Lierde
onder de pen
Ik ben altijd al gefascineerd geweest door mensen die
een muziekinstrument kunnen bespelen en ik moet zelfs toegeven dat er sprake
is van enige jaloezie tegenover deze die de muzikale klanken de wereld
insturen.
Opgelet, ’t is niet omdat ne mens veel noten op zijne zang heeft dat hij
daarom muzikaal aangelegd is hé.
Nee nee, daar komt heel wat bij kijken en uw omgeving moet u daar ook in
steunen.
Ik herinner mij nog dat ik ook voor mijne Sinterklaas ooit een “Bontempi”
piano kreeg en dat ik na veel getokkel en met de hulp van moeder er “broeder
Jacob” kon op spelen.
Maar ze waren thuis niet allemaal muzikaal aangelegd en binnen de kortste
keren verhuisde de mini piano naar de zolder en zag ik de koningin Elisabeth
wedstrijd aan mijn neus voorbijgaan.
Maar een paar jaar later vroeg ik de Sint terug een instrument en zo lag er
daar rond 6 december in de jaren stillekes een “Melodica”.
In feite was dat hetzelfde als een piano, behalve dat ge er moest op blazen
om lawaai uit te krijgen.
Ik heb daar de longen uit mijn klein lijf geblazen tot ze thuis
gehoorproblemen kregen en ze daar kwamen vertellen dat zolang ik geen betere
resultaten had in ’t school ik mijn muzikale carrière kon vergeten.
De beste resultaten in ’t school had ik de eerste week in het eerste
studiejaar en daarna is het beginnen bergaf gaan en dus stopte daar mijn
muzikale carrière.
Ook de Sint vond blijkbaar dat het genoeg geweest was en vergat de volgende
jaren de saxofoon en het drumstel waar ik zo op gehamerd had in mijn brief
aan Sinterklaas.
Mijn geloof in de zogezegde goede man was dan wel afgenomen maar als ik ook
bij de Kerstman en de paasklokken geen gehoor zou krijgen dat ik door de
jaren wel zelf op zoek zou gaan naar één of ander instrument.
Maar de jaren vlogen voorbij en nu ik na mijn 50ste bijna volwassen ben zat
ik zo na te denken welk instrument er wel bij mij zou passen.
Een blokfluit vond ik te kinderachtig, een vleugelpiano vond ik te groot,
een paar castagnetten dan weer te klein en een viool weer te romantisch.
’t Was in elk geval niet gemakkelijk om te kiezen en als ge geen noot muziek
kent is het nog het beste van u laten bij te staan door mensen die er
verstand van hebben.
Als er zo iets in mij opkomt dan moet het onmiddellijk gebeuren en zo trok
ik naar een muziekwinkel in het Gentse waar ik na de deur te hebben geopend
in een andere wereld stond.
Elk instrument stond of hing er te blinken en ik waande mij al Clouseau of
Elvis Presley.
In mijn fantasie toverde ik een blitse bril op mijne neus en voelde ik mij
zoals Elton John.
Maar plots klopte de realiteit in de vorm van een verkoper op mijn
fantasierijke schouders en vroeg dienen mens met een bijna muzikale stem of
hij mij kon helpen.
-Euh…awel ik ben opzoek naar een instrument.
-En wat had meneer in gedachten?
-Euh…niet te klein en niet te groot en iets dat een beetje bij mij past.
-Heeft u ooit al een instrument bespeeld meneer?
-Ja ja, ik had vroeger zo ne groene Melodica en ik heb ook nog een Bontempi
piano gehad.
-Ja ja, en nu bent u opzoek naar een echt muziekinstrument.
-Voilà dat is’t.
-Heeft u al notenleer gevolgd?
-Euh…ja toen ik klein was in de les natuurkunde!
-in de les natuurkunde?
-Ja, ik ken de okkernoot, de beukennoot de walnoot en de pindanoot.
