Lierde onder de pen


CURSIEFJE VOOR LEKKERBEKKEN


Het is al zeer zelden dat ik ’s morgens een ontbijt neem en nog uitzonderlijker is het dat ik het samen met mijn zoon kan doen.
Maar onlangs lukte het toch en met slaperige ogen hadden we de nacht achter ons gelaten en waren we volop aan het ontwaken aan de keukentafel.
De zoon lepelde in de pot choco terwijl ik mijn boterhammen met confituur smeerde.
Als ne mens zo juist wakker is weet hij nooit wat zeggen aan tafel en meestal droomt hij nog even verder tussen nacht en dag, tot plots mijne zoon daar de vraag stelt: “Pa, kunt gij mij zeggen hoeveel sneden brood er in een zak zitten”?
-Euh…manneke hoe kan ik dat nu weten?
-Maar pa ge loopt hier al een halve eeuw rond en ge weet nog niet hoeveel sneden brood er in een broodzak zitten?
Terwijl de vraag voor mij onverwachts kwam leek ze voor hem doodnormaal.
We hebben daar naar elkaar even zitten gapen en toen ben ik warempel de sneden brood beginnen tellen alsof de dag zonder het antwoord op zijn vraag niet zou kunnen beginnen.
Het was een vers brood en elk hadden we twee sneden naar binnen gespeeld en in de zak telde ik nog 14 sneden.
-Voila, er zitten 18 sneden brood in een zak, hoewel dat misschien kan verschillen van brood tot brood hé.
Zijn vraag was de aanzet tot onze ochtendconversatie waar ik terugkeerde in de tijd en hem vertelde hoe mijn grootmoeder vroeger een groot brood tegen haar voorschoot hield om er dikke sneden af te snijden met een broodmes.
’t Was toen hij daar zijn tweede vraag afvuurde van ’s morgens vroeg dat ik daar wreed in mijn haar ben beginnen krabben.
-Zeg pa, hoe maakt ge eigenlijk een brood?
’t Was waar, meer dan een halve eeuw liep ik hier rond en had ik al die tijd al boterhammen gegeten om groot te worden zonder mij de vraag te stellen hoe een brood nu juist gebakken werd.
-Euh…awel een suikerbrood maken ze met suiker en een rozijnenbrood met rozijnen.
-Jamaar pa, wat doen ze daar nog in?
-Euh…meel en water en gist en…zeg manneken, ’t is tijd om naar ’t school te gaan en als ge goed luistert zullen ze dat wel vertellen in de les kneedkunde.
Toen ik ’s anderdaags bij de bakker stond aan te schuiven speelden de vragen zonder antwoorden nog steeds door mijn hoofd en met de twijfel of mijn vraag niet onnozel zou overkomen kon ik hier zeker het antwoord vinden.
Terwijl een klant voor mij al haar kleingeld uit haar portemonnee bij elkaar zocht, alsof het begin februari al het einde van de maand was, keek ik even naar de verschillende broden die er in de rekken lagen.
Bakkerij “De lekkerbek” is ook gekend voor de wereldberoemde en Europees beschermde mattentaart en ook deze lagen met hopen te wachten op een klant.
Toen het daar eindelijk aan mij was bestelde ik zoals gewoonlijk mijn boerenbrood en meer dan een “boerke” moest ik niet zeggen om met mijn dagelijks brood huiswaarts te keren.
Ja, zelfs toen ik nog wreed katholiek was ging het al over “geef ons heden ons dagelijks brood”, maar geen mens die er bij stilstaat dat het niet meer Jezus is die de broden vermenigvuldigd maar wel de bakker die ze bakt.
Terwijl ik daar ook mijn kleingeld aan het passen was om dat brood te betalen kon ik evengoed de vraag stellen waar we ’s morgens zaten over te piekeren.
-Euh…madame, mag ik u ne keer iets vragen?
-Natuurlijk.
-Een brood hoe wordt dat gemaakt?
Ik denk dat ik de eerste was die deze vraag stelde en dat terwijl iedereen dagelijks zijn boterhammen naar binnen speelt.
-Euh…ja, awel ik zal u ne keer iemand roepen die u dat kan uitleggen.
Iets later kwam bakkerin Nadine naar voor en ik moet zeggen dat het een ganse uitleg was waar ne mens niet bij stilstaat als hij zijn boterhammen smeert.
-Maar weet ge wat chauffeurke, ge moet eens komen kijken als Peter aan het bakken is dan kunt ge dat zelf eens zien.
-Awel dat is een gedacht zie!
