Lierde
onder de pen
Heel af en toe ben ik verplicht de trein te nemen om
naar het werk te reizen en ‘t is tegenwoordig steeds een avontuur als ne
mens eens gaat sporen.
Met de bus die was opgehouden was het al nipt om de trein te halen.
Ne mens springt van de bus en begint te lopen naar de stationshal om te zien
op welk spoor de trein vertrekt en of hij voor vandaag niet eens vertraging
kan hebben zodat ik hem zonder haasten kan nemen.
Nee dus, hij was potverdekke op tijd en dan nog eens op spoor 3 waar ik
eerst alle trappen naar beneden moest spurten zonder mijn pikkels te breken
en dan nog eens pompaf terug naar boven om hijgend op perron 3 uit te komen.
De garde stond al met zijn fluitje in zijn hand en zonder aarzelen sprong ik
de trein op.
Ppfff, en ik die gehoopt had dat het een rustige dag zou worden of alvast
een rustig begin.
Meestal zoek ik een zitplaats buiten het grote compartiment omdat men daar
rustiger zit.
Geen getetter van ’s morgens vroeg want vooral op maandagmorgen wordt er
daar wat afgetetterd in zo’n wagon.
De mannen over de voetbal en over de cyclocross en sommigen over een
weekendje op café waar ze nog niet helemaal van bekomen zijn.
Op een maandagmorgen kan zo’n verhaal vreselijk lijken en aan de ogen van de
caféganger te zien moet het ook zo geweest zijn.
De vrouwen kwetteren dan weer over manlief die ze niet veel gezien hebben
omdat hij al drie uur op voorhand naar de voetbal was vertrokken en dan nog
eens twee uur na de wedstrijd thuis gekomen is.
Hoewel, sommigen hebben hun man zodanig gedresseerd dat er niets kwaad over
te vertellen valt en dus maar hun inkopen onder woorden brengen en er nog
eens aan toevoegen hoe schoon het was en voor hoeveel euro’s ze hebben
gespendeerd terwijl manlief braaf voor de etalage stond te wachten met de
kleine die hij moest in bedwang houden.
Nee ik verkies een rustig plaatsje en wapen mij meestal met een boek waar ik
rustig kan in lezen.
Maar elke lectuur is verschillend en hoewel ik mij meestal hou aan ietwat
ernstige boeken heb ik wat afwisseling gebracht met de boeken van Dimitri
Verhulst.
Laatst zat ik thuis in de zetel toen mijn lief plots kwam vragen wat er
scheelde omdat ik zo aan het lachen was.
De teksten waren zo meeslepend en grappig dat ik in een lach geschoten was
zonder het echt te beseffen.
Zo waarlijk echt geschreven en zo herkenbaar dat ik alles voor mij zag
gebeuren en dat ik een oprechte lach niet meer kon bedwingen.
Nu was ik aan het volgende boek van den Dimitri begonnen en het ging
dezelfde richting uit.
“Dinsdagland” met zijn herkenbare verhalen en het woordgebruik dat een
beetje eigen is aan onze streek.
De trein was nog maar goed vertrokken dat ik al een glimlach had bij het
lezen van een paar passages en hoe kon een maandagmorgen nu beter beginnen
dan met een lach.
Ik lette er zelfs niet op hoeveel keer de trein ondertussen al was gestopt,
gewoon omdat de mensen naar het grotere compartiment stapten en er bij mij
maar juist één plaats vrij was.
Maar in Edingen had ik prijs, waarschijnlijk zat het compartiment vol en met
vlugge stap komt er daar een madam binnen die al wringen om toch maar eerste
te zijn naar de lege plaats naast mij dook om zich met al haar gewicht naast
mij te laten ploffen.
De luchtverplaatsing was zo sterk dat ze een wasem van goedkope parfum
achterliet waar de geur van de wasverzachter die mijn lief gebruikt teniet
werd gedaan.
Maar ge kent dat, ze zitten niet direct goed en moeten dan nog eens met hun
gat wringen om er u attent op te maken dat ge moet opschuiven, waarna ik
mijn eigen boterhammen verpletterde die naast mij in een plastiek zak zaten.
Na vijf minuten wriemelen en wringen zat madam eindelijk goed en kon ik
verder lezen.
