Lierde onder de pen


'T WAS VAN MOETEN


Meimaand is communiemaand en telkens denk ik terug aan die tijd van toen.
Onze familie was zeer katholiek opgevoed, de ene al wat meer dan de andere.
Niet dat iedereen met het katholieke begrip in de familie ook gelovig was maar gewoon omdat het moest.
Zo werd ik geboren en toen ik daar in mijn wieg op een bedje van kapok lag leek ik wel een afgietsel van het “kinneke Jezus” zelf te zijn.
Een massa volk onder de vorm van familie, geburen en curieuzeneuzen trok aan mijn wieg voorbij alsof het een bedevaart was.
Nog voor ik kon lopen of nog maar een woord uitbrengen werd ik gedoopt.
Gewoon omdat het moest om niet als ketter bestempeld te worden.
Maar bon, nadat ze mij daar volgens de rituelen boven de koperen badkuip van Johannes de doper hadden gehouden en daar een pollepel gewijd regenwater over mijn vers gekamd haar hadden gegoten was ik voor een paar jaar gerust.
Maar de tijd vloog snel in het rijk Gods en een paar jaar later moest ik mijn eerste communie doen.
Zelf had ik er toen al geen goesting voor maar een zesjarige had toen niks te zeggen en het was voor mijn eigen goed en volgens de broeders en mijn ouders was het een feest voor het kind.
’t Was in elk geval de eerste keer dat ik een kostuum moest passen en met mijn klein verstand vond ik mij wreed onnozel toen ik in de spiegel keek.
Het contrast met mijn korte broek waar ik mee naar school trok was enorm groot en ik kon er maar niet aan gewoon worden.
Ik leek wel op een bankdirecteur of op een minister maar dan in ’t klein.
Maar bon, ze probeerden mij te sussen dat ik vele geschenken zou krijgen en dat het een dag was waar ik in de belangstelling zou staan en waar alles rond mij draaide en ik zou mogen doen wat ik wou.
Zoals met mijnen doop was het ook vooral omdat het moest en vooral om geen uitzondering te zijn bij alle anderen familieleden.
De geschenken waren er wel maar totaal iets anders dan wat ik in gedachten had.
Een armband met mijne naam in gegraveerd alsof ik die nog zou vergeten en een polshorloge die veel te groot was en waar ze thuis een paar gaatjes moesten bijmaken in het lederen bandje om het te doen passen.
Voor de rest kreeg ik een paar enveloppen met geld dat ik direct moest afgeven aan mijne pa en wat ik ook nog kreeg waren drie vulpennen.
In feite gaf men die geschenken omdat het moest en uit gewoonte, want wat had ik nu aan een armband en een polshorloge die ik niet mocht dragen om naar ’t school te gaan uit schrik dat ik ze zou verliezen.
Zo belandde alles in een schuif waar ze jaren hebben gelegen.
De vulpennen zou ik pas mogen gebruiken eens ik deftig zou kunnen schrijven en dus heb ik in feite die vulpennen nooit gebruikt.
Ja, en dan was er nog de dag zelf waar het in feite de dag was van het kind en waar alles draaide rond de communicant.
Wees beleefd, spreek met twee woorden, bedank de mensen voor hun komst en de geschenken, ziet dat ge u gedraagt in de kerk, ziet dat ge u niet vuil maakt met uw schoon kostuum, ziet dat ge alles opeet aan tafel, zit recht op uwe stoel, blijf binnen bij de mensen en ziet vooral dat we daar niet om de vijf minuten moeten reclameren en dat we daar niet belachelijk staan.
Ik stel mij vandaag nog steeds de vraag wie er daar het belachelijkste stond.
Met een verplichte lach op de communiefoto terwijl de grote mensen er daar een braspartij van jewelste van maakten.
Als de vraag werd gesteld of ik mij amuseerde was ik nog verplicht van ja te antwoorden omdat het moest uit gehoorzaamheid en dat de grote mensen in dienen tijd niet tegengesproken werden.
De eerste communie was de eerste stap naar het volwassen zijn terwijl ik daar nog eerst mijn pubertijd moest passeren.
Het was in elk geval de eerste keer dat ik van het lichaam van Christus mocht proeven en ook dat had ik mij totaal anders voorgesteld.
Wees nu eerlijk, als ze u over een lichaam spreken dan ziet ge als kleine snotter toch totaal iets anders op uw bord liggen dan een rond stukje dat meer op karton leek dan wat anders.
Ik was al een moeilijke eter en als er een stuk vlees langer dan twee dagen op de keldertrap lag moest ik het al niet meer hebben, laat staan dat ze hier nu afkwamen met een lichaam van 2000 jaar oud.

