Lierde
onder de pen
|
WINTERVERHALEN VAN VROEGER EN NU
|
Deze die de laatste jaren hebben gebeden voor een
beetje sneeuw en hoopten op een echte winter zullen zeker in hun nopjes
zijn.
Ik vermoed zelfs dat ze de regendans van november hebben veranderd in een
sneeuwdans en dat de Goden gehoord geweest zijn.
Dag na dag dwarrelden de vlokken naar beneden en binnen de kortste keren
werd ons Lierde omgetoverd in een landschap zoals Pieter Brueghel het zou
geschilderd hebben.
De ijzers van de ijsschaatsen werden geslepen en in de kouters trok de jeugd
op avontuur met de slee.
Spontaan en soms onverwacht ontaarde een sneeuwballengevecht in een oorlog
en moest men dekking zoeken zolang er sneeuw te rapen viel.
De vrieskou beet van zich af en met blauwe handen en rode neuzen kon men in
het straatbeeld de niet geïsoleerde huizen herkennen waar ijskristallen het
raam versierden.
Sommigen vloekten dat het lang genoeg geduurd had, daar waar anderen hoopten
op een witte kerst.
Ja, ’t was nog eens winter en zoals altijd heb je voor en tegenstanders.
Kachels en stoven branden op volle toeren en de schouwen spuwden grijze
rookpluimen uit.
Sommigen gingen zelfs zover terug in de tijd dat ze dachten dat de winter
nog weken of maanden kon duren en dat ze begonnen te hamsteren om zeker de
lente te halen.
Zwarte kraaien zaten als gieren op uitkijk tot één of andere dierenvriend
zijn oud brood in de weide zou gooien en een eenzame merel zat zwart-wit te
kijken bij een mezenbol die niet voor hem bestemd was.
Onze oudere generatie slofte door de living en de keuken alsof het nooit
anders was geweest en de jeugd draaide de thermostaat wat hoger met de vraag
of de pas aangekochte zonnepanelen wel nut zouden hebben onder een dikke
laag sneeuw.
Ver van paard en kar gleden nu de wagens met zomer en winterbanden door het
straatbeeld en menig koetsier kon met moeite de paardenkracht in bedwang
houden.
Rechtstaand op de rem waar het antislip en het ABS systeem klikte en klakte
en waar de handen het stuur bijna wurgden telkens ze het obstakel dichter
zagen komen.
Uitzonderlijke situaties waar niemand aan denkt als hij zijn sportkar koopt
en waar hij bijna zijn gat verbrand op de voorverwarmde zetels als hij de
bumper van de voorligger ziet naderen.
Ruggen rillen, handen wrijven en neuzen niezen de winter door.
Een doodgewone winterse valling wordt al vlug als griep omschreven en binnen
de kortste keren ziet het er erger uit dan het in feite echt is.
Siropen en pillen werden geslikt met oververhitte dranken en voor ze de
aangetaste keel bereikten was al lang de tong verbrand.
Ik herinner het mij zelf nog dat grootmoeder of moeder klaarstonden telkens
ik de deur uit moest in de winter en waar ze een lelijke wollen muts over
mijn oren trokken om mij daarna bijna te wurgen met een sjaal waar mijne nek
een ganse dag van jeukte.
Een paar dikke kousen in een paar veel te kleine winterschoenen van het jaar
ervoor moesten ervoor zorgen dat men geen kou zou krijgen.
Hoe kon een mens nu kou hebben als hij half gewurgd en al manken in die te
kleine schoenen het straatbeeld moest versieren.
Ja, waar is de tijd van de lange onderbroeken en dat men ’s avonds met een
lang hemd in bed kroop om zijn voeten tegen de gloeiende waterkruik te
steken.
De tijden zijn veranderd en als ik nu met mijn hemd in bed kruip is het dat
ik een wreed stuk in mijn voeten heb gehad.
Onze lippen werden ingestreken met vet en de handen met vaseline en als men
in deze uitzonderlijke winters toch naar buiten moest was er nog bompa die
klaarstond om een gazet onder uw trui te steken zodat de gure wind uw longen
niet uit uw lijf zou blazen.
Ja, en dan zwijg ik nog over het feit dat er toch af en toe ene tussenzat
die eens moest hoesten en van wie ze de borstkas dan inwreven met een dikke
laag “Vicks” waar uw lijf ging van ging gloeien en waar uw ogen bijna uit
uwe kop traanden.
Het blauwe potje met groen deksel en witte zalf stond als wondermiddel in
iedere huiskamer en als er niet gewreven werd moesten we inhaleren tot de
ganse huiskamer naar het goedje stonk.
Mijn lief zou lachen moest ze mij met zo’n ingevet lijf zien toekomen!
Nee nee, de vliersiroop en de kamillethee zijn al uit vele huiskamers
verdwenen en vervangen door producten die ons modernisme volgen.
Koude, ijzel en sneeuw geven ons nog wel winters gevoel maar het leven is
aan het veranderen en dus schrijven we de verhalen van vroeger als
herinneringen.
Ik herinner mij nog dat we met een paar vrienden de ijsberen van Brugge een
duik in het koude water hadden zien nemen in één van die verloren winters en
dat we om onszelf te bewijzen ook eens een duik in de sneeuw zouden nemen in
ons bloot bovenlijf.
Met drie trokken we onze vest uit en dan onze pullover en dan ons
“onderlijveke” en daar stonden we dan met een gespierd bovenlijf van een 12
jarige.
Niemand die wou tonen dat hij aan het beven en aan het bibberen was en
binnen de kortste keren rolden we ons in de sneeuw die voor het huis op het
gazon lag.
De koude brandde door merg en been maar niemand die zich als zwakkeling wou
voordoen en dus beten we al beven nog liever een stuk van onze tong.
Ons wit gebruind lijf zag bijna blauw en toen er ons daar een paar armen
terug naar binnen sleurden en ons trakteerden op een paar oorvijgen hadden
we binnen de kortste keren weer een warm gevoel.
Ons lijf en vooral onze oren gloeiden en zo konden we in stilte bekomen
onder een strenge blik bij de warme stoof.
Ja, waar is de tijd…
Het doet deugd om nog even terug te keren in de herinneringen en wie weet
spring ik hier straks nog wel eens buiten in mijn bloot bovenlijf en rol ik
mij nog eens door de sneeuw zoals vroeger.
Euh…de vraag is juist wat mijn lief en de geburen gaan zeggen?
Ja, stel u voor dat ze mij zot verklaren.
Och…ik zal best nog een paar jaar wachten tot we nog eens een winter zoals
vroeger krijgen.
Ik wil alvast via deze weg ieder van u een mooie; zalige en vredevolle kerst
toewensen.
Groetjes chauffeurke
Terug naar 'Lierde onder
de pen'
Terug naar
homepage Lierde Online
|