar van tussen uw tanden moest trekken maar voor de rest vond ik het toch fijn vlees hoor.
Om nog maar te zwijgen dat er niks verloren gaat aan die beestjes want als ik die chique madammen op den avenue Louise in Brussel zie die daar ganse dagen “cava” zitten te drinken dan verdenk ik er sommigen van dat ze zelfs een “caviafrak” aan hun lijf hebben.
Er was ook heel wat te doen over de trottoirs van “Marteslierde” waar we nu niet meer op mogen parkeren en ook over het nieuwe gemeentepersoneel en over een spiksplinternieuwe politieagente die naar het schijnt nog schoner zou zijn dan onze Daniël of onze Eddy samen.
Awel ik ben eens opzoek gegaan op het internet en op zeker moment ben ik daar toch wel op ons Katia gevallen zekerst.
Potverdekke, ik ga mij de komende weken een paar keren in “Marteslierde” gaan parkeren op één of ander voetpad en ik hoop dat ze daar eens langsgereden komt.
Ja, met zo een schoon volk gaan we er straks nog plezier aan beleven om eens op den boek te staan.
Af en toe zagen we ook onze “berremiester” en “den 1ste schepenen” in een ligstoel op het strand van Lierde liggen en toen ze daar over die fontein bezig waren begon dat daar toch wel binnen te regenen zekerst in “het zoalke van Meeke Mol”.
Potverdekke ze hadden die fontein recht op het publiek gericht en ten gepaste tijden spoten ze daar een paar liter de zaal in.
Simonne hare permanent hing daar tot op haar wenkbrauwen van al dat water en bij mij was mijn linkeroor direct uitgespoten en moet ik daarvoor ook geen zotte kosten meer doen.
Ik heb mij in elk geval geamuseerd en volgens de reactie van het publiek was ik niet de enige die terug genoten heeft van het spelleke van Lierde.
Ze hebben ons wel wat laten wachten maar ’t was de moeite waard.
Het spel dat de mens uit onze dorpen niet alleen terug tot leven wekt in al zijn glorie maar de toeschouwer tevens een lach tovert in crisistijd.
Op de koop toe kon men een cd kopen met de liedjes van het spelleke van Lierde en dus ga ik straks in de wagen met De Croo samen een duet zingen over “Lierde boven” of “kai ne velo ver au”.
Ja, ’t is nog gemakkelijk als ge zo mensen vervoert die een beetje de streektaal kennen hé.
Maar wat het voornaamste was is dat het “spelleke van Lierde” er dit jaar terug was en dat we het niet zonder hebben moeten stellen want dat zou pas een gemis geweest zijn.
Ps
Euh…over die kookpotten en die “fourure” frakken was maar om te lachen want straks staat GAIA hier weer aan mijn deur met kaarten voor hun eting.

Groetjes chauffeurke


Terug naar 'Lierde onder de pen'

Terug naar homepage Lierde Online