Lierde onder de pen


 DEN EERSTEN TOOG


Omdat ik met mijn lief een uitwisselingsproject ben opgestart hoor ik af en toe al eens wat er zoal in ’t stad gebeurd.
Als er dan iets te doen is ga ik naar ’t stad slapen en komt zij tot rust in mijn dorp.
Ja, de perfecte uitwisseling om dorp en stad te vergelijken.
Na de krakelingen en “tonneken brand” kon ik terug naar Geraardsbergen verhuizen voor “den eersten toog”.
Op de affiche stond maandag 5 maart, maar ik was de zondag al naar ’t stad getrokken om zo de maandag op tijd te zijn hé.
Met pak en zak kwam ik op de vesten toe, en daar zou ook de beestenmarkt plaatsvinden op maandagmorgen.
Awel merci ik zal het geweten hebben!
Als ge de rust van uw dorp verlaat die kunt ge u aan wat stadsrumoer verwachten, maar dat het zo erg zou zijn…
Ik lag daar de nacht van zondag op maandag rustig te dromen van kouters en velden als ik daar plots een koe hoor loeien.
Ja, ge kunt soms in uwen droom zo dicht bij de realiteit staan dat ge ook de geluiden hoort hé.
Maar in mijnen droom was ik al opgeschoven naar de kleuterschool van Gemeldorp als ik daar plots een ezel hoor balken.
In mijn geval zou je de twee nog met elkaar kunnen linken maar om zekerheid te hebben verliet ik even mijnen droom door mijn ogen te openen en naar de wekker van mijn lief te kijken.
3u05 stond er digitaal te lezen.
Maar terwijl ik daar met mijn ogen open lag hoorde ik plots terug een koe loeien.
Potverdekke, ’t zal toch geen waar zijn dat die beesten mij gevolgd zijn omdat ze mij zo missen zekerst?
Ik sprong uit mijn lief haar bedde en stak mijne kop door het raam.
Jawadde, een rij vrachtwagens stonden er achter en naast elkaar en in de vrachtwagens hoorde ik duidelijk de dierengeluiden.
Awel die mannen waren goed op tijd.
Ik heb voor de rest van de nacht geen oog meer toe gedaan en moest dan maar aan de eerste toog beginnen met kleine ogen.
De vesten waren in twee gedeeld met aan de ene kant de molens van de foor en aan de bovenkant de beestenmarkt.
In het centrum doken dan weer de marktkramers op en met de eerste toog is het steeds verschillend van een gewone markt.
Ze komen vaak van ver om hun unieke producten aan de man of vrouw te brengen.
Vaak zie je rond een kraampje wat volk samentroepen en dat wil zeggen dat de verkoper het alvast goed kan uitleggen.
Een aardappelschiller waar je ook wortels en ajuinen kan mee snijden.
Een tefal-pan waar zelfs uw vingers niet blijven aanplakken als ge ze verbrandt.
Een product om de wagen te wassen waar zo het vuil met de volgende regenbui wegspoelt.
Een dweil die niet meer uitvezelt en die ook door de mannen kan gebruikt worden.
Een product waar ge zowel uw koper kunt doen mee blinken als ook uw lederen zetels.
Ja ja, tijdens de eerste toog kunt ge dat allemaal vinden en zeg nu eerlijk wie zou er aan al dat gemak durven voorbijlopen.
Maar den eerste toog is veel meer dan dat!
Ja in de titel van het evenement komt het woord “toog” en dus moet ge die ook af en toe eens gaan opzoeken.
Naar ik zo kon zien waren er verschillenden die inderdaad de eersten toog gaan opzoeken waren en nog niet de kans hadden gekregen om naar een tweede toog te trekken, wat volgens mijn eerste indruk ook niet meer zou lukken.
Standen of kraampjes met eten en drank hebben altijd te doen en dat was op den eersten toog zeker niet anders.
’t Stad trekt dan ook heel wat volk van binnen en buiten de grenzen maar dorp of stadsmagen knorren blijkbaar op dezelfde manier.
Sommigen zoeken een rustig restaurantje op waar er met den eersten toog heel wat drukte heerst en anderen verkiezen hun maal te verorberen tussen de menigte.
Een koppeltje zit rustig te genieten van een sla met scampi’s terwijl de goedkeurende ogen voorbij het raam trekken en af en toe eens binnengluren.
Iets verder valt er een kleine snotter zijne hamburger op de grond tot groot jolijt van de hond terwijl pa hem ook nog eens dankt met de eerste oorveeg op den eerste toog.
Lach en traan staan bij zo’n gebeuren vaak dicht bij elkaar zoals familie, vrienden, buren en kennissen ook dicht bij elkaar staan aan tafel of toog.
