Lierde onder de pen


 OP BEZOEK BIJ STIJN STREUVELS


De verkiezingen zijn achter de rug en ik zou ook mijn cursiefje aan het stemkot kunnen wijden.
Maar nee ik ga het niet doen.
Toen ik daar achter het gordijn stond deed het potlood mij aan schrijven denken en had ik wreed veel goesting om een schoon gedicht of een verhaal op het stemformulier te schrijven.
Maar de namen die er op vermeld stonden konden niet als personages dienen voor een leutig verhaal en om een thriller te schrijven had ik niet veel goesting in dat kleine kot waar je zelf het gordijn niet kon op slot doen.
Thuisgekomen hoorde ik mijn lijster fluiten en ook zij deed mij aan een schrijver denken.
Ja, er was zoveel te doen geweest over het “Lijsternest”.
Het “lijsternest” was de woonplaats van Stijn Streuvels en als chauffeur is het maar een stap om tot ginder te rijden hé.
“Ingooigem” zou evengoed Deftinge,Hemelveerdegem of Gemeldorp kunnen zijn.
Maar ik wou mij niet baseren op de klank maar mij eerder inleven door de plaats op te zoeken en het met mijn eigen ogen te ontdekken.
Het “Lijsternest” doet dienst als museum.
Hoewel…toen ik er aankwam zag ik een gewoon huis en binnen waren het juist de houten panelen met foto’s uit vervlogen tijden die mij aan een museum deden denken.
Voor de rest liep ik door het huis zoals waarschijnlijk ook Streuvels er had gelopen.
Ik probeer mij steeds in de plaats te zetten van…en af en toe lukte het ook.
Ik probeerde zaken te vergelijken met de andere woonsten die ik had bezocht van de grote Vlaamse schrijvers zoals Gezelle en Claes.
Geboren in 1871 ging Streuvels in 1905 in het “Lijsternest” wonen.
Een riante villa voor die tijd!
Binnen kreeg ik dan weer een portie geschiedenis en heel wat weetjes uit het verleden te lezen.
Zo vernam ik dat Streuvels in feite nonkel moest zeggen tegen Gezelle.
Ja, door op bezoek te gaan bij een ander komt een mens nog eens iets te weten hé.
Maar ik had meer interesse voor wat de man deed en hoe hij het deed.
De villawoonst was ingedeeld in verschillende plaatsen en het was pas in de plaats waar hij schreef dat ik mij echt kon inleven.
Zijn schrijftafel stond voor een groot raam die uitzicht gaf op de velden van Ingooigem.
Een inktstel dat nog een erfenis van Gezelle was sierde de schrijftafel met daarvoor zijn pijp die al jaren gedoofd was.
Maar wat nog meer aan leven en dood deed denken was het kalenderblok waarvan de datum op 15 augustus 1969 was blijven staan en een afdruk van zijn hand die wit als de dood als contrast op de donkere houten tafel lag.
Streuvels stierf op 15 augustus 1969 en het was alsof hij zelf het laatste blaadje van de kalender had omgedraaid.
Steunend op zijn schrijfstoel keek ik door het grote raam naar buiten en zag wat ook Streuvels zag.
De natuur en het dorpse leven dat in zijn boeken tot leven kwam.
Het was iets dat we gemeen hadden, en hoewel ik de persoon nooit in levende lijve heb ontmoet, kon ik mij best inbeelden hoeveel waarde het leven had dat door zijn raam te zien was.
Het glooiende landschap van Ingooigem leek op dat van Lierde in vervlogen tijden
De boeren trokken met zeis en riek naar het veld en brachten kleur in het landschap.
Vandaag een bruin omgeploegde akker en morgen een donkergroen veld waar de maïs zijn gele koppen laat zien.
Tijdens de oogst zag hij waarschijnlijk paard en kar naar de windmolen rijden die boven het glooiende landschap lag.
De boeren zaaiden niet alleen hun oogst voor Streuvels raam, maar ook een deel van zijn inspiratie.
Ik had veel goesting om mij in zijn schrijfstoel te zetten en zijn pen ter hand te nemen om het verhaal na zijn dood verder te schrijven.
Maar ja ik ben geen Streuvels en in de stoel stond een karton waarop te lezen stond “verboden in te zitten”.
