Lierde onder de pen


EEN DORP VERJONGT EEN MENS WORDT OUD


Hoe vaak hoort men niet zeggen dat de tijd vliegt?
Inderdaad, de uren, dagen en weken volgen elkaar zo snel op dat een jaar niets meer is.
Vaak kijk ik eens achter mij naar de vervlogen tijden en zie dan een deel van die vervlogen tijd terug in gedachten.
Maar onlangs was ik zodanig teruggekeerd in de tijd dat ik mezelf begon oud te voelen!
Geleidelijk had de tijd zijn weg vervolgd en waren we van het antieke verleden naar het modernisme overgestapt.
De oude kasseibanen lagen er nu in macadam of beton en sommige veldwegen waar men vroeger van het paard zijn rug zou geschokt zijn lagen er nu schoon effen bij om niet alleen dienst te doen als veldbaan maar tevens als fiets of wandelpad.
Onze dorpen (gemeente) volgen het modernisme en gaan er steeds jonger uitzien, terwijl de mens steeds meer gebukt gaat onder de rimpels en andere ouderdomsverschijnselen.
Ja, ’t is een rare wereld waar de mens het verleden moderniseert om het door de jaren te doen overleven, daar waar het menselijke lichaam elke dag een beetje aftakelt.
Gisteren ben ik nog eens voor de spiegel gaan staan en heb mezelf nog eens vergeleken met een foto van mijn eerste communie.
Awel merci, als er weldra geen renovatiewerken aan mij gaan gebeuren kunnen ze mij bij monumentenzorg als ruïne klasseren binnen een paar jaar.
Och…natuurlijk overdrijf ik een beetje want er zijn waarschijnlijk nog een paar onderdelen aan mijn lijf die nog in redelijke staat zijn maar toch.
Ik zal mijn veroudering niet kunnen stoppen en dus laat ik de klok maar tikken.
Ondertussen wuiven de donkergroene maïsvelden de zomermaanden uit en komen de mestkarren terug het veld opgereden.
Ge gaat het misschien raar vinden maar ik hou van de geur van die bemeste velden!
Ja, de reuk is nog niet veel veranderd door de jaren en hoewel men met de moderne machines de mest rechtstreeks in de grond kan spuiten blijft er hier en daar toch nog een “reukske” hangen.
Wat is er schoner dan bij zonsopgang het nevelgordijn over de weiden te zien hangen en uw longen te vullen met de geur uit onze jeugdjaren die nog niets veranderd is.
Ja, ik weet ook wel dat sommigen er de neus voor optrekken maar wat wilt ge als uwe neus gewoon is aan het stadsverkeer of de witte rook van een grijze fabriek.
Nee nee, bij mij is het nog zoals vroeger!
De haan kraait mij en de andere kiekens wakker terwijl het landschap ontwaakt volgens de weersomstandigheden.
De koeien slenteren grazend door de wei terwijl de kraaien hoog in de perelaar van hun bek zitten te maken.
Een vink brengt haar melodie en in de verte zie ik een konijn over het kale korenveld huppelen.
Zoveel schoonheid waar de jaren nog geen vat hebben op gehad!
’t Is maar om te zeggen dat er nog genoeg schoonheid uit het verleden is overgedragen om van te genieten.
Allé, neem nu de kapelletjes!
Sommige Heiligen keken op zeker moment maar somber tegen de toekomst aan, maar ook daar is het fel aan het beteren.
Terwijl ik onlangs nog over het verval van sommige kapelletjes schreef bleken sommigen plots in de steigers te staan.
Het was alsof mijn smeekbede om ze niet als ruïne te laten verdwijnen verhoord was.
In de Watermolenstraat in Deftinge stond de Heilige Jozef zijn woonst op instorten en ik kon niet anders om er een paar foto’s van te nemen voor ons nageslacht.
Een prachtig beeld stond er onder het rotte gebinte van het dak waar de blauwe regen zijn ranken liet door kronkelen.
Maar onlangs was alles opgekuist en was er iemand begonnen met de restauratie van het kapelletje.
Wie de restauratie op zich heeft genomen met kunst en inzet weet ik nog niet, maar wat ik wel weet is dat de werken prachtig zijn uitgevoerd en dat onze Heilige Jozef er zich straks terug thuis zal voelen.
Waarschijnlijk ook iemand die de nostalgie van vroeger niet wou verloren zien gaan.
De grotere kapel “ten muizenhole” had ook haar beste jaren gekend, maar ook deze komt weldra in de steigers te staan.
Ja, de tijd van toen moet af en toe gerestaureerd worden om het verleden niet volledig te laten verdwijnen hé.
Hoe vaak stellen we niet de vraag aan een leeftijdsgenoot waar al die schone tijd naartoe is.
Hoewel we ons eerst de vraag zouden moeten stellen of het vroeger allemaal wel zo schoon en zoveel beter was.
Och…ik onthoud maar juist de schone dingen uit het verleden en dus was het voor mij een schone tijd.
Ja, waar is den tijd dat mijnen bompa mij aardappelen liet rapen op een veld waar ze juist gerooid waren?
Alles wat bleef liggen mochten we hebben van de boer en soms liepen we wel met tien te zoeken naar die aardappelen die zoveel beter smaakten omdat we ze zelf opgeraapt hadden op het veld.
Vandaag ligt er hier terug een veld waar de aardappelen gerooid zijn, weliswaar niet meer met de hand en met paard en kar maar met zware machine’s.
Eens de machine’s waren verdwenen trok mijne pa op onderzoek of er hier of daar gene patat was blijven liggen en al vlug kwam hij met volle broekzakken naar huis om daarna terug te keren met een grotere broek.
Moederziel alleen stond hij op het veld met in de verste verte geen vriend of kennis meer te zien die zou komen helpen rapen.
Het veld droeg nog wel zijn vruchten maar de mens kreeg moeite door de ouderdom om ze nog te dragen.
Wat vroeger een spel was, is vandaag soms een sleur en ook dat is een onderdeel van het begrip tijd.
We kunnen er maar één conclusie uit trekken, “de dorpen verjongen, de mens wordt oud”.


Groetjes chauffeurke

 



Terug naar 'Lierde onder de pen'

Terug naar homepage Lierde Online