Ja, ge loopt er wel iemand tegen het lijf dat ge kent en waar ge voorbijloopt met een groet of even een babbel slaat waar anders tijdens het jaar geen tijd voor is.
Den eersten toog is in elk geval iets zeer speciaal!
Het is zo een evenement die een beetje op een Vlaamse kermis gaat trekken maar dan in ’t stad.
In feite is het een feest en ontmoetingsplaats met vele contradicties!
Als ge de mensen hoort praten dan is het vaak van…ik ben niet zo voor al dat volk maar ik moest toch juist achter een brood.
’t Is geen weer om buiten te komen, maar onze hond moest juist uitgelaten worden en daarmee…
De kleine zit met de mazelen thuis, en wat doet ge dan een ganse dag hé…
Ik heb hier verleden jaar een “sacoche” gekocht en ’t is vandaag de laatste dag dat ze in garantie is…
Niemand die blijkbaar echt wou komen, maar toch zijn ze er terug zoals elk jaar.
De domme uitvluchten maken vlug plaats voor één of ander tooggesprek en de diensters lopen hun longen uit hun lijf om op tijd de glazen te vullen.
En ik…ik slenter ondertussen verder door het stadsleven dat plots een andere wending gekregen heeft.
In de ene hand een plastieken zak met het wonderproduct waar ik zowel de carrosserie van de wagen kan doen blinken als ook het haarvel van mijne pa.
In de andere hand een vettige hamburger waar de mosterd al op mijn mouw en mijne “plastron” gedrupt is.
Och…het is geen probleem want binnen de kortste keren vind ik wel een verkoper met het geschikte product om de vlekken in één twee drie te verwijderen.
Toen ik de brugstraat naar boven liep kwam de geur van de mattentaarten mij al tegen, en hoewel mijn buikvel al wreed gespannen stond wou ik mij niet laten kennen.
Maar toen Jaques Brel over “le plat pays” zong moest hij waarschijnlijk Geraardsbergen met al zijn hellingen nog ontdekken.
Ik kwam eerst even tot rust aan de toog van de Erfzonde om daarna de Lekkere beschermde Geraardsbergse lekkernij te halen in het mattentaartenhuisje.
Tussen al de drukte ging ik nog even opzoek naar mijn goede vriend Manneken-Pis die daar op zo’n dag een beetje verloren staat.
Ik moet zeggen dat ik wreed goed overeen kom met dat manneken en blijkbaar hij ook met mij, misschien omdat we allebei twee grote zwijgers zijn en toch een beetje dezelfde eigenschappen hebben.
Na ons stilzwijgend gesprek trok ik terug naar de vesten om mijn aankopen binnen te zetten, en daar was de beestenmarkt nog aan de gang.
Bij een vrachtwagen stonden een paar boeren te discuteren en juist ernaast stonden drie geitjes te wachten op hun lot.
Ze deden mij direct denken aan het sprookje van de drie geitjes en ik liep er langs om mijn inspiratie wat kleur te geven.
Maar met den eersten toog naast een paar geiten staan kan rare gevolgen hebben.
-Dag menier ’t zen schuun biestjes hé.
-Euh…ja geiten zekerst!
-Ja, ’t zen de drei leste en ge meugt ze ver een preiske hemme.
-Jamaar wat moet ik daarmee doen?
-kweken en opeten.
Plots zag ik mij als de boze wolf en zou de het sprookje een deel realiteit geworden zijn door de woorden van de verkoper.
Het was aan mij om het sprookje te herschrijven en wie weet kon ik de beestjes wel een thuis geven in mijn dorp waar er al heel wat beesten lopen.
Potverdekke, na bieden en afbieden klopt hij daar ineens in mijn hand en roept hij verkocht.
Nu stond ik daar niet alleen met een plastieken zak vol met aankopen van de markt, maar ook nog eens met een koord met drie geiten aan die elk hun weg wilden gaan.
Lang kon ik ze niet houden in het appartement van mijn lief want ze hadden al een stuk tapijt afgeknabbeld en ook de Yuka was al serieus gesnoeid.
Na een leuke eersten toog trok ik dan maar terug naar mijn Lierde met drie geiten.
Zoals elk jaar sloten de deuren van de eersten toog in de late uurtjes en is het uitkijken naar volgend jaar.
Mij kunnen ze er zeker verwachten en wie weet kom ik dan wel thuis met een paar biggen om een nieuw sprookje te schrijven.


Groetjes chauffeurke



Terug naar 'Lierde onder de pen'

Terug naar homepage Lierde Online