-Ik heb het wel over de noten op een notenbalk!
-Euh…oei, dat zal een les geweest zijn waar ik niet aanwezig was denk ik.
-Ik mag er dus van uitgaan dat meneer een beginneling is.
-Awel ja, laat het ons zo stellen dat ik van nul wil beginnen.
Na een beetje in de winkel te hebben rondgewandeld stonden we daar plots bij
de gitaren waarvan de ene al mooier was dan de andere.
Voor mij was een gitaar een gitaar maar blijkbaar waren er daar zoveel
soorten in dat ik na enige tijd goed besefte dat ik een leek was in de
muzikale wereld.
Toen ik vroeg of al die gitaren dan ook een verschillende klank hadden nam
de verkoper een paar gitaren en speelde vlot op elke gitaar een andere
melodie waarop het dan weer kinderspel leek.
Maar de wijze man raadde mij aan om misschien een gitaar te kopen voor
beginners en dat het niet nodig was om daar van de eerste keer 2000 Euro
neer te tellen voor zes snaren op een houten kist.
Zo werd de verkoop geklonken en stapte ik iets later fier als een kind naar
buiten met een echte gitaar, drie plectrums en een boek waar de eerste
gitaarlessen instonden.
Ne mens komt dan thuis en ge weet hoe dat gaat, een kind zou ook niet kunnen
wachten om zijn nieuw speelgoed uit te proberen hé.
Daar zat ik dan met les 1 uit het boek “gitaar leren spelen voor dummies” .
Maar ge moet zeker niet denken dat ge daar direct aan een serenade moet
beginnen voor uw lief.
Nee nee, de eerste les gaat over de onderdelen van de gitaar en hoe men zo
een spel nu juist moet vasthouden.
Ja, en daar zat ik dan als de Eric Clapton of de Bob Dylan van Deftinge.
Ik kon mij niet weerhouden van even met mijn vingers over de snaren te
wrijven en vond dat de klanken zeer goed meevielen.
Voilà mijn muzikale carrière was gestart!
Ik leerde over volle en halve noten en dat er zoals in de regering ook op de
gitaar met akkoorden werden gespeeld en dat het zoals in de Wetstraat ook
hier iets zou zijn waar ik veel geduld zou moeten voor uitoefenen.
Maar ’t viel redelijk mee en na drie dagen bleek ik al een volledig orkest
te hebben!
Terwijl ik op de gitaar tokkelde, speelde mijn buurvrouw drums met hare
bezemsteel op het plafond en zong mijne ander buur keihard over iets dat
niet zou blijven duren.
De koeien vluchten terug naar hun stal en een straatkat keek mij verliefd
aan alsof ze mijn gejank wel op prijs kon stellen.
Mijn publiek liet zich zeker niet onbetuigd want daar waar ze met beertjes
en knuffels naar het podium smeten tijdens grote concerten kreeg ik toch al
een schoen en een tomaat tegen mijn ruit.
Maar elke artiest is verschillend en ik weet ook dat ik Chris de Burgh niet
moet vergelijken met die gitarist die ’s morgens in het Centraal station
staat in Brussel.
Nee nee ik blijf met mijn voeten op de grond en weet dat ik klein moet
beginnen, het sportpaleis van Antwerpen zal nog niet voor morgen zijn en het
is misschien best dat ik eerst “De lier” in Lierde een paar keren vol krijg.
Nee nee, laat mij maar doen, volgende week ga ik bij de slotenmaker om mij
een solsleutel te laten maken en ge zult zien dat er wel schot in de zaak
zal komen.
Och…stel dat ik binnen een jaar of tien nog steeds geen snaar verder sta dan
is de gitaar nog altijd een schoon sierstuk naast de kast waar ik steeds kan
bij wegdromen telkens ik er naar kijk.
Groeten chauffeurke
Terug naar 'Lierde onder
de pen'
Terug naar
homepage Lierde Online
|