Ja, en klaargemaakt zonder saus lustte ik het zeker al niet, waarop het dan nog eens een ganse tijd aan mijn gehemelte bleef plakken.
Ik was nog maar juist bekomen van mijn eerste communie dat ze mij daar al mijn tweede communie voorschotelden.
De plechtige communie zoals ze dat hier verwoordden.
Men moest op retraite, men moest de gebeden van buiten leren, men moest een choreografie instuderen en men zou gezalfd worden.
Tegen de luizen werd ik ingepoederd, met de mazelen wreven ze mij in met mercurochroom en met de plechtige communie zouden ze mij zalven.
Straffer nog, ik moest mijn kostuum van mijn eerste communie wisselen voor een lang wit kleed met een houten kruis op mijnen buik.
Ik keek er wreed tegen op en toen ik ooit het malheur had van de vraag te stellen waarom ik mijn plechtige communie moest doen was het antwoord gewoon omdat het moest en kreeg ik een paar lappen rond mijn oren om ze wat kleur te geven tegen dat het zover zou zijn.
Toen er in de geburen een vrouw ging trouwen hoorde ik ook zeggen dat het van moeten was en toen ik ook daar de vraag stelde waarom het van moeten was probeerden ze mij uit te leggen dat het van moeten was omdat ze in verwachting was.
Weken heb ik daar met schrik rondgelopen en nog aan mijnen bompa gevraagd of ik nu voor mijn plechtige communie bij een gynaecoloog moest zijn want dat het bij mij naar het schijnt ook van moeten was.
Volgens hem was ik in blijde verwachting van het woord Gods en moest ik daar allemaal niet van wakker liggen.
De plechtige communie was in feite een soort van kopie van de eerste buiten dat mijn vestimentaire outfit een kleed in plaats van een kostuum was maar dat had te maken dat ik in blijde verwachting was waarschijnlijk.
Met gans de familie trokken we naar de Sint-Denijskerk in Vorst waar alle andere leerlingen daar ook met hun kleed moesten aanschuiven volgens de choreografie van broeder Leo.
Twee per twee met aan de ene hand iemand van de familie en in de andere hand een paar bloemen om voor het altaar te leggen.
Potverdekke mijnen boké leek precies op een trouwboeket en ge kunt u niet inbeelden hoe belachelijk ik mij voelde.
Alle ogen zijn daar op u gericht en ne mens moet zien dat hij geen stap verkeerd zet of iedereen heeft het gezien.
Niet niezen, niet aan uwe neus wrijven, niet rond u kijken, stilstaan en vooral uit uw woorden geraken als ze u iets vragen.
Omdat ze volgens mijn schoolresultaten zullen gedacht hebben dat ik ook mijn communie nog wel eens zou moeten overdoen hadden ze dat kleed op de groei gekocht en bleef ik daar om de vijf stappen met mijn zwarte schoenen in de zoom van dienen rok hangen.
Om de beurt moesten we een tekst voorlezen en in koor werd er ook gezongen.
Ppfff…amai azo een kattengejank dat dat daar was.
Niemand die daar aanspraak maakte om idool te worden of de prinses Elisabeth wedstrijd te winnen.
En dan was er het grote moment waar men voor het altaar moest gaan knielen en waar we gezalfd werden.
Met een doos zalf die wreed op de doos vicks uit onze badkamer leek kregen we daar een kruis op ons voorhoofd en daar draaide het deels om.
Na nog eens gezongen te hebben, maakte meneer pastoor daar het kerkelijk middagmaal klaar dat bestond uit één hostie per communicant en waar hij alleen van de wijn mocht drinken.
Eens thuis kreeg ik terug een paar geschenken waarna mijn ouders een kast met grotere schuiven moesten kopen om alles in te leggen.
Voor de rest zat er niet veel verschil op met de eerste communie.
Niet buiten spelen, niet vuil maken, proper eten, beleefd zijn enz…enz…
Alles waar een kind naar verlangt op de dag waar het kind in de belangstelling staat hé.
Om dan nog maar te zwijgen dat ne mens telkens hij iets niet volgens de regels deed moest aanhoren hoeveel het feest wel had gekost.
Natuurlijk had het feest veel gekost!
Flessen champagne waar ik nog te jong was om van te drinken.
Flessen wijn van vervlogen jaren.
Etenswaren met speciale namen die ik niet lustte.
In feite werd er veel geserveerd omdat het moest en niemand wilde onderdoen.
Vandaag stel ik mij soms de vraag of de grote mensen zich op dat moment even in de plaats zetten van het kind.
Hoewel het er tegenwoordig heel wat losser aan toegaat en het kind wel een plaats krijgt.
Toen mijn kinderen zijn komen vragen of ze hun communie moesten doen heb ik ze de keuze gelaten en geen van beiden heeft een kleed gedragen en om het toch een beetje volgens de regels te laten verlopen heb ik ze zelf gezalfd met de doos Nivea uit de badkamer.
Het communie diner was in frituur “ ’t hoekske” waar we nog een goed gesprek hebben gehad over de toekomst van het leven.
-Mannekens, de volgende stap na de communie is den trouw en opgelet als het van moeten is!
-Euh…moeten we dan trouwen pa?
-Euh…awel vroeger moest ge trouwen als het van moeten was en ook als het niet moest maar ge toch bij uw vrouw wou slapen moest ge trouwen.
In feite was iedereen vrij omdat het toch de gewoonte was dat het moest en dus was het automatisch van moeten.
Niet dat een jong koppel moet trouwen voor de liefde maar vooral omdat het van de omgeving moet.
-Euh…pa, is dat allemaal zo moeilijk?
-Nee nee, daar is niks moeilijk aan, ge moet vooral uitmaken wat echt moet en wat niet.
Gelukkig is er de laatste jaren al veel veranderd en moer er niet zoveel meer.
Natuurlijk is ook de jeugd geëvolueerd en ik denk dat ik vandaag waarschijnlijk veel liever mijn communie zou doen, zelfs als het van moeten zou zijn.
Maar dan wel in de hoop dat ze dienen armband vervangen door een computer en die polshorloge door een playstation.
De vulpennen door een gsm en een I pod en voor de rest mogen de enveloppen met geld blijven.
Ja, alles evolueert en pas vandaag weet ik hoe schoon het leven af en toe kan zijn als niets moet!

Groetjes chauffeurke





Terug naar 'Lierde onder de pen'

Terug naar homepage Lierde Online