Het uur van de afspraak liet mij al vermoeden dat bakker zijn een speciaal werk was.
Ja, die mannen werken ’s nachts en dus trok ik op een avond rond een uur of negen naar de bakkerij.
Van ’s avonds tot ’s morgens wordt er gebakken om de klant op zijn wenken te bedienen en ik had al vlug schrik daar zonder bakkersmuts in de weg te lopen.
Het afwegen gebeurt machinaal maar het brood rollen wordt nog met de hand gedaan.
Er werd gewogen, het brood werd gerold, het brood moest rusten, het brood moest rijzen en dan pas ging het de oven in van ongeveer 180° om er na 35 a 40 minuten terug uitgehaald te worden.
De geur van vers gebakken brood is moeilijk te beschrijven, maar wat rook het heerlijk.
Precies de geur uit grootmoeders tijd toen ze de oven opende in onze kleine keuken.
Maar oma bakte 1 of 2 broden en daar bleef het bij, terwijl ik hier de broden in alle maten en vormen zag passeren.
Een rond een vierkant, een groot een klein, en dan zwijg ik nog over de meergranen broden waar ik de tel kwijt was na negen granen.
-Euh…peter, die Franse broden voert ge die dan in uit Frankrijk?
-Maar bah nee gij, dat wordt hier allemaal gebakken!
-Allé gij, en de “boules de Berlin” komen die dan niet uit Berlijn?
-Nee nee, alles wordt hier gemaakt slimmeke.
Potverdekke dan hadden ze mij daar vroeger weer wat wijsgemaakt.
In feite zouden ze met de schoolgaande jeugd best eens naar een bakkerij trekken om te zien waar die korsten die ze op hun bord laten liggen vandaan komen en vooral hoeveel werk erin kruipt.
Het zweet parelde onder de bakkersmutsen en terwijl het ene in de oven zat werd het andere klaargemaakt.
Och, en dan zou ik het nog vergeten, ook de patisserie waar we tijdens de dag rustig de tijd nemen om ons klapke te doen bij een tas koffie terwijl verhalen of roddels worden onderbroken en de lekkerbekken de crème of bloemsuiker als snorren boven hun lippen tekenen worden op nachtelijke uren gemaakt.
Alles volgens schema en bestelling.
Toen de oven met de mattentaarten werd geopend werd de plaats gevuld met een onweerstaanbaar aroma.
Het prikkelde zodanig mijn zintuigen dat ik op dat moment moeilijk zou kunnen kiezen hebben tussen een schoon vrouw of een vers gebakken mattentaart.
Man man man wat rook dat heerlijk!
Blijkbaar zit het bakken in de familie want ook “Sebbe” de zoon des huizes wist op negenjarige leeftijd al hoe hij taarten moet maken.
Hoe het kwam weet ik niet maar toen ik hem voor het eerste zag dacht ik dat hij slotenmaker wou worden, ja dienen jongen had iets met fiets en hangsloten maar toch vertelde hij met grote passie over hoe een taart werd gemaakt en kon ik niet anders dan besluiten dat ik een leek was op dat gebied.
Daar waar het voor mij tijd werd om naar mijn bed te gaan, werd er nog een ganse nacht doorgebakken in de lekkerbek om ’s morgens terug klaar te staan voor de klant die koning is.
Als gewone klant staat men er niet bij stil hoeveel en hoe zwaar het werk van bakker is.
Nachtelijke uren worden gekneed terwijl de gewone mens zich nog eens omdraait en uitgerust staat aan te schuiven voor ons heden ons dagelijks brood.
Ik kijk alvast met een ander oog naar het brood dat we dagelijks verorberen en stap met meer respect bij de bakker binnen.
Ik kan nu de antwoorden geven op de vragen van mijne zoon en hem vooral vertellen hoe een brood gebakken wordt maar ook een beetje over het leven en het werk van een bakker.
De inzet, motivatie ,hygiëne en zoveel meer waar niemand aan denkt als de buiken gevuld worden.
Ik wil via deze weg alvast iedereen uit “De lekkerbek” danken voor hun inzet maar ook voor de tijd en uitleg die ik kreeg en die mij een andere kijk heeft gegeven op wat veel meer is dan een gewoon boerenbrood.

Groetjes chauffeurke






Terug naar 'Lierde onder de pen'

Terug naar homepage Lierde Online