Ik stapte dus maar verder door de verschillende plaatsen en wat vooral in het oog viel was de indrukwekkende bibliotheek.
Kasten van vloer tot plafond waren bemand met honderden boeken.
Niet alleen Nederlandstalige, maar ook Frans en Duitstalige want Streuvels was meerdere talen meester.
In één van de kleinere plaatsen viel het op hoe de slijtage door de jaren invloed hadden gehad op het “Lijsternest”.
De muren vertoonden dikke scheuren en volgens de persoon die er als gids fungeerde zouden ze het huis weldra restaureren.
Het zou niet de eerste keer zijn want met de oorlogsjaren was het nest al zwaar beschadigd geweest en ook in de jaren tachtig was het al eens onder handen genomen.
Het huis was namelijk op een ondergrond van klei gebouwd en naar het schijnt zou Streuvels moeder het hem afgeraden hebben daar een huis te bouwen.
De kleigrond zal wel een rol gespeeld hebben, maar vandaag daveren er ook grootte vrachtwagens voorbij de eens zo rustige woonst van Streuvels.
Om alles nog beter voor ogen te krijgen wandelde ik de Stijn Streuvels route af en daar kon ik pas echt vergelijken met mijn Lierde.
Dezelfde velden, dezelfde kapelletjes onder dezelfde hemel die eens grijs en dan weer blauw naar beneden lacht.
Regendruppels die zijn inktpot aan inspiratie vulden om het trieste te beschrijven en de zon die dan weer het leuke volksleven in de schijnwerpers zette.
Buiten de kilometers die het “Lijsternest” met “chauffeurkes home” verwijderen zijn er niet zoveel verschillen merkbaar.
Hij zag door zijn raam wat ik door mijn ramen zie.
En tijdens zijn wandelingen nam hij ontelbare foto’s zoals ook ik het fototoestel in aanslag houd om het dorpse leven te fotograferen.
Zijn pen bracht niet alleen het panorama voor zijn raam in beeld maar ook de mens met wie hij omging en, de plaatsen waar hij kwam.
Sommige titels van zijn meesterwerken hadden zelfs op ons Lierde van toepassing kunnen zijn.
“De teleurgang van de waterhoek, had bij ons de teleurgang van de watermolen kunnen zijn.
En titels als “Lenteleven”, “Langs de wegen”, “dagen”, “dorpsgeheimen”,”stille avonden” en “grootmoederken” hadden evengoed een beschrijving van ons verleden kunnen zijn.
Zoals bij Ernest Claes speelde de natuur en de mens een grote rol.
Vele schrijvers klampen zich vast aan hun streek en de verhalen die er borrelen.
En als elke schrijver een beetje zijn streek op papier zet krijgen we een prachtige landkaart in woord voor ogen.
Een beschrijving met veel meer detailles dan gewoon maar lijnen om wegen aan te duiden en plaatsnamen waar men langskomt zonder er het leven te kennen.
Ook ik ga mijn inspiratie zoeken bij de mens in de straat en probeer met inkt en pen een woordenpalet op papier te zetten.
Eigenaardig hoeveel woorden en zinnen kunnen verschillen terwijl zoveel mensen over hetzelfde schrijven.
Maar ja, ook vele schilders zetten een landschap op doek en ook dit was steeds verschillend.
Telkens ik op bezoek ga bij één van onze Vlaamse meesters kom ik met veel bagage terug.
Niet hun lange onderbroeken of de vergeelde “onderlijvekes” maar eerder de kunst van hun prachtige schrijfsels waar ik lessen uit trek.
Toen ik terug thuis was ging ik ook voor mijn raam zitten en keek naar mijn Lierde…
Hoe zou Stijn Streuvels onze dorpen in woord gebracht hebben?
Vroeg of laat ga ik zeker terug naar het lijsternest om een antwoord te vinden.


Lierde,


Dorps landschap
waar akkers en velden
glooiend dansen
door verleden en heden

duivenmelkers constateren
en vinken fluiten lijntjes
op stokken
waar hanen kraaien


boeren zaaien
oogsten maaien
vlegels slaan
opgebonden schoven


helderblauwe inkt
stroomt verhalen
bij de teleurgang
van de watermolenbeek.



Groetjes chauffeurke



Terug naar 'Lierde onder de pen'

Terug naar homepage Lierde Online