Ongestoord verdiepte ik mij in wat een zeer grappige passage werd en terug
kreeg ik zijn verhaal voor ogen en hoewel ik al veel nodig heb om mij aan
het lachen te krijgen schoot ik daar toch wel in een lach zekerst.
Hoe meer ik las hoe meer ik moest lachen en dan heb ik het niet over in
stilte glimlachen maar een lach die goed te horen was en waar warempel de
tranen over mijn wangen begonnen te rollen.
Ik weet niet of het u al overkomen is maar hoe meer ge probeert van u op
zo’n moment in te houden hoe meer ne mens moet lachen.
De lachspieren gaan plots hun eigen weg en zijn niet meer in bedwang te
houden.
Niet dat het echt storend was voor mij want ik genoot van het boek en de
humor die het naar voor bracht maar als ne mens zo zit te lachen dan wordt
er al eens in zijn richting gekeken en ook hier was dit het geval.
’t Was vooral madam naast mij die er zich door geviseerd voelde want de
mensen die rechtstonden in de gang keken wel mijn richting uit en zo kwam
madam ook een beetje in hun vizier.
Dat een lach aanstekelijk werkte bleek ook hier want er stonden er daar twee
mee te grinniken en dat tot groot ongenoegen van madam naast mij.
Blijkbaar dacht ze geassocieerd te worden met mij omdat ze naast mij was
komen zitten en dus sloot ze maar de ogen en deed ze maar alsof ze haar
maandagmorgendutje deed.
Na twee bladzijden kwam ik terug op adem en nadat ik de tranen uit mijn ogen
gewreven had kon ik verder lezen en vooral terugkeren naar de ernst van de
zaak door eens diep adem te halen en tevens terug een wasem van madam hare
parfum in te ademen.
Eens we in het zuidstation kwamen besloot ik maar het boek te sluiten want
je weet maar nooit dat ik voor het afstappen nog eens in een grappige
passage terechtkwam en terug mijn lach niet kon inhouden tot ongenoegen van
omstaanders en vooral madam naast mij.
Ik stak het boek bij mijn geplette boterhammen en stak mijn bril terug in de
brillendoos.
In zo’n kleine oppervlakte kan een mens al niet veel bewegen want bij de
minste beweging stoot ge tegen een elleboog of een knie en omdat madam deed
alsof ze aan het slapen was wou ik dat zeker vermijden en zo onopvallend
mogelijk het compartiment verlaten.
Toen ik mij wou rechtzetten zag ik pas dat ze deels op mijn vest zat en dus
moest ik daar een snok aangeven waarbij ze deed alsof ze wakker schoot en
dat het weer mijn fout was dat ze haar nachtrust niet had kunnen verder
zetten.
Maar ’t was nog niet gedaan want toen ik daar rechtstond met mijn plastieken
tas tussen mijn benen en tevens mijn arm in mijn mouw van mijn vest
probeerde te frutselen terwijl ik mijn evenwicht probeerde te behouden
wisselde dienen trein toch wel van spoor zekerst.
Potverdekke met mijn vest half aan verloor ik mijn evenwicht waarbij mijne
plastieken zak op de grond viel en mijn mandarijntjes tussen haar voeten
rolden terwijl ik met beide handen greep zocht tegen de wand boven haar
hoofd en ik zo met mijne neus bijna tegen hare neus stond.
De barometer in haar ogen stond op onweer en binnen de kortste keren zou ik
doodgebliksemd worden.
Met een zucht van afgrijnzen blies ze een walm look die waarschijnlijk een
restant van gisteren was in mijn neusgaten en zelfs met twee maal sorry te
zeggen kon ze mij blijkbaar niet vergeven.
Ik heb mij daar rap uit de voeten gemaakt en ik zal in het vervolg maar
ergens anders gaan zitten als ik ze zie opstappen want lachen kon er op een
maandagmorgen zeker niet vanaf.
Ja, of anders neem ik maar andere lectuur mee want wie weet is ze wel lid
van de raad van de NMBS en hangen er morgen naast de borden verboden te
roken ook bordjes met gelieve niet te lachen.
Ja, ne mens komt nogal iets tegen en reizen met de trein is inderdaad steeds
een beetje avontuur hé.
Groetjes chauffeurke
Terug naar 'Lierde onder
de pen'
Terug naar
homepage Lierde Online
|