BLESSINGS
Een
stralende zon boven een prachtig groen en golvend landschap.
Dat is het uitzicht van uit onze kamer in een gezellige
chambres et tables d’hôtes ( B&B) ergens in het vruchtbare
achterland van ALBI Frankrijk.
Gisteravond zijn we met veel warmte ontvangen door onze
gastvrouw Michèle en haar echtgenoot Alain. Ook de 2
honden Milo, een oude labrador en de kleine gevlekte
circushond Paupet, waren van de partij. Bij het avondmaal
aan de gemeenschappelijke familietafel kwam 1 van de
2 poezen ook kennismaken.
We
krijgen een rondleiding door het huis, ook in de 3 andere
gastenkamers, die momenteel niet bezet zijn. Alles is
picobello, heel smaakvol en met de grootste zorg uitgekozen
door de dame des huizes. Alain, de echtgenoot heeft
alle renovatiewerken zelf uitgevoerd. Nu wordt er nog
gewerkt in een ander deel van het huis, waarin beneden
een grote woon- en eetkamer komt.
Wij
hebben een ruime kamer en een al even ruime badkamer
en we zien uit op de vallei, die via het geklasseerde
dorpje Ambialet en de Tarn naar Albi voert.
Uitpakken
is gauw gebeurd en alles krijgt ordelijk een plaats
in de antieke kasten en laden. We bevinden ons in een
oude hoeve, waarvan het karakter behouden werd, maar
voorzien van alle hedendaags sanitair comfort.
Er is harmonie, ook met de omgeving. Ik voel mij hier
direct thuis. We hebben een prima bed (dat moet men
altijd afwachten) en na een avondmaal op zijn Frans,
duiken we moe maar tevreden ons bedje in. We slapen
als marmotten en worden pas wakker om 9 u.
Het zonnetje schijnt vrolijk onze kamer binnen, vogels
fluiten en ergens ver weg horen we het geronk van een
of andere landbouwmachine. Na een Frans ontbijt, met
eigen gemaakte confituren, lekker brood en fruit trekken
we naar buiten. We maken een rondgang rondom de kleine
hoeve, de moestuin van Alain, de prachtige bloemen.
Op de velden staat de haver reeds hoog en wuiven de
aren in de wind. De bermen zijn bezaaid met wilde bloemen
en hoge grassen. Zij wijzen ons vanwaar de wind aanwaait.
Ik haal natuurlijk mijn fototoestel boven.
SN
Brussels bracht ons gisteren in amper 1.20u van Zaventem
naar Toulouse, waar een gehuurde wagen reeds op ons
wachtte. We zijn dus zo vrij als een vogel, pardon een
automobilist en kunnen ons verplaatsen waar we maar
willen.
…/…
Dag
2 van onze vakantie – dag 1 van ons verblijf:
Vandaag
gaan we naar ALBI, ongeveer 25 km hier vandaan.
Toen we gisteren naar hier kwamen gereden volgden we de
aangegeven route, vermeld op de documentatie van ons gastverblijf.
Hij leidde ons vanaf Albi via pittoreske weggetjes, smalle
tunneltjes, piepkleine dorpjes. Nu nemen we de grotere
weg en komen op de middag in Albi aan. Tijd voor de lunch.
Er heerst een gezellige sfeer. Het is warm genoeg om buiten
te eten.
Daarna wandelen we via kleine straatjes, met mooie oude
huizen naar de kathedraal, ook basiliek van Sainte Cecile
genaamd. Deze is heel indrukwekkend, ze staat volledig
vrij en domineert het hele plein.
.
We nemen eerst de tijd om naar le Syndicat
d’ Initiatieve te gaan, dat er vlakbij is gelegen.
Gewapend met allerlei documentatie over Albi en de streek,
stappen we de kathedraal binnen. Het is er koel en half
duister. Met een handleiding die ons vertelt over de
geschiedenis en de vele kunstschatten maken we een lange
rondgang. De fresco’s aan de muren en op de hoge
plafonds zijn indrukwekkend. Het middenschip kan men
gratis bezoeken. Wil men ook het koor bezoeken dan betaalt
men 1 euro, maar dat is méér dan de moeite
waard. Overal prachtig snijwerk in de witte steen. Eigenlijk
mag men hier geen foto’s maken, maar als we even
alleen zijn in één van de zijkapellen
kan ik het toch niet laten. Ook de vele beelden in polychrome
zijn van een grote waarde. Op 15 augustus 1281 werd
de bouw van de kathedraal aangevat. In 1380, 99 jaar
later waren de grote werken klaar. Maar pas op 23 april
1480, 200 jaar na de aanvang van de bouwwerken was de
kerk helemaal af en werd ze ingezegend door de bisschop
Louis 1ier d' Amboise. De baldakijn in gothiek werd
vanaf 1535 aan de kerk aangebouwd.
Omdat
mijn verhaal te lang zou worden als ik elk van de plaatsen
uitvoerig zou beschrijven plaats ik een link voor de
geïnteresseerden en nog een aantal foto's.
Rond 16 u. verlaten we de kathedraal om haar nog eens
goed aan de buitenzijde te bekijken. Ze is zeer bijzonder
in rode baksteen opgetrokken, met gewelfde, ronde muren,
maar aan de hoofdingang met een in witte steen, gotische
baldakijn, zo wordt het genoemd. Zoiets hebben we nooit
eerder gezien. Het is nu warm en voor we onze toch verder
zetten eten we eerst een ijsje.
Vlakbij is er nog een andere kerk die het bezoeken waard
is, maar ze sluit om 17 u. Ook het museum van Henri
Toulouse Lautrec ligt aan hetzelfde plein. Dat sluit
om 18 u. Die 2 dingen houden wij alvast in gedachten
voor een van de volgende dagen. We besluiten nog wel
de tuinen te bezoeken die rond le Palais de Berbie,
waar het museum gevestigd is, gelegen zijn. We dalen
de vele trappen af. Het is namelijk een verzonken tuin,
naar Frans model. Eén lange stenen muur is volledig
begroeid met witte rozen. De geur kwam ons reeds tegemoet
toen we de trappen afdaalden. Volgens mij is het de
klimroos “Schneewitchen” Ook de andere muren
van de taluds rond de tuin zijn begroeid, met allerlei
kruiden, wilde planten en vooral valeriaan, die ook
zijn heerlijke geur verspreid.
We
wandelen over een verhoogde talud, onder een beginnende
druivelaar, via een klein paviljoen naar de linkerzijde
van de tuin. Hier hebben we aan de ene zijde een prachtig
uitzicht op de stad en de Tarn. De andere kant ziet
uit op de tuin en daarachter het vroegere bisschoppelijk
paleis, dat nu dienst doet als museum. De werken van
Toulouse Lautrec zijn er ondergebracht.
Het uitzicht is prachtig. Een late, maar nog hevige
namiddagzon brengt vele kleurschakeringen, op huizen,
de stroom en de tuin. De rozen aan de muur van deze
talud bedwelmen ons met hun buitengewoon parfum. Het
zijn er duizenden. “ Laat ons hier drie tenten
bouwen “. Ik neem natuurlijk een hele reeks foto’s.
Beneden zit een eenzame visser. Een oude dame met zilverwit
haar en rode lippen als overrijpe kersen blijft in haar
eentje achter. Je kan zo merken dat ze echt geniet.
Alles ademt rust en vrede.
Oorlog en terrorisme zijn ver weg. Iedereen is vriendelijk
tegen iedereen.
We dalen langzaam terug naar het plein en de kathedraal
waar we om 18.20u de avond-eucharistie meevieren. Een
jonge pasgewijde priester gaat voor. Het is een heel
intieme en mooie viering, waaraan ook verscheidene jongeren
deelnemen. Na de H. Mis hebben we een gesprek met de
dame die de voorbeden deed. Ze gaat een eindje met ons
mee en is geïnteresseerd in het kerkelijk leven
bij ons. Ze vertelt ook over het parochieleven bij hen.
Want al is de kathedraal een pleisterplaats voor duizenden
toeristen, toch gaan ook vele gelovigen uit de buurt
daar naar de kerk.
Geestelijk voedsel is prima, maar ook de inwendige mens
moet gespijzigd. Een terras vlak bij het museum nodigt
ons uit. In Frankrijk kan men meestal goed en goedkoop
eten als men de plats du jour neemt.
We hervatten onze terugweg en zijn rond 21.30u op onze
bestemming.
Het was een zonnige en mooie eerste vakantiedag.
ergens onderweg
…/…
Dag
2 van ons verblijf.
Omdat
we aan onze gastheer en -vrouw gezegd hebben dat we vandaag
naar MILLAU willen rijden, om de hoogste brug van de wereld
te bewonderen, stellen zij voor tevens Rocquefort te bezoeken,
dat op onze weg ligt. Tot Millau is het ongeveer 102 km.
Rocquefort ligt rechts van de weg een 20tal km. voor Millau.
Na ongeveer 70 km rijden komen we aan in een stad SAINT
AFRIQUE genaamd. We willen 's middags een pic-nic houden,
dus doen we eerst onze inkopen; brood, boter, kaas, groenten
en fruit en een puddingske als toemaatje.
We stoppen aan een pic-nic plaats met stenen tafels en
banken. Het is een hoogvlakte, het uitzicht is heel mooi,
maar er staat veel wind. Pic-nic gerief hebben we van
thuis meegebracht, ik "dek de tafel". We zijn
niet alleen, maar dat stoort ons niet want er is plaats
genoeg. Je wordt niet op de vingers gekeken. Het smaakt!
Daarna alles ordelijk opruimen, afval in de "poubelle"
en onze rit gaat verder.
We arriveren in Rocquefort een groot dorp, midden in én
tussen de rotsen. Er zijn verschillende fabrikanten ieder
met hun eigen grotten of caves. Men heeft ons aangeraden
deze van de "Société te bezoeken, de
oudste en de meest bekende. De rondleiding is niet gratis
maar zou het beste verzorgd zijn. Er gaan ook enkele voorstellingen
aan vooraf. Uit de geschiedenis leren we dat deze streek
en zijn rotsmasieven ongeveer 1 miljoen jaren geleden
ontstond, na zware aardbevingen. Hoge rotsmuren, door
de erosie helemaal uitgesleten in ronde trappen, vormen
de achtergrond. Hier en daar begroeid met sporadisch groen,
lager zelfs met bomen en dichte bebossing. Ze doen mij
denken aan de rotswanden van Sibi in Mali, die we vorig
jaar bezochten. Echtgenoot Leo beaamt dit. We vinden in
dit drukke dorp, met vele toeristen en bezoekers, een
plaatske voor onze wagen. Nog even te voet naar de ingang
klimmen, om onmiddellijk daarna weer af te dalen in de
grotten.
We worden welkom geheten door een jonge dame, die warm
gekleed, met dikke jas en dito trui op ons wacht. In de
grotten die wij zullen bezoeken is de gemiddelde temperatuur
6 tot 8 graden. SON et LUMIERE, een video voorstelling
en opnieuw een klank- en lichtspel vertellen ons in grote
lijnen het ontstaan en het gebruik van de grotten. Pas
daarna dalen wij af in een aantal caves waar duizenden
kazen liggen te gisten of te rijpen. Hoe het proces van
de blauwe stippen ontstaat zien we aan de hand van voorbeelden.
Als een kudde tamme schapen volgen we onze begeleidster,
trappen op, trappen af, voorbij de duizenden kazen in
verschillende stadia van rijping, (alles natuurlijk achter
glazen wanden). Hier en daar in het wit geklede mannen
die nieuwe kazen aanvoeren. Deze kaassoorten worden gemaakt
van schapenmelk. In een grote omtrek rond Roquefort worden
de kudden gehoed door herders en hun families. Aan het
einde van het rijpings- proces worden in zusterbedrijven
de kazen verdeeld in porties en over heel de wereld verzonden.
Reeds in de tijd van de carolingers werd op deze manier
kaas gemaakt.
Het vermelden waard is dat er nergens in de grotten kunstmatige
verluchting aanwezig is. Deze ontstaat door de spleten
tussen de rotsen, men geeft het een speciale naam, "fleurette".
Alles gebeurt dus op natuurlijke wijze.
Aan het einde van ons bezoek is er nog een tentoonstelling
en tenslotte mag men natuurlijk ook proeven en kopen.
Ik heb altijd graag Rocquefort gegeten. Het was dus een
boeiende ervaring zo een lekker product in zijn evolutie
en productie mee te maken.
De overgang tussen de koude, vochtige grotten en de hitte
buiten is nu wel heel groot. Terwijl nieuwe bussen aan-
en af tijden met groepen bezoekers, gunnen wij onszelf
nog een kopje koffie op een klein terras en zetten daarna
onze tocht verder naar MILLAU ( spreek uit MI-JO).
Van ver reeds zien we, tegen de helderblauwe hemel de
hoge witte brug oprijzen. Een prachtige aanblik, bijzonder
indrukwekkend. Er is een ruime parking en uitkijkplaats
voorzien. Hier kan men 5 van de 7 pijlers tegelijk zien.
De brug overspant verscheidene valleien en is 2,7 km lang.
Op de begane grond zijn een aantal materialen te bekijken,
waaruit de brug werd gebouwd. Er is ook gelegenheid om
binnen in een gebouw een video voorstelling te volgen,
over het ontstaan van de brug, Na verscheidene jaren van
studie en voorbereiding, in de werkplaatsen van Eifel
in de Elzas, werden alle onderdelen van de brug daar ter
plaatse gemonteerd en in elkaar gezet. Als je de oppervlakte
ziet en de hoogte is het bijna niet te begrijpen hoe dit
zonder ongelukken is kunnen gebeuren. Men heeft er drie
jaar ter plaatse aan gewerkt. Het is werkelijk een staaltje
van ingenieus vernuft. Bovendien schaadt ze het landschap
niet, maar geeft met haar hoge witte pijlers, die glinsteren
in die azuurblauwe lucht, een extra dimensie. Een verbond
tussen de hemel en de aarde.
Eigenlijk
valt er nog veel te vertellen, helaas moet ik door omstandigheden
mijn verhaal hier eindigen.
Misschien wordt het later nog hervat. Kom dus af en toe
een kijken - update 04.02.08