Lierde onder de pen


DE PAASBLOEMEN ZIJN VERSLENST


Hoewel de Paasklokken al terug naar Rome zijn vertrokken blijft toch nog steeds die nostalgie van vroeger hangen.
Soms zit ik zo te denken dat er in de katholieke kerk veel bezigheidstherapie was om de kinderen bezig en vooral koest te houden.
Braaf zijn voor Sinterklaas, beleefd zijn tegen dat de Kerstman kwam en goed leren in ’t school zodat de Paasklokken hun ei in uwen hof kwamen leggen.
’t Was een gans ritueel in de jaren stillekes!
Witte donderdag waar alle kruisbeelden in een witte doek werden gehuld en goede vrijdag waar men de kruisiging van Jezus herdenkt.
‘t Was in dienen tijd ook ten strengste verboden van vlees te eten op dienen vrijdag en zo maakte oma vis of “teutjespap” klaar.
Ik was daar verzot op en van mij mochten ze zelfs een goede maandag, goede dinsdag of goede woensdag uitgevonden hebben, zolang ik maar “teutjespap” op mijn telloor kreeg.
Maar ik moet vandaag toch schuld bekennen en biechten bij alle lezers dat ik af en toe wel stiekem een beet nam van een paar trippen die daar aan de keldertrap hingen of dat ik mij in het donker tegoed deed aan het gehakt dat klaar lag om “bouletten” te maken.
Als kleine snotter was het vooral uitkijken naar de Paasklokken die zouden overvliegen of de Paashaas die zijn behoeft kwam doen in onze lochting (groentetuin).
Uren heb ik staan kijken naar de hemel waar bompa steeds wat uitleg kwam geven bij wat overvloog.
De duiven van de duivenmelkers waren de escorte of de voorbode van de klokken en hoog in de hemel waar een vliegtuig een witte streep door de lucht trok meende bompa één van die klokken uit Rome te herkennen.
Goedgelovig heb ik mij jaren zitten afvragen wie dat spel bestuurde en of de Paus zelf aan de stuurknuppel zat om die klok in onzen tuin te laten landen.
’t Waren in elk geval vroege vogels want ik heb ze nooit zien landen en toen ik vaak in pyjama door de tuin liep waren ze al lang vertrokken.
Hoewel we een groot gazon hadden en ze de Paaseieren maar in het midden hoefden te leggen om ons daar geen uren te laten zoeken wisten die klokken in de vorm van mijnen bompa die eieren zodanig te verstoppen dat ik uren bezig was.
Achter de bloempotten op de vensterbank of tussen de verdroogde sneeuwklokjes of paasbloemen.
In of onder de kruiwagen of achter de pomp.
Hangend met een strik in de forsythiastruik of naast de notenboom die bompa er nog zelf had geplant.
Ge kunt het zo zot niet bedenken hoe een bronzen klok een ei kan leggen in de brievenbus of zelfs in het kiekenkot tussen de echte eieren.
En was het slecht weer dan geraakten die Paasklokken zelfs binnen en legden ze die eieren tussen de droge saucisses op het schap in de keuken of in de fruitmand.
In het krantenbakje of tussen de platen van de “pickup”.
Ja, en dan was er nog het verhaal van de Paashaas die chocolate eieren kon leggen.
Hoe wilt ge een kind nu iets leren in het echte leven als men al van in den beginne bezig is met onnozelheden te vertellen die ver van de realiteit staan.
Toen we ooit in ’t school moesten leren over konijnen en hazen kwam er ook een dissectie aan te pas en toen de meester vroeg wat er zo allemaal inzat buiten het hart en de darmen stak ik mijne vinger op om te zeggen dat er bij ons chocolate eieren inzaten.
Ja, ’t wou weer lukken dat dienen meester daar bij de poelier juist een haas gekocht had die niet moest leggen en dus had ik een nul op mijn rapport ppfff.
Och…’t zat allemaal eigenaardig in elkaar!
Pasen was de vastenmaand en wat krijgt ge dan, een emmer chocolate eieren waar je niet mag van eten!
Ne mens moest eerst zijn boterhammen met choco opeten en tussendoor niet teveel snoepen zodat ge ‘s middags nog kon eten en bij het avondeten moest men zijn volledig bord leegeten om zeker te zijn dat ge dan kans maakte als ge niet teveel kattenkwaad had uitgestoken om een paasei in uwe mond te kunnen steken.
Meestal had ne mens dan geen honger meer en waren het oma en bompa die zelf de eieren naar binnen speelden.
Ja, dan was er ook nog de misviering waar we tijdens de week eerst moesten gaan biechten en waar ik steeds iets uit mijnen duim moest zuigen om daar niet met mijne mond vol paasei te zitten in dat houten kot waar mijn kleine knieën zeer deden van op die houten planken te knielen.
’t Was altijd verschieten als ge daar in ’t donker achter dat purperen gordijn zat en plots dat luikje openschoof waar meneer pastoor met een strenge stem een kruisteken maakte en dan plots vroeg wat ik te biechten had.
Meestal had ik helemaal niets op te biechten want ik was redelijk braaf geweest om iets te krijgen van de Sint, ik was beleefd geweest voor de Kerstman en ik had wreed mijn best gedaan in ’t school tegen dat de Paasklokken kwamen en alles wat daartussen lag was ik al lang vergeten.
Ge zit daar dan in een biechtstoel waar ne mens potverdekke moet beginnen liegen om toch maar iets uit te vinden omdat als ge niets uitgestoken hebt het wreed ongeloofwaardig zou overkomen.
Als ik zie wat er nu allemaal gebeurd in de wereld zouden sommigen een half jaar nodig hebben om alles te vertellen in dat houten kot.
Ja, de wereld is enorm veranderd en het zijn nog maar een paar symbolen die ons doen herinneren aan vroeger zonder dat de jeugd er echt weet van heeft.
Onlangs was ik met mijne jongste zoon ook bezig over Pasen en de klokken en volgens de blik in zijn ogen dacht hij dat ik wreed gedronken had.
Hij wist wel wat een paasei was maar ik hoefde er mij helemaal niet moe in te maken om ze nog te verstoppen.
Nee, een paar eitjes in een plastiek zakje naast de computer was meer dan voldoende om Pasen te vieren en naast het zakje mocht ik een briefje van 100Euro leggen van de paasezel die geld kakt om zijn uitstap met zijn lief mee te betalen.
Het kwam zelfs ter sprake dat sommige symbolen verdwenen omdat andere Godsdiensten in opmars zijn.
Ja, daar staat ge dan als katholieke vader met alle waarden van vroeger om antwoord te geven aan uwe zoon op de vraag wat er in de plaats gaat komen van het kruisbeeld boven de deur en van het Mariabeeld op de schouw.
Ik stond daar zelf met mijne mond vol tanden en wat moet ge daar dan op zeggen.
Ja, we zijn nog zover niet en de dag dat ik mij laat islamiseren is het nog tijd genoeg om een geweer boven de deur te hangen en een maagd in boerka op de schouw te zetten.
Och…we kunnen er eens mee lachen maar toch stel ik mij de vraag of het nog wel om mee te lachen is als we elke dag een beetje verder van de waarden van vroeger komen te staan.

Groeten chauffeurke
 


Terug naar 'Lierde onder de pen'

Terug naar homepage Lierde Online