Lierde onder de pen


DANK U SINTERKLAAS


De tijd vliegt zo vlug dat Sinterklaas al terug zijn weg aan het zoeken is tussen de kerstmarkten en op zijn schimmel onze dorpen komt bezoeken tussen de verkavelingen en de koterijen.
Als kleine snotter stelt ge u daar allemaal geen vragen over en is ne mens al content van iets te krijgen dat in de brief naar de Sint stond.
’t Was de periode waar de familie de Heilige man als dreigmiddel nam om er u nog eens op te wijzen dat ge braaf moest zijn en dat ge u “taloor”(bord) moest leegeten.
Want opgelet de Heilige man zag alles en ’t zou niet van de poes zijn moest ge iets uitgestoken hebben dat niet in zijn Heilig boek vermeld stond.
Zwarte piet volgde met de grote zak waar hij de kinderen kon insteken na een paar kloppen van zijn roe en achter u cadeau kon je dan zeker fluiten.
Potverdekke ze konden in dienen tijd de kinderen nogal de stuipen op het lijf jagen.
Persoonlijk heb ik niet lang met den bibber moeten zitten want ik wist al zeer vlug dat Sinterklaas iemand van de familie was.
Bompa speelde in mijn jonge jaren met veel overtuiging de rol van de Sint en later was het de beurt aan nonkel Jean.
Nonkel Jean kwam nog geloofwaardig over en had zelfs zijn tenue uit Spanje laten komen met de stoomboot maar bij bompa was het meer improvisatie.
Met de rode bedsprei over zijn schouders en een mijter die in driehoeksvorm uit een stuk karton was gesneden stond hij daar plots achter de deur.
’s Anderdaags hing zijn stoppelbaard nog vol “watte” die hij had gebruikt om er een baard van te maken.
’t Was een dag waar moeder en oma bij mij in de zetel kwamen zitten en ’t voelde al aan alsof er iets ging gebeuren.
Een grote klop op de deur deed ons allemaal verschieten en de tijd dat de deur openvloog en er wat snoep naar binnen werd gegooid was de Sint al terug verdwenen omdat hij nog moest zien dat de sprei niet tussen de deur bleef steken en zijn mijter niet van zijn hoofd viel om niet herkend te worden.
Toen iedereen bekomen was van ’t verschieten mocht ik de snoep gaan oprapen en moest ik dan alles gaan tonen aan oma en moeder.
Enerzijds was ik blij dat de Sint geweest was want dat duidde toch dat ik weer wreed braaf geweest was en anderzijds had hij als beloning toch iets anders mogen brengen dan de chocolat en karamellen die al weken in onze keukenschuif lagen.
Iets later kwam bompa met een verwonderd gezicht terug binnen met de woorden van “’t is toch geen waar zekerst dat Sinterklaas geweest is voor u”.
Dat was het moment dat ik hem alles moest vertellen van wat er gebeurd was en hij het sein gaf van mijn schoen te zetten en mij dan vergezelde naar mijn bed.
Dat er een wortel en een raap voor paard en ezel moest gelegd worden wist elk kind maar waarom we daar in Godsnaam een schoen moesten zetten versta ik nog steeds niet.
Met alles wat ik gevraagd had kon ik maar beter een grote doos of onze kruiwagen zetten, zeker omdat ik toen nog kleine schoenen had en het zelf al beter vond van de schoenen van bompa te nemen omdat ze een paar maten groter waren.
Oma kwam nog een kruisje zetten op mijn voorhoofd en voegde er nog aan toe dat als ik braaf zou slapen tot morgenvroeg dan zeker de Sint zou komen.
Ja, ze waren vooral bang dat ik in al mijn nieuwsgierigheid zelf op de loer zou gaan liggen bij de schouw.
Dat waren van die nachten waar de kinderen moeilijk de slaap konden vatten en waar ik regelmatig van onder mijn deken door het raam keek.
Ja, goedgelovig als ik was hoopte ik de Heilige man met zijn wit paard op de nok van onze schuur als schaduw voor de volle maan te zien passeren zoals hij vaak in de boekjes stond afgebeeld.
Anderzijds dook ik regelmatig terug onder mijn deken want je wist maar nooit dat zwarte piet hier plots met een boze blik voor het raam zou staan.
Van schrik zou ik waarschijnlijk in mijn bed geplast of gekakt hebben en dan kon ik zeker achter mijn “légoblokjes” fluiten.
Het was één van die langere nachten uit mijn jong leven en toen ik ’s morgens eindelijk stemmen in de huiskamer hoorde mocht ik ook opstaan.
Blijkbaar spraken ze die dag wat luider alsof ze een sein wilden geven dat alles klaarstond en dat het eindelijk tijd was om op te staan.
Daar stond je dan als kind voor de schouw en verwachtte iedereen een oooch…en een aaaach die je blijdschap zouden verwoorden.
De blokkendoos, de légoblokjes en de achtbaan waar de elektronica het na een paar dagen wel zou laten afweten.
In feite lag alles of ver uit elkaar of op een hoop om het vooral veel te laten lijken.
Op de salontafel stond er nog een rieten mand gevuld met appelsienen en mandarijntjes en ook de karamellen die bompa de dag voordien in de persoon van Sinterklaas had binnengegooid.
Als kleine snotter was het vooral belangrijk te zien wat je kreeg en lette je niet op de details zoals de reclamestikkers van de speelgoedwinkel “Jef bazaar’ in Geraardsbergen.
Nee, de Sint was helemaal met de stoomboot uit Spanje gekomen en dat geloof diende men zolang mogelijk vast te houden.
’t Was maar toen men eindelijk met zekerheid wist dat Sinterklaas tot de familie behoorde dat men dat ook zo vlug mogelijk wou vertellen tegen die andere goedgelovige snotters om ook hen het plezier te ontnemen.
Men bleef nog wel elk jaar doen alsof men in de Sint geloofde, al was het maar om de geschenken niet te ontlopen, maar bij elke bedreiging dat de Sint niets meer zou brengen als we niet braaf zouden zijn, verwees ik naar het feit dat de Sint niet bestond en dus ook de zak en de roe van zwarte piet niet.
Daarop werd de roe vervangen door een paar lappen op ons oor en wisten we binnen de kortste keren dat er wel een familielid zou zijn om de taak van het straffen op zich te nemen.
Een halve eeuw later zijn de tijden veranderd en brengt de Sint nog voor de allerkleinsten, hoewel sommigen zelfs de moeite niet meer doen om een schoen te zetten en nog minder een raap uit het veld te gaan trekken.
Ja, ook de geschenken zijn niet meer wat ze waren en wie legt er nu anno 2010 een gsm of een computer in een schoen.
Hoelang is men nog echt kind, stel ik mij dan de vraag.
De ganse familie beleefde plezier aan het Sinterklaasgebeuren, daar waar men tegenwoordig al moet opletten wat men zegt of doet wil men de zwarte piet daar niet voor de organisatie van de kinderrechten slepen.
En ligt het gevraagde geschenk niet bij de schouw dan kan binnen de kortste keren een E-Mail gestuurd worden naar testaankoop om te vertellen dat het Sinterklaasfeest maar een bedriegde boel is en niet meer voldoet aan wat het vroeger was.
Ja, en dan zwijg ik nog over de Heilige man zelf, die de laatste jaren zijn titel van Bisschop in alle kranten zag staan omdat hij de kinderen te graag zag en zelfs verkleed al wreed moet opletten telkens hij een kind op zijn schoot zet.
Misschien best dat men zolang mogelijk kind probeert te blijven en onwetend blijft voor wat er achter de schermen gebeurd.
Genieten van de eenvoud, ook al is het speelgoed geëvolueerd en groeit het mee met de wensen van het kind.
Een paar jaar geleden vroeg er mij iemand of ik geen interesse had om Sinterklaas te spelen.
-Chauffeurke ziet ge dat niet zitten om Sinterklaas te spelen?
-Zeg manneken, hebt ge mij al ne keer goed bekeken!
Ik ben amper 1m70 groot en durf nog zelfs op geen pony te kruipen.
-Jamaar ge moet u maar juist op een troon zetten en vriendelijk zijn tegen de kinderen.
-Nee nee, zoek maar iemand anders want ik vrees dat ik niet ga kunnen liegen en dat ik zelf teveel ga moeten denken aan vroeger.
Eerlijk gezegd ben ik meer het type om kerstman te spelen.
Geen protocollair gedoe, gewoon “t één of ’t ander in een stinkende kous steken van een arme en zelf af en toe een slok van de jeneverfles nemen om de Finlandse koude te bestrijden ook al ligt die niet verder dan Deftinge.
Ja, straks is ook het Sinterklaasfeest achter de rug en binnen de kortste keren krijgen we dan een telefoontje of sms van kind of kleinkind dat met kleine vingertjes en fijn kinderstemmetje door middel van zijn nieuw speelgoed het volgende geschenk besteld voor Kerst of Nieuwjaar.
Zo evolueren we mee met onze tijd en varen we verder en verder weg van het verleden waar we nog amper de rookpluim van die stoomboot uit Spanje zien.
Echt jammer vind ik het dat niet elk kind een gewone blokkendoos heeft gekend.
Vooral spijtig dat de waarde van de eenvoud en het geven nu vervangen is door de waarde van het krijgen en het hebben.

Groetjes chauffeurke






Terug naar 'Lierde onder de pen'

Terug naar homepage